'Vrede betekent voor mij oorlog'
Ondanks recente ongemakken zit Bolkestein op rozen
Feiten &Meningen
Rituelen
ZATERDAG 24 DECEMBER 1994
Terreur in de getto 's van Belfast gaat gewoon door
Voor het eerst sinds 25 jaar beleeft Noord-Ierland een vredige Kerst. Sinds de IRA en de protestantse ter
reurgroepen een bestand hebben afgekondigd, is er geen bom meer ontploft. Het aantal incidenten met
vuurwapens is op de vingers van één hand te tellen. Maar de vrede houdt op waar het getto begint. In de
protestantse en katholieke getto's van Belfast en Derry woedt de oorlog onverminderd voort. De milities
mogen hun vuurwapens hebben neergelegd, zij hebben andere wapens opgenomen: honkbalknuppels,
ijzeren staven, mokers en hockey-sticks-met-spijkers.
Een klein bericht in de plaatselij
ke krant: 'Van twee katholieke
mannen uit Armagh zijn gister
avond de armen en benen gebro
ken met een moker. De twee
slachtoffers werden ontvoerd
door zes gemaskerde mannen en
naar een steegje gesleurd voor de
afstraffing'.
Het bericht kwam niet verder dan
pagina zes; jiet is nu vrede in
Belfast. De restaurants in de ge
goede wijken zitten vol, het stads
centrum bruist, bij de Mercedes-
dealer zijn de verkoopcijfers 'om
hoog geschoten', voor het lid
maatschap van de golfclub is de
wachttijd nu vijf jaar. Noord-Ier-
Éand beleeft voor het eerst sinds
een kwart eeuw een vredige Kerst.
Een ander berichtje:'Een bende
die een 55-jarige man tot pulp
sloeg, dwong zijn vrouw toe te kij
ken. Drie gemaskerde mannen
sleurden de vrouw uit de woonka
mer en dwongen haar te kijken
terwijl ze zijn armen, benen en
vingers met honkbalknuppels
braken'. Pagina drie.
Het slachtoffer woonde in Sandy
Row, het protestantse getto pal
achter het prestigieuze Europa
Hotel. Slechts honderden meters
verder, in het dure Zuid-Belfast,
wauwelt een makelaar: ,,Een huis
dat hier tien jaar geleden 150.000
gulden deed, is nu 450.000 waard.
Voor huiseigenaren in Zuid-
Belfast heeft de vrede plotselinge
rijkdom gebracht".
Elders zijn de prijzen nog verder
gestegen, in Cultra, aan de 'goud
kust' van Noordwest-Belfast, kost
een woning met vier slaapkamers
nu driekwart miljoen gulden. In
begrepen is uiteraard de oprij
laan-met-palmen.
STAANDE STERVEN
Voor Brendan Gallagher (36) is
e?n huis met oprijlaan niet weg- ,i
gelegd. Met zijn vrouw en acht
kinderen bewoont hij een bene
pen rijtjeshuis in Strathfoyle,
Londonderry. Anders dan in Cul
tra, waar de meeste huizen op zee
uitzien, kijkt Brendan uit op een
uitgebrande garage. En in plaats
van palmen zijn het de autowrak
ken die het straatbeeld bepalen.
Brendan Gallagher is een van de
talloze slachtoffers van de oorlog
die in de getto's van Noord-Ier
land onverminderd voortwoedt.
Een commando van de IRA drong
eerder dit jaar zijn huis binnen
- om hem te 'straffen', waarna hij
gedwongen was een veiliger
heenkomen te zoeken in de wo
ning van een vriend.
Het 'veilige' huis werd echter met
kogels doorzeefd, en Brendan be
sloot de stad te verlaten. Gedu
rende drie maanden woonde hij
met vrouw en kinderen op een
kamertje in een dorp buiten
Londonderry, tot hij daar genoeg
van had. Brendan Gallagher is nu
teruggekeerd naar de stad, daar
mee het 'uitwijsbevel' van de IRA
negerend.
Hij zegt: „Ik zal waarschijnlijk met
mijn leven moeten boeten voor
het feit dat ik in weerwil van de
IRA ben teruggekomen naar Der
ry. Maar liever dan op mijn knie
ën te leven, sterf ik staande. Je
kunt maar één keer sterven".
Dan, zonder het zelf te beseffen,
bedient hij zich van George Or-
wells 'newspeak'. „Vrede", zegt
hij, „betekent voor mij oorlog".
Gezien vanaf het regeringspluche
Een afstraffing door lers^ extremisten kan er ongeveer zo uitzien als op deze in scene gezette foto.
in Londen en Dublin, heerst er se
rene rust in Noord-Ierland. En ze
ker, voor het eerst hangt er een
sfeer van optimisme boven de
provibcie: Maar voor de honderd
duizenden bewoners van de lan-
i ge( eentonige: rijen arbeiderswo
ninkjes in de achterbuurten is er
weinig veranderd. Al wat zij ont
waren alS zij omhoogblikken naar
de loodgrijze luchten, is het oude
zwaard van Damocles.
Sinds de IRA op 31 augustus haar
geruchtmakende bestand afkon
digde, dat op 13 oktober werd ge
volgd door een protestants staakt -
het-vuren, is er geen bom meer
ontploft in Noord-Ierland. De mi
litairen hebben hun helmen ver
vangen door baretten, politie
mannen gaan onbevangen zon
der kogelvrije vesten over straat.
Maar de IRA en de protestantse
terreurbendes UFF en UVF heb
ben nu hun aandacht verlegd
naar de eigen woonwijken.
Voor het staakt-het-vuren konden
dissidenten en zogenaamde 'aso-
cialen' daar rekenen op een knie
schot. Zij werden doorgaans ont
boden door de plaatselijke ter
reurgroep, en verschenen stipt op
tijd in het steegje waar de bestraf
fing plaats zou vinden. Door de
jaren heen was het woord 'knie
schot' een eufemisme geworden,
omdat in de praktijk ook enkels
en ellebogen werden meegeno
men. Maar 'veroordeelden' ver
zuimden doorgaans niet de af
spraak met hun beulen te missen;
dat, zo wisten zij, betekende een
schot door het hoofd.
KNUPPEL
Kneecappings waren
matige bezigheid. Op een enkele,
warme zomeravond van dit jaar
voerde de IRA er zeventien uit,
waarvan een met fatale gevolgen.
Hardnekkige dissidenten werden
'uitgewezen' of gewoon opnieuw
gestraft. „Ik haalde een4ceer een
jongen op die al voor dé vijfde
keer door de knieën waslgescho-
ten", zegt Ian Sloan van de Ardoy-
ne Ambulance Centre in het pro
testants Noordwest-Belfast. „Het
enige wat hij zei was, 'Wat zal m'n
moeder nu weer zeggen?"
Het bestand heeft een rigoureus
einde gemaakt aan een praktijk
die de afgelopen kwart eeuw meer
dan 3.000 mensen kreupel heeft
gemaakt. Sinds het staakt-het-vu
ren hebben nog slechts twee
mensen een knieschot geh^d, bei
den door protestantse milities. De
IRA heeft sinds haar bestand geen
kneecappings meer uitgevoerd.
Ze is overgestapt op de ijzeren
staaf, de honkbalknuppel, de mo
ker en de hockeystick-met-spij
ker.
„De gevolgen van een afstraffing
met knuppels en ijzeren staven
zijn veel ernstiger dan die van een
knieschot", verklaart Christine
Morrison van het Royal Victoria
Hospital. „Bij een schot wordt een
enkele plaats getroffen, en als de
wond niet dodelijk is, is de kans
op genezing vaak redelijk".
DOMPER
Voor de geroutfneerde artsen van
Belfast was de vrede-een domper.
Morrison: „Het is veel moeilijker
om iemand te behandelen wiens
armen en benen zijn gebroken.
Mensen die met knuppéls en ijze
ren staven zijn bewerkt, hebben
verwondingen over een veel gro
ter oppervlak. We hadden een
jongen van wie ze alle vingers
hadden gebroken door er beton
blokken op te gooien. Er zitten zo
veel botjes in een hand, dat het
moeilijk is dat weer goed te krij
gen".
Biijkens een opgave van de RUC,
de Noordierse politie, bestrafte de
IRA sinds haar staakt-het-vuren
23 mensen (tot 12 december
1994), bijna twee per week. Dat
was een toename van 400 procent
ten opzichte van dezelfde periode
in het jaar daarvoor. Oude, in on
min geraakte methodes zijn bo
vendien weër in zwang gekomen.
Bégin december werd Hugh
Brady, een zeer gerespecteerd lid
van Sinn Fein, in het centrum van
Londonderry door de IRA uit een
pub gesleurd, aan een paal ge
bonden, met autoverf en lijm be
spoten en met veren bestrooid.
Hij was betrapt op verzekerings
fraude en handel in drugs.
AFPERSINGEN
Terwijl derden op wrede wijze
worden gestraft voor (vermeende)
misdaden, bedienen de terreur
groepen zich zelf onbeschaamd
van maffia-technieken. Het aantal
gewapende overvallen is sinds de
afkondiging van het bestand be
perkt gebleven tot twee (balans:
één dode), maar afpersingen zijn
aan de orde van de dag.
Geen enkele IRA-cel is ontbon
den, en alle leden worden door
betaald. De IRA heeft daarvoor
jaarlijks bijna tien miljoen gulden
nodig, zo schat de Britse regering.
Een deel van dat geld komt van
sympathisanten, met name in
Amerika, maar de rest moet in
Noord-Ierland vergaard worden.
Wie weigert te betalen, kan reke
nen op een onaangekondigd be
zoek van de honkbalclub.
Voor slachtoffers zijn ook de psy
chische gevolgen van een afstraf
fing met knuppels ernstiger.
Christine Morrison van het Royal
Victoria Ho.spital: „Een knieschot;
boezemde sommige slachtoffers
weinig angst in. Vergeet niet dat
velen van hen een harde jeugd
hadden gehad. We hadden er ooit
eentje die zijn beulen had ge
vraagd: 'Mag ik eerst mijn broek
opstropen; hij is pas nieuw'."
Hugh Sinclair, een reclasserings-
werker in het protestantse Shan-
kill-getto, werd ooit door de knie
ën geschoten. „Je dronk een hoop
en ging dan naar de plek waar de
bestraffing werd uitgevoerd", zegt
hij, bijna achteloos. „Maar de ge
dachte dat ze me twintig minuten
lang met knuppels gingen bewer
ken, zou ik ondraaglijk vinden".
GEMASKERDE MAN-
Brendan Gallagher werd in zijn
woning te Londonderry gecon
fronteerd met vier gemaskerde
mannen, die hem kwamen halen
voor een 'verhoor' in het plaatse
lijke Sinn-Feinkantoor. Hij verzet
te zich hevig, en vijf van zijn kin
deren waren getuige van het
bloedbad dat volgde. Allen staan
nu onder behandeling van een
psychiater.
„Ik lag te slapen op de bank toen
Joseph, met 11 jaar mijn oudste
kind, riep: 'Pappa, er staan vier
gemaskerde mannen voor de
deur!' Ik schoot overeind, maar ze
hadden de voordeur al ingetrapt
en kwamen de woonkamer bin
nen. Ik trapte de eerste van hen
tegen de grond, maar de overige
drie wierpen zich op mij".
„Ze schopten me en sloegen de
televisie en de HIFI-apparatuur
op mijn hoofd kapot. Overal lag
bloed. Geraldine, mijn vrouw, die
bij een van hen het masker had
afgerukt, werd door een glazen
deur gegooid. Op de grond lig
gend, slaagde ik erin een van mijn
aanvallers in het gezicht te trap
pen".
„Toen kwam het bevel: schiet
hem neer! Ter plekke! Ze sleurden
me naar de voordeur, maar ik ver
zette me uit alle macht. Een van
hen begon mijn elleboog te be
werken met een kapotgeslagen
fles". Brendan zwijgt even, en
ontbloot zijn rechterarm. „Komt
nooit meer goed", zegt hij, terwijl
zijn hand Over het verbrijzelde ge
wricht gaat.
„Uiteindelijk hadden ze me bui
ten. Een van hen trapte me tegen
het hoofd, terwijl een ander een
halfautomatisch pistool te voor
schijn haalde. Ik hoorde m'n
zoontje smeken: 'Niet doen, niet
mijn pappie doodschieten!"'
„Maar hij richtte het pistool op
mijn knie en schoot. Daarna
richtte hij op mijn buik. Het wa
pen blokkeerde, en hij haalde nog
een keer de trekker over. Het
blokkeerde opniew. Ik brulde:
'Klootzak, je kunt nog niet eens
schieten'".
GROEN BOEK
Brendan Gallagher is voor de rest
van zijn leven getekend, lichame
lijk en geestelijk. Maar van alle
slachtoffers die de IRA, de UFF en
de UVF sinds het uitbreken van
de vrede hebben gemaakt, is hij
de enige die de moed heeft gehad
om tegen journalisten te praten.
Maar wie kan het de anderen ver
wijten dat- zij liever in stilte lijden?
Het was de Noordierse journalist
Martin Dillon die in zijn recente
boek over de IRA (The Enemy
Within) eraan herinnerde dat elk
actief lid van de organisatie bij in
treding het 'Groene Boek' krijgt
uitgereikt. Onder de tussenkop
'Gedragscode' worden daarin de
zelfde richtlijnen gegeven die
Mao destijds voor de soldaten van
zijn Rode Leger uitvaardigde:
1. Spreek beleefd tot de mensen.
2. Wees eerlijk in alle zakelijk ver
keer.
3. Geef alles terug wat je hebt ge
leend.
4. Betaal voor alles watje hebt be
schadigd.
5. Sla geen mensen.
Brendan Gallagher lacht. „Toen ik
een kleine jongen was, ging ik
naar hun bijeenkomsten. Een
daarvan herinner ik me nog goed.
Staande op een hoek van een
straat in de Bogside (het katholie
ke getto in Derry dat geldt als de
bakermat van de huidige Provi
sional IRA, red.), sprak een lid van
de IRA een menigte toe. Hij zei:
'Wij zijn het leger van het volk, wij
zijn van jullie. Wij hebben wapens
om jullie te beschermen. Maar als
jullie willen dat wij de wapens
neerleggen, dan doen we dat'.
Brendan lacht opnieuw. „Je moet
ze nu eens vragen om de wapens
neer te leggen. Je krijgt ze op je
gericht".
belfast cefs van zweeden
Gered door de bel! Die gedachte moet in vele hoof
den hebben gespeeld, woensdag aan het slot van de
laatste vergaderdag van de Tweede Kamer voor het
kerstreces. Na 4e laatste boksronde kunnen een
slokje water en koel compres voor een afgebeuld ve
dergewicht wonderen doen. De paarse coalitie, ge
butst en versleten na haar eerste kwartaal, gooit de
ze week eveneens met een zucht van verlichting de
handdoek in de ring.
Vooral WD-leider Bolkestein, aanvoerder van het li
berale smaldeel in de vaderlandse politiek, kan wel
wat nazorg gebruiken. De opstelling van zijn fractie
in het debat over 'Poncke' Princen heeft zijn eigen
gezag aangetast, de WD schade berokkend en de
sfeer in de coalitie behoorlijk verziekt. Dit alles was
de liberaal bijna lijfelijk aan te zien. Na afloop van
het debat maakte de anders zo spraakzame fractie
leider zich zonder commentaar uit de voetep. De te
levisiecamera's die hem achtervolgden, konden
slechts zijn gekromde rug registreren.
Het contrast met de zelfverzekerde indruk die de
WD'er vanaf'de verkiezingen op 3 mei maakte, kan
niet scherper zijn. Zijn glasheldere opstelling in de
campagne werd beloond met negen zetels winst.
Blakend van zelfvertrouwen begon hij aan de forma
tiebesprekingen. Toen de baantjes in het nieuwe ka
binet eenmaal verdeeld konden worden, bedankte
Bolkestein beleefd maar beslist. In navolging van
WD-coryfee Oud besloot hij het kabinet vanuit de
kamerbankjes op koers te houden.
Deze keus bleek al snel een meesterzet. Losjes schie
tend vanuit de heup slaagde Bolkestein er meerma
len in het beleid bij te sturen. Anders dan D66-frac-
tieleider Wolffensperger die met driecomponen
tenlijm aan zijn paarse liefde vastgeplakt zit en
PvdA-fractievoorzitter Wallage die partijgenoot
premier Kok nooit te véél mag afvallen kan Bolke
stein nog steeds gewoon zeggen waar het op staat.
Dat waarderen de kiezers, die het Haagse beschou
wen als een duister potje handjeklap. Opiniepeiler
Maurice de Hondt zag de liberale stroming begin
deze maand tot zijn verrassing voor het eerst sinds
1917 weer de grootste partij in Nederland worden.
Maar succes is in de politiek zo mogelijk nog gevaar
lijker dan smartelijk falen. Naarmate de presentatie
van Bolkestein losser werd, werd ook zijn politieke
opereren onvoorzichtiger. Tweemaal achtereen liep
hij de afgelopen weken te ver voor de eigen troepen
uit. Te beginnen bij het debat over nieuwe asielwet
geving. De in het kabinet lichtjes verwaterde wet
'veilige landen' was voor de WD-leider na eerder
protest wel aanvaardbaar, maar uiteindelijk slikte
zijn fractie het kabinetsvoorstel niet. Vorige week
donderdag wilde de liberaal wel zo ruimdenkend
ziin 'Poncke' Princen met de feestdagen in Neder
land toe te laten. Vijf dagen later moest hij in de ei
gen fractie bakzeil llalen.
Zijn de liberalen zo rebels omdat Bolkestein voor
zichzelf ook een vrije rol claimt? Het lijkt er een
beetje op. Na zes jaar oppositievoeren valt het ne
men van regeringsverantwoordelijkheid zelfs het re
genteske VVD niet mee. Bovendien zag de rechter
vleugel van de fractie van meet af aan weinig in het
paarse experiment. Als dan Indië-veteranen boos
naar de telefoon grijpen, worden dé knieën al snel
slap. Zó effectief was de lobby dat kamerlid Weisglas
zichzelf op een onmogelijke missie stuurde. Princen
mag geen visum krijgen, eiste hij in een motie, we
tend dat het kabinet zich daar niets van zou aantrek
ken.
Hoe krijg ik de fractie weer een beetje in de hand, is
dus de eerste vraag waar Bolkestein bij de kerst
boom over mag nadenken. Want hoe loyaal is de
fractie nog aan het kabinetsbeleid als straks andere
liberale lobbyclubs aan de bel trekken: de Vereniging
Eigen Huis, de KNAC (auto's) of het sigarengenoot-
schap Rust en Bedachtzaamheid? PvdA-fractieleider
Wallage, die ook moeite heeft zijn kikkers in de krui
wagen te houden als er weer eens belastingen moe
ten worden verlaagd ten koste van collectieve voor
zieningen, maakt zich daar terecht grote zorgen
over.
Hoe krijg ik mezèlf weer in de hand, zou de tweede
hersenbreker voor Bolkestein kunnen zijn. Hij heeft
de laatste weken immers wel erg nadrukkelijk het
einde van alle politieke stromingen behalve die van
hemzelf voorspeld. In verscheidene interviews ver
dedigde de WD'er de stelling dat het paarse kabinet
in feite een liberaal kabinet is. Dat mag hij denken,
maar het is niet bepaald hoffelijk en nog minder tac
tisch in de richting van de andere twee partijen die
het kabinet dragen. Het gedachtengoed van PvdA-
minister Pronk 'achterhaald' noemen en Ritzen 'zig-
zagbeleid' verwijten, is evenmin een investering in
een prettige werkrelatie. De irritatie die zich nu van
PvdA en D66-ministers meester maakt, kan zich op
een ongelukkig moment ook tegen Bolkestein keren.
Moet de WD-leider zijn toekomst dan somber in
zien? Dat is nu ook weer niet nodig. Zoals gezegd is
de plaats die Bolkestein voor zichzelf in het Haagse
krachtenveld heeft gereserveerd zeer benijdenswaar
dig. Ook bij een goed gedoseerd kritisch optreden
steekt hij oppositieleider Heerma nog gemakkelijk
naar de kroon. Struikelt het kabinet tussentijds, dan
hoeft Bolkestein als eenvoudig fractieleider niet de
brokken op te rapen. Premier Kok en D66-leider Van
Mierlo hebben dan een moeilijker verhaal.
Maar ook als het kabinet de rit uitzit, hoeven de
kaarten er voor de WD niet slecht bij te liggen. D66
moet over vier jaar zijn leider wisselen, het is de
vraag of het CDA dan nog gelukkig is met Heerma
en PvdA-leider Kok moet tenslotte in 1998 aan zijn
kiezers uitleggen waarom hij als premier zo weinig
van het eigen verkiezingsprogramma heeft gereali
seerd. In die omstandigheden van de WD de groot
ste partij van Nederland te maken hoeft geen hek-
te zijn.
den haag paul koopman
Br:
Denkwijzeb
In het boek Chickensoup for the Soul (Kippe.geri(j
soep voor de Ziel) komt de volgende merk- |t0r. 1
waardige zinsnede voor: „Als je zou weten dr^
je spoedig zou sterven en je zou nog maar é^het\
telefoongesprek kunnen voeren, wie zou je l)
len en wat zou je zeggen? En waar wacht jet)
n°g°p?" dsf
In het gezin waar ik uit
kom, was Kerstmis een
heel bijzondere gebeurte
nis, in feite de meest bij
zondere van het hele jaar.
De voorbereiding ervan
begon vaak al weken tevo
ren. Het huis werd opge
knapt, er werden voor de
meeste thuiswonende ge
zinsleden nieuwe kleren
aangeschaft, en soms werd
er ook nieuwe huisraad ge
kocht, zoals meubels, een
muziekinstallatie, een tele
visie. Maar ook in een an
der opzicht was er vaak
sprake van een langdurige
aanloop naar Kerstmis.
Als een van de jongeren
uit een serie van elf kin
deren tussen wie nogal wat
leeftijdsverschil, herinner
ik me dat een vraag die ons
dan sterk bezighield, was
wie van de oudere, elders
wonende kinderen met
kerst thuis zou komen? Ze
ker omdat er vaak grote
spanningen of conflicten
tussen mijn ouders, met
name mijn vader, en mijn
oudere broers waren, bleef
het dikwijls tot kerstavond
laat onzeker of die vol
doende waren bijgelegd of
afgezwakt om de thuis
komst van de een of de an
der mogelijk te maken.
Maar, wonderlijk genoeg,
lukte het meestal toch om
een soort kerstbestand
overeen te komen. En als
dan de hele familie uitein
delijk, al dan niet met 'op
ijs gezette' gevoelens van
frustratie, aan de kerstdis
zat, viel er eeri-soort van
collectieve opluchting te
bespeuren. Dan koester
den we ons allemaal, hoe
klein ook, in de gloed van
dé illusie d^LWéreen er
nog bijhoorde, dat er nie
mand uit de boot was ge
vallen, dat we als gezin nog
altijd intact waren.
Ook al overleefde die illu
sie soms de kerst niet
eens - niet zelden braken
op tweede kerstdag de vij
andelijkheden al weer uit -
toch liet ze altijd weer een
belangrijk spoor na. Een
spoor van hoop, hoop dat
als iedereen zijn best deed,
dat het mogelijk moest
zijn. Die ervaring had ove
rigens ook een keerzijde.
Als de kerstgloed afgekoeld
was en iedereen, al dan
niet morrend of gewoon
boos, zijns weegs ging,
daalde er in huis altijd een
gevoel van verlies, van ont
goocheling, van 'hebben
we met zijn allen alleen
maar een kerststukje zitten
opvoeren?' neer. Ook wa
ren er, al dan niet onder de
tafel, stemmen van kritiek,
van „wat heeft het voor zin
om met kerst te gaan zitten
doen 'alsof, terwijl we alle
maal weten hoe het in feite
Later, toen ik me in de
psychologie van het ri
tueel in het algemeen ben
gaan verdiepen, heb ik me
meermalen afgevraagd wat
er zou zijn gebeurd als het
kérstritueel niet had be
staan, als er geen enkele
door de traditie aangereik
te mogelijkheid was ge
weest om ons, hoe vol
scepsis ook, aan dezelfde
tafel te krijgen. In hun re
cent verschenen boek Ri
tuals for our Times (Ritue
len voor onze Tijd) schrij
ven de psychologen Evan
Imeber-Black en Janine
Roberts dat rituelen zoals
Kerstmis vijf basale func
ties kunnen hebben: het
vorm geven aan en onder
houden van relaties, het
signaleren van veranderin
gen, het helen van
(emotionele) wonden, het
uitdrukken van een be
paald geloof of opvatting,
en gewoon het vieren of
genieten van iets.
Het kan per ritueel ver
schillen welke van deze
vijf functies op de voor
grond staat. Zo is de diplo
ma-uitreiking bij een eind
examen een ritueel dat
vooral bedoeld is om een
verandering (in status) te
signaleren en ook, via uit
nodigingen aan anderen
om er bij aanwezig te zijn,
om relaties (verder) vorm
te geven of te onderhou
den. Maar zo'n ritueel is
natuurlijk niet bedoeld, en
hebl
gelukkig maar, om emo) de ii
nele wonden te helen. Q ren
soortgelijke manier is ea.cier
ritueel als eenmaal per d
met het hele gezin aan tj T
fel een maaltijd gebruik^
zowel bedoeld om de ori ussel
derlinge relaties te onda avoi
houden alsook uitdrukkj dig
van het geloof dat het vó de n
gezinsleden belangrijk ij hij c
om dagelijks een bepaaleer c
tijd gezamenlijk door te( gulc
brengen.
de a
Di
A<
verl
Jc
Iedere groep men;
klein ook, wordt steed
opnieuw voor de vraag
steld, wie er (nog) bij
hoort, wie 'in' is en wie
'uit', wie 'closè' met wie
en wie zich aan het dist;
tiëren is. Een van de be
langrijke functies van rit
elen is dat ze ons helper
om dit soort aspecten
onze relaties met anden
helder te krijgen en
legitimeerde gelegenhei
bieden om bij te sturen
we ongelukkig zijn met
bepaalde ontwikkeling,
tuelen bieden ons een g
legenheid om banden n
anderen te blijven onder
houden, zelfs in tijden
crisis en conflict.
Imeber-Black en Rober
geven daarbij een sim[
le vuistregel: „als je de n
ging hebt om het bijwon
van bepaalde rituelen ti
vermijden of om er zelf I
niets aan te doen, zelf ni
te organiseren, dan is da ten
meestal een belangrijk si) ^er
naai dat er op het gebied:
van relaties met (belangn jf.1
ke) anderen iets rammel!
Simpeler gezegd, er is rej lon
tioneel werk aan de winlj voc
Dat werk moet dan vaak'lv
wel gedaan wurdettvoo j("a.
gaande aan het ritueel. Avr
iemand niet 'on speaking ÜQt
terms' is met een bepaalr aar
broer of zus, maar toch q de
hele familie inclusief die dec
'broer of zus simpelweg ten
voor oudejaarsavond thii n'11
uitnodigt, dan is een wei; ges
gering van die broer of zi
om te komen een stap di -
de kloof of afstand alleen
nog maar vergroot.
Daarom is het van bela
om voorbereidend
werk te verrichten, om j
bieden waar spanningen
bestaan voor bespreking
open te stellen en vooral
om duidelijk te maken d? l#Sj
het voortbestaan van een ij|
band van grotere waarde
wordt geacht dan welk v^
schil van inzicht ook. Nie|
zelden blijkt dat het loutt
iedereen weer eens bij elj
kaar krijgen, op dezelfde
tijd, op dezelfde plaats j
voor een bepaald ritueel,
oude patronen van boos T
heid en wrok kan doorbr
ken. Soms omdat, zoals
klassieke Romeinse filo-
soof Seneca bijna 2.000
jaar geleden zo treffend
heeft gezegd, we al bij el-I
kaar zittend ontdekken d|
onze wrok of boosheid in
wezen niet anders is danj
een bekentenis van, een
symptoom van verdriet.
Maar zelfs als dat doorbn
ken niet meteen lukt, dai
kan het ritueel in ieder ge
val de hoop doen herleve
dat het ooit zal lukken.
mijn
Dat is wat ik
kindheidsherinnerin-
gen aan Kerstmis heb
overgehouden: dat relatie
vaak 'hassle' (gesodemie
ter) zijn en rituelen son
toch 'hope' bieden. En,
zoals George Barnanos ht
in zijn prachtige boek 'De
vrijheid, om wat te doen?
zo treffend zegt: „De hoó
is de grootste en moeilijk]
ste overwinning die de
mens op zijn geest kan be
halen".
Reden genoeg
telefoontje al vast bij leve
en welzijn
RENE DIEKSTRA
hoogleraar klinische en
gezondheidspsychologie