SJC: omhoog, maar niet te snel
5^1 TTRI,
Sport
\Kt P F MT
'Te kinderachtig voor woorden
^EIWIATOM
van DE
deWIOICvan
VIE ZEI
DAT
Opvallend
aanwezig
IAANDAG 28 NOVEMBER 1994
(o-2)i/I A Al nr ,V,
inO-l.r^s/1'
'Je merkt dat de club in het dorp breed wordt gesteund
11 jas de Haas
20 -liud Bröring ontkent het niet:
I g y heeft een zwak voor voor-
i i4 oppers. ..Jongens die zich hele-
1 20 \aal kunnen wegcijferen in liet
19 Mang van hun ploeg. Daar
io -toet je wel een warm hart voor
'g 'ebben."
tngens als Jos de Haas dus. Brö-
iig: „Een onzichtbare steunpi-
Iar in de as van cle ploeg, zo
j>» je hem het best kunnen om-
i, 2. t Jirijven. Jos deed het vandaag
0SV) Agg°ed. Eerst speelde hij Harm
sgf Vos praktisch compleet uit de
3), Goledstrijd, daarna ving hij Cees
do) 5. hu Tongeren perfect op. Hij
v, Jot\aa^te een foutje, maar had
ido-DHe/? het geluk dat De Vos zwak
(ollan QJcopte?
\et Jos De Haas kreeg ook colle-
n-verdediger Mark van Keste-
LASSt,u van de oud-spits van Noord-
lijk een acht, het hoogste cijfer
'i t door Bröring werd verstrekt.
3-4, Jammer dat we niet twee paar
-SVBO\hoenen kunnen weggeven,
\ant Mark speelde ook uitste
le tweede treffer
i Duyn (rechts) heeft met links uitgehaald. Michael Verver v
Lugdui
s te laat om het onheil v
Maarten Ottenvanger maakt van zijn hart
geen moordkuil. Zijn vereniging wil omhoog. In Noord-
wijk-Binnen is plaats voor (minimaal) een eersteklasser.
Maar echt haast hebben ze daar bij SJC nu ook weer niet.
„Het zou leuk zijn als het dit jaar al gebeurde. Maar het
hoeft niet. Als het wat langer duurt, is dat zo erg niet.'
NOORDWUK GERT-JAN ONVLEE
Nu kan ook worden gesteld dat SJC als vereniging er wel
aan toe is zich eens in de klasse onder de absolute top te
presenteren. De 800 leden tellende vereniging staat im
mers als een huis. Beschikt over een accommodatie waar
een ieder wel tegen moet zeggen en wordt gedragen
door talloze vrijwilligers. „Ik denk dat er bij SJC wekelijks
zón 200 mensen voor de club aan het werk zijn, stelt Ot-
tenvapger niet zonder trots. „Zelfwerkzaamheid is een
groot goed bij ons."
Dat de vereniging leeft, werd Ottenvanger en de zijnen
in d^.afgelopen periode ook weer duidelijk tijdens de voor
bereiding van de jaarlijkse konijnenveiling die op 10 de-
cember wordt gehouden. De veiling, zeventien jaar gele-
den inderdaad met één konijn begonnen, is inmiddels uit
gegroeid tot een gigantisch evenement. Moest de vereni
ging in de voorbereiding soms serieus de boer op om vol
doende zaken bijeen te schrapen, dit keer werden zelfs te
veel spullen aangedragen. Ottenvanger: „Met andere
woorden: het gaat echt goed met SJC. Je merkt dat de club
in het dorp breed wordt gesteund"
De voorzitter denkt dat de prestaties van het eerste elftal
dit seizoen daar niet los van kunnen worden gezien. „Maar
ook het als gastheer fungeren voor het Nederlands elftal
heeft SJC een hoop good-will opgeleverd. De club wordt
gewoon interessanter voor de mensen."
En daar hoort dus ook een hoger spelniveau dan de
tweede klasse bij. Ottenvanger: „Nu wel. We hebben bij
SJC eerst de nadruk gelegd op de accommodatie, gezorgd
voor goede randvoorwaarden. Nu krijgen de sportieve
prestaties de komende jaren meer prioriteit"
Jeugdopleiding
Er werd op dat vlak trouwens al hard gewerkt bij SJC. Zo is
de afgelopen jaren in de jeugdopleiding al duidelijk geïn
vesteerd. Ottenvanger: „De selectieteams bij de
A-, B- en C-junioren zijn inmiddels al op een re
delijk niveau beland. Maar dat karu ook nog ho
ger:1
Zoals dus ook het eerste hoger kan en uiteindelijk
moet. Dus gaat SJC mee in de mode dat er Jets
extrés moet worden gedaan voor de A-selectie.
Ottenvanger, die daarbij de nu 40 leden tellende
business-club van SJC niet onvermeld wil laten:
„Het is nu eenmaal een gegeven datje ook op dat
vlak niet kan achterblijven, als je tenminste wat
wilt bereiken. En dat wil SJC. Dus is er een budget
voor een trainingskamp, zijn er wat schoenenbonnen,
wordt er wel eens een feestavond georganiseerd en doen
we ook iets in de onkOstensfeer. We maken het niet te gek,
maar we doen het wel.'
Moeten het wel doen, meent de gemakkelijk pratende
voorzitter die zich bij thuiswedstrijden van SJC één goed
zichtbaar achter het doel van de tegenstander placht op te
stellen: „We hebben als SJC toch te maken met een gigan
tische concurrentie van de zaterdagclubs. Vijf verenigin
gen die in de top van Nederland bivakkeren. Ga daar als
zondag-tweedeklasser maar eens aan staan."
Vandaar dat het Ottenvanger wel goed zou uitkomen als
dat fweedé binnen afzienbare tijd kan worden vervangen
door éersté. „Daar streven we dus naar, daar moet je eer
lijk in zijn. Maar nogmaals: dat hoeft allemaal niet zo snel
te gebeuren. Er is echt geen man overboord als SJC dit sei
zoen in de middenmoot eindigt. Als we op termijn die eer
ste klasse maar wel bereiken"
Waarna de stap naar de hoofdklasse dus aan de orde
komt. Ottenvanger: „Dat is dan weer een station verder.
Als we eenmaal eersteklasser zijn, komt dat vanzelf wel
aan de orde"
Voor Lugdunum liggen de wensen en problemen op dit
moment op een heel ander vlak. De vereniging mag zich,
evenals SJC, super-gezond noemen en beschikt eveneens
over een accommodatie die moeiteloos een klas hoger
meekan. Voorlopig echter mag de club blij zijn als het eer
ste elftal aan het eind van de rit niet bij de laatste drie van
de ranglijst te vinden is.
SJC - Lu
Duyn 2-:
i 3-1 (1-1). 30. Marl
0, 33. Redcl 1-1, 57. Var
Ruud Bröring
„SJC-Lugdunum was een aardig partijtje om te zien.
Een zeventje. Maar wel: met dank aan Lugdunum. Met
de spelopvatting van die ploeg is niets mis. Het elftal is
balvaardigen probeert circulatievoetbal te spelen. Het
liefst op de helft van de tegenstander.
Nou, daar kreeg Lugdunum (jammer dat laatste man
Cei
i Tongeren
let zo vaak i
het avontuur koos)
gisteren alle kans
voor. Niet alleen
het doelsaldo van
vang Italiaatü
(acht i
gen
cht wed-
trijden), maar ook
het spelletje. Veel,
heel veel mensen
achter de bal en er
dan met verre, lan
ge trappen uitko-
Een winnende trai
ner heeft cdtijd ge
lijk, dus Ben van
Leeuwen van SJC
ook. Maar ik vraag me toch af of dit speltype op langere
termijn wel loont. Spelers leren minder, blijven stilstaan
in hun ontwikkeling als er alleen maar lang wordt ge
speeld.
Wat dat betreft ziet het er voor Lugdunum beter uit. Al
leen valt dat in de stand op de ranglijst niet terug te vin
den. Sterker nog: Lugdunum zal de komende wedstrij
den echt punten moeten gaan pakken om niet onder
aan te belanden. Dat moet met die ploeg ook kunnen,
voetballend gezien. Alleen in fysiek opzicht heb ik mijn
twijfels.
Nu moet ook wel worden gezegd dat SJC juist fysiek heel
sterk is. Op spelers als De Haas, Van Resteren en Brou
wer kan je verdedigend bouwen. Alleen daarom al denk
ik dat SJC wat aanvallender zou kunnen voetballen,
laatste man Menno van Rooyen wat meer voor zijn ver
dediging laten uitspelen. Want op dit moment schiet de
ploeg vooral in de opbouw te kort. Wordt er te veel ge
speculeerd op dat kansje dat toch wel komt. Wat dat be
treft zat het gisteren wel goed. Ik wil niets afdoen aan de
afstandsgoals van Remco Martens en Mark van Duyn,
maar ik denk niet dat ze dat soort halve kansen altijd
zo fraai benutten. Alleen bij die derde treffer van Yener
was van een redelijk uitgespeelde mogelijkheid sprake.
Yener, die problemen heeft met de omschakeling van
balbezit naar balverlies, was toevallig blijven hangen en
deed het goed door cle bal snel te verlengen. Lugdunum
had het er maar moeilijk mee. Voetballend beter uit de
verf komen, en dan toch de teil in gaan. Daarbij had cle
ploeg scheidsrechter Verbanac ook absoluut niet mee.
Hij liet te veel toe van SJC, gaf te gemakkelijk tweemaal
geel aan De Vos en verzuimde bij een stand van 2-1
Lugdunum een strafschop toe te kennen na een overtre
ding op De Rooy.
SJC: Van der Meer 5; Brouwer 7, De Haas 8, Van
Rooyen 6,5, Van Kesteren 8; Pont 6,5, Van Duyn 6,5
(Hulsebosch -), Yener 6,5; Oude Veldhuis 5 (Wijnand
-), Martens 6, Hazenoot 7.
Lugdunum: Ouwerkerk 7; Van As 6, De Rooy 6, Van
l ongeren 7, Deyn 6 (De Cler -); Van der Weyden 6,
Verver 6,5, Marcel Prins 6 (Michel Prins -); Redel 6,5,
De Vos 4, Van Berkel 5.
inus Michels, nadat
presentator Mart
Smeets hem heeft
1 i-jedankt voor de 'voetballes'
iO-ljdens Milan-Ajax, in Studio
Uk heb mijn best gedaan. Ik
loop dat het blijft hangen
3fim Wagemaker, scheidend
lirecteur Sportzaken bij mi-
listerie van VWS, over de
4SS£(okssport in VWS-tijdschrift
refpunt:
leidt dat alleen maar af. Mijn
vader heeft de neiging zich
overal mee te bemoeien... Als iets
verkeerd overkomt, kan dat te
gen je gebruikt worden. En mijn
vader praat graag, dat is zijn
vak als kastelein
EIDE
Het ii
Theo van Seggelen,
van de Centrale Spelersraad,
over de voorgestelde wijziging
van de promotie-
/degradatieregeling tussen
profs en amateurs, in NRC
Handelsblad:
„Wat gebeurt er als blijkt dat
geen enkele amateurclub straks
aan de
strenge li-
aar op hun kanis
10'
10
tudio Sport-v
laggever Theo
zijn
oorbeschouwing
pAC Milan-Ajax:
Heeft Ajcix de
ledstrijd tegen
december
\og nodig of ko-
vond al i
en gelijkspelletje".
(onald Jansen,
eeper van het Nederlands
ockeyteam, vlak v
eobespreking, in De Volks-
xant:
Alweerzo'n sessie. Ik word
\oed van dat eindeloze
\r zo'n tv-scherm".
9^e vader van autocoureur Jós
erstappen in De Telegraaf
ver de 'botsing' met zijn z
10-
Ikzag hem meer als vriend dan
De hele wereld zijn wt
hem maar te
'.fiten karten. En nu hij het hoog
de autosport
leeft bereikt, word ik buiten ge-
loten. Ik hoef helemaal
le voorgrond, maar mag ik dan
Is vader niets meer weten?Mij
lundi ertelt-ie niks, dat doet pijn"
9
waarden
kan vol
doen? Je
gaat toch
geen ver
keersregels
bedenken
voor kan
die e
12-Ds Verstappen o
De Telegraaf:
r zijn vader
Voor mij is het beter dat hij niet
leer bij de races is. Dat moet hij
'ens begrijpen. Hij pro-
et nu via een andere kant
oor de zielepoot uit te hangen,
'aardoor ik de schuld krijg... Als
lijn familie in de pits loopt,
ner van het
troosteloos
onderaan
staande
Eindhoven, in Voetbal Interna
tional:
„Als collega's je in deze situatie
niet zouden dollen, dan was er
wat mis met die collega's. Ik ben
daar zelf ook een voorstander
van. Ik hoor bij voorbeeld nu
wel eens zeggen: die Jacobs krijgt
bij Eindhoven zeker een ton per
punt. Daar kan ik best om la
chen.
Idem:
„Als ik verloren heb, dan slaap
ik heel erg slecht. Kun je nagaan
hoe bijzonder weinig ik dit sei
zoen geslapen heb.
Marcel Brands in VI:
„Ik heb de tijden nog meege
maakt dat jongens die bij Feye-
noorcl geen vaste plaats hadden
graag naar RKC kwamen.
Idem:
„Ais de club zou degi aderen, be
tekent dat het einde. Want er is
hier niks, geen supporters, geen
stadion, geen achterland en geen
traditie. Het enige dat RKC heeft
is een slechte naam en een lelijke
erfenis uit het verleden.
Bij de zondagamateurs voert
Mare Kranendonk van ADO '20
op dit moment het klassement
aan. Jack Weerts en Jos van
Aerts van Panningen volgen
hem op de voet. Op zaterdag is
het Freek Wittenrood van DO-
VO die zich per 22 november de
nummer één mag noemen. Ri-
cardo Bos van Rozenburg is hier
de grootste belager. Het
'Isostar'-klassement, want daar
gaat het hier over, is inmiddels
aan de vierde uitgave toe. Dat
klassement (wekelijks in De Te
legraaf te vinden en elke maand
in het aan dat concern verwante
blad 'Voetbal') is bedoeld om
aan het eind van het seizoen
een .speler tot de amateurvoet
baller van het jaar te kunnen
uitroepen. Beter gezegd: twee
spelers, want zowel de zater
dagamateurs als de spelers op
zondag worden aan het eind
van elke jaargang weer met een
winnaar bedacht.
Voor het klassement komen
uitsluitend spelers in aanmer
king die in de eerste klasse (za
terdag) of hoofdklasse (zondag)
actief zijn. De spelers krijgen in
elke wedstrijd een cijfer van 1
tot 10 toegekend door een
waarnemer. De rapporteur, die
altijd afkomstig is van de thuis
club, beoordeelt de spelers op
een achttal bij het voetbalspel
behorende onderdelen. Die on
derdelen variëren van werklust,
techniek en tactiek tot 'dienst
baarheid aan het team' en 'alge
hele presentatie, voorkomen,
gedrag, persoonlijkheid, tenue,
contact met supporters'. De
toegekende punten worden bij
elkaar opgeteld en na 26 wed
strijddagen staan de 'amateur
voetballers van het jaar' boven
aan. Een groot galafeest in Den
Bosch vormt vervolgens de fees
telijke afsluiting van het sei-
Het is een formule die werkt,
ipeent Carin Plaggenburg. Zij
houdt zich met Bab Barends
Floor van Duyn, hier juichend naee
bepaald niet onderwaardeerde."
met de organisatie van het klas
sement bezig. „Kijk alleen maar
naar de winnaars van de eerste
drie jaar. En naar de andere
spelers die hoog zijn geëindigd.
Daar zijn er aardig wat van naar
het betaalde voetbal overge
stapt. Dat zegt toch wel iets."
Hetgeen niet betekent dat er
geen kritische kanttekeningen
bij dat klassement kunnen wor
den geplaatst. Gerard van Zuy-
len, de secretaris van Rijnsburg-
se Boys, fungeert bij thuiswed
strijden op Sportpark Middel-
mors als rapporteur. Doet dat
werk zo nauwgezet mogelijk
('Anders moet je het niet doen'),
maar vraagt zich tegelijkertijd af
'of het allemaal wel werkt'. Al
leen, het rapporteren al: „Twee
entwintig spelers beoordelen in
negentig minuten voetbal is
niet eenvoudig. Zeker niet als je
als clubman op de tribune zit."
Maar er zijn ook andere pro
bleempjes aan het rapporteren
verbonden. Van Zuylen: „Waar
moet je spelers nu precies op
beoordelen? Zelf vind ik bij
voorbeeld dat een speler een
goede voldoende scoort als hij
opdrachten goed uitvoert, in
dienst van het elftal voetbalt.
Maar als je de ranglijsten van de
afgelopen drie jaar eens bekijkt
zie je toch voornamelijk aanval
lers en keepers hoog
doelpunt voor Quick Boys, ziet het betrekkelijke in van spelersklassementen. „Wij hadden een trainer die c
Doelpunten en reddingen wor
den blijkbaar het best beloond.
Of vallen het meest op."
Floor van Duyn werd aan het
eind van het seizoen 1992-1993
tot zaterdag-amateurvoetballer
van het jaar uitgeroepen. De
middenvelder van Quick Boys
heeft aan die titel een grote bo
kaal èn leuke herinneringen
overgehouden. „We hebben
toen met het team, bij dat gala,
in Den Bosch een hele geslaag
de avond gehad."
Overdreven veel waarde
hecht Van Duyn echter niet aan
die uitverkiezing: „Nogmaals,
het was heel leuk om mee te
maken. Maar het was en is na
tuurlijk niet meer dan een aar
digheidje. Daarbij is het geen
eerlijk klassement.
Van Duyn legt uit: „Alle pun
ten worden opgeteld. Om hoog
te eindigen moet je dus alle
wedstrijden meespelen. Als je er
eentje mist door een blessure of
een schorsing, ben je eigenlijk al
gezien. Ik heb dat seizoen het
geluk gehad dat ik er steeds bij
was en dat hoger geklasseerde
spelers stuk voor stuk afvielen,
omdat ze een partij misten. Het
zou beter zijn als met gemiddel
des werd gewerkt. Daarbij is de
rol van de rapporteur van de ei
gen club in dit systeem te be
langrijk. We draaiden i
goed seizoen met Quick Boys,
dat is waar. Maar in de eind
stand drie man bij de eerste
dertien - dat was wel een beetje
veel van het goede. Laat ik het
zo zeggen: de trainer die we
toen hadden, heeft ons dat sei
zoen als rapporteur zeker niet
ondergewaardeerd."
Het zijn kritische kantteke
ningen van een oud-winnaar
die door Carin Plaggenburg
voor het grootste gedeelte wor
den onderschreven. „Al geloof
ik wel dat de meeste van onze
rapporteurs volstrekt te goeder
trouw zijn. En wat die gemid
deldes betreft, we denken er wel
degelijk aan om dat een keer in
te voeren. Alleen blijkt dat in de
praktijk een beetje moeilijk te
liggen."
En vervolgend: „Wat voor
klassement je ook bijhoudt, en
op welke manier je dat ook
doet, je kan er altijd kantteke
ningen bij plaatsen. Maar dat
neemt niet weg dat we in dit ge
val kunnen spreken van een po
pulair klassement. De lijsten
worden in kleedkamers opge
hangen, het leeft, er wordt naar
gekeken. Dat merken we vooral
direct na publicatie erg vaak. Als
iemand ook maar denkt dat er
iets niet klopt, hangt-ie aan de
telefoon. Dat betekent toch wel
iets.'
ARCHIEFFOTO LOEK ZUYDERDUIN
Niet voor Arie Lagendijk. De
technisch coördinator van Kat
wijk hecht 'totaal geen belang'
aan het klassement. „Alle objec
tiviteit ontbreekt. Het is over
duidelijk dat spelers door be
paalde clubs, bepaalde rappor
teurs enorm worden gepusht.
Daar hoef je alleen de standen
maar voor te bekijken. Ik vind
dat te kinderachtig voor woor
den. En heel slecht voor zo'n
klassement. Er moet toch een
manier te vinden zijn om op
een betere, meer objectieve wij
ze aan cijfers te komen?"
Punten die dan ook op een
andere wijze moeten worden
verwerkt, stelt ook Lagendijk:
„Het is belachelijk dat je uit de
top van een klassement valt als
je van de 26 wedstrijden er één
mist. Op zo'n manier schiet je
aan alle kanten je doel voorbij."
Lagendijk ('Ik noem mezelf
echt geen negatief persoon,
maar hier kan je toch geen goed
woord voor over hebben') be
sluit: „Er zijn mensen die in dit
verband over kinderziektes pra
ten. Maar dit klassement loopt
nu al weer voor het vierde jaar.
Dan mag je toch wel verwach
ten dat een organisatie z'n
zaakjes op orde heeft?"
GERT-JAN ONVLEE.
Naam: Dennis Stuifzand
Club: Docos
Leeftijd: 25
Beroep: logistiek administratief
medewerker
Dennis Stuifzand
scoorde gisteren vijf
doelpunten voor
Docos dat tegen Teylingen met
10-0 won. Het was dit seizoen al
de tweede keer dat de Leidse
vierdeklasser deze score op het
bord bracht. VCL was het vorige
slachtoffer van de ploeg die
door Wim Visser wordt ge
traind. Stuifzand had er binnen
vijftien minuten al drie 'in het
mandje' liggen. Hij scoorde 1-0,
2-0 en 3-0. De zevende en ne
gende treffer nam hij ook nog
voor zijn rekening.
Heb je in je voetbalcarrière al
eens zo veel goals in anderhalf
uur gemaakt?
„Ja, tegen ASC ooit. Dat was ja
ren geleden, een duel voor de
beker, We wonnen met 11 -0 en
ik scoorde er negen. Verder kan
ik me herinneren dat ik voor de
competitie ook ooit vier keer
scoorde in een wedstrijd."
Welk doelpunt sprong er uit
qua schoonheid?
„De laatste, absoluut. Een com
binatie over links, een schaar
van Johan de Ridder, een voor
zet op mij en ik rond af met het
hoofd. Dat was een hele mooie,
ook omdat ik bijna nooit met
het hoofd scoor."
Wat is nou een typische Stuif-
zancl-goal?
„Dat is een combinatie van
Hans en Herman van Marwijk
die ik met een doelpunt be
kroon. Zo gaat de helft van alle
doelpunten die ik maak. Dit sei
zoen zijn dat er al 18. Gemid
deld maak ik er twintig per sei
zoen, ik weet niet waar dit naar
toe gaat. Het gaat wel erg lekker.
We hebben er in deze competi
tie als team al vijftig gemaakt."
Mogen we jou een goaltjesdief
noemen?
„Nou, ik ben geen typische
goalgetter die aan een vierkante
meter ruimte genoeg heeft. Ik
ben meer sterk in het positie
kiezen en moet ruimte hebben.
Verder ben ik niet egoïstisch."