UIT
'Ik voel me
een leeftijdtr
rock 'n' ro
dloze
Ier'
Respect voor componist staat voorop
Rtv show
MAANDAG 14 NOVEMBER 1994
Rob de Nijs
realiseert
jeugddroom
met
kerstconcert
in Jaarbeurs
'Stel je
er geen
zoetsappig
gebeuren
bij voor
Dat concert
swingt
als een
tijger'
HILVERSUM WILMA DE REK
Het is allemaal de
schuld van zijn ou
ders. Die maakten
van de kerstdagen /.o'n enorm
feest dat Rob de Nijs elke de
cembermaand wordt overvallen
door heftige gevoelens van wee
moed en verlangen. Al jaren
droomt hij van een 'groots,
warm en wit' kerstconcert. Dit
jaar, op 16 december in de
Utrechtse Jaarbeurs, is het zo
ver. „Stel je er alsjeblieft geen
zoetsappig gebeuren bij voor.
Dat concert swingt als een tij
ger."
„Ik heb een eigen religieus
gevoel ontwikkeld dat weinig te
maken heeft met de dogma's
van de kerk. Dat gevoel is voor
namelijk gebaseerd op de voor
beeldfunctie die Christus voor
mij heeft. Ik zie hem als een
provo-achtige figuur, een voor
beeld van een goed mens. Bid
den doe ik ook. Ik bid zoals een
ander mediteert. Bidden is een
vorm van je wilskracht onder
steunen. Toen ik toelatingsexa
men moest doen voor de HBS,
heb ik gebeden dat de stukken
eraf vlogen en ik slaagde. Sinds
dien kan Christus bij mij niet
meer kapot. En het verhaal van
zijn geboorte, dat is natuurlijk
geweldig. En eigenlijk ook heel
romantisch."
Zijn tatoeages Christus;
een Harley Davidson-teken; de
biddende handen van Albrecht
Dürer; een paard, en De Nijs'
Chinese sterrenbeeld zitten
veilig verstopt onder een huise
lijke trui. ,,Ja, hallo zeg, het is
verdomme winter." De Harley
Davidson is nergens te beken
nen, drank en vrouwen zijn er
ook al niet. Rob de Nijs, in de
„Kerst, daar gooi ik me helemaal in. Ik ben een kerstkindje hè, op tweede kerstdag geboren."
vijfendertig jaar van zijn carriè
re nu eens omschreven als 'in
leer gehulde macho', dan weer
als 'zwijmelende romanticus', is
van dichtbij gewoon een aardi
ge man. Die aan een glaasje mi
neraalwater nipt en over zijn
kerstgevoel vertelt.
Kerstkindje
„Kerst, daar gooi ik me hele
maal in. Ik ben een kerstkindje
hè, op tweede kerstdag geboren.
Kerstmis was bij ons thuis altijd
een hele bijzondere periode. Als
je 's avonds ging slapen, zag al
les er nog normaal uit. Op eer
ste kerstdag stond je op in een
huis dat helemaal wit was. Mijn
vader had de boel versierd met
watten en engelenhaar en een
eigenhandig gefiguurzaagd
kerststalletje. Mijn moeder
braadde konijn, op de radio
hoorde je White Christmas en
Harry Belafonte met zijn Mary's
Boy Child, nog altijd een van de
mooiste kerstliedjes die ik ken."
„Zoals ik vroeger met mijn
ouders kerst vierde, vier ik het
nu in mijn eigen gezin. In een
sfeer van warmte, van traditie.
Zo houden we elk jaar op eerste
kerstdag een zoektocht naar
Maria. Maria is een ouwe etala
gepop die er uitziet zoals ik me
Maria voorstel: met donker haar
en een lieve glimlach. Belinda
verstopt haar s morgens ergens
in het bos en de kinderen hou
den spoorzoekertje. Op kerst
avond doen we niets bijzonders;
ik versier het hele huis, zoals
mijn vader dat vroeger ook
deed, en daarna zit ik lodderig
met een borrel in mijn hand
naar de ballen te staren."
'Warm en wit'
De sfeer van vroeger, door De
Nijs omschreven als „warm en
wit, al sneeuwde het ook bijna
nooit met kerst", moet op 16
december herleven in de Prins
van Oranjehal van de Utrechtse
Jaarbeurs. Met het kerstconcert
dat De Nijs dan geeft, gaat een
droomwens in vervulling.
„Ik heb flitsen van een Prom-
concert, van een warme, brui
sende zaal vol mensen die uit
volle borst meezingen. Op het
podium moet het hele muzikale
scala voorbijkomen: pop, klas
siek, de hele bende. We pakken
uit. Er komt een gospelkoor, een
knapenkoor, een strijkkwintet.
Ik treed op met gasten als Mar
griet Eshuys, Liesbeth List, Ca-
rola, Sylvia Houtzager en Hans
Vermeulen, die ook solodingen
doen."
„Het kerstconcert wordt
groots, maar niet met toeters en
bellen. Het wordt juist intiem
en kwetsbaar. Ik moet mensen
mentaal kunnen aanraken, en
zij mij. Ik zeg altijd: als ik op
treed, moeten er telefoonlijnen
zijn met iedereen. Ahoy' vind ik
een beetje een bunker, die zaal
past niet bij mij. Mijn sfeer is
warm en intiem en staat ver af
van het Las Vegas-gevoel dat je
meestal aantreft als Nederland
se artiesten shows op grote po
dia geven. De Prins van Oranje
hal in Utrecht is ook wel groot,
maar akoestisch en facilitair he
lemaal afgestemd op concer-
Acht ton
Acht ton gaat het concert hem
kosten. Een hoop geld, zeker in
het licht van de alarmerende
tekst die Henk van der Meyden
onlangs nog uit de mond van
De Nijs' echtgenote Belinda
Meuldijk optekende: 'Soms is
de situatie zo erg dat ik geen
geld meer heb om een pak melk
te kopen'.
„Haha. Ach, dat is Henk hè.
Maar het is inderdaad een feit
dat we af en toe aan de bodem
zitten, omdat we alles investe
ren in de shows. En dan is het
schrapen. Moet ik bijvoorbeeld
mijn Harley Davidson verko
pen, ja. Het is een keus die je
maakt: wil je miljonair worden,
of wil je je werk zo goed moge
lijk doen, met alle kwaliteits
eisen die daarbij horen? Ik kies
voor het laatste. Ik moet het
beste van het beste hebben.
Maar goed, ik krijg wel elk jaar
van mijn boekhouder op m'n
kop. Dat is niet klagerig be
doeld, want ik ben echt niet zie
lig. En als de zaal niet vol komt,
zal ik dat ook wel overleven."
Als in onze liefde
Een leegte ontstaat
verlang je naar verleiding
je zoekt het zoete verraad
(Iets van een Wonder)
De teksten op Rob de Nijs'
nieuwe CD Iets van een Wonder
zijn, zoals gewoonlijk, van de
hand van zijn echtgenote Belin
da Meuldijk. De huwelijkse
staat van het paar was de afge
lopen jaren voor 'de bladen' een
grote bron van inspiratie. De
Nijs' vertrek uit de echtelijke
woning, zijn relatie met een
achtergrondzangeres, de ver
zoening met zijn vrouw: Story,
Privé en Weekend volgden de
perikelen op de voet. Een ver
haal in weekblad Story bracht
De Nijs en Meuldijk er zelfs toe
een inmiddels gewonnnen
proces tegen dat blad aan te
spannen. De niet altijd ge
wenste publiciteit weerhoudt
De Nijs er niet van op zijn
nieuwste CD wederom heel
persoonlijk te zijn.
Roddelbladen
„Ik snap niet waarom iedereen
daar tegen mij altijd over begint
te zeuren. Mensen als Lou Reed,
The Rolling Stones, noem ze al
lemaal maar op, werken toch
ook vanuit hun persoonlijkheid?
De roddelbladen weerhouden
me nergens van. Hebben dat
ook nooit gedaan. Op het mo
ment dat ik mijn repertoire sa
menstel, denk ik geen moment
aan de pers. Als we onze kunst
maken, zijn we met die kunst
bezig en verder nergens anders
mee. Kunst maak je vanuit je
zelf en voor jezelf. Dat is de eni
ge manier waarop je integer
kunst kunt bedrijven."
„Overigens zijn het vooral die
persoonlijke liedjes die mensen
raken, omdat ze er iets in her
kennen. Een nummer als Kleine
Ster, over mijn zoon Yoshi, die
minimal brain damage heeft,
wordt als buitengewoon ontroe
rend ervaren omdat veel men
sen een kind hebben waar 'wat
mee is'. En anders kennen ze
wel zo iemand het kind van
hun broer, van een vriend. Het
is nog steeds een taboe om over
dergelijke dingen te praten, en
al helemaal om erover te zin
gen."
„Ik doe dat wèl. Ik zing over
mijn leven en mijn emoties,
over de handicap van mijn kind
en de pijn. Maar ook over de
mooie dingen die ik met hem
beleef. Het helpt me om over
hem te zingen, en ik weet dat
het ook anderen helpt. Ik pro
beer een emotie over te bren
gen zonder daarbij zelf geëmo
tioneerd te raken. Want dat is
FOTO GPD ANNEMIEK MOMMERS
een regel die ik ooit heb geleerd:
een artiest mag iedereen aan
het huilen brengen, behalve
zichzelf."
House
Rob de Nijs is nu 51. Een deel
van zijn publiek is met hem
meegegroeid en dus van dezelf
de generatie, het grootste deel
van zijn concertbezoekers is
tussen de 23 en 40 jaar oud.
„Theaterdirecteuren zeggen al
tijd dat ik een heel leuk, divers
publiek bereik. En daar zitten
de laatste tijd steeds meer man
nen bij. Vroeger kwamen over
wegend vrouwen op mijn optre
dens af, niet omdat ze zich aan
me zaten te verlustigen, zoals
wel werd gezegd, maar vanwege
mijn materiaal. Belinda's mate
riaal dus, teksten over emoties.
Ik denk dat Nederlandse man
nen steeds beter met hun emo
ties leren omgaan."
„Vorige week, in Zwolle, trad
ik trouwens op voor louter tie
ners. Stonden daar ruim dui
zend swingende, uit hun bol
gaande kinderen. Ik voel me
daar niet stokoud bij. Ik voel me
een leeftijdloze rock 'n' roller.
Mijn wortels liggen in de jaren
vijftig. De tijd van Elvis en van
Jerry Lee Lewis. Als je puber
bent, wordt de basis gelegd voor
je muzikale gevoel. Ik denk dat
mijn generatie daarom ook niet
met house kan omgaan: ik zoek
daarin vergeefs naar een hart.
Dat vind ik in jazz, in klassieke
muziek, in rock 'n' roll. Maar
niet in house. Mijn helden zijn
mensen als Billy Joel, Eric Clap
ton en Elton John. Ouwe lullen
dus, zoals wel eens badinerend
wordt gezegd. Iets wat je nooit
over klassieke musici hoort."
Harry van Hoof legt bejubelde bewerking 'My Fair Lady' vast op CD
In de Wisseloord studio's in Hil
versum legt Harry van 1 loof de
zer dagen de laatste hand aan
de CD-versie van My Fair Lady.
„We harken de live-opnamen
een beetje schoonzegt de 51 -
jarige orkestleider en arrangeur.
Eind deze maand moet het zil
veren schijfje in de winkels lig
gen. Daarmee wordt Van Hoofs
alom bejubelde bewerking van
de oude hitmusical definitief
voor het nageslacht vastgelegd.
Van Hoof slaagde erin My Fair
iMdy van een nieuw muzikaal
jasje te voorzien en leverde
daarmee een belangrijk aandeel
in het succes van de theaterpro-
duktie die momenteel door het
land toert.
My Fair Lady beleefde in 1956
de wereldpremière in New York.
Sindsdien is de musical van
tekstschrijver Alan Jay Lerner en
componist Frederick Loewe we
reldwijd vele duizenden keren
opgevoerd. De laatste jaren
boekte de voorstelling echter
weinig succes omdat de uitvoe
renden krampachtig vasthiel-
i de oorspronkelijke pre
duktie. De kracht van de nieuwe
Nederlandse versie ligt juist in
het feit dat er een eigentijds
sausje overheen gegoten is.
„We hebben er veel muziek
uitgehaald en herhalingen ver
meden", zegt Van Hoof over de
samenwerking met regisseur
Eddy Habbema. „Het is opval
lend dat je het verhaal vandaag
de dag veel sneller kunt vertel
len dan vroeger. Je had in het
verleden drie keer een tussen-
tijdsae samenvatting nodig om
je verhaal en je melodie te laten
overkomen. Nu vermijd je dat
soort herhalingen om saaiheid
te voorkomen."
„Als kind heb ik My Fair Lady
gezien. Ik bewerkte ook regel
matig stukken uit die show voor
•plaatopnames en televisiepro
gramma's. Zo heeft elke Neder
landse zanger het nummer I've
Grown Accostumed To Her Face
wel eens gezongen. Dit was de
eerste keer dat ik een musical
integraal onder handen nam.
De moeilijkheid daarbij is dat je
niet moet veranderen om het
veranderen, maar de materie
moet uitdiepen om een meer
up-to-date-versie te krib
Geniaal
Respect voor componist Frede
rick Loewe stond daarbij voor
op. „Die man heeft geniale mu
ziek geschreven. En ik heb ooit
eens gehoord dat hij dat in heel
korte tijd heeft moeten doen",
licht Van Hoof toe. „Bij mijn be
werking ben ik uitgegaan van de
melodie; die blijft natuurlijk
overeind staan. Je moet ook niet
zo eigenwijs zijn om het oor
spronkelijke stuk geweld aan te
doen. De herkenning zit er nog
altijd in; mensen ervaren deze
My Fair Lady dan ook als tradi
tioneel. Aan de andere kant
hoor ik van critici dat ze het
stuk sprankelend eigentijds vin
den."
Qua instrumenten kent het
musical-orkest een traditionele
bezetting. Van Hoof voegde
twee keyboards toe. Die gaf hij
echter een andere functie dan
ze normaal hebben; hij ver
werkte het geluid van de elek
tronische toetsenborden in dat
van de houtblazers. „Het be
werken van My Fair Lady was
behoorlijk lastig", zegt hij. „Ik
werk liever vanaf nul dan dat ik
bij een bestaand iets moet gaan
zoeken naar wat ik er mee moet
doen. Je bent dan gauw geneigd
de zaak te laten zoals ze is."
Voor de theaterproduktie
kreeg Van Hoof de beschikking
over 21 muzikanten. Zeker in
deze tijd een ongekende luxe.
„Ik heb al die mensen een dub
belfunctie gegeven. Dus ze wer
ken zich kapot in de orkestbak.
Soms moeten ze in twee tellen
van instrument veranderen. Dat
houdt de zaak een beetje span
nend."
Opfrissen
Tot en njet de première heeft
Van Hoof met het orkest ge
werkt. Een paar keer per maand
kruipt hij terug in de orkestbak.
„Ik vind het interessant om het
hele seizoen bij deze produktie
betrokken te blijven", vertelt hij.
Als je elke dag zo'n voorstelling
moet spelen, heb je de neiging
om in een bepaalde routine te
glijden. Ik kom een paar keer
per maand binnen met verse
oren om de boel op te frissen.
Zo voorkom je dat de glans er af
gaat."
Harry van Hoof: „Bij shows als The Phantom, Cats en Miss Saigon jeuken n
er, op straffe van een forse boete, niet aankomen."
Als het aan hem lag, zou Van
Hoof graag ook andere musicals
eens onder handen willen ne
men. „Maar je mag niet aan he
dendaagse shows als The
Phantom. Cats en Miss Saigon
komen op straffe van een forse
boete. Die zijn gebonden aan
heel strikte regels. Mijn vingers
jeuken wel eens bij die shows.
Zo zou ik graag The Phantom
op sommige punten anders wil
len doen. Ik ben er een voor
stander van om in een goede
dialoog dergelijke shows te ver
beteren. Ik vind het dom om.
zoals nu gebeurt, de zaak zo af
te sluiten."
Zijn bemoeienissen met het
fenomeen musical passen pre
cies in zijn streven zo breed
mogelijk te werken. Zo ma
noeuvreert Van Hoof zich al ja
ren probleemloos tussen alle
mogelijke muziekstijlen. Van
pop tot en met songfestival en
van film tot en met klassiek.
„Leonard Bernstein is een man
die ik mateloos bewonder", zegt
de Eindhovenaar. „Die man was
een compleet muzikant; hij
heeft alles gedaan. Van spelen
in een jazz-kroeg tot en met het
dirigeren van de New York Phil
harmonic."
GESPROKEN
Remco Campert in
„De volgende keer
ga ik gedichten
voordragen zonder
woorden in een
zwembad. Het pu
bliek zit dan aan de
kant en ik zwem heen en weer
met een bundeltje poëzie dat
door een ijzerdraadconstructie
voor mijn neus is bevestigd en
ik mime de woorden. Terwijl ik
mijn baantjes trek zie je mijn
mond dus bewegen, maar je
hoort niets. Het voordeel ervan
is ook dat je het overal in de we
reld waar ze zwembaden heb
ben kunt doen. En je hebt geen
vertaalkosten."
Marco Borsato in Weekend:
„We wonen sinds kort in ons
nieuwe huis, maar ik moet eer
lijk bekennen dat ik er nog nau
welijks de weg weet. Midden in
de nacht kom ik thuis, kruip op
de tast mijn bed in en vaak ben
ik 's morgens alweer op pad."
Peter Jan Rens in TV Studio op
de vraag 'Kun je niet gewoon
eens lekker lui zijn':
„Ja hoor, ik loop bijna elke dag
tien kilometer."
Ontbijt-TV-presentator Rocky
Tuhuteru over vroeg opstaan
in TV Studio:
„Ik heb een dubbele wekker no
dig en als dat niet lukt, rest de
portier. Die belt me dan om zes
uur uit mijn bed. Het is gelukkig
nog niet nodig geweest. Ik ben
al behoorlijk aan het ritme ge
wend - met de kippen op stok
en vóór het hanengekraai er-
BRT-omroepster Sabine De
Vos in Humo:
„Kijk, ik stik gewoon als er iets
om mijn hals spant. Dus stop ik
mijn nek óf helemaal in een col
trui óf ik kies voor een nogal la
ge hals. Maar laten we het over
iets anders hebben, aan mijn
decolleté zijn al genoeg worden
verspild."
HUMO: „Niet alleen woorden,
Sabine..."
Sabine De Vos: „Een omroep-
ster dient nu eenmaal éérst om
naar te kijken en dan om naar
te luisteren."
jan Lenferink in VARA TV-Ma-
gazine:
„Joop Daalmeijer is een zeer
autoritaire, ijdele bal met dik
haar en een te kort jasje. Ik zit
met 'RUR' tussen twee pro
gramma's in die beide onder
hem vallen en worden gepre
senteerd door meisjes die alle
maal een afspiegeling zijn van
zijn vrouw, Maartje van Wee
gen. Wat kijkcijfers betreft
steekt 'RUR' met kop en schou
ders uit boven die programma's
van hem. Eigen roem stinkt dat
weet ik, maar ik vind het leuk te
laten zien dat de drol die ik
draai nog steeds lekker ruikt."
De Belgische zangeres Sanne
in Humo:
„Al die dronken mannen die me
gore opmerkingen naar het
hoofd slingeren.„Ik heb er een
trauma aan over gehouden. Ik
wil dat mepsen van mijn liedjes
houden omdat ze ze mooi vin
den, niet omdat ik op het podi
um met mijn gat sta te draai-
Organist Stef Meeder in Week
end:
„Mijn eerste optreden, in De
Kuip in de jaren zeventig, be
zorgde me dreigtelefoontjes.
Mijn jongere broertje wedde
namelijk om 25 gulden met me
dat ik in de bomvolle Kuip niet
zou durven beginnen met het
nummer 'Ajax wint de wereld
cup'. En dat deed ik dus wel."
Bert 'Blind Date' Kuizenga in
Weekend:
„Weet je dat ik ooit nog eens
ben opgepakt wegens een over
val op een benzinestation? Niet
iedereen bleek namelijk te we
ten dat de overval in scène was
gezet..."
Angela Groothuizen in het Pa
rool:
„Ischa Meyer noemde mee een
verlate puber. Dat ben ik niet
echt, want ik ben altijd heel ver
antwoordelijk ge
weest. Maar ik heb
inderdaad nog
steeds net gevoel
alsof ik net van
school afkom. Mijn S
moeder zei vroeger
altijd: jij bent nooit
kind geweest. Dat
ben ik nu dik aan
het inhalen."