,;De vijfde colonne heeft aan macht gewonnen'
H_
'Nederland kan wel de top halen'
Sport
chterlijn
ATERDAG 17 DECEMBER 1994
CHEF WILLEM SPIERDIJK. 071-356464. PLV.-CHEF ROB ONDERWATER. 071 -356463
JT\e amateurtrainer zit steeds sneller op de schopstoel
let zal mij benieuwen of de trainer de kerst haalt'. Tot
)or kort was dat een gangbare vraag bij menig voetbal-
jreniging. Maar in 1994 heeft Sint Nicolaas de Kerstman
'getroefd in het nemen van impopulaire maatregelen.
stonden Peter Ciere (Rijswijk), Wim van Zwam (ARC)
n John Manuputty (Leiden) op of zelfs vóór 5 december
sporl op de keien.
IDEN TIM BROUWER DE KONING
madi
VAN DER ZANDEN
sels de trend, die de bewuste
^.'Wteurclubs van bun betaalde
MM?"ega s hebben afgekeken, na-
o biging krijgt, kunnen de trai-
5 nolrs van UVS, Alphense Boys en
legstgeest hun biezen pakken,
rimers, het beoogde schokef-
n. °Jkt is het best besteed aan
4ubs die ergens onderaan de
inglijst bungelen.
UVS is hekkesluiter in de
lofdklasse A met slechts 6
punten, Alphense Boys doet het
met 7 punten nauwelijks beter.
„Als ik kijk naar de puntentota
len van andere verenigingen die
trainers op straat zetten", zegt
UVS-trainer Gerard Désar,
„hadden ze mij al veel eerder
moeten wegsturen."
De Leidse oefenmeester (hij
heeft overigens zelf te kennen
gegeven na dit seizoen te stop
pen) doelt ongetwijfeld op de
score van 13 punten uit 11 wed
strijden waarmee collega Ma-
Désar: 'Niet weg, al had UVS nul punten', archieffoto loekzuyderduin
nu putty bij Leiden moest ver
trekken. „Geen slechte score",
vindt de 44-jarige sportleraar uit
Sassenheim, „alleen beleefden
we een terugval na de eerste zes
wedstrijden. Daardoor ben ik
voor het eerst in mijn trai
nersloopbaan ontslagen. Het
ontslaan van trainers bij slechte
resulaten hebben de amateur
clubs van de profclubs overge
nomen. Dat vind ik een zorgelij
ke ontwikkeling."
De oorzaak van zijn ontslag
zoekt Manuputty niet in zijn
verstandhouding met de spe
lersgroep. „Die was in mijn
ogen normaal, of de spelers
zouden fantastisch toneel moe
ten hebben gespeeld. Ik heb
niet het idee dat zij achter mijn
rug om naar het bestuur zijn ge
stapt om mij weg te sturen."
Manuputty vermoedt dat zijn
openhartige opstelling naar het
bestuur toe hem parten heeft
gespeeld. „Die laatste zaterdag
(3 december, red.) had ik er be
hoefte aan mijn teleurstelling
over de nederlaag tegen Reeuw-
ijk te uiten. Dat doe ik bij voor
keur niet in het bijzijn van spe
lers, die ik altijd probeer op te
peppen. Ik verwachtte een luis
terend oor van het bestuur."
Het bestuur luisterde ook wel,
maar legde de woorden van
Manuputty meteen uit als een
brevet van onvermogen. Op
Sinterklaasavond kreeg de trai
ner een telefoontje van voorzit
ter Ed Immink, die als reden
van het ontslag aanvoerde dat
de trainer 'de groep niet opti
maal kon motiveren'. De stand
op de ranglijst kwam niet over
een met de hooggespannen ver
wachtingen van het bestuur van
Leiden, dat hoopt op een snelle
terugkeer naar de derde klasse.
Peter Ciere, de eerste trainer
uit de Leidse regio die zijn kof
fers pakte, heeft het gevoel dat
er tegenwoordig veel meer be
langen spelen. „De tijden zijn
veranderd, er was vroeger heel
wat meer nodig om een trainer
weg te sturen. Je hebt nu als
trainer veel meer te maken met
de vijfde colonne, die heeft de
laatste jaren aan macht gewon
nen."
De Leidenaar kreeg het mes
op de keel gezet bij Rijswijk dat
met 4 uit 9 teleurstelde. Maar
net als bij Van Zwam en Ma
nuputty was ook in zijn geval de
relatie met de spelers goed.
„Het was puur een bestuurlijk
besluit dat kwam op een mo
ment dat wij binnen de selectie
het idee hadden dat het ging lo
pen. Volgens mij laten voorzit
ters zich te veel leiden door
sponsorbelangen en zijn zij
bang voor het aanzien van hun
club als er onverhoopt degrada
tie volgt. Dan tellen ze niet
meer mee en dat is hun eer te
na."
„Je moet tegenwoordig com
municeren met de spelers, het
bestuur, de sponsors en zelfs de
barjuffrouw. Ik ben geen type
dat vijf biertjes weggeeft aan ie
mand met de bedoeling om zijn
positie als trainer te versterken.
Mijn taak ligt op het technische
vlak en mijn werkwijze is voor
mij bevredigend en die zal ook
niet snel veranderen. Als ze zeg
gen 'rot maar op', nou dan ga
ik."
Zijn collega Wim van Zwam
stond één dag vóór Sinterklaas
op straat. ARC kwam maar niet
van de laatste plaats in de eerste
klasse A af en ontdeed zich na
elf wedstrijden van zijn trainer.
„Het bestuur raakte kennelijk in
paniek doordat we onder de ro
de streep terecht kwamen. Maar
de bestuursleden gingen voorbij
aan het feit dat de spelers hen
niet meer dulden in de spelers
bus en de kleedkamer. Boven
dien vraag ik mij af of beleids
makers enig zicht hebben op de
technische gang van zaken bij
een club."
Van Zwam denkt met een ze
kere weemoed terug aan zijn
periode bij Quick Boys. Ook
toen werd hij in december on
aangenaam verrast door de me
dedeling dat hij kon opkrassen.
„Ik had toen moeite met de ma
nier waarop dat werd gepresen
teerd. Maar bij Quick Boys
mocht ik tenminste het seizoen
afmaken. Het bestuur heeft mij
verder gewoon laten werken. Er
wordt nu eenmaal in december
al aan trainers getrokken. Van
daar dat het al dan niet verlen
gen van een contract al wordt
geregeld als de competitie pas
drie maanden oud is. Ik heb nu
al weer twee aanbiedingen van
andere clubs op zak."
Het kan ook anders. Hoewel
de zondag hoofdklassers Al
phense Boys en UVS er min
stens zo beroerd voor staan als
ARC, heeft dat geen onmiddel
lijke consequenties voor de trai
ners Paul Bahlmann en Gerard
Désar. Beiden hebben het voor
deel dat zij in de loop der jaren
tot het interieur van hun club
zijn gaan behoren. „Wij doen al
negen jaar met dezelfde trai
ner", zegt secretaris Wilfred van
Rooijen van Alphense Boys.
„Wij beogen geen schokeffect,
maar verwachten veel meer van
rust. Alleen als het niet zou klik
ken tussen de trainer en de spe
lersgroep zou dat een reden tot
ingrijpen kunnen zijn. Maar
Wat is er mis met de topsport in Nederland?
/an alles volgens de critici. De wielrenners zijn al jaren niet voor-
lit te branden, de atleten struikelden dit seizoen bij de EK reeds
»ver de eerste of tweede horde en de zwemmers waren al blij dat
:e bij de mondiale titelstrijd hun hoofd boven water konden
louden. De 'positivo's' in sportland zullen het niet tegenspreken,
maar dat is volgens hen nog geen reden om de treurmars te bla
zen. Ze wijzen op de zilveren WK-plakken van de volleyballers en
de hockeyers, de successen van de roeiers en de opvallende ver
achtingen van de judoka's. Hoe dan ook, de topsport is in bewe-
?ng-
Aan het eind van een sportjaar, met positieve en negatieve uit
schieters, brengt deze krant een serie over topsport in Neder
land. In een zevental verhalen komen onderwerpen aan de orde
als het 'Noorse model', sponsoring, maatschappelijke begelei
ding, de sportbeleving van de jeugd en het huishoudboekje van
een topsporter.
ARNHEM PAUL BERKHOUT
CPD-VERSLACGEVER
Nederland speurt naar de sleu-
^tel die toegang geeft tot sportie
ve roem. Op Papendal, waar de
prikkelende geur van denne-
igroen hangt, wordt geen moge-
'lijkheid onbenut gelaten. Hier
«zetelt de twee-eenheid Neder-
llands Olympisch Comité Ne-
lderlandse Sport Federatie. Hier
durft men het hoogste na te
streven en wordt lering getrok-
ariken uit het verleden. Sinds 1990
bestaat er een Nederlands Mo
Les één, van het Neder
lands Model: „Wie niet planma-
jtig werkt, heeft geen blijvend
succes". Les twee: „Topsport
verdient de hoogste prioriteit".
ILef, ambitie, inspiratie en
structuur, dat zijn de sleutel
woorden. Zegt Hans Bertels,
hoofd Topsport: „Dat wij een
achterstand hadden, is geble
ken. Maar het is niet juist dat
wij een klein land zijn op sport
gebied. Wij zijn middelgroot, te
vergelijken met Australië, of het
voormaligOost-Duitsland".
En, stelt Bertels vast: „De am
bitie binnen de Nederlandse
sport is terug gekomen. We zijn
er in geslaagd 'elkaar te inspire-
ren. De stelling dat de prestaties
rij tegenvallen, daar ben ik het dus
niet mee eens. Sommige spor-
ten springen er negatief uit.
- Maar daar is men zich dringend
aan het beraden. Want aan an-
i deren, ik noem de roeiers, de
hockeyers, de volleyballers, kan
iedereen zien dat Nederland
wel degelijk de top kan halen".
Succes werd in dit gematigd
klimaat vaak ingegeven door
toeval: door de grootsheid van
een individu. Het NOC'NSF wil
het toeval vangen, dresseren en
verspreiden. Het NOC*NSF no
digt topcoaches uit - zoals on
langs Charly Francis, de omstre
den succestrainer van Ben
Johnson. Of bindt topcoaches
aan zich, zoals Henk Kraaijen-
hof, de (omstreden?) succestrai
ner van Nelli Cooman en Merle-
ne Ottey. Het NOC*NSF analy
seert de aanpak in andere lan
den. Het NOC'NSF zit niet stil.
Maar Hans Bertels heeft geen
macht. En hij wil geen macht.
Hij wil overtuigen met argu
menten, gelijk krijgen op basis
van resultaten. Hans Bertels
zegt het zonder omwegen: „Het
NOC*NSF trekt niet aan de
touwtjes. Dat is uitgesloten. Dat
is onze rol niet. Wij kunnen niet
in ons eentje een Nederlands
topsport-klimaat realiseren. Wij
kunnen voorwaarden scheppen,
ideeën aandragen, geldbronnen
aanboren.... Maar wij kunnen
het niet alleen. De bonden be
palen de kalender, formuleren
hun wensen. Wij ondersteu
nen".
Daar ligt het verschil met het
inmiddels beroemde Noorse
Model. Een kleine revolutie
maakte in Oslo alle sportbon
den ondergeschikt aan een or
ganisatie die zich 'Olympia
Toppen' noemt. Die organisatie
bepaalt hoeveel geld er voor be
paalde sporten wordt uitgetrok
ken. Maar ook: wie waar trainer
wordt. „De organisatie is in ze
kere zin belangrijker dan het
voorradige talent", zei directeur
Stensböl eens.
Zegt Hans Bertels: „Nee nee,
het hangt van de topsporter af.
Wij maken het iets gemakkelij
ker om voor het bestaan als top
sporter te kiezen, wij leveren
bijdrages. Maar het draait om
het individu".
Zegt André Bolhuis, de vrij
williger die de olympische equi
pe voor de Zomerspelen be
heert: „Ons topsportbeleid
wordt nog voor 99 procent be
paald door de bonden en wij
hebben daar eigenlijk geen of
weinig invloed op". En: „Het
Noorse model is heel dirigis
tisch. Als je meedoet is alles ge
regeld, doe je niet mee dan val
je rigoureus af. We zijn minder
streng in onze selectie". In Ne
derland houden niet-topsport-
gerichten (de ledenvergaderin
gen van de bonden) in feite zeg
genschap over de ruimte die
topsport krijgt. „Dat is bepaald
door traditie en historie", zegt
Bertels. De volleybalbond heeft
dat onlangs opgelost met een
scheiding van belangen. Het is
een stap voorwaarts.
Het rapport 'Sport als inspira
tiebron van onze samenleving'
heeff veel aan de mentale door
braak van de topsport bijgedra
gen. Het maakte geld los bij de
overheid, het opende de ogen.
'Sport als inspiratiebron van on
ze samenleving'. Hans Bertels
noemt het de ommekeer. „De
vlaggeschip-functie van top
sport wordt daarin vastgelegd",
De Leidse roeier Ronald Florijn bewees met een gouden roeimedaille in Seoul dat Nederlanders wel tot de top
van de topsport kunnen behoren. archieffoto anp
zegt hij. „Een tiental jaren lag in
Nederland de nadruk op recrea
tiesport. Het behalen van de
hoogst mogelijke prestatie raak
te op de achtergrond. De afgelo
pen jaren is er langzaam maar
zeker meer geld en aandacht
gekomen voor topsport. In
Australië, en in Amerika, staan
oud-sporters op prominente
posities in de samenleving. De
waardering is daar groter. Dat
hebben wij in Nederland nog
TOPSPORT IN
NEDERLAND
niet zo. Maar het wordt ontdekt.
Er ontstaat acceptatie, erken
ning. Ik vind dat ook nodig en
terecht".
Sport in Nederland bevond
zich in stilstaand water. Maar
nu is de stroomversnelling daar.
Schaarste is er nog altijd, aan
middelen en aan talent. „Met
het huidige budget kunnen wij
slechts 40 procent van al onze
doelen realiseren", zegt Bertels.
„Er is nooit zo veel geld, dat al
les met geld te koop
is".
Maar er is al veel
terreinwinst ge
boekt. Zegt Bertels:
„Na de Olympische
Spelen ontstaat er
geen dip meer zoals
in het verleden. Veel
sportbonden, wer
ken met een lange
termijnplanning".
En: „Er ontstaat een
win-win situatie, we
gebruiken eikaars
sterke punten". Bo
vendien: „We kun
nen elkaar op de
prestaties aanspre
ken. Omdat er een
gezamenlijk plan
ligt, omdat er ver
trouwen is".
De schijn bedriegt op Papen
dal. Achter het rustieke groen
gaat een onopvallende bedrij
vigheid schuil. En in het kan
toor van het Hoofd Topsport,
Hans Bertels, gaan-optimisme,
idealisme en realisme hand in
hand. Het NOC'NSF zal niet
rusten, nooit. „Want topsport
staat niet stil, het is een mo
mentopname. Du moment dat
wij menen aardig bij te zijn, is
er al weer een achterstand. We
moeten zo alert zijn, zo scherp,
zo gericht op verbetering,
voortuitgang, vernieuwing, dat
we nooit kunnen berusten.
Steeds moeten we elkaar blijven
prikkelen...".
Vandaar dat het NOC*NSF
gretig luistert naar Charly Fran
cis, of naar zomaar een kleine
sportbond. Het toeval vangen
en dresseren, in een klimaat dat
open staat voor topsport. Alleen
wel, hoe jammer, in de zeker
heid dat niets zeker is. Want,
zegt Hans Bertels: „Op de grote
kampioenschappen wordt uit
eindelijk afgerekend". Daar
wordt bepaald welke inspan
ningen worden beloond. Daar
wordt het sportklimaat in Ne
derland werkelijk gemeten.
Paul Bahlmann: Niet weg Bij Alphense Boys, want die club heeft nog
nooit een trainer halverwege het jaar weggestuurd.
archieffoto loek zuyderduin
daarvan is absoluut geen spra
ke. Bij mijn weten heeft Alphen
se Boys nog nooit een hoofd
trainer halverwege het jaar weg
gestuurd."
Voorzitter Bart van Leeuwen
van UVS houdt er een vergelijk
bare opvatting op na. „Zelfs als
UVS nul punten had, zouden
wij Désar niet wegsturen. Hoog
stens zou hij de eer aan zichzelf
houden. Dat heeft hij in de zo
mer van 1983 ondanks zijn con
tractverlenging ook gedaan. Het
enige wat wij doen is een beetje
bijsturen. Zo is enkele weken
geleden de speelwijze van UVS
veranderd. De spelersgroep
vond dat ook nodig."
Oegstgeest staat met 9 uit 13
voorlaatste, maar het bestuur
van de zaterdagderdeklasser is
niet van plan de magere resula
ten in de schoenen van trainer
Wim van Harskamp te schui
ven. Vice-voorzitter Dick van
der Meij: „We sturen hem so
wie so niet voortijdig weg. De
trainer is met zorg geselecteerd
uit twintig kandidaten. Bij
Oegstgeest ligt het ook aan de
voetballers. Trouwens, de vorige
trainer, Wim Visser, ontkwam
hier in zijn eerste jaar pas in de
laatste wedstrijd aan degradatie
en promoveerde later naar de
derde klasse."
Peter Ciere waardeert het dat
Oegstgeest geduld heeft met
een trainer. Maar wat hem be
treft hoeft een oefenmeester
geen onbeperkt krediet te krij
gen van zijn bestuur. „Laten we
wel wezen: je mag eisen stellen
aan een trainer. Hij krijgt geld
en er is sprake van een arbeids
contract. Die eisen mogen ook
best hoger worden. Een coach
weet dat hij het risico loopt om
weggestuurd te worden."
De weggepeste trainers zitten
met een kater. En vooral met
een zwarte bladzijde in hun
curriculum vitae. 'Een deuk in
mijn blazoen', noemt Manuput
ty zijn voortijdige aftocht bij
Leiden. Ciere: „Het is me nooit
gebeurd dat ik vroegtijdig ver
trok bij een club. Beschadigd is
een groot woord, maar het
grijpt je wel aan. Ik wil tot mijn
45ste in het trainersvak blijven
en ben nu toch iets afhankelij
ker geworden. Bij een volgende
sollicitatie zal het geval bij Rijs
wijk meespelen. Dan telt het
niet mee dat daar de spelers
groep achter mij stond."
door: Gert-Jan Onvlee
Luxemburg heeft het
afscheidsfeestje van
Dick Advocaat niet
kunnen verpesten. De dwergen
van het Groothertogdom deden
hun best, maar kwamen uitein
delijk nog zo veel te kort dat on
ze nationale voetbaltrots na de
pauze niet eens meer het
slechtste beentje behoefde voor
te zetten.
Nu hadden Advocaat en de zij
nen er ook alles aan gedaan om
de dag voor het vertrek van de
bondscoach naar PSV niet met
een domper te worden gecon
fronteerd. Zo moesten we het in
Nederland het afgelopen week
einde bijvoorbeeld weer doen
met een zeer beperkt program
ma in de PTI' Telecompetitie,
omdat de oranje leeuwen zich
in Noordwijk op de zware klus
moesten voorbereiden.
Een belachelijke gang van zaken
natuurlijk, ook al omdat Advo
caat het in zijn onnavolgbare
wijsheid wel goed vond dat in
het buitenland actieve interna
tionals eerst hun wedstrijdje af
werkten, voordat ze naar
Noordwijk trokken. Het leverde
weer eens een interessant potje
gekissebis op tussen Advocaat
en Louis van Gaal. Waarom zij
wel en wij niet? Uitgerekend de
club met het zwaarste program
ma, juist de hofleverancier van
het Nederlands elftal (Advocaat
pikt ze bij Ajax zelfs uit het
tweede), mocht niet voetballen
en kan die wedstrijd dus pas in
een veel drukkere periode af
werken.
Louis begreep dat niet, maar
dat kan hem niet worden aan
gerekend. Er zijn vragen waar
een weldenkend mens geen
antwoord op kan geven en dit is
er een van. Tenzij je natuurlijk
spijkers op laag water gaat zoe
ken, Advocaat gaat verwijten
dat-ie de laatste weken al als
een PSV-trainer heeft gedacht
en gewerkt. Dat hij, met andere
woorden, tegen de tijd dat die
hele drukke periode voor Ajax
aanbreekt, verwacht met zijn
Eindhovense ploeg te kunnen
profiteren van veelvuldig Am
sterdams puntverlies. Maar ja,
dat is natuurlijk onzin. Als Ad
vocaat nu trainer was geworden
van Roda JC, of zelfs Twente. Ja,
dan misschien wel. Maar nu,
nee, laten we het gewoon op
dommigheid houden.
Een kwalificatie die we Van
Gaal trouwens nu nooit meer
kunnen opplakken. Jonge, jonge
wat was die op dreef tijdens dat
symposium over 'presteren:
punten halen of aantrekkelijk
spelen?' Jammer dat Studio
Sport niet het lef opbracht om
de complete lezing van Van
Gaal tot in onze huiskamers
door te seinen. Nu moesten we
ons behelpen met een paar, zo
op het oog volstrekt willekeurig
achter elkaar gezette fragmen
ten. Maar Van Gaal had zelfs
aan die vijf minuten meer dan
voldoende om een imponeren
de indruk te maken. De wijze
waarop hij PSV en de kleine bo
ze wolf Rijvers hun plaats wees,
de manier waarop hij Volen-
dam-trainerWim Rijsbergen
voorhield om ook zonder hit
manen en Kanu toch maar ge
woon aantrekkelijk voetbal te
spelen - grandioos.
Het was een bondscoach waar
dig. Waarmee Van Gaal nog
maar weer eens voeding gaf aan
de gedachte dat hij die baan in
Zeist er eigenlijk gewoon wel
even bij had kunnen nemen.
Meer dan een dag of twee in de
maand ben je als bondscoach
immers niet kwijt.
Als je tenminste voor potjes als
tegen Luxemburg maar geen
trainingskampen van vijf dagen
organiseert.
om de Grand Slam-
cup is nog 'niet
mooi genoeg'. De organisatoren
denken aan uitbreiding van hun
potsierlijke evenement. Nu
moeten ook de vrouwen die tij
dens de vier grote toernooien
(Australië, Roland Garros, Wim
bledon en US Open) het best
hebben gepresteerd aan het
eind van het jaar maar een keer
bij elkaar komen om nog een
weekje voor gigantisch veel cen
ten te komen tennissen.
Wanneer houdt die waanzin nu
eindelijk op? Wanneer zullen de
verantwoordelijken nu eindelijk
eens het licht zien, beseffen dat
de tennissport er niet bij gebaat
is dat er steeds meer poenige
evenementen op de kalender
belanden? De vier Grand Slam-
toernooien en de jaarlijkse cy
clus om de Davis Cup - die
moeten op een speciale verho
ging staan, daar moet de hele
tenniswereld om draaien, elk
seizoen weer verlangend naar
uitzien. En dat bereik je niet
door in de maand december
zestien mannen in de Olym-
piahalle in München om zes
miljoen dollar te laten tennis
sen. Laat staan als je daar nog
wat vrouwen bij doet ook.
Het is een gedachte die bij ATP
Masters- en Grand Slam-cup-
bedenkers nooit zal opkomen,
naar ik vrees. Zoals ik ook bang
ben dat de spelers dit soort eve
nementen nooit massaal zullen
boycotten. Goed, de winnaars
in München gingen in het op de
overwinning volgende seizoen
door een diep dal (Sampras,
Korda) of kwamen de 'slag'
nooit meer te boven (Wheaton).
Maar het bedrag van anderhalf
miljoen dollar dat de winnaar in
zo'n weekje tennis meepakt,
vergoedt wel zo veel dat je je als
nummer één niet onmiddellijk
tot tegenstander van dat toer
nooi verklaart.
ersteklasserWilhel-
i mus ontsloeg vorig
seizoen trainer Ruud
de Groot en vertoeft nu in de
middenmoot van de tweede
klasse.
Rijswijk ontdeed zich een
maandje geleden van Peter Cie
re en loopt de laatste weken van
de ene naar de andere neder-
laag.
Leiden vertelde John Manuput
ty vorige week dat hij de rest
van het seizoen niet meer hoef
de te komen en verloor vervol
gens van bijna-hekkesluiter Val
ken '68.
ARC stelde Wim van Zwam 'op
non-actieF en ging zaterdag in
de eerste Zwam-loze wedstrijd
onderuit tegen mede-degrada
tiekandidaat Zwart Wit '28.
En besturen toch maar blijven
hopen op een schok-effect.
Ik heb begrepen dat Kat
wijk al zo'n beetje kam
pioen is. Kees Guyt en zijn
ploeg werden afgelopen zater
dag door de verslagen opponent
FC Lisse nog niet van een bloe
metje voorzien, maar dat
scheelde maar weinig.
Tegen dit Katwijk is niets te be
ginnen, zo wordt allerwegen
verkondigd. Zelfs bij de verre
blauwwitte buren van Nieuw
Zuid kunnen die geluiden al
voorzichtig worden gehoord.
Maar dan praten we over een
heel kleine minderheid. Het
grootste deel van de vereniging
heeft een kampioenschap in het
komende jubileumjaar nog niet
uit het hoofd gezet. Een achter
stand van drie (verlies)punten
oogt ook absoluut niet kansloos.
Quick Boys mag zich daarbij
spiegelen aan de wetenschap
dat een 'winterkampioen' na
tuurlijk niet per definitie ook de
titel pakt. Zo leidde Hoek vorig
jaar bijvoorbeeld halverwege in
de eerste klasse B en was het
DOVO dat uiteindelijk tegen
Katwijk mocht aantreden in de
strijd om de zaterdagtitel. Een
nog sprekender voorbeeld van
een op z'n zachtst gezegd 'mati
ge' tweede helft van het seizoen
legde De Jodan Boys vorig sei
zoen in de derde klasse A neer.
Voerde de Goudse ploeg na elf
wedstrijden het veld nog aan,
na 22 wedstrijden was De Jodan
Boys pas op de zesde plaats te
rug te vinden.
Alle kansen dus nog voor Quick
Boys en andere titelpretenden-
ten. Een competitie is pas dan
gespeeld als alle wedstrijden
'op' zijn.
Zelfs als de te kloppen ploeg
Katwijk heet. De club die vorig
seizoen bij het aanbreken van
de winterstop welgeteld één
verliespunt voor stond op num
mer twee, FC Lisse. En aan het
eind van de rit negen punten afr
stand bleek te hebben genomen
van de als tweede geëindigde
Lissese fusieclub.
Zou de competitie dan toch al
gespeeld zijn?
Dit was de laatste Achterlijn van dit