'Het is echt
om je dood
te lachen'
ZATERDAG 1 OKTOBER 1994
Ria Valk exposeert vanaf maandag schilderijen en gouaches in het
Zandvoortse Casino. Wie? Ria Valk? Dè Ria Valk? Jazeker. Na een
tweede plaats in een Elvis-wedstrijd, Rocking Billy, Worstjes-op-
m'n-borstjes, Zeg 'nsAaa... en noem het allemaal maar op, heeft de
54-jarige Zandvoortse zich gemengd in de wereld van De Schone
Kunsten. Of het wat is? Haar Bobbie vindt het mooi en zeifis ze er
bezeten van. „Vooral rode verfis fantastisch: bloedrood. Ahhlih...
Horror-bloed, brrrr.
Ria Valk. Schilderes teZandvoort
Het is echt om je dood te la-
chen, wat een giller. Moet je ho-
ren... Ik zal je vertellen hoe het
allemaal begonnen is. Let maar
niet op mij; ik ben niet hele-
maal... Nou je weet wel. Ik ben
gek. Goed. een lang verhaal,
nou eigenlijk ook weer niet. Vo
rig jaar... Telefoon. Harry Kloosterman aan de
lijn. Je weet wel: van dat castingburo waar al
le mensen voor grote series vandaan komen.
Goede Tijden Slechte Tijden... noem maar
op. Alle toppers."
„Of ik Vrouwenvleugel wilde doen. Poe-
hhh, tuh gek, dacht ik. Want Zeg 'ns Aaa... is
afgelopen en dat zingen in het land doe ik al
35 jaar en gaat ook allemaal een beetje op el
kaar lijken dan weer een nummer erbij,
dan weer een nummer eraf. Dus die Vrou
wenvleugel, verdoriè, dat zou het zijn. Lekker
vijf maanden in Luxemburg."
„Ik had me helemaal uitgesloofd voor die
auditie van Vrouwenvleugel. Ik speelde een
vrouw die een sekshuis had gehad met daar
in oostblokwijffies. Allemaal geronseld, en
daarom zat ze in de bajes. Héérlijk persoon
tje om te doen. Na een week werd ik gebeld:
'Ria, we hebben lang over je vergaderd. Ria,
we hebben speciaal over jou vergaderd. Het
was moeilijk... maarruhhh... we doen het
niet. We hebben Carry Tefsen al en de twee
zusjes uit Zeg 'ns Aaa... weer in één serie, dat
lijkt ons niks'. Zo, bam! Daar zat ik. Ik leg die
telefoon neer en werd op slag depri. Hele
maal in de put. Ohh, ik zag mezelf al de hele
dag op de bank zitten in Zandvoort. En dan
mag ik wel zo'n lekker uitzicht hebben hier,
op een gegeven moment heb je dat helemaal
gehad."
„Later... ik sta op een verjaardag en heb het
er zo'n beetje met m'n zusje over. 'Joh, waar
om ga je niet lekker schilderen', zei ze. 'Wat',
zei ik. 'Meid, ik kan niet eens een poppetje
tekenen'. 'Welnee', zei ze. 'Jij kon vroeger van
ons tweeën het beste tekenen'. Ik begreep
niet waar ze het over had. Ik tekenen? Vroe
ger? 'Je moet gewoon bij de Hema een
schetsboek en een stelletje potloden kopen
en klaar', zei ze. Nou... dat heb ik maar ge
daan. Waarom niet? Ja, toch?"
„Hier... M'n schetsboek. Hierin ben ik be
gonnen. Kijk, een bankie, een vaasje. Da's dat
ding dat in de kamer staat. Hier heb je Bob
bie... Mijn vriend Bobbie. Z'n hoofd zit bij
een gitaar. Op die gitaar zit een babietje.
Weet je hoe ik hier op kom? Kreeg een ge
boortekaartje van een bekende artiest en ik
dacht: 'hé, daar moet ik iets mee doen'. Weet
je... Iedereen die ik m'n schetsen liet zien, re
ageerde van: 'Hé leuk Riamoet je mee door
gaan'."
„Ik kwam weer op een verjaardag. Kwam ik
Jacinta Heijmans tegen. Je weet wel: die sjie-
ke kurfstenaresse. We stonden een beetje te
praten en we maakten een .afspraak. Ze zou
me wat lessen geven. 'Wanneer?', zei ze nog.
Ik zei: 'Nu! Zo snel mogelijk!' De volgende
dag stond ik bij d'r op de stoep van haar ate
lier. Ze zei: 'Valk, alles rnag. Alle kleuren zijn
goed, als jij het maar mooi vindt'. Zij wist me
precies te vertellen hoe ik de acrylverf moest
mengen. Of ik het er dik of dun op moest
smeren, hard of zacht drukken met zo'n
kwast. Simpel toch. That's all."
„Ik was er helemaal bezeten van. Jezus, ik
wilde meer en meer en meer. 'Wanneer mag
ik weer komen?', vroeg ik. Kon gewoon niet
meer stoppen. De volgende dag heb ik alles
gekocht: ezel, kleuren, kwasten... de hele ra
taplan. Ben de hele winter aan het schilderen
geslagen. Jongen, ik zal je vertellen: ik heb dit
allemaal nooit geweten. Soms ging ik gewoon
van verbazing effe op de bank zitten. Dat ik
dit kan maken, dat dit zo maar uit mij ont
staat. Een giller toch... Lachuuuh."
„Vroeger bij ons thuis... Er was niks geen
kunst of zo. Ik kan me niet voorstellen dat er
een schilderij aan de muur heeft gehangen.
Maar m'n vader... m'n vader kon heel goed
tekenen. Hij deed het te weinig. Had geen
tijd, moest hard werken. Thuis werd ook
nooit over zoiets gesproken. Wacht 'ns effe...
Er hing bij ons thuis wél wat aan de muur: de
tekening die m'n vader van mij had gemaakt
en een stadsgezicht van Den Bosch. Voor de
rest... Ik ben m'n hele leven één keer in een
museum geweest. Met de lagere school had
den we een uitje en heb ik De Nachtwacht
gezien. Dat vond ik fantastisch. Voor de rest...
Het heeft me nooit geen ene zier geïnteres
seerd. En tekenen? Vroeger? Ik zat op een
nonnenschool en daar was geen tijd voor te
kenen."
„Maar kunnen we het nu weer over die ex
positie hebben? Goed. In november vorig
jaar kwam ik een wijffie tegen. Zij gaf schil
derles in Heemstede. Ik wilde les en ze zou
een keer bij me langskomen om m'n werk te
bekijken. 'Ria', zei ze toen ze m'n werk zag..
'Ria, je hebt helemaal geen les nodig. Je moet
gewoon zo doorgaan. Dit is jouw stijl. Lekker
apart, lekker gewaagd.' Jongen, je moet eens
weten hoe ik me voelde. Ohhh, fantastisch.
Echt een oppepper. Zij heeft er echt verstand
van, hoor..."
„En toen kwam Jacques d'Ancona hier in
de flat wonen. Ik zei tegen Bobbie: 'Eigenlijk
moeten we 'm een keertje uitnodigen, hij is
toch ook een bekende Nederlander'. Maar ik
kende 'm alleen van allerlei parties en dan
zeg je alleen hallo meer niet. Toen-ie zou
komen, wilde ik de schilderijen weghalen uit
de woonkamer. 'Wat zal-ie wel niet denken?',
dacht ik. Hij is altijd zo kritisch op teevee. Ik
schaamde me dood. Maar hij was hier en
weet je wat-ie zei? 'Van wie zijn die schilde
rijen? Ik vind ze fantastisch'. 'Nou Jacques,
die heb ik gemaakt', zei ik. Hij wist niet wat-
ie hoorde."
„Ik ga vaak bingoën in het Zandvoortse
Casino. Zag daar schilderijen. Felle kleuren.
Karei Appel en zo. Ik kwam daar de directeur
van het Casino tegen. Zei ik op een keen 'Ik
schilder ook, mag ik hier niet wat ophangen?'
Hij trok een zuur gezicht en zei: 'Da's wel Ka-
rel Appel die hier hangt en geen Ria Valk. We
hangen hier niet zomaar iets op'. 'Weet je
wat we afspreken', zei ik 'm, 'ik zal je wat fo
to's laten zien van mijn schilderijen. Als je
het niks vindt, moet je het zeggen'."
„In mei van dit jaar zat ik weer 'eens lekker
2 bingoën in het Casino. Komt die directeur
ings. Ik liet 'm de foto's zien. jezus, wat was
ie man opeens enthousiast. Hij vond het
Ria Valk, thuis op de bank, temidden van haar creaties. „Ik verzin al die schilderijen allemaal zelf."
heel apart. Zo geregeld, en nu gaat Riaatje ex
poseren. Jawel, schilderijen van Ria Valk.
Mooi hè. Lachuuh..."
„Ik heb me eigenlijk nooit afgevraagd
waarom dit werk er allemaal is uitgekropen.
Misschien... Misschien, omdat ik de laatste
jaren een beetje tot rust ben gekomen. Maar
als je tegen mij had gezegd: 'Ria, je hebt over
een half jaar een expostie in Zandvoort had
ik me rotgelachen. Aan-me-hola. Doeiiii. Je
bent niet helemaal lekker."
„Ik verzin al die schilderijen allemaal zelf.
Abstract of noem maar op, zegt me helemaal
niks. Zal me een rotzorg zijn. Die ogen? Ja, ik
schilder altijd turquoise ogen. Een mooie
man of mooie vrouw heeft turquoise ogen.
Dat vind ik nou eenmaal bijzonder. Vroeger
kwamen die ogen altijd in m'n dromen terug.
Ik zie dingen... M'n zusje heeft dat nog ster
ker, die heeft iets paranormaals. Bij mij valt
het allemaal wel mee. Maar sóms zie ik din
gen..."
„Neem dit schilderij nou. Ja, die... Met die
handen en die ogen erin. Gebeurde tijdens
het jazzfestival in Zandvoort. Ik had zin om
lekker door te zakken. Lekker een borrel ha
„Ria Valk is meer dan 'worstjes op m'n borstjes'. Maar in Nederland stoppen ze je graag in e
mij niet meer serieus."
len in De Klikspaan. Daar speelde Jaap Dek
ker. En opeens zag ik het,.. Ik zag z'n handen
over die toetsen glijen. Opeens zag ik er ogen
in. 's Nachts heb ik er schetsen van gemaakt
doe ik altijd en later maakte ik er een
schilderij van."
„Ik werk het liefste 's nachts. Lekker rustig.
Dan zet ik een cedeetje op van Neil
Diamond. Daar ben ik helemaal weg van, die
heb ik een keer zien optreden. Ge-wel-dig.
Veel van mijn schilderijen hebben titels van
zijn nummers. Dat daar is Solitary Man, daar
hangt Su/eet Caroline en dat daar Song Sung
Blue. Ik ben een woelwater, maar als ik 's
nachts achter mijn ezel sta, word ik rustig.
Kan ik soms van zeven uur 's avonds tot 's
morgens vijf uur staan schilderen. Bobbie
komt dan net uit z'n bed. Die gaat naar z'n
werk - hij staat op de Albert Cuypmarkt met
lingerie."
„Waarom toch, dat schilderen? Ja, waar
om? Ik weet het niet. Ik wil er niks mee ver
tellen of zo. Er zit niks achter. Maar het wordt
mooi gevonden... Er zijn al mensen geweest
die wat wilden kopen. Het zweet brak me
uit... Ik heb nog niks weg willen doen. 'Eerst
die expositie', dacht ik."
„Onzeker? Ik ben niet iemand van de
Kunstacademie. Maar ik heb natuurlijk wel
mijn naam mee. Mensen willen m'n werk
hebben, omdat er Ria Valk op staat. Maar... Ik
ga straks bij een verkoop natuurlijk echt pot
jes vol janken echt janken, omdat je toch
je kindje moet verkopen. Ik bedoel: zo'n
schilderij ram je d'r niet effe uit. Daar ben je
toch wel een week mee bezig. En wat denk je
dat het allemaal kost? Voor zo'n tube verf be
taal je toch al gauw zo'n vijftien gulden. Als je
nagaat dat ik er per week zo'n tachtig tubes
doorheen draai... Reken maar uit... Nou, dan
mag die expositie ook wel wat gaan opleve
ren. Anders zit ik zo aan de grond. Nee, hoor.
Geintje."
„Behalve een voordeel, is mijn naam ook
een nadeel Want die gasten van de kunsten
die blieven me natuurlijk niet. laatst was er
een loterij ten behoeve van het WK-gehandi-
captenvoetbal. Ging mijn schilderij voor ze
venhonderd gulden weg. Patty... Patty Har-
penau was woedend en gaf mij in De Tele
graaf een veeg uit de pan. Kan mij het sche
len wat ze ervan vinden, ik lach me rot. Men
sen roepen zo gauw wat. Ik ben echt nie
enige bekende artiest die schildert. Viola Holt
doet het, Thérèse Steinmetz, Garry Tefsen.
Piet Veerman doet het... ledereen. Piet maakt
fantastische schilderijen van de zee. I-ogisch
hè, wat kan een Volendammer anders?! En
kunnen wel roepen dat ze het helemaal niks
vinden, maar figuren die dat zeggen krijgen
nog geen poppetje op papier."
„Het is voor mij een rare tijd. Iedereen ken
me, maar het schiet niet echt meer op. Elk
jaar kom ik wel met een nieuwe plaat. Allee
die akelige deejee's draaien 'm niet. Daarom
was ik zo blij dat ze me wilden hebben voor
Vrouwenvleugel. Kon ik tenminste een ande
re kant van mezelf laten zien. Serieus, ja. Se
rieus. Ook ik heb zo'n kant. Iedereen denkt
altijd van: 'Ria Valk, tralalala, een grote bek
en een hoop lol'. Maar ik heb het een en an
der voor mijn kiezen gehad. M'n man, Her
man de Keulenaar, is aan kanker overleden.
Ze hebben me een keer een pistool op m'n
hoofd gezet en overvallen. Kijk, maar de vol
gende dag moet Riaatje Valk wel weer die
vrolijke meid zijn. Een dag na de begravenis
van Herman stond ik weer op het podium. Te
sjoow most go on, heet dat. Maar: Rtn Valk is
nicer dan worstjes op m'n borstjes. Tuurlijk,
ik ben een opgewekt type. Ik hou niet van
diepgravende gesprekken. Bij mij hoef je ner
gens een diepere betekenis achter te zoeken,
want dat zit er gewoon niet in. En voor mijn
schilderijen geldt eigenlijk hetzelfde."
„In Nederland stoppen ze je graag in c
hokje. En als ik iets serieus doe, nemen
mij niet meer serieus. In m'n hart ben ik e
beetje bang voor zo'n expositie. Ik steek toch
m'n nek uit. Je weet nooit wat voor stront t
allemaal over je heen komt. Maar Bobbie
vindt het mooi, en da's belangrijk. Ik denk
dat Herman hoog in de hemel zich rotlacht
om die schilderijen. God... Mijn
vader en moeder. Ze zijn al lang
dood, maar als ze Daarboven
horen dat hun Riaatje ook nog
kunst maakt,, vallen ze om'van
het brullen. J