okter Shkaki spot met de dood
i
Verwaterde beloften
a\
ZATERDAG 4 FEBRUAR11995
De Amerikaanse komiek Jack Benny is volgens de overle
vering de auteur van de televisie-scène met het langste
lachrecord ooit behaald. Benny wandelt 's avonds laat
door de stad als er plotseling een man met een pistool uit
een steegje voor hem springt en schreeuwt: „Je geld of je
leven!" Er valt een langdurige stilte. Als de overvaller on
geduldig met zijn wapen begint te zwaaien, zegt Benny
bezwerend: „Rustig aan man, laat me er even over na
denken!"
Het komische van deze scène
ligt in het feit dat hij op een
verrassende manier indruist te
gen onze haast natuurlijke nei
ging om het offer van onze mate
riële bezittingen te brengen, als
we daarmee ons leven kunnen
'kopen'. Ook als we achteraf de
nodige negatieve gevoelens heb
ben over verloren bezittingen of
financiële schade, overheerst
toch vaak het gevoel dat we daar
niet al te veel over moeten kla
gen, omdat we het veel grotere
verlies van ons leven niet hebben
hoeven nemen.
Het is diezelfde houding die
maakt dat veel mensen bij een
dreigende ramp geneigd zijn zich
goed, gehoorzaam en ordelijk te
gedragen, grappen en grollen zo
veel mogelijk voor zich te hou
den, en gevoelens van boosheid,
angst, ontreddering en verdriet,
die er onvermijdelijk ook zijn, zo
veel mogelijk te beheersen. Al
thans als de dreigende ramp zich
tijdig aankondigt en de oorzaak
ervan in voldoende mate zicht
baar is.
Wat dat betreft is er een groot
verschil tussen bijvoorbeeld
een tornado en het wassende
water van een rivier. Over een
tornado kun je weliswaar geïn
formeerd worden door radio en
televisie, maar je ziet of merkt 'm
meestal pas echt als het al te laat
is. Dus kun je gemakkelijker tot
op het laatste moment ontken
nen dat er een ramp dreigt of dat
die jou zal treffen en er rustig al
lerlei grappen of grollen over ma
ken. Bij een langzaam stijgend
waterpeil, daarentegen, kun je
soms al dagen tevoren met eigen
ogen vaststellen dat de dreiging
toeneemt, en is ontkennen min
der gemakkelijk, maar de moge
lijkheid om je op een eventuele
ramp voor te bereiden groter.
Die mogelijkheid tot voorbe
reiden is overigens bepaald niet
alleen maar een voordeel. Het
betekent namelijk ook dat je
vaak al dagen, en soms zelfs we
ken, gebukt gaat onder de onze
kerheid en spanning over wat
komen kan. Soms is die onzeker
heid zo spanningverwekkend,
dat mensen de oproep of het be
vel om te evacueren niet alleen
gedwee accepteren, maar zelfs
verwelkomen. Want daarmee is
even een einde gekomen aan de
onzekerheid, is de spanning tij
delijk gebroken en kun je ten
minste iets doen, ook al is het
bepaald niet iets waar je om zat
te springen.
De opluchting over het weg zijn
van de bedreiging en de ver
andering van verblijfy>laats en so
ciale omgeving door een evacua
tie, roepen bij bepaalde mensen,
hoe gek dat ook lijkt, zelfs een
soort van vakantie-gevoel op.
Nota bene: de woorden vakantie
en evacuatie hebben dezelfde
oorsprong, komen namelijk van
het latijnse woord voor leeg,
leegmaken. Zeker bij mensen die
betrekkelijk sociaal geïsoleerd le
ven en die in een opvangcen
trum, bij familie of bekenden op
eens de hele dag aanspraak heb
ben - en daarbij bovendien een
behoorlijke dosis aandacht en
zorgzaamheid ontvangen - kan
het effect op hun stemming dui
delijk opmonterend zijn.
Iets soortgelijks doet zich ook
wel voor bij mensen, voor wie le
ven en werk de afgelopen tijd de
nodige zorgen en stress met zich
meebrachten, en die daar door
een ramp, zij het gedwongen,
even uit kunnen 'vacueren', uit
kunnen breken. Illustratief in dit
verband is een passage in het
verslag door Ellemers en In'Veld-
Langeveld van de watersnood
ramp van 1953: twee leerkrach
ten, voor het water gevlucht naar
de bovenste verdieping van hun
huizen, riepen over en weer naar
elkaar vanuit een raam. Alle twee
hadden ze zich kort tevoren nog
druk gemaakt over het al dan
niet naar een andere baan in het
onderwijs moeten solliciteren.
Nu schreeuwden ze - lachend -
naar elkaar: „En? Ga je nog
steeds solliciteren? Neerkijkend
op de watervloed, die hun dage
lijkse leven volledig had ont
wricht, ervoeren ze alle twee een
haast welkom gevoel van de rela
tieve onbelangrijkheid, althans
voor het moment, van hun loop
baanperikelen.
Zulke gevoelens bij evacuatie of
erger, maken overigens vaak
al snel weer plaats voor gevoe
lens van ontreddering, onzeker
heid en angst. Als mensen na da
gen van onafgebroken inspan
ning om zichzelf, hun gezin,
(huis)dieren en spullen in veilig
heid te brengen, eindelijk even
rust kunnen nemen omdat er
voorlopig toch niets anders meer
te doen valt dan afwachten,
dringt vaak pas goed tot hen
door hoe ze er eigenlijk voor zit
ten. Dan pas worden ze zich echt
bewust van het feit dat de we
reld, de leefsituatie waarin ze
zich altijd veilig en vertrouwd
hebben gewaand, die ze als de
hunne hebben beschouwd, hele
maal niet zo veilig en betrouw
baar blijkt te zijn, helemaal niet
zo erg van hen is. Want je blijkt
er zomaar van het ene op het an
dere moment uit verjaagd te
kunnen worden.
Sommige mensen ervaren dat
als een diep stekend gevoel van
in de steek gelaten worden, op
de manier waarop je je als kind
in de steek gelaten kon voelen en
met dezelfde verdrietige gevoe
lens. Bij anderen staan vooral de
gevoelens van verlies van contro
le over hun leven en angst, onze
kerheid over hun toekomst op de
voorgrond. Onzekerheid over
hoe lang het zal duren voordat ze
terug kunnen. Onzekerheid over
wat ze daar zullen aantreffen.
Onzekerheid over de vraag of, en
zo ja op welke materiële en an
dere hulp of compensatie voor
geleden schade ze kunnen reke
nen. Verder onzekerheid over
wat nu gebeurd is, niet (spoedig)
weer kan gebeuren, zelfs als offi
cieel het sein 'veilig' wordt gege
ven.
Onzekerheid ook over de vraag
of ze voor degenen bij wie ze
een toevlucht hebben gevonden,
op een gegeven moment niet tot
last worden en alleen nog maar
uit medelijden of beleefdheid
worden geduld. En ook onzeker
heid over zichzelf en hun eigen
beoordelingsvermogen. Dat
drukt zich uit in gedachten als:
„In hoeverre is het ook niet mijn
eigen domme schuld dat me dit
gebeurd is, want toen ik daar
ging wonen had ik er eigenlijk bij
stil moeten staan dat het een risi
cogebied is" (zoals sommige van
de inwoners van Kobe zeiden na
de aardbeving). Of: „er moet
toch ook iets in jezelf zijn, waar
door je dit soort dingen aan
trekt." Of: „Jaren geleden, toen je
al wist wat er kon gebeuren, had
je al moeten zorgen dat je weg
kwam, dus voor een stuk is het
ook eigen schuld dikke bult!"
Dergelijke gedachten zijn vaak
een factor van wat de psychologe
Martha Wolfenstein, die veel
over de psychologische aspekten
van rampen heeft geschreven,
ooit heeft aangeduid als PDD,
post-disaster depression. De
broedbak voor dit type depressie
wordt gevormd door het tijdelij
ke verlies van controle over het
eigen leven, de tijdelijke afhan
kelijkheid van de goedheid van
anderen om de rampperiode
door te komen en eventueel de
schade te herstellen, de neiging
om voor negatieve gebeurtenis
sen die je overkomen, de schuld
eerst en vooral aan jezelf toe te
schrijven, of ze zelfs als een straf
te zien voor bepaalde dingen die
je in je leven fout hebt gedaan,
plus de verdenking dat veel an
deren in stilte ook zullen denken
dat het niet voor niks is dat net
jou dit soort dingen (zoals water
overlast) moet overkomen.
Om te voorkomen dat het wa
ter u nog verder naar de lip
pen stijgt dan misschien toch al
het geval was, daarom een, be
paald niet onnuttig, advies uit
een van Wolfensteins publika-
ties: „Stel u zelf de vraag welke
anderen, personen of instanties,
ervoor hadden kunnen en moe
ten zorgen dat bepaalde dingen,
zoals rampen, u niet zouden tref
fen. Besluit om uzelf niet verant
woordelijk te stellen voor wat die
anderen hebben nagelaten. Be
sluit om uzelf alleen verantwoor
delijk te stellen voor het gedeelte
dat overblijft als die anderen hun
verantwoordelijkheid genomen
hadden. Maar besluit ook om het
als uw verantwoordelijkheid te
zien die anderen zo lang lastig te
blijven vallen totdat ze hun ver
antwoordelijkheid inderdaad
waar hebben gemaakt. Of, om
nog een keer met Jack Benny te
spreken: „If you don't do it, it
won't be done."! Want wat ge
beurt er vaak als het waterpeil
daalt? Dan verwateren beloften,
waarschijnlijk!
RENE DIEKSTRA
hoogleraar klinische en
gezondheidspsychologie
r. Fathi Shkaki is een man
meteen grenzeloos spottende
Ir humor. De leider van de
militante Islamitische Jihad
lacht venijnig wanneer hij
Uit. Hij grinnikt wanneer hij
i yschept over de bomaanslag
bij de Israëlische badplaats
1Vetanya, die 21 levens eiste.
- De grootste militaire aanval
I ait in Palestina", verkondigt
lij en gniffelt in antwoord op
vraag of hij van te voren op
de hoogte was van de
slachtpartij.
FOTO MENAHEM KAHAMA
Fathi Shkakileider van de Islamitische Jihad
li anneer ik me erover verbaas dat
I ml Shkaki bezoekers aan zijn hoofd
lij W kantoor in de Syrische hoofdstad
v ijscus niet begroet met 'Salam aleikum' en dat
et uit de Koran citeert, grijnst hij. „We zijn hier
bijeen voor een theologisch onderhoud, maar
iver politieke en militaire zaken te praten."
ikaki beschouwt de bomaanslag van vorige
kin Netanya als een militaire operatie waarvan
0 kondigt hij aan, in de komende weken meer
en volgen. „We zetten de strijd voort. Een paar
geleden vochten we nog met messen. Drie we-
geleden gebruikten we een Fietsbom om de
J ird te wreken op Hani Abed (de journalist van
I slamitische Jihad die door de Israëlische gehei-
dienst Mossad zou zijn opgeblazen). Nu heb-'
1 we onze stijl opnieuw veranderd. De Israëli's
ienen zich van de meest geavanceerde midde-
terwijl het voor ons moeilijker en duurder is
aan explosieven te komen dan voor elke andere
feging ter wereld. Maar als je ergens je zinnen
zet, kom je er wel." Weer barst hij in lachen uit.
rereadigbare, beangstigende salvo's waaruit een
ligsoort vreugde spreekt.
Wanneer wij in de Islamitische Jihad een beroep
in op onze mujahedin, sturen we ze naar mili-
e doelen en naar joodse nederzettingen in bezet
ied. Maar in tijden van oorlog kan van alles ge-
'l; tien. Het Palestijnse volk staat tegenover een
ed georganiseerd leger en de meeste slachtoffers
laan onze zijde sneuvelen, zijn burgers. We ple-
igeen aanslagen op Amerikanen of Europeanen,
i vallen zelfs geen joden of Israëli's buiten Pales-
a aan. We verdedigen alleen ons thuisland. We
)ben eeuwenlang met de joden in vrede geleefd.
5 larom willen de joden nu in een koloniale staat
en? Ze kunnen overal terecht in Europa of
lerika. Ik heb niets tegen joden. Maar ik zal me
ijd met hand en tand tegen de bezetting verzet-
Auschwitz
el Arabieren delen deze opvatting en zullen een
'dse staat nooit kunnen accepteren. De
ischwitz-herdenkingen van vorige week hebben
'islamitische wereld er nog eens aan herinnerd
it het Arabische volk in het mandaatgebied Pales-
ia met het verlies van zijn land heeft moeten be
envoor de misdaden van het moderne Europa.
Het internationale recht en resoluties van de Ver-
igde aties beschouwen de Israëlische militaire
netting van Zuid-Libanon als onwettig en daar-
ee het gewapend verzet tegen deze bezetting als
techtvaardigd. In de ogen van veel Palestijnen is
in soortgelijke redenering van toepassing op de
nwezigheid van Israëlische troepen in bezet Ara-
isch land en is de bloedige strijd van de Islami
te Jihad dus rechtmatig.
Shkaki werd in 1951 geboren in de Gazastrook,
aar zijn familie komt oorspronkelijk uit Rehovot
Tel Aviv in het huidige Israël. Van 1970 tot 1974
trkte hij als wiskundeleraar in Jeruzalem, waarna
|tot 1981 een medicijnenstudie volgde in Egypte,
't 1983 was hij als arts werkzaam in het Augusta
ictoria Ziekenhuis in Jeruzalem.
Shkaki is trots op zijn brede ontwikkeling, waar-
hij graag blijk geeft. „Ik ben pas in tweede in-
intie politicus en leider van de Islamitische Jihad.
de eerste plaats ben ik mens en ook dichter. Ja-
e'. ik ken de westerse literatuur. Shakespeare,
'anteOnlangs nog heb ik Hamlet voor de vijfde
'zesde keer gelezen." Beklemmend gegniffel.
In zijn boekenkast staat ook een Hebreeuws
lordenboek. Hij vertelt dat hij de taal heeft ge-
;fd tijdens zijn verblijf in Israëlische gevangenis-
h. Dit keer lacht hij niet.
Ijdens zijn verblijf in Egypte als medisch student
fhtte Shkaki de beweging op die tegenwoordig tot
felste vijanden van de staat Israël moet worden
irekend. „Het begon in het midden van de jaren
ventig als een soort gespreksforum", vertelt hij.
P1 was enkele jaren lid van de Egyptische Moslim
loederschap, maar ik verwierp hun opvattingen
Sekssymbool
De zus van luitenant Eyal Mosje Levy is ontroostbaar, nadat ze heeft gehoord dat haar broer zes
dagen na de aanslag bij Netanya aan zijn verwondingen is bezweken.
FOTO REUTER HA VAKUK LEVISON
en ontwikkelde nieuwe ideeën. Als Palestijnse stu
denten discussieerden we over de islam en Palesti
na en we constateerden dat er twee soorten Pales
tijnen waren: de nationalisten die de mond vol
hadden over de bevrijding van Palestina, maar die
de islam vergaten en de traditionalisten die over de
islam en de islamitische staat spraken, maar die
Palestina vergaten. We moesten dit probleem op
lossen door een brug te slaan tussen de nationalis
ten en de islamisten. Dus spraken we over de islam,
Palestina en een jihad (heilige oorlog). De islam
vormde het uitgangspunt, Palestina was het doel en
de jihad was de methode, de manier om het doel te
bereiken."
In Egypte groepeerden zo'n vijftig Palestijnen
zich rond Shkaki en bij hun terugkeer naar Israël
vormden ze de Islamitische Jihad. Shkaki was de
leider van de beweging, zelfs toen hij als dokter in
Jeruzalem werkte. Hij publiceerde een tijdschrift,
de Islamitische Voorhoede, hetgeen hem op een
jaar gevangenisstraf in Gaza kwam te staan. In 1986
werd hij opnieuw door de Israëlische autoriteiten
gearresteerd en tot vier jaar cel veroordeeld. Na
twee jaar te hebben uitgezeten, werd hij naar Liba
non gedeporteerd, waarschijnlijk op persoonlijk
bevel van Yitzhak Rabin, de huidige premier die
toen minister van defensie was. Vandaar bezocht
hij Teheran, waar hij een ontmoeting had met aya
tollah Khomeini, zes maanden voor het overlijden
van de geestelijk leider. Hij vond zijn weg naar Da
mascus, vanwaar hij nog vier tot vijf keer een be
zoek bracht aan Teheran een keer voor een con
ferentie waar Iran het 'Palestijnse verzet' miljoenen
dollars steun beloofde.
Over zijn verblijf in Damascus benadrukt Shkaki
dat hij geen enkele materiële steun krijgt van Syrië.
Na de bomaanslag bij Netanya verzocht Warren
Christopher, de Amerikaanse minister van buiten
landse zaken, zijn Syrische tegenhanger Farouk al-
Shara'a telefonisch om „geen onderdak meer te
verlenen aan terroristen". Shkaki ligt daar niet wak
ker van. „Damascus is een hoofdstad die openstaat
voor alle Arabieren. Ik ben als Arabisch burger ge
komen. Onze aanwezigheid hier is niet officieel,
zoals bij andere Palestijnse facties wel het geval is.
We onderhouden geen officiële banden met de Sy
rische regering."
Shkaki maakt zich evenmin zorgen over de be
slissing van de Amerikaanse president Bill Clinton
om 'tegoeden' van de Islamitische Jihad in de Vere
nigde Staten te bevriezen. „We hebben helemaal
geen tegoeden in Amerika of Europa. We hebben
nooit donaties ontvangen uit de VS. Ik kan Clintons
verklaring dan ook alleen maar uitleggen als tacti
sche propaganda: de held Clinton die een nieuwe
kruistocht lanceert tegen het Arabische en islami
tische volk."
In zekere zin betekent deze internationale aan
dacht dat de Islamitische Jihad succes oogst. Shkaki
toont zich dan ook bijzonder tevreden met de 'ge
slaagde' aanslag bij Netanya. Hij beschrijft hoe
twee strijders van de Islamitische Jihad de militaire
bushalte verkenden en hun explosieven zó plan
den, dat er enkele seconden tussen de twee ont
ploffingen zaten. Op deze manier zou de tweede
bom de Israëlische soldaten doden die hun colle
ga's te hulp schoten na het ontploffen van de eerste
bom.
De meeste mujahedin die voor een zelfmoordmis
sie kiezen, trouwen niet. Ze verkiezen de dood bo
ven de vervulling van hun aardse verlangens
Vanuit een alles verterende passie voor het marte
laarschap kiezen ze bewust voor een huwelijk mei
de dood. Op hun lippen verstijft de glimlach van de
bruidegom in de verstarring van de dood. Zelf
moordcommando's die na hun daad niet onher
kenbaar verminkt of verkoold zijn, hebben vaak
een onbereikbare, tevreden glimlach op het gelaat.
Verschillende jonge islamisten hebben me verze
kerd dat ze geloven dat er in het paradijs mooie
vrouwen op hen wachten. „Deze meisjes zijn alle
maal maagd", verkondigde een lid van de Egypti
sche afdeling van de Islamitische Jihad. Veel mili
tanten verwachten na hun dood een soort seks
symbool te worden. Deze gedachte is begrijpelijker
dan je op het eerste gezicht zou denken. In een pa
triarchale, chauvinistische samenleving is zelfopof
fering een manier om het pantser van een herme
tisch gesloten, seksueel strikt gescheiden wereld te
doorbreken.
De mujahedin die voor een bepaalde missie zijn
geselecteerd, krijgen foto's te zien van het aanslag-
gebied een weg waarover een Israëlische pa
trouille zal passeren, een controlepost langs de kust
en maken soms verkennende 'proefritten'. In Li
banon kregen de zelfmoordcommando's de op
dracht tot actie over te gaan in de vorm van symbo
lische woorden, die vaak werden doorgegeven door
mannen die geen idee hadden van hun betekenis.
Imams werden gevraagd om tijdens de vrijdagge
beden bepaalde woorden te gebruiken, bijvoor
beeld de namen van bomen of kleuren en ergens
onder de moskeegangers wist een jongeman dat
het zijn tijd was om te sterven. De Israëli's beweren
dat ze soortgelijke, op zichzelf betekenisloze woor
den hebben aangetroffen op de muren van mos
keeën op de bezette Westelijke Jordaanoever.
Met al zijn geavanceerde wapentuig en steun var
de supermogendheden heeft Israël een groot mili
tair overwicht. Maar vorige week gaf de Israëlische
minister van buitenlandse zaken Shimon Peres toe
dat Israël nog geen antwoord heeft gevonden op de
zelfmoordacties. De speldeprikken van de islami
tische zelfmoordcommando's kunnen reuzen aan
het wankelen brengen. De mujahedien van Liba
non hebben de Israëli's in slechts twee jaar uit het
grootste deel van hun land verdreven door met
vrachtwagens vol explosieven in te rijden op barak
ken, konvooien en artillerieposities totdat het een
infanterie-eenheid van het Israëlische leger op een
kwade nacht te veel werd. De soldaten sloegen op
de vlucht.
Na de bomaanslag bij Netanya kondigde de Is
raëlische premier Yithak Rabin aan dat de zelf
moordcommando's van de Islamitische Jihad zul
len worden 'uitgeroeid'. Maar tegen het eind van de
jaren tachtig deed hij dezelfde belofte ten aanzien
van de Hezbollah-strijders in zuidelijk Libanon. En
hij heeft zijn woorden niet waar kunnen maken. De
strijd tussen technologie en theologie, tussen een
onoverwinnelijk leger en individuen die de logica
van de macht niet wensen te erkennen, lijkt voorlo
pig onbeslist.
VERTALING: MARGREET HESLINGA
Shkaki zegt dat hij niet de opdracht heeft gege
ven voor de zelfmoordaanslag bij Netanya, maar hij
kende wel een van de terroristen die bij de bom
aanslag omkwamen. „Vóór het begin van de in
tifada (de gewapende Palestijnse opstand) kregen
we nauwelijks recruten voor onze militaire cellen.
Maar sinds de intifada is er een overvloed aan Pa
lestijnse jongeren die aan militaire operaties willen
meedoen. Sommigen melden zich speciaal aan
voor een zelfmoordmissie. Voor dergelijke op
drachten kiezen we alleen strijders die hier al lan
gere tijd op aandringen. Ik ontvang deze mensen
en probeer ze ervan te overtuigen niet te gaan
om ze op de proef te stellen. Als ze zelfs dan nog
volharden, worden ze gekozen."