hongerwinter
e 1944 -
DE HONGERWINTER VAN HET OORLOGSJAAR 1944.
Een traumatische ervaring in het leven van Nederlanders die
thans op een leeftijd zijn dat ze de VUT-grens naderen of er al
over gingen; gepensioneerden, onder wie duizenden hoogbe
jaarden die in die erbarmelijke tijd de zorg hadden voor een ge
zin.
Maar het begrip hongerwinter reikt verder. Hele generaties
van na de oorlog zijn opgegroeid met de uitspraak van hun ou
ders: 'Eet je bordje leeg. Als jij eens wist wat wij in de hon
gerwinter...'
Die ouders konden - en velen nóg - oprecht boos worden bij
het nonchalant weggooien van
voedsel. Dan werden India,
Bangladesh en Ethiopië erbij ge
haald. Waar ze geen hongerwin
ters hadden, maar hongerzomers.
Hongerzomers die je elke avond op
de televisie kon zien. En nog kan
zien-. Kinderen die met hoofden zo
groot als een kalebas tegen de le
ge borsten van hun moeder aan
liggen. Kinderen die met uitge
strekte handen ineens stil in beeld
blijven, achter een zwart gironum
mer dat makkelijk is te onthouden,
maar dat door te weinigen wordt
onthouden.
'Als jij eens wist...'
Dan spoel(d)en de bittere herinne
ringen van ouders met kracht
voor- en achteruit. Een droeve en
angstige film van bittere kou,
stampende soldatenlaarzen, gie
rende bombardementen, razzia's
en knetterend geweervuur. Met
daar tussendoor dat wat de hon
gerwinter die macabere betekenis
ging geven; martelende onderne
mingen om aan voedsel en brand
stof te komen. Tochten naar 'de
noord' waar het beter was. Ver
weg. Vaak te voet, en vaak onder barre weersomstandigheden.
En altijd terug naar huis en koude haard met de spanning van
gesnapt te kunnen worden.
De hongerwinter was een genadeloze strijd met de kansen om
te overleven. Ruim twintigduizend Nederlanders hebben dat
gevecht verloren. Ze stierven door honger en kou.
De precieze oorzaak van de hongerwinter - die alleen West-
Nederland gold - ligt vast in geschriften van historici. Samen
gevat: de toch al precaire voedselsituatie in het westen van Ne
derland begon in het najaar van 1944 snel te verslechteren toen
begin september de spoorwegstaking werd uitgeroepen. Die
staking - gesteund door de Nederlandse regering in Londen -
diende om de geallieerde opmars te bespoedigen. De Duitse
bezetter reageerde meteen: er kwam een voedsel-embargo.
Het scenario voor een echte hongersnood was daarmee gete
kend, maar half oktober kwamen de Duitse autoriteiten terug
op hun besluit. Volgens de Utrechtse historicus Gerard Triene
kens - gespecialiseerd in de hongerwinter - zijn hiervoor twee
mogelijke verklaringen: de Duitsers waren bang te moeten le
ven tussen een hongerende bevolking waar zich allerlei be
smettelijke ziektes konden ontwikkelen. Bovendien mag wor
den aangenomen dat de Duitsers rekening hielden met het ver
liezen van de oorlog en niet ook nog beschuldigd wilden wor
den van het uithongeren van een
burgerbevolking.
Maar net toen er enig voedsel-
transport over water tot stand was
gekomen, sloeg de vorst toe. Van
eind december 1944 tot halverwe
ge februari 1945, waren de rivieren
onbevaarbaar. De toch al zo hon
gerende bevolking in West-Neder
land kwam in extreme nood, voor
al ook omdat er door de omstan
digheden geen enkele voedsel
voorraad gevormd was.
Tegenover het treurige getal van
twintigduizend doden staat dat
van ruim drie miljoen Nederlan
ders die de hongerwinter wél over
leefden. Door hun vindingrijkheid,
door hun lef of gewoon doordat ze
net niet stierven.
'Vrede op aarde', klonk het in de
kerken omstreeks Kerstmis 1944,
maar het gezang reikte niet ver.
Berlijn bereikte het niet. Denne-
naalden vielen rakelings langs de
portretten van vaders en zoons die
het in de werk- en concentratie
kampen nog slechter hadden dan
de achterblijvers. Het prikkeldraad
rondom die kampen kreeg een wat
zachter aanzien door de sneeuw - het leek gebreid - maar nog
steeds hield het mensen gevangen.
Moeten al die nare herinneringen nu weer worden opgera
keld? Moet er toegegeven worden aan de dictatuur van het ron
de getal? Moet, omdat het vijftig jaar geleden is, die hon
gerwinter worden herdacht?
Naar onze mening wel en we weten ons daarin niet alleen.
Een oproep aan lezers om herinneringen aan Kerstmis in de
hongerwinter, heeft tot een overstelpende hoeveeldheid brie
ven geleid.
Ja, het moest. Vanuit het gezegde dat voorhoudt: 'Wie niet kijkt
naar zijn verleden, heeft geen toekomst'.