Lokaal geld vervangt
gebruik van ponden
Feiten &Meningen
VN mogen
Rusland geen
steun geven
Shopaholic
Het einde van de tijd
ZATERDAG 31 DECEMBER 1994
COMMENTAAR
Rusland heeft de Verenigde Naties gevraagd
om humanitaire hulp voor de vluchtelingen
uit Tsjetsjenië. De VN sturen een missie naar
de Kaukasus om te kijken of er hulp moet
worden geboden.
Het kan dus nog altijd gekker dan je denkt.
Eerst trekken de Russen met zware tanks en
veel wapengekletter de opstandige, maar niet
agressieve deelrepubliek binnen en wordt we
kenlang de burgerbevolking vanuit de lucht
bestookt, en dan vragen ze het Westen dat
het leeuwedeel van het VN-budget betaalt
om hulp voor het willens en wetens- gescha
pen vluchtelingenprobleem.
De vluchtelingen, die zich bevinden in de
Tsjetsjeense buurrepublieken Ingoesjië en
Dagestan, kunnen het beste door Rusland zelf
worden geholpen. En wel op heel eenvoudige
wijze: door de vijandigheden te staken en de
troepen terug te trekken uit Tsjetsjenië. Het
conflict tussen Moskou en Grozny kan dan
door serieuze onderhandelingen worden op
gelost.
De VN moeten de gevraagde hulp weigeren.
Het kan niet zo zijn dat Rusland op eigen
houtje een oorlog kan beginnen en dat het
daarvoor door het Westen als het ware wordt
schadeloos gesteld. De westerse donoren
moeten de geldkraan naar Moskou maar
dichtdraaien nu Rusland de economische
steun zo duidelijk aanwendt voor het krijger
tje spelen in de Kaukasus.
Bij de bombardementen zijn ook olieraffi
naderijen getroffen. Een ecologische ramp
dreigt, zo meldden de autoriteiten van Tjets-
jenië en Ingoesjië gisteren. Het Westen zal
ongetwijfeld weer worden gevraagd de troep
op te ruimen en de rekening te betalen. Dat is
onzin. Als Rusland zijn krachten wijdt aan de
opbouw van het land en niet aan de vernieti
ging, vloeit het geld vanzelf binnen. Dan kun
nen de openstaande rekeningen bij de VN
ook eens worden betaald en kunnen de Vere
nigde Naties hulp bieden aan landen die het
echt nodig hebben.
fciIridDaags na kerst begint het
jachtseizoen dat bekend staat
als the sales. Miljoenen Britten
rukken met getrokken credit
card op naar winkelstraten
waar zelfs de duurste videoca
mera's en TV's plotseling op
schootsafstand liggen. Uitgehongerd na twee
winkelvrije dagen stort de doldrieste meute
zich op leren jasjes van Isaac Mizrahi en ele
gante Pierre-Cardin-pakken als betroffen het
Zeeman-sokken. De politie verschijnt met
megafoons op straat om de aanvalsgolven in
goede banen te leiden, en in Oxford Street
moeten dwanghekken voorkomen dat de ont
ketende massa ook bezit neemt van het asfalt.
De uitverkoop die na kerst begint, duurt min
stens tot eind januari. Net als het vuur na de
eerste week begint te doven, wordt het nog
eens aangeblazen door Harrods. Naar traditie
begint deze kruidenier met een omzet van
een paar miljard zijn uitverkoop op de eerste
woensdag in het nieuwe jaar.
De Harrods-saleslaat alles. Honderden men
sen nestelen zich de avond tevoren reeds in
slaapzakken voor de talloze deuren. Enkele ja
ren terug, toen die eerste woensdag op 1 ja
nuari viel, vertoonden de platgetreden trot
toirs bij Harrods de aanblik van een open
lucht-popconcert. Meer dan duizend mensen
waren van Trafalgar Square, waar ze naar oud
gebruik om middernacht in het fontein waren
gesprongen, rechtstreeks naar Harrods ge
dropen.
De gedachte is deze: klokslag 9 uur gaan de
majestueuze deuren open. en de gelukkige
die het eerst een afgeprijsd artikel aanraakt,
mag het kopen. Groot wild kan alleen worden
geschoten na grondige voorbereiding. Har
rods beslaat twintig voetbalvelden, en wie een
antieke vaas voor 10 pond wil kopen, dient
blindelings de kortste route naar de porselein
afdeling te kennen (het wereldrecord staat op
naam van een atletische accountant die in
1988 slechts 13 seconden nodig had om een
afgeprijsde vaas aan te tikken).
Harrods moet duizend man extra personeel
aannemen om de eerste dagen van de uitver
koop door te komen. Deze extra uitgave be
taalt zichzelf echter gemakkelijk, omdat het
aantal kopers vertienvoudigd. De afgelopen
jaren trok Harrods op de eerste dag 350.000
mensen, meer dan het inwonertal van de stad
Utrecht.
Zelfs als het jachtseizoen voorbij is, wordt er
nog volop geschoten. Engeland is een land
van kopers. Per hoofd van de bevolking heeft
het zes maal zo veel creditcards als Duitsland,
en een beetje Brit trekt zijn 'plastic' gemakke
lijk.
Volgens dr. Richard Elliott, een consumenten
psycholoog, is nu 15 procent van alle Britten
verslaafd aan winkelen. Een shopaholic ken
merkt zich door haar vrijwel alle verslaaf
den zijn vrouwen ontembare behoefte om
te kopen. Zoals voor alcoholisten en drugsver
slaafden zijn er ook voor 'shopaholics' hulp
centra, want over de gevolgen van deze aan
doening moet niet te licht worden gedacht.
De Financial Times beschreef onlangs het
schrijnende geval van Miranda, een hoogvlie
gende directrice in de Londense City. Ogen
schijnlijk gaat alles haar voor de wind: jaarin
komen van anderhalve ton, uitzicht op pro
motie. Maar: een shopaholic. Als ze een aardi
ge jurk ziet, koopt ze er gelijk drie van.
Haar jaarinkomen is alleszins respectabel,
maar ook anderhalve ton is snel op als je op
één dag 9.000 gulden uitgeeft. En dat is wat ze
ooit deed, in een uurtje bij Harvey Nichols.
Als ze de schuld aan een creditcard-maat
schappij niet meer kan afbetalen, neemt Mi
randa gewoon elders een plastic kaart. Vragen
worden nooit gesteld als ze haar salarisstrook
overlegt. Maar haar schuld aan creditcard
maatschappijen en winkels die plastic kaart
jes uitgeven, beloopt nu 170.000 gulden.
Miranda rest nog maar één ding: bij Harrods
op de stoep gaan liggen.
CEES VAN ZWEEDEN CORRESPONDENT
Engeland heeft een nieuwe munt: de Lets
„Zo eenvoudig en zo revolutionair dat het land er wel door veroverd zal worden", voorspelde een
Britse krant nadat een stadje in de Cotswolds een alternatieve munteenheid had ingevoerd. Maar
de revolutie bleef niet beperkt tot het Verenigd Koninkrijk. Duitsland, Zwitserland en Frankrijk
volgden het voorbeeld, en zelfs in Nederland wordt de harde gulden nu in een 20-tal plaatsen
door 'lokaal geld' bedreigd. „Ik betaal mijn masseuse met Lets".
Op het speelgoedwinkeltje in het
hart van Stroud hangt een handge
schreven notitie: 'Wij aanvaarden
20 procent van uw betaling in Lets
als u tien pond of meer uitgeeft'.
Lets? ,,Ja", zegt Andrew Lovemore,
eigenaar van het winkeltje. „Lets
zijn beter dan ponden. We hebben
hier een diepe recessie gehad,
waarin talloze mensen hun baan
hebben verloren. De nieuwe geld
soort helpt veel werklozen weer
een baan te vinden".
Stroud was ruim vier jaar geleden
de bakermat van de 'Lets-revolu-
tie'. In april 1989 namen enkele in
woners van dit oude textielstadje
in de Engelse Cotswolds een voor
Europa uniek initiatief: zij besloten
een nieuwe munteenheid in te
voeren. Thans hebben bijna 500
inwoners een Lets-rekening, en is
het voorbeeld van Stroud gevolgd
in meer dan 300 andere plaatsen
in het Verenigd Koninkrijk.
KUNSTWERK
Andrew Lovemore is een piepklei
ne zelfstandige, wiens winkeltje
niet groter is dan een benepen
woonkamer. Het feit dat hij zijn
waren voor Lets verkoopt, stelt
hem in staat om dingen te doen
die anders te duur zouden zijn.
,,Ik kan niet alle betaling in Lets
aanvaarden", zegt hij. „Ponden
heb ik nodig om bijvoorbeeld
voorraad in te kopen. Maar met
mijn Lets doe ik dingen die ik
vroeger nooit deed. Ik laat me bij
voorbeeld masseren door een me
vrouw die ook Lets accepteert".
Een vluchtige blik door de de Str
oud Directory, het vademecum,van
de Lets-organisatie, leert wat zoal
met Lets kan worden 'gekocht'.
Een werkloze kunstenaar kan met
Lets een babysit inhuren, op een
met Lets betaalde Fiets naar zijn
met Lets gehuurde atelier rijden,
om daar het met Lets te betalen
model te schilderen. En als hij dan
zijn kunstwerk voor Lets verkoopt
en daardoor in de problemen ge
raakt met de sociale dienst, is er
een advocaat die hem tegen beta
ling van Lets volgaarne terzijde
staat.
I eder mens kan wel iets zegt
Mike Chapman, een van de pio
niers in Stroud. „Maar het be
staande geldstelsel is een keurslijf,
waarin velen gevangen zitten. Met
ons Lets-systeem kunnen werklo
zen en anderen zich uit dat keurs-
lijfbevrijden".
NOPPES
Eenieder die zich aanmeldt als re
keninghouder, kan gelijk gaan uit
geven. legt Chapman uit. „Nog
voordat je ook maar een Lets hebt
verdiend, kun je Lets gaan uitge
ven. Dat betekent dat mensen zon
der geld direct in de plaatselijke
economie worden gezogen. Wie
'rood' komt te staan, wordt niet
bestraft met rente. Wij heffen noch
betalen rente. Rekeninghouders
die rood staan, zullen zich geneigd
voelen zijn schuld af te betalen
door werk te verrichten. Bijvoor
beeld door iemands huis te schil
deren, of op iemands kinderen te
passen".
Mike Chapman wijst op zijn rim
boejack, en zegt. „Ik heb m'n halve
leven dit soort jassen gedragen,
maar je kunt ze tegenwoordig niet
meer kopen. Dus heb ik iemand
gevonden die eigenlijk werkloos
Drukker John Grice: „Mijn klanten kunnen 15 procent van de rekening in Lets betalen".
was, maar heel goed kon naaien.
Voor 30 Lets heeft hij een nieuwe
voor me gemaakt".
Lets staat voor Local Exchange
Trading System. De rekeneenheid
in Stroud is Stroud Lets gedoopt,
in Brixton de Brick. De Amster
dammers die een half jaar geleden
de fakkel overnamen, noemen hun
munteenheid Nop (meervoud:
Noppes). Arnhemmers handelen
in Eco's, in Utrecht is er de Ster.
Terwijl regeringsleiders dromen
over een Europese Ecu, gaan
steeds meer van hun onderdanen
over op het gebruik van lokaal
geld. Nadat Stroud de toon had ge
zet, is het initiatief in 16 Europese
landen overgenomen. In Engeland
alleen gebruiken 15.000 mensen
nu Lets.
KRUISPUNT
Achteraf gezien was Stroud de voor
de hand liggende bakermat voor
de Lets-revolutie. Honderd jaar
eerder hadden anarchisten er een
kolonie gesticht waar eenieder ge
lijk was. Zij hadden een stuk grond
opgekocht, vervolgens de eigen
domspapieren verbrand, en ten
slotte het land verdeeld onder het
volk. De korte broeken, baarden en
sandalen zijn nu verdwenen, maar
de geest van Tolstoi heeft Stroud
nooit helemaal verlaten.
„Stroud ligt op een kruispunt van
wegen in de Cotswolds zonder
echter een toeristische trekpleister
te zijn", verklaart Ula Tallbot, een
43-jarige Duitse die helemaal is
vergroeid met het stadje. „Er zijn
hier veel alternatieve mensen,
zoals aanhangers van Rudolf Stei-
ner, hippies met broodmagere
honden, kunstenaars. Veel van de
ze mensen stonden open voor het
initiatief'.
Gedurende enkele decennia was
Ula Tallbot pleegouder voor wees
kinderen, maar sinds kort is zij
werkzaam in het Lets-kantoortje in
het centrum van Stroud. Haar taak
is alle rekeninghouders een maan
delijks overzicht te geven van hun
uitgaven en inkomsten in Lets, en
TOM JANSSEN
de cheque-boekjes te verspreiden
(Lets bestaan alleen in de vorm
van cheques).
Ze zegt: „Dit werk is een openba
ring voor mij geweest. Ik had 35
jaar in Stroud gewoond, en dacht
dat ik iedereen kende. Maar ik heb
hier de laatste maand meer men
sen leren kennen dan in al die ja
ren. Voor veel rekeninghouders is
Lets meer dan een alternatieve
munteenheid. Het is een methode
elkaar te leren kennen".
SOCIALE DIENST
Hoewel Mike Chapman en Ule
Tallbot het onderwerp liever mij
den, hebben sommige rekening
houders via hun Lets echter ook de
rechercheurs van de sociale dienst
wat beter te leren kennen. Zoals el
ders in Europa is het voor uitke
ringstrekkers in Engeland niet ver
boden om te werken, zolang die
inkomsten daarvan maar worden
opgegegen. Echter, hoe kan de so
ciale dienst zeg 100 Lets van
je uitkering aftrekken?
Geconfronteerd met de wijde
vlucht die het Lets-stelsel heeft ge
nomen, hebben de sociale dien
sten nu ministeriële richtlijnen ge
kregen. „Wie een dag werk heeft
verricht in ruil voor Lets", legt een
woordvoerder uit, „ziet zijn uitke
ring ook met een dag gekort". Een
soortgelijk probleem doet zich
voor met de belastinginspectie.
Mike Chapman, een weldoze on
derwijzer: „Als je inkomen in Lets
is, moetje ook je belasting in Lets
kunnen betalen. Als de inspectie
dat niet wil, heeft ze pech gehad".
Maar de belastinginspectie staat
erop dat belastingplichtigen die
Lets verdienen, in ponden betalen.
„Het is niet zo moeilijk de wissel
koers vast te stellen", zegt John
Grice, een drukker. „Mijn klanten
kunnen 15 procent van de reke
ning in Lets betalen. Dat betekent
dat ik genoopt ben een wisselkoers
te bepalen. Als de rekening 100
pond is, mogen mijn klanten me
85 pond en 15 Lets betalen. De
wisselkoers is dus 1 op 1Dat is
ook de koers die ik met de inspec
tie ben overeengekomen".
STROUD CEES VAN ZWEEDEN
CORRESPONDENT
Denkwijzer'
In het noorden van India ligt een gebied dat de naam ir
Ladakh draagt. Tot zon twintig jaar geleden zag de Ladjf,
akhi samenleving eruit zoals ze er honderden jaren lan^j
uit had gezien. De eenvoudige economie draaide om de^
yak, een goed tegen kou en hoogte bestand rundersoortjj
die zorgde voor werk, melk, vlees, Leer en wol in ruil voort
de toegang tot de hoge, droge weiden op de heuvelhelli/1
gen aan de voet van het Himalaya-gebergte. De mensenj
werkten hard, maar hadden tijd zat voor onderling soci-T
aal contact - verhalen vertellen, met de kinderen spelenjj
feesten vieFen. In die dagen kon een huwelijksfeest vee#
tien dagen duren. Totdat... n
Een van de eerste voorboden
van de westerse beschaving
die deze stabiele, arme, gelukid-
ge samenleving infiltreerde, was
het Jersey-rund. Jersey-koeien
geven gemiddeld zo'n dertig liter
melk per dag, de yak slechts on
geveer drie liter. Wat leek er dus
handiger dan wat Jerseys te im
porteren, zodat het surplus aan
melk kon worden gebruikt voor
het maken van boter en kaas, die
weer verkocht konden worden?
Het eerste probleem dat opdook,
toen dit idee wortel schoot, was
het verlies van - en daarom de
toenemende wedijver om - wei
degrond. Jersey-koeien kunnen
niet boven de 3.000 tot 3.300 me
ter grazen, terwijl de yak tot wel
bijna 5.000 meter kan gaan. Dus
toen de yak uit de mode raakte,
werd veel van het land dat vroe
ger dienstig was geweest, nutte
loos. Erger nog, de wedijver om
weidegrond en eten voor het vee
in de wintermaanden werd zo
heftig dat veevoer duurder werd
dan het hoofdvoedsel voor de
mensen.
Maar dit was niet het meest ont
wrichtende effect. In plaats van
alleen maar een onschuldige
bron te zijn van wat extra inkom
sten, bleken de geïmporteerde
herkauwers zich in feite als paar
den van Troje te ontpoppen, die
de westerse leefstijl de Ladakhi
samenlevingbinnensmokkelden.
De taalkundige Helena Norberg-
Hodge die dit proces van veran-8
dering op een prachtige manier
heeft beschreven in haar boek
Ancient Futures (Oude Toekom
sten), signaleerde iets merkwaar
digs als gevolg v^j de introductie
van de Jerseys (samen met wat
andere, relatief eenvoudige,
werkbesparende en opbrengst-
verhogende technieken). De
mensen begonnen minder tijd te
hebben: minder tijd om met el
kaar te kletsen, om elkaar te hel
pen, om de constante kringloop
van geboorten, huwelijken en
sterfgevallen in hun gemeen
schap te blijven volgen. Huwe
lijksfeesten krompen in van twee
wéken tot een dag of minder.
Kortom, veranderingen die be
doeld waren om mensen meer
tijd te geven, meer 'vrije' tijd,
bleken exact het tegenovergestel
de effect te hebben!
De verklaring hiervoor ligt in de
verandering in levenshouding
die de koeien en de technieken
met zich meebrachten. In plaats
van als doel te streven naar 'vol
doende' produktie en tijd te (blij
ven) zien als iets waar meer dan
genoeg van was, begonnen de
Ladakhi te denken in termen van
zoveel mogelijk produceren: van
rijkdom die hen in staat zou stel
len om van vrije tijd te genieten:
van werk als iets dat duidelijk
onderscheiden was van vrije tijd,
een activiteit waarvan de voor
naamste betekenis was het pro
duceren van rijkdom en status:
en van tijd als een schaars goed.
Waar vroeger werk en vrije tijd
nauwelijks van elkaar onder
scheiden waren - ze liepen in el
kaar over in het natuurlijke ritme
van alledag - werden ze nu dui
delijk van elkaar gescheiden. Ze
werden eikaars tegenpolen.
'Werk' werd de prijs die men
voor 'vrije tijd' moest betalen, en
elk van beide vereiste een be
paalde hoeveelheid van het
schaarse goed 'tijd'. Met andere
woorden, de Ladakhis begonnen
op ons te lijken.
Het is, treurig genoeg, nog
maar een kwestie van tijd,
voordat Ladakh volledig ten
prooi zal zijn gevallen aan de
maffe mythologie van werk en
tijd, waaruit het weefsel van ons
dagelijks leven voor het grootste
deel is gesponnen. Eerst zullen
het voornamelijk de mannen
zijn, die 's ochtends vroeg hun
huizen zullen verlaten om te
gaan werken op 'vreemde' bo
dem, in kantoren of fabrieken die
niet van hen zijn, om dingen te
gaan maken die ze niet nodig
hebben of die ze zich niet kun-|£
nen veroorloven. Omdat zij hetj
in eerste instantie zullen zijn dijp
zo het geld voor het gezin verdiF
nen, zal tussen het werk van [n
mannen elders en vrouwen thup
een duidelijk onderscheid ge- F
maakt worden: vrouwen(thuis-p
)werk zal gezien worden als var11
lagere status. Daar staat tegen-!3
over dat mannen een groot deep
van de dag gescheiden zullen F
zijn van hun gezin en daardoor^
voor hun kinderen in emotionep
opzicht minder betekenis of stac
tus zullen hebben. Het werk dai
het meeste geld oplevert (en
daarom het 'beste' werk is), is
schoon, zittend werk. Werk |D
waarvan je lichamelijk moe of
vies wordt of waar je van gaat
zweten, zal een lage status heb-p
ben, minder geld opleveren en g
daarom zoveel mogelijk verme-j,
den worden. t
'Opleiding' zal de weg worden s
waarlangs ouders hun kinderenc
in eerste instantie de jongens,
maar na enige tijd ook steeds vi
ker de meisjes, zullen aanmoecü
gen om te ontsnappen uit de wr
reld van slechtbétaald, vuil werl
naar de wereld van goedbetaald
'clean' bureau- of management
werk. Zowel de mannen als de
schaarse vrouwen die dit schonl
werk gaan doen, zullen zich
moeten kleden als begrafenison
dernemers - serieus-stemmig
blauw of grijs met iets wits eron
der - om te tonen dat ze schoon
zijn en dat ze hun schone werk
zeer serieus nemen. Serieuzer
dan wat dan ook in hun levert, i
Hun hele leven, inclusief de rela
tie met hun kind(eren), partriêij
familie, vrienden, zal georgani
seerd worden rond en vanuit he
werk. De opvoeding van kinde
ren zal voor een steeds groter
deel in handen worden gelegd
van vreemden om meer tijd voq
werk vrij te kunnen maken. Tus!
sen partners zal zich een steeds!
weer oplaaiende wedijver afspe"
len over de onderlinge verdelini-
van tijd die aan werk besteed ka
worden. Ook met familieleden, L
zoals ouders en schoonouders,
zal de vraag naar tijd een chronk
sche bron van spanning vormei
Vriendschappen zullen zich in
toenemende mate planmatig, I
dat wil zeggen volgens een van
voren vastgestelde tijdstoedelinf
moeten afspelen. En schuldge-
voelens zullen voornamelijk be
trekking hebben op het gevoel j
'niet genoeg tijd te kunnen be-1
steden aan...'.
De meest populaire manier otf
dat gevoel het zwijgen op te j(
leggen zal zijn de bewering dat
'het niet zozeer gaat om de hoe,(
veelheid tijd, maar om de kwaliL
teit'. Wat op zijn hoogst een hal^
ve waarheid zal blijken, omdat j
het met tijd is als met voedsel: L
hoe hoog de kwaliteit ook is, als'
er niet genoeg van is, kom je tod'
om van de honger. i.
.„De meeste mensen", schrijft
Thoreau (Amerikaans kenner va
Indische wijsbegeert en mystietó
levensbeschouwingen) in zijn l
hoofdwerk Walden, „leiden te- L
genwoordig een leven van hei-
melijke vertwijfeling." Wat ook l
niet zo verwonderlijk is als leve»
voornamelijk bestaat uit voort
durend van hot naar haar ren-
nen. Op de vraag of er echt vooil
uitgang is, of de tijden werkelijkL
beter worden, luidt het antwoo|
daarom vooralsnog: in de wed- L
strijdsport vermoedelijk wel. L
RENE DIEKSTRA
hoogleraar klinische en
gezondheidspsychologie