'Vrede betekent voor mij oorlog' Ondanks recente ongemakken zit Bolkestein op rozen Feiten &Meningen Rituelen ZATERDAG 24 DECEMBER 1994 Terreur in de getto 's van Belfast gaat gewoon door Voor het eerst sinds 25 jaar beleeft Noord-Ierland een vredige Kerst. Sinds de IRA en de protestantse ter reurgroepen een bestand hebben afgekondigd, is er geen bom meer ontploft. Het aantal incidenten met vuurwapens is op de vingers van één hand te tellen. Maar de vrede houdt op waar het getto begint. In de protestantse en katholieke getto's van Belfast en Derry woedt de oorlog onverminderd voort. De milities mogen hun vuurwapens hebben neergelegd, zij hebben andere wapens opgenomen: honkbalknuppels, ijzeren staven, mokers en hockey-sticks-met-spijkers. Een klein bericht in de plaatselij ke krant: 'Van twee katholieke mannen uit Armagh zijn gister avond de armen en benen gebro ken met een moker. De twee slachtoffers werden ontvoerd door zes gemaskerde mannen en naar een steegje gesleurd voor de afstraffing'. Het bericht kwam niet verder dan pagina zes; jiet is nu vrede in Belfast. De restaurants in de ge goede wijken zitten vol, het stads centrum bruist, bij de Mercedes- dealer zijn de verkoopcijfers 'om hoog geschoten', voor het lid maatschap van de golfclub is de wachttijd nu vijf jaar. Noord-Ier- Éand beleeft voor het eerst sinds een kwart eeuw een vredige Kerst. Een ander berichtje:'Een bende die een 55-jarige man tot pulp sloeg, dwong zijn vrouw toe te kij ken. Drie gemaskerde mannen sleurden de vrouw uit de woonka mer en dwongen haar te kijken terwijl ze zijn armen, benen en vingers met honkbalknuppels braken'. Pagina drie. Het slachtoffer woonde in Sandy Row, het protestantse getto pal achter het prestigieuze Europa Hotel. Slechts honderden meters verder, in het dure Zuid-Belfast, wauwelt een makelaar: ,,Een huis dat hier tien jaar geleden 150.000 gulden deed, is nu 450.000 waard. Voor huiseigenaren in Zuid- Belfast heeft de vrede plotselinge rijkdom gebracht". Elders zijn de prijzen nog verder gestegen, in Cultra, aan de 'goud kust' van Noordwest-Belfast, kost een woning met vier slaapkamers nu driekwart miljoen gulden. In begrepen is uiteraard de oprij laan-met-palmen. STAANDE STERVEN Voor Brendan Gallagher (36) is e?n huis met oprijlaan niet weg- ,i gelegd. Met zijn vrouw en acht kinderen bewoont hij een bene pen rijtjeshuis in Strathfoyle, Londonderry. Anders dan in Cul tra, waar de meeste huizen op zee uitzien, kijkt Brendan uit op een uitgebrande garage. En in plaats van palmen zijn het de autowrak ken die het straatbeeld bepalen. Brendan Gallagher is een van de talloze slachtoffers van de oorlog die in de getto's van Noord-Ier land onverminderd voortwoedt. Een commando van de IRA drong eerder dit jaar zijn huis binnen - om hem te 'straffen', waarna hij gedwongen was een veiliger heenkomen te zoeken in de wo ning van een vriend. Het 'veilige' huis werd echter met kogels doorzeefd, en Brendan be sloot de stad te verlaten. Gedu rende drie maanden woonde hij met vrouw en kinderen op een kamertje in een dorp buiten Londonderry, tot hij daar genoeg van had. Brendan Gallagher is nu teruggekeerd naar de stad, daar mee het 'uitwijsbevel' van de IRA negerend. Hij zegt: „Ik zal waarschijnlijk met mijn leven moeten boeten voor het feit dat ik in weerwil van de IRA ben teruggekomen naar Der ry. Maar liever dan op mijn knie ën te leven, sterf ik staande. Je kunt maar één keer sterven". Dan, zonder het zelf te beseffen, bedient hij zich van George Or- wells 'newspeak'. „Vrede", zegt hij, „betekent voor mij oorlog". Gezien vanaf het regeringspluche Een afstraffing door lers^ extremisten kan er ongeveer zo uitzien als op deze in scene gezette foto. in Londen en Dublin, heerst er se rene rust in Noord-Ierland. En ze ker, voor het eerst hangt er een sfeer van optimisme boven de provibcie: Maar voor de honderd duizenden bewoners van de lan- i ge( eentonige: rijen arbeiderswo ninkjes in de achterbuurten is er weinig veranderd. Al wat zij ont waren alS zij omhoogblikken naar de loodgrijze luchten, is het oude zwaard van Damocles. Sinds de IRA op 31 augustus haar geruchtmakende bestand afkon digde, dat op 13 oktober werd ge volgd door een protestants staakt - het-vuren, is er geen bom meer ontploft in Noord-Ierland. De mi litairen hebben hun helmen ver vangen door baretten, politie mannen gaan onbevangen zon der kogelvrije vesten over straat. Maar de IRA en de protestantse terreurbendes UFF en UVF heb ben nu hun aandacht verlegd naar de eigen woonwijken. Voor het staakt-het-vuren konden dissidenten en zogenaamde 'aso- cialen' daar rekenen op een knie schot. Zij werden doorgaans ont boden door de plaatselijke ter reurgroep, en verschenen stipt op tijd in het steegje waar de bestraf fing plaats zou vinden. Door de jaren heen was het woord 'knie schot' een eufemisme geworden, omdat in de praktijk ook enkels en ellebogen werden meegeno men. Maar 'veroordeelden' ver zuimden doorgaans niet de af spraak met hun beulen te missen; dat, zo wisten zij, betekende een schot door het hoofd. KNUPPEL Kneecappings waren matige bezigheid. Op een enkele, warme zomeravond van dit jaar voerde de IRA er zeventien uit, waarvan een met fatale gevolgen. Hardnekkige dissidenten werden 'uitgewezen' of gewoon opnieuw gestraft. „Ik haalde een4ceer een jongen op die al voor dé vijfde keer door de knieën waslgescho- ten", zegt Ian Sloan van de Ardoy- ne Ambulance Centre in het pro testants Noordwest-Belfast. „Het enige wat hij zei was, 'Wat zal m'n moeder nu weer zeggen?" Het bestand heeft een rigoureus einde gemaakt aan een praktijk die de afgelopen kwart eeuw meer dan 3.000 mensen kreupel heeft gemaakt. Sinds het staakt-het-vu ren hebben nog slechts twee mensen een knieschot geh^d, bei den door protestantse milities. De IRA heeft sinds haar bestand geen kneecappings meer uitgevoerd. Ze is overgestapt op de ijzeren staaf, de honkbalknuppel, de mo ker en de hockeystick-met-spij ker. „De gevolgen van een afstraffing met knuppels en ijzeren staven zijn veel ernstiger dan die van een knieschot", verklaart Christine Morrison van het Royal Victoria Hospital. „Bij een schot wordt een enkele plaats getroffen, en als de wond niet dodelijk is, is de kans op genezing vaak redelijk". DOMPER Voor de geroutfneerde artsen van Belfast was de vrede-een domper. Morrison: „Het is veel moeilijker om iemand te behandelen wiens armen en benen zijn gebroken. Mensen die met knuppéls en ijze ren staven zijn bewerkt, hebben verwondingen over een veel gro ter oppervlak. We hadden een jongen van wie ze alle vingers hadden gebroken door er beton blokken op te gooien. Er zitten zo veel botjes in een hand, dat het moeilijk is dat weer goed te krij gen". Biijkens een opgave van de RUC, de Noordierse politie, bestrafte de IRA sinds haar staakt-het-vuren 23 mensen (tot 12 december 1994), bijna twee per week. Dat was een toename van 400 procent ten opzichte van dezelfde periode in het jaar daarvoor. Oude, in on min geraakte methodes zijn bo vendien weër in zwang gekomen. Bégin december werd Hugh Brady, een zeer gerespecteerd lid van Sinn Fein, in het centrum van Londonderry door de IRA uit een pub gesleurd, aan een paal ge bonden, met autoverf en lijm be spoten en met veren bestrooid. Hij was betrapt op verzekerings fraude en handel in drugs. AFPERSINGEN Terwijl derden op wrede wijze worden gestraft voor (vermeende) misdaden, bedienen de terreur groepen zich zelf onbeschaamd van maffia-technieken. Het aantal gewapende overvallen is sinds de afkondiging van het bestand be perkt gebleven tot twee (balans: één dode), maar afpersingen zijn aan de orde van de dag. Geen enkele IRA-cel is ontbon den, en alle leden worden door betaald. De IRA heeft daarvoor jaarlijks bijna tien miljoen gulden nodig, zo schat de Britse regering. Een deel van dat geld komt van sympathisanten, met name in Amerika, maar de rest moet in Noord-Ierland vergaard worden. Wie weigert te betalen, kan reke nen op een onaangekondigd be zoek van de honkbalclub. Voor slachtoffers zijn ook de psy chische gevolgen van een afstraf fing met knuppels ernstiger. Christine Morrison van het Royal Victoria Ho.spital: „Een knieschot; boezemde sommige slachtoffers weinig angst in. Vergeet niet dat velen van hen een harde jeugd hadden gehad. We hadden er ooit eentje die zijn beulen had ge vraagd: 'Mag ik eerst mijn broek opstropen; hij is pas nieuw'." Hugh Sinclair, een reclasserings- werker in het protestantse Shan- kill-getto, werd ooit door de knie ën geschoten. „Je dronk een hoop en ging dan naar de plek waar de bestraffing werd uitgevoerd", zegt hij, bijna achteloos. „Maar de ge dachte dat ze me twintig minuten lang met knuppels gingen bewer ken, zou ik ondraaglijk vinden". GEMASKERDE MAN- Brendan Gallagher werd in zijn woning te Londonderry gecon fronteerd met vier gemaskerde mannen, die hem kwamen halen voor een 'verhoor' in het plaatse lijke Sinn-Feinkantoor. Hij verzet te zich hevig, en vijf van zijn kin deren waren getuige van het bloedbad dat volgde. Allen staan nu onder behandeling van een psychiater. „Ik lag te slapen op de bank toen Joseph, met 11 jaar mijn oudste kind, riep: 'Pappa, er staan vier gemaskerde mannen voor de deur!' Ik schoot overeind, maar ze hadden de voordeur al ingetrapt en kwamen de woonkamer bin nen. Ik trapte de eerste van hen tegen de grond, maar de overige drie wierpen zich op mij". „Ze schopten me en sloegen de televisie en de HIFI-apparatuur op mijn hoofd kapot. Overal lag bloed. Geraldine, mijn vrouw, die bij een van hen het masker had afgerukt, werd door een glazen deur gegooid. Op de grond lig gend, slaagde ik erin een van mijn aanvallers in het gezicht te trap pen". „Toen kwam het bevel: schiet hem neer! Ter plekke! Ze sleurden me naar de voordeur, maar ik ver zette me uit alle macht. Een van hen begon mijn elleboog te be werken met een kapotgeslagen fles". Brendan zwijgt even, en ontbloot zijn rechterarm. „Komt nooit meer goed", zegt hij, terwijl zijn hand Over het verbrijzelde ge wricht gaat. „Uiteindelijk hadden ze me bui ten. Een van hen trapte me tegen het hoofd, terwijl een ander een halfautomatisch pistool te voor schijn haalde. Ik hoorde m'n zoontje smeken: 'Niet doen, niet mijn pappie doodschieten!"' „Maar hij richtte het pistool op mijn knie en schoot. Daarna richtte hij op mijn buik. Het wa pen blokkeerde, en hij haalde nog een keer de trekker over. Het blokkeerde opniew. Ik brulde: 'Klootzak, je kunt nog niet eens schieten'". GROEN BOEK Brendan Gallagher is voor de rest van zijn leven getekend, lichame lijk en geestelijk. Maar van alle slachtoffers die de IRA, de UFF en de UVF sinds het uitbreken van de vrede hebben gemaakt, is hij de enige die de moed heeft gehad om tegen journalisten te praten. Maar wie kan het de anderen ver wijten dat- zij liever in stilte lijden? Het was de Noordierse journalist Martin Dillon die in zijn recente boek over de IRA (The Enemy Within) eraan herinnerde dat elk actief lid van de organisatie bij in treding het 'Groene Boek' krijgt uitgereikt. Onder de tussenkop 'Gedragscode' worden daarin de zelfde richtlijnen gegeven die Mao destijds voor de soldaten van zijn Rode Leger uitvaardigde: 1. Spreek beleefd tot de mensen. 2. Wees eerlijk in alle zakelijk ver keer. 3. Geef alles terug wat je hebt ge leend. 4. Betaal voor alles watje hebt be schadigd. 5. Sla geen mensen. Brendan Gallagher lacht. „Toen ik een kleine jongen was, ging ik naar hun bijeenkomsten. Een daarvan herinner ik me nog goed. Staande op een hoek van een straat in de Bogside (het katholie ke getto in Derry dat geldt als de bakermat van de huidige Provi sional IRA, red.), sprak een lid van de IRA een menigte toe. Hij zei: 'Wij zijn het leger van het volk, wij zijn van jullie. Wij hebben wapens om jullie te beschermen. Maar als jullie willen dat wij de wapens neerleggen, dan doen we dat'. Brendan lacht opnieuw. „Je moet ze nu eens vragen om de wapens neer te leggen. Je krijgt ze op je gericht". belfast cefs van zweeden Gered door de bel! Die gedachte moet in vele hoof den hebben gespeeld, woensdag aan het slot van de laatste vergaderdag van de Tweede Kamer voor het kerstreces. Na 4e laatste boksronde kunnen een slokje water en koel compres voor een afgebeuld ve dergewicht wonderen doen. De paarse coalitie, ge butst en versleten na haar eerste kwartaal, gooit de ze week eveneens met een zucht van verlichting de handdoek in de ring. Vooral WD-leider Bolkestein, aanvoerder van het li berale smaldeel in de vaderlandse politiek, kan wel wat nazorg gebruiken. De opstelling van zijn fractie in het debat over 'Poncke' Princen heeft zijn eigen gezag aangetast, de WD schade berokkend en de sfeer in de coalitie behoorlijk verziekt. Dit alles was de liberaal bijna lijfelijk aan te zien. Na afloop van het debat maakte de anders zo spraakzame fractie leider zich zonder commentaar uit de voetep. De te levisiecamera's die hem achtervolgden, konden slechts zijn gekromde rug registreren. Het contrast met de zelfverzekerde indruk die de WD'er vanaf'de verkiezingen op 3 mei maakte, kan niet scherper zijn. Zijn glasheldere opstelling in de campagne werd beloond met negen zetels winst. Blakend van zelfvertrouwen begon hij aan de forma tiebesprekingen. Toen de baantjes in het nieuwe ka binet eenmaal verdeeld konden worden, bedankte Bolkestein beleefd maar beslist. In navolging van WD-coryfee Oud besloot hij het kabinet vanuit de kamerbankjes op koers te houden. Deze keus bleek al snel een meesterzet. Losjes schie tend vanuit de heup slaagde Bolkestein er meerma len in het beleid bij te sturen. Anders dan D66-frac- tieleider Wolffensperger die met driecomponen tenlijm aan zijn paarse liefde vastgeplakt zit en PvdA-fractievoorzitter Wallage die partijgenoot premier Kok nooit te véél mag afvallen kan Bolke stein nog steeds gewoon zeggen waar het op staat. Dat waarderen de kiezers, die het Haagse beschou wen als een duister potje handjeklap. Opiniepeiler Maurice de Hondt zag de liberale stroming begin deze maand tot zijn verrassing voor het eerst sinds 1917 weer de grootste partij in Nederland worden. Maar succes is in de politiek zo mogelijk nog gevaar lijker dan smartelijk falen. Naarmate de presentatie van Bolkestein losser werd, werd ook zijn politieke opereren onvoorzichtiger. Tweemaal achtereen liep hij de afgelopen weken te ver voor de eigen troepen uit. Te beginnen bij het debat over nieuwe asielwet geving. De in het kabinet lichtjes verwaterde wet 'veilige landen' was voor de WD-leider na eerder protest wel aanvaardbaar, maar uiteindelijk slikte zijn fractie het kabinetsvoorstel niet. Vorige week donderdag wilde de liberaal wel zo ruimdenkend ziin 'Poncke' Princen met de feestdagen in Neder land toe te laten. Vijf dagen later moest hij in de ei gen fractie bakzeil llalen. Zijn de liberalen zo rebels omdat Bolkestein voor zichzelf ook een vrije rol claimt? Het lijkt er een beetje op. Na zes jaar oppositievoeren valt het ne men van regeringsverantwoordelijkheid zelfs het re genteske VVD niet mee. Bovendien zag de rechter vleugel van de fractie van meet af aan weinig in het paarse experiment. Als dan Indië-veteranen boos naar de telefoon grijpen, worden dé knieën al snel slap. Zó effectief was de lobby dat kamerlid Weisglas zichzelf op een onmogelijke missie stuurde. Princen mag geen visum krijgen, eiste hij in een motie, we tend dat het kabinet zich daar niets van zou aantrek ken. Hoe krijg ik de fractie weer een beetje in de hand, is dus de eerste vraag waar Bolkestein bij de kerst boom over mag nadenken. Want hoe loyaal is de fractie nog aan het kabinetsbeleid als straks andere liberale lobbyclubs aan de bel trekken: de Vereniging Eigen Huis, de KNAC (auto's) of het sigarengenoot- schap Rust en Bedachtzaamheid? PvdA-fractieleider Wallage, die ook moeite heeft zijn kikkers in de krui wagen te houden als er weer eens belastingen moe ten worden verlaagd ten koste van collectieve voor zieningen, maakt zich daar terecht grote zorgen over. Hoe krijg ik mezèlf weer in de hand, zou de tweede hersenbreker voor Bolkestein kunnen zijn. Hij heeft de laatste weken immers wel erg nadrukkelijk het einde van alle politieke stromingen behalve die van hemzelf voorspeld. In verscheidene interviews ver dedigde de WD'er de stelling dat het paarse kabinet in feite een liberaal kabinet is. Dat mag hij denken, maar het is niet bepaald hoffelijk en nog minder tac tisch in de richting van de andere twee partijen die het kabinet dragen. Het gedachtengoed van PvdA- minister Pronk 'achterhaald' noemen en Ritzen 'zig- zagbeleid' verwijten, is evenmin een investering in een prettige werkrelatie. De irritatie die zich nu van PvdA en D66-ministers meester maakt, kan zich op een ongelukkig moment ook tegen Bolkestein keren. Moet de WD-leider zijn toekomst dan somber in zien? Dat is nu ook weer niet nodig. Zoals gezegd is de plaats die Bolkestein voor zichzelf in het Haagse krachtenveld heeft gereserveerd zeer benijdenswaar dig. Ook bij een goed gedoseerd kritisch optreden steekt hij oppositieleider Heerma nog gemakkelijk naar de kroon. Struikelt het kabinet tussentijds, dan hoeft Bolkestein als eenvoudig fractieleider niet de brokken op te rapen. Premier Kok en D66-leider Van Mierlo hebben dan een moeilijker verhaal. Maar ook als het kabinet de rit uitzit, hoeven de kaarten er voor de WD niet slecht bij te liggen. D66 moet over vier jaar zijn leider wisselen, het is de vraag of het CDA dan nog gelukkig is met Heerma en PvdA-leider Kok moet tenslotte in 1998 aan zijn kiezers uitleggen waarom hij als premier zo weinig van het eigen verkiezingsprogramma heeft gereali seerd. In die omstandigheden van de WD de groot ste partij van Nederland te maken hoeft geen hek- te zijn. den haag paul koopman Br: Denkwijzeb In het boek Chickensoup for the Soul (Kippe.geri(j soep voor de Ziel) komt de volgende merk- |t0r. 1 waardige zinsnede voor: „Als je zou weten dr^ je spoedig zou sterven en je zou nog maar é^het\ telefoongesprek kunnen voeren, wie zou je l) len en wat zou je zeggen? En waar wacht jet) n°g°p?" dsf In het gezin waar ik uit kom, was Kerstmis een heel bijzondere gebeurte nis, in feite de meest bij zondere van het hele jaar. De voorbereiding ervan begon vaak al weken tevo ren. Het huis werd opge knapt, er werden voor de meeste thuiswonende ge zinsleden nieuwe kleren aangeschaft, en soms werd er ook nieuwe huisraad ge kocht, zoals meubels, een muziekinstallatie, een tele visie. Maar ook in een an der opzicht was er vaak sprake van een langdurige aanloop naar Kerstmis. Als een van de jongeren uit een serie van elf kin deren tussen wie nogal wat leeftijdsverschil, herinner ik me dat een vraag die ons dan sterk bezighield, was wie van de oudere, elders wonende kinderen met kerst thuis zou komen? Ze ker omdat er vaak grote spanningen of conflicten tussen mijn ouders, met name mijn vader, en mijn oudere broers waren, bleef het dikwijls tot kerstavond laat onzeker of die vol doende waren bijgelegd of afgezwakt om de thuis komst van de een of de an der mogelijk te maken. Maar, wonderlijk genoeg, lukte het meestal toch om een soort kerstbestand overeen te komen. En als dan de hele familie uitein delijk, al dan niet met 'op ijs gezette' gevoelens van frustratie, aan de kerstdis zat, viel er eeri-soort van collectieve opluchting te bespeuren. Dan koester den we ons allemaal, hoe klein ook, in de gloed van dé illusie d^LWéreen er nog bijhoorde, dat er nie mand uit de boot was ge vallen, dat we als gezin nog altijd intact waren. Ook al overleefde die illu sie soms de kerst niet eens - niet zelden braken op tweede kerstdag de vij andelijkheden al weer uit - toch liet ze altijd weer een belangrijk spoor na. Een spoor van hoop, hoop dat als iedereen zijn best deed, dat het mogelijk moest zijn. Die ervaring had ove rigens ook een keerzijde. Als de kerstgloed afgekoeld was en iedereen, al dan niet morrend of gewoon boos, zijns weegs ging, daalde er in huis altijd een gevoel van verlies, van ont goocheling, van 'hebben we met zijn allen alleen maar een kerststukje zitten opvoeren?' neer. Ook wa ren er, al dan niet onder de tafel, stemmen van kritiek, van „wat heeft het voor zin om met kerst te gaan zitten doen 'alsof, terwijl we alle maal weten hoe het in feite Later, toen ik me in de psychologie van het ri tueel in het algemeen ben gaan verdiepen, heb ik me meermalen afgevraagd wat er zou zijn gebeurd als het kérstritueel niet had be staan, als er geen enkele door de traditie aangereik te mogelijkheid was ge weest om ons, hoe vol scepsis ook, aan dezelfde tafel te krijgen. In hun re cent verschenen boek Ri tuals for our Times (Ritue len voor onze Tijd) schrij ven de psychologen Evan Imeber-Black en Janine Roberts dat rituelen zoals Kerstmis vijf basale func ties kunnen hebben: het vorm geven aan en onder houden van relaties, het signaleren van veranderin gen, het helen van (emotionele) wonden, het uitdrukken van een be paald geloof of opvatting, en gewoon het vieren of genieten van iets. Het kan per ritueel ver schillen welke van deze vijf functies op de voor grond staat. Zo is de diplo ma-uitreiking bij een eind examen een ritueel dat vooral bedoeld is om een verandering (in status) te signaleren en ook, via uit nodigingen aan anderen om er bij aanwezig te zijn, om relaties (verder) vorm te geven of te onderhou den. Maar zo'n ritueel is natuurlijk niet bedoeld, en hebl gelukkig maar, om emo) de ii nele wonden te helen. Q ren soortgelijke manier is ea.cier ritueel als eenmaal per d met het hele gezin aan tj T fel een maaltijd gebruik^ zowel bedoeld om de ori ussel derlinge relaties te onda avoi houden alsook uitdrukkj dig van het geloof dat het vó de n gezinsleden belangrijk ij hij c om dagelijks een bepaaleer c tijd gezamenlijk door te( gulc brengen. de a Di A< verl Jc Iedere groep men; klein ook, wordt steed opnieuw voor de vraag steld, wie er (nog) bij hoort, wie 'in' is en wie 'uit', wie 'closè' met wie en wie zich aan het dist; tiëren is. Een van de be langrijke functies van rit elen is dat ze ons helper om dit soort aspecten onze relaties met anden helder te krijgen en legitimeerde gelegenhei bieden om bij te sturen we ongelukkig zijn met bepaalde ontwikkeling, tuelen bieden ons een g legenheid om banden n anderen te blijven onder houden, zelfs in tijden crisis en conflict. Imeber-Black en Rober geven daarbij een sim[ le vuistregel: „als je de n ging hebt om het bijwon van bepaalde rituelen ti vermijden of om er zelf I niets aan te doen, zelf ni te organiseren, dan is da ten meestal een belangrijk si) ^er naai dat er op het gebied: van relaties met (belangn jf.1 ke) anderen iets rammel! Simpeler gezegd, er is rej lon tioneel werk aan de winlj voc Dat werk moet dan vaak'lv wel gedaan wurdettvoo j("a. gaande aan het ritueel. Avr iemand niet 'on speaking ÜQt terms' is met een bepaalr aar broer of zus, maar toch q de hele familie inclusief die dec 'broer of zus simpelweg ten voor oudejaarsavond thii n'11 uitnodigt, dan is een wei; ges gering van die broer of zi om te komen een stap di - de kloof of afstand alleen nog maar vergroot. Daarom is het van bela om voorbereidend werk te verrichten, om j bieden waar spanningen bestaan voor bespreking open te stellen en vooral om duidelijk te maken d? l#Sj het voortbestaan van een ij| band van grotere waarde wordt geacht dan welk v^ schil van inzicht ook. Nie| zelden blijkt dat het loutt iedereen weer eens bij elj kaar krijgen, op dezelfde tijd, op dezelfde plaats j voor een bepaald ritueel, oude patronen van boos T heid en wrok kan doorbr ken. Soms omdat, zoals klassieke Romeinse filo- soof Seneca bijna 2.000 jaar geleden zo treffend heeft gezegd, we al bij el-I kaar zittend ontdekken d| onze wrok of boosheid in wezen niet anders is danj een bekentenis van, een symptoom van verdriet. Maar zelfs als dat doorbn ken niet meteen lukt, dai kan het ritueel in ieder ge val de hoop doen herleve dat het ooit zal lukken. mijn Dat is wat ik kindheidsherinnerin- gen aan Kerstmis heb overgehouden: dat relatie vaak 'hassle' (gesodemie ter) zijn en rituelen son toch 'hope' bieden. En, zoals George Barnanos ht in zijn prachtige boek 'De vrijheid, om wat te doen? zo treffend zegt: „De hoó is de grootste en moeilijk] ste overwinning die de mens op zijn geest kan be halen". Reden genoeg telefoontje al vast bij leve en welzijn RENE DIEKSTRA hoogleraar klinische en gezondheidspsychologie

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 2