Onderzoek botverlies geen luxe
De mens is eindig in zijn denkvermogen
Wetenschap
Aspirine helpt
bloedsomloop
in zwangerschap
Graven ontdekt:
rode deurstijlen
springen er uit
600.000 mensen
met aandoening
van spijsverteringen/
Ruimtesonde naar
planeet MercuriusA
VRIJDAG 28 OKTOBER 1994
ROTTERDAM ANP
Zwangere vrouwen die een verhoogde kans
hebben op stoornissen in de bloedsomloop,
kunnen met een lage dosis aspirine dat risi
co verkleinen. I let gebruik van 60 tot 70 mg
aspirine per dag heeft geen schadelijke ef
fecten voor moeder of kind, ook niet tijdens
de bevalling.
Tot die conclusies komt 11. Bremer, na een
omvangrijk internationaal onderzoek,
waarop hij is gepromoveerd aan de Eras
mus Universiteit in Botterdam.
I loge bloeddruk is een van de grootste pro
blemen in de verloskunde. Ongeveer de
helft van het aantal sterfgevallen tijdens de
bevalling komt door een hoge bloeddruk tij
dens de zwangerschap.
In een belangrijk deel van die gevallen
wordt de hoge bloeddruk veroorzaakt door
dat de bloedsomloop zich niet aan de
zwangerschap heeft aangepast (pre
eclampsia. I let lichaam produceert geen
extra bloed en de doorstroming gaat niet
snel genoeg. De slechte doorbloeding van
de placenta leidt tot groeiachterstand bij de
foetus. Bij de moeder kunnen de nieren
ernstig beschadigd raken.
De afgelopen tien jaar is regelmatig onder
zoek verricht naar het effect van aspirine op
de hoge bloeddruk bij zwangere vrouwen.
Vrij snel bleek dat het een gunstig effect
heeft op vrouwen die een extreem verhoog
de kans hebben op stoornissen in de bloed
somloop. Onduidelijk was echter welk ef
fect het heeft op vrouwen die een lager risi
co lopen.
Bremer coördineerde het Nederlandse deel
van een internationaal onderzoek, waaraan
zestien landen meewerkten en waarhij ruim
negenduizend zwangere vrouwen betrok
ken waren. In Nederland meldden 486
vrouwen zich aan. De onderzoeksgroep was
daarmee niet beperkt tot vrouwen met een
(extreem) verhoogd risico, maar vormde
een doorsnee van de zwangere bevolking.
Het onderzoek bevestigde dat een dagelijk
se lage dosis aspirine 1 mg per kilo li
chaamsgewicht) baat heeft bij vrouwen die
een verhoogde kans op pre-eclampsic heb
ben. Daarbij gaat het om vrouwen die in
een eerdere zwangerschap problemen heb
ben gehad met de bloedsomloop, vrouwen
die door een ziekte (nicraandoening) al een
hoge bloeddruk hebben en vrouwen van
wie de moeder pre-eclampsie had.
Het onderzoek toonde tevens aan dat het
geen zin heeft de aspirine te geven aan
vrouwen die al pre-eclampsie hebben. Ook
werkt het niet bloeddrukverlagend; wel
voorkomt het dat de bloeddruk verder op
loopt.
De onderzoekers keken verder naar de bij
werkingen van aspirine in de zwanger
schap, omdat daar weinig over hekend was.
Promotor prof. H. Wallenburg, zelf een van
de eerste onderzoekers op dit gebied: ,,ln
theorie was een aantal negatieve bii-eficc-
ten mogelijk. Aspirine vertraagt de bloeds-
tollingen dat zou consequenties kunnen
hebben bij de bevalling. Nu die effecten
zich in dit omvangrijke onderzoek niet heb
ben voorgedaan, kunnen we met zekerheid
zeggen dat het gebruik van aspirine geen
schadelijke effecten heeft."
CAIRO RTR/AFP
Archeologen hebben in de buurt van Cairo
drie grafkamers uit 2300 voor Christus met
zeer goed bewaarde muurschilderingen
ontdekt. „De kleuren zijn supergoed gecon
serveerd. Vooral het turqoise op de muren
en het rood op de valse deurstijlen springen
er uit," aldus een expert. Valse deuren dien
den om grafrovers te misleiden.
Het gaat om tombes van een hogepriester,
een priesteres en een bouwmeester. Hun
namen zijn volkomen nieuw voor de onder
zoekers.
De priester, Ka Aper geheten, omschrijft
zichzelf als „de welbekende van de farao, de
erfelijke prins, het hoofd van de archieven
van de farao en opperopzichter van alle
werk bij de pyramide van farao Teti." Vol
gens deskundigen leefde hij tijdens de zes
de dynastie van het Oude Koninkrijk. Dat is
rond 2300 voor Christus. Uit historisch oog
punt is de vondst van zijn grafwerk het be
langrijkst. Ka Apers functie kwam neer op
die van dorpshoofd. Die was tot dusverre
onbekend. De conterfeitsels op de muren
bieden een rijk inzicht in het politieke, soci
ale en religieuze leven van zijn tijd.
Zijn laatste verblijfplaats kreeg al in oude
tijden bezoek van rovers. „Maar zaterdag
gaan wij verder graven. De sarcofaag van Ka
Aper ligt misschien op een lager niveau",
aldus een specialist.
De tombe van de priesteres, Najad Pet, is
een zeldzaam voorbeeld van een grafwerk
dat in de tijd van het Oude Rijk alleen voor
een vrouw verrees.
Najad Pet betekent geschenk van de goden.
„Zij was priesteres van de godin Hathor,
haar evenknie Neith van de Delta en de god
Wepwawet. de jakhals die de weg voor de
doden opent."
De bouwmeester heet Amon Em Emt. Zijn
crypte omvat niet minder dan vijf rijk be
schilderde kamers. Alle tombes bevinden
zit h in de net ropolisSaqqara bijCafro,
waar farao's uit Memphis werden begraven.
Memphis was volgens de legende de eerste
hoofdstad van het verenigde Egypte. Uit de
lagen boven de graven kwamen ook belang
wekkende voorwerpen tevoorschijn. Zij da
teren uit het tijdperk van het Nieuwe Rijjc,
dat liep van 1580 tot 1085 voor Christus.
1 let zijn twee houten beelden van
baadsters, schoonheidsartikelen voor da
mes, amuletten, gewone gebruiksvoorwer
pen en delen van wat een Indisch-Chinese
draagstoel moet zijn.
Specialisten maken te weinig gebruik va
de kennis over spijsverteringsaandoenirMitd
gen. Ook is de aanwezige deskundigheiiA) La
onvoldoende verspreid over het land. I )^WE/
600.000 mensen met een chronische aarP'ay
doening krijgen te weinig begrijpelijke ir
formatie en worden niet snel genoeg of CD
naar de verkeerde specialist doorverwezi omi
Dit blijkt uit twee onderzoeken die de Nigem
derlandse Lever Darm Stichting heeft ge gen'
houden naar de positie van mensen meinet e
een chronische spijsverteringsziekte en andi
naar knelpunten in de behandeling ervaiiwer
De onderzoeksresultaten zijn deze week paai
overhandigd aan minister Borst-Eilers ve schi
volksgezondheid en aan voorzitter R. I laig zt
Berger van de Nationale Commissie Chri Am
nisch Zieken. 'onr
In Nederland zijn naar schatting bijna tw een
miljoen mensen met spijsverteringsklacbvarr
ten, van wie er 600.000 een chronische aie toi
doening hebben. Het gaat dan om ziekte opr
afwijkingen of functiestoornissen van de'dt n
slokdarm, maag, dunne en dikke darm, louw
ver, gal en alvleesklier. »nd
Uit de onderzoeken blijkt dat huisartsen I var
veel mensen op hun spreekuur krijgen dionc
klachten hebben over de spijsvertering, dek'
dat ze daar zeer verschillend mee omgaande
Dit heeft volgens de onderzoekers tot ge-hun
volg dat de diagnose en doorverwijzing vnne
mensen meteen spijsverteringsaandoenrvd.
een probleem kan vormen. Eén van de ight
maar liefst 34 aanbevelingen van de Ned*oot
landse Lever Darm Stichting is dan ook donli
huisartsen met protocollen gaan werken,is d
zodat de diagnose sneller gesteld kan woienc
den. ti h
Ook de doorverwijzing tussen specialisten rel
levert problemen op. Mensen met een aaiow
doening worden naar verschillende speciurd
listen doorverwezen en komen vaak pas n sti
een omweg bij de goede uit. Verder komtt sc
het geregeld voor dat mensen met een bijm 1
zondere aandoening in behandeling blijvide
van een algemeen specialist, terwijl ze beihte
doorverwezen kunnen worden naar een al:
specialist in spijsverteringsziekten. »sei
De slechte doorverwijzing door zowel hui mi
artsen als specialisten komt doordat de dc. A
kundigheid op dit gebied (gastro-enterolan d
gie) niet voldoende verspreid is, en ook :eki
doordat er niet voldoende specialisten zijoor
De NLDS vindt het wenselijk dat er per Tot
70.000 inwoners één gastro-enteroloog ve
werkzaam is. Nu is dat nog één specialist vol
per 125.000 volwassenen. Ook zou er in el he
ziekenhuis tenminste één gastro-enteroloel
moeten werken. ate
De aandoening zorgt voor problemen bij tr n
keuring van mensen. Zelfs als de ziekte ms
geen belemmering vormt voor het werk, ?qi
heeft deze groep mensen problemen bij hit i:
vinden van een baan. Artsen keuren menVs1
sen ten onrechte af of juist goed, met narrpu
omdat hun kennis over de ziekten tekor*-»or
schiet. 1 >ell
De NLDS vindt dat de hulpverleners zelf torn
ter op de hoogte moeten zijn, en dat ze beVa
ter in staat moeten zijn om de patiënten dst
voorlichting en begeleiding te geven die ze. i
nodig hebben. Artsen blijken toch nog va<iks
gericht te zijn op het genezen van de ziektek
terwijl daar soms helemaal geen mogelijk-tig
heid voor is. p c
int
nel
Dll
ZWOLLE GPD
Europa moet rond het jaar 2008 een ruim-J
tesonde sturen naar de planeet Mercurius.
Daarmee kan het grotendeels nog onbekei
de hemellichaam goed in kaart worden ge]
bracht en begeeft Europa zich tevens na
drukkelijker op het gebied van planeten-
missies.
Dat is één van de aanbevelingen die een
commissie van Europese wetenschappers
heeft gedaan aan het Europese ruimte- j
agentschap ESA. De commissie wordt vooil
gezetert door de uit Nederland afkomstige
professor L. Woltjer.
De commissie had opdracht een vervolg tefj(
maken op het huidige ESA-programma vaij.
wetenschapsmissies. Horizon 2000. Uit 1 Kr.
voorstellen van Europese en Amerikaanse
wetenschappers zijn uiteindelijk drie zoge
heten 'hoeksteen-missies' gekozen, die in d
aanmerking komen voor uitvoering tussen.
2005 en 2016. Zij mogen elk hooguit andert.
half miljard gulden kosten.
De Mercurius-missie is één van deze 'hoekp|
stenen'. De planeet die het dichtst bij de
zon staat is eind 1973 begin '74 al in kaart
gebracht door de Amerikaanse sonde Marijj
ner-10, maar er is nog zoveel onduidelijk
dat nieuw onderzoek is gewenst. Het pro-
ject staat open voor Amerikaanse deelna-
me, doch hierover moet nog worden onderr
handeld.
De wetenschappers vinden verder dat er I
een astrometrische missie moet komen,
waarbij naar planeten rond andere sterren
wordt gezocht. Bij de derde missie wordt
geprobeerd afwijkingen van de zwaarte-
kracht aan te tonen, die vragen over het
heelal moeten ophelderen.
Woltjer stelt dat er nog heel wat nieuwe
technologie moet worden ontwikkeld, voor|
dat de projecten kunnen worden uitge-
voerd. Zo wordt bij zwaartekracht-missie
gewerkt met zes satellieten, die op miljoe- j
nen kilometers afstand van elkaar met
lasers met elkaar 'communiceren'.
Extra hormonen bij vrouwen in de overgang: mode of noodzaak
Met: ach mevrouw, het is de overgang, leer ermee leven is niemand ge
baat. De huisarts moet geen passieve bagatelliserende houding aanne
men. TEKENING RON ALMA
Een bevolkingsonderzoek naar botontkalking bij vrou
wen tussen de 40 en 45 jaar is geen overbodige luxe. De
ze mening is internist/endocrinoloog Netelenbos ver
bonden aan het VU-Ziekenhuis in Amsterdam toege
daan. Hij vindt dat vrouwen daar recht op hebben omdat
nu 1 op de 4 vrouwen tijdens de overgang wordt getrof
fen door ongehoord groot botverlies (osteoporose). „De
rekening daarvan krijgen zij gepresenteerd na de over
gang als er vervelende botbreuken optreden, die moeilijk
zijn te genezen", aldus Netelenbos.
Na de ramp met de Estonia in de
Oostzee zijn onmiddellijk com
missies gevormd om de oorzaak
van de catastrofe uit te zoeken.
Men hoopt daarmee in het vervolg
een dergelijke ramp te voorko
men. In de ogen van wijsgerig an
tropoloog Jos de Mul zou dit een
typerend geval zijn van menselijk
streven naar uitbanning, of beteu
geling van het toeval. In zijn oratie
als hoogleraar aan de Erasmusuni-
versiteit in Rotterdam noemde hij
de Bijlmerramp als voorbeeld.
Westerse landen hebben het
moeilijk met het toeval, maar uit
banning van het toeval kent ook
zijn keerzijde.
In zijn oratie betoogde los de Mul
dat het kenmerkend is voorde
menselijke cultuur om het toeval
te beheersen. In de praktijk bete
kent het dat we proberen het toe
val uit te sluiten, dat wil zeggen
het noodlottige toeval. Niemand
zal er voor voelen de kans op het
winnen van de Staatsloterij - toch
ook toeval - te verkleinen.
In wereldbeschouwelijke zin heeft
de mens door de eeuwen heen ge
probeerd het toeval uit te schake
len door het te plaatsen in een
groter plan. Nog steeds zie je die
zingeving aan stom toeval bij het
omkomen van kinderen door ziek
te of een ongeval. Het kan dan een
troostrijke gedachte zijn te gelo
ven dat het de wil van God is ge
weest.
Wetenschap en vooral filosofie
hebben nooit veel opgehad met
het toeval. De Mul: „1 legel stelde
dat het hele doel van de filosofie
de uitschakeling van het toeval is.
De Duitse wetenschapsfilosoof
Windelband zei: Toeval is de erf
vijand van de wetenschap. Nu is
de wetenschap weliswaar heel
succesvol geweest in de beteuge
ling van het toeval, maar het toe
opkomst van de chaostheorie in
de jaren zestig, die bepaalde aan
names in de natuurwetenschap
pen op de helling zette. De Mul:
„Natuurkundigen ontdekten, dat
systemen die volledig gedetermi
neerd zijn toch niet aan de eis van
volledige voorspelbaarheid vol
doen. Net als bij het biljarten kan
een minimale afwijking van een
kracht of de richting daarvan op
termijn enorme gevolgen heb
ben."
Door de ecologische crisis kwam
de maatschappij erachter dat het
toeval zich ook uit in onbedoelde
gevolgen van ons handelen. De
exploitatie van de natuur bleek
voor het milieu rampzalige gevol
gen te hebben. Die onbedoelde en
onvoorziene gevolgen duiken ook
op het gebied van de geneeskunde
herhaaldelijk op. De Mul: „In de
jaren zestig is er een enorm succes
geboekt in het bestrijden van ma
laria. Dat leidde ertoe dat de kin
dersterfte in ontwikkelingslanden
enorm terugliep. De voedselpro-
duktie hield evenwel geen gelijke
tred met de bevolkingsgroei die
daarvan het gevolg was. Dat was
duidelijk niet de intentie ge
weest".
„Dat is de tragische dimensie van
ons handelen. Steeds treden er
onaangename effecten op bij ons
handelen. Ze zijn niet zo bedoeld,
maar we zijn er wel verantwoorde
lijk voor. De medische weten
schap heeft nooit de bedoeling ge
had het menselijk lijden tot het
einde te rekken. Maar we zijn wel
verantwoordelijk voor het aan- of
uitzetten van de machine."
De mens is, zo concludeert de
hoogleraar, eindig in zijn denkver
mogen. Het is onmogelijk alle ge
volgen van het menselijk hande
len te overzien. Evenmin kunnen
we de consequenties van niet
handelen weten.
Dr.J.C. Netelenbos liet vandaag op een sym
posium voor huisartsen in Utrecht, georga
niseerd door de Wetenschappelijke Raad
van de Osteoporose Stichting, weten dat
nieuwe technieken zoals meting van de
botdichtheid het artsen mogelijk maken
snel aan te geven wie wel en wie niet voor
(preventieve) behandeling in aanmerking
komt.
Die preventieve maatregelen vöör de over
gang liggen in het vlak van meer lichamelij
ke activiteit, extra calcium en het staken
van roken. Ten tijde van de overgang kan
alleen het toedienen van extra hormonen
het botverlies (gemiddeld 15%) tegenhou
den. Volgens Netelenbos hebben onderzoe
ken in Zweden en Amerika reeds aange
toond dat bij tenminste vijf jaar lang hor
monale toevoegingen de kans op heupfrac
turen met 21 procent vermindert en wervel
fracturen met 34 procent.
Voor alle duidelijkheid: de stevigheid van
het skelet van de oudere vrouw wordt voor
al bepaald door de hoeveelheid botmassa.
Is de botmassa laag, dan is de kans op os
teoporose groter. Vooral als daar het extra
gevoelige botverlies van de overgang bij
komt. De botmassa wordt bepaald door er
felijke factoren, calcium in voeding en li
chaamsbeweging.
In het jaar 2010 zijn er meer dan 1.6 miljoen
vrouwen in de leeftijd van 50 en 65 jaar. Be
halve osteoporose kan de overgang ook an
dere vervelende klachten opleveren, zoals
opvliegingen en (nachtelijk) zweten, onre-
val laat zich nooit geheel uitban
nen."
Dat laatste stemt De Mul bepaald
niet tot droefenis: „We mogen niet
vergeten dat de mens - zowel het
individu als de soon - zelf in hoge
mate het produkt van toevallige
ontwikkelingen is. Hij wordt ge
kenmerkt door tal van toevallighe
den, zoals kleur, lichamelijke te
korten. geografis'che omstandig
heden. Bovendien is toeval een
wezenlijk onderdeel van de men
selijke waardigheid. Er komt ook
veel goeds uit voort. Denk bijvoor
beeld eens aan de grote liefde die
we toevallig tegen het lijf lopen. In
de wetenschap spelen toevallighe
den ook een belangrijke rol bij 'ge
lukkige' vondsten. Kennis en
schoonheid vallen ons vaak eerder
toe. dan dat ze onze persoonlijke
verdiensten zijn."
Daarmee wil de hoogleraar niet de
indruk wekken, dat hij voorstan
der is van het louter berusten in
het toeval, of te stoppen met po
gingen het toeval te beheersen.
„Toeval is niet alleen bepalend,
maar ook bedreigend. Toch is het
verstandig je ervan bewust te zijn
dat toeval eigen is aan het leven."
De hoogleraar wijst erop dat voor
al na de Tweede Wereldoorlog de
wens bestond het toeval te be
heersen. De maatschappij had de
verschrikkingen van de oorlog
moeten verwerken en zocht naar
stig naar het voorkómen van een
dergelijke catastrofe. Dat leidde
vooral in de jaren zeventig - in na
volging van de natuurwetenschap
pen - tot het geloof in de 'maak
baarheid' van de samenleving.
Dr.J.C. Netelenbos:
„De vrouw in de
overgang moet het
heft zelf in handen
nemen en zich niet
laten afschepen."
gelmatige menstruatie, het dunner worden
van de slijmvliezen van de vagina en de uri
newegen. Huisarts Groeneveld onderzocht
in zijn praktijk in Krimpen a/d IJssel 2700
vrouwen in de leefijd van 45 tol 60 jaar. Veel
vrouwen in de overgang bezoeken vaker de
huisarts omdat ze zich verre van 'gezond'
voelen. Het is daarom volgens Groeneveld
ook van het grootste belang dat deze klach
ten serieus worden genomen. „Het feit dat
de overgang een natuurlijk proces is, bete
kent niet dat de huisarts een passieve baga
telliserende houding aanneemt. Kennis van
de symptomen en klachten kan op zich al
een hele gerustelling geven. Waar je vaak
mee te maken krijgt is het domino-effect.
De 'typische' overgangsklachten kunnen
weer een reeks andere klachten geven. Zo
kunnen aanvallen van nachtelijk zweten
slaapstoornissen geven. Moeheid overdag is
het gevolg. Hevige menstruaties kunnen ten
grondslag liggen aan een bloedarmoede,
wat resulteert in moeheid en hartkloppin
gen. Het dunner worden van het slijmvlies
van de vagina geeft mogelijk een pijnlijke
gemeenschap, terwijl een verminderde
doorbloeding van de urinébuis zorgt dat de
afsluiting minder goed functioneert. Hier
door onstaat de kans op incontinentie en
urineweginfecties kunnen meer optreden."
Mondig
Als huisarts Groeneveld over de behande
ling komt te spreken is hij zeer voorzichtig.
„Er moet niet te snel naar een behandeling
met hormonen worden gegrepen. Als vrou
wen met deze klachten komen moet je ook
bedacht zijn op andere oorzaken dan de
hormonale veranderingen tijdens de over
gang. Zo kan een te hard werkende schild-
Wier leiden tot transpiratie en hevige men
struatie en kan een vleesboom in de baar
moeder onregelmatige menstruaties ver
oorzaken."
Groeneveld stelt overigens heel duidelijk:
vrouwen in de overgang hoeven geen hin
derlijke klachten en symptomen te accepte
ren. „De ontwikkeling van hormonale pre
paraten met weinig bijwerkingen is al zo ver
dat er absoluut geen reden is om dat niet te
doen. Deze geneesmiddelen kunnen een
belangrijk hulpmiddel zijn ter verbetering
van de kwaliteit van het leven. De keuze
moet wel aan de vrouw zijn. Zij is mondig
genoeg om te zeggen wat ze wil."
Ook internist Netelenbos vindt de tijd rijp
voor een omslag. „Al te lang is er in Neder
land moeilijk gedaan over toevoeging van
hormonen in de overgang en in de jaren er
na. Dit onderwerp roept nog altijd emoties
op. Maar nu de vrouwen zelf beginnen te
roeren kunnen we toch een trendverschui
ving waarnemen. Een dergelijke verschui
ving zal door tegenstanders 'mode' worden
genoemd en door fervente voorstanders
'noodzaak'. Een genuanceerde aanpak is
dus vereist. De vrouw moet het heft zelf in
handen nemen en zich niet laten afsche
pen. Met 'ach mevrouw het is de overgang,
leer ermee leven,' is niemand gebaat."
Jos de Mul: „Uit toe
val komt ook veel
goed voort, zoals de
grote liefde die we
zomaar tegen het lijf
lopen." FOTO» GPD
Net als in die natuurwetenschap
pen zou het ook voor de menswe
tenschappen mogelijk moeten zijn
maatschappelijke processen te
verklaren, te voorspellen en te be
heersen. Juist door het grote suc
ces van de natuurwetenschappen
bestond er een geloof in een uni
versele methode van wetenschap.
Sterker nog, de natuurweten
schappelijke methode bleek niet
alleen niet geheel van toepassing
op de menselijke samenleving.
Door ontwikkelingen in de na
tuurwetenschap zelf kwam de ra
dicale vraag in zwang, of die me
thode wel geheel van toepassing
was op de 'levenloze' natuur. De
invloed van de onderzoeker op
een 'levenloos' object kwam aan
het licht.
Dat bleek nog eens te meer met de