ZATE R DAG S B IJVOEG SE L Het overkomt Sorgdrager gewoon Een fraai konijn uit Van Mierlo's hoge hoed ZATERDAG 27 AUGUSTUS 1994 Tot ieders verrassing werd zij anderhalve week geleden voorgedragen als minister van justitie in het kabinet-Kok, Binnen D66 leek het een uitgemaakte zaak dat opnieuw een man justitie zou gaan bestieren. Maar in plaats van Gerrit-Jan Wolffensperger of Jacob Kohnstamm toverde Van Mierlo een fraai konijn uit zijn hoge hoed: Winnie (Winnifred) Sorgdrager werd de eerste vrouwelijke minis ter van justitie in de Nederlandse geschiedenis. De 46-jarige Sorgdrager was ook al de eerste vrouwelijke procureur-generaal (PG). Nederland telt vijf PG's. Ze zijn de hoogste functionarissen van het openbaar ministerie (OM), het justitiële apparaat dat zorgt voor handhaving van de wet. Ze zijn het aanspreekpunt voor de minister van justitie, ze bepalen de richtlijnen voor de toepassing van strafrecht en strafvordering (zoals deze week de strengere richtlijn ten aanzien van coffeeshops) en ze houden toezicht op het functioneren van de politie. De keuze voor Sorgdrager is niet alleen opvallend omdat ze een vrouw is. Op het bord van de nieuwe minister ligt, als een van haar belangrijkste taken, de reorganisatie van het OM, waaruit ze zelf afkomstig is. In mei rapporteerde de commissie-Donner dat het vervolgingsapparaat van justitie dringend versterking behoeft. Een van de plannen van de commissie-Donner is de vor ming van een drie leden tellende Raad van Bestuur, die het OM centraal moet gaan leiden in plaats van de ver gadering van vijf PG's. Die vijf, onder wie Sorgdrager, lie ten destijds weten weinig in zo'n nieuwe leiding te zien. Maar als het nieuwe kabinet de aanbevelingen overn- neemt, komt het er waarschijnlijk op neer dat Sorgdrager moet kiezen wie van de vier overgebleven PG's buiten de boot valt. Mogelijk wordt dat Rodolph Aloysius Gonsal- ves, de onlangs in opspraak geraakte PG in Den Bosch, onder wie Sorgdrager vijftien jaar geleden in Arnhem haar carrière in de staande magistratuur begon en met wie de samenwerking naar verluidt moeizaam verliep. Het nieuwe kabinet was deze week nog niet geïnstalleerd of oud-minister Hirsch Ballin (nu Kamerlid namens het CDA) opende het vuur op zijn opvolgster, die hij verweet voorstander te zijn van een soepeler (soft)drugsbeleid. Aan de reactie van Sorgdrager was niet te merken dat ze het politieke handwerk nog moet leren. Tijdens de infor mele voorstelling van het kabinet, die live door de NOS werd uitgezonden, legde ze vriendelijk, maar beslist uit dat het drugsbeleid in elk geval bespreekbaar moet zijn. ,,Dat kan er ook toe leiden dat Nederland zijn beleid juist niet moet versoepelen." Wat betreft de aanpak van de misdaad tonen de vijf PG's (dus ook Sorgdrager) zich in hun jaarverslag over 1993 voorstander van een landelijke politiedienst, een soort FBI. Eerder zei Sorgdrager meer te voelen voor een regio nale aanpak. Om menig autoriteit hangt een bijna tastbaar air van gewichtigheid. Sommigen kunnen zonder. Winnie Sorgdrager wordt gewaardeerd om haar waliteiten. Ze is pijlsnel opgeklommen. Pas 2,5 jaar geleden werd ze procureur-generaal in Arnhem, nauwelijks een half jaar geleden volgde de overstap naar Den Haag. Sinds maandag is ze minister van justitie de eerste vrouw op die post. Maar ze vertoon t geen spoor van kapsones. Eerste vrouwelijke minister van justitie NIER HOPMANS 3n 3 perend is haar relativerende mededeling andejer de dienstauto, met chauffeur, die haar beschikking staat. Wel makkelijk, zo'n li- ausine die haar in 2,5 uur van Den Haag ar huis, in Enschede, brengt. Makkelijk in die tijd ongestoord stukken te lezen n kunnen de aktetassen het gezin be- aard blijven. Maar de chauffeur hoeft ar niet op maandagochtend in alle vroeg- op te halen. ,,Dan neem ik de trein wel.' moet ik er om zes uur voor opstaan." Begin dit jaar stapte ze met een weekend- i vol spullen en een strijkplank in de trein n Enschede naar Amsterdam, waar ze wer n pied h terre voor doordeweeks wat ge- felijker wilde inrichten. De medepassa- RS duöc <n,iq /erke -rs leverden volop commentaar. 'Moeders ïg zeker op kamers?' Het maakt haar al- *n maar vrolijk. iVinnie Sorgdrager werd afgelopen maan- g door koningin Beatrix beëdigd als mi- iter van justitie in de eerste links-liberale larse) regering van Nederland. Het lijkt kroon op een opmerkelijke loopbaari. tog maar begin dit jaar werd Sorgdrager noemd tot procureur-generaal (PG) te 's- avenhage. Daarvoor was ze ruim twee r PG in Arnhem. Een promotie? Dat niet, PG's zijn nevengeschikt, maar de over- i van Arnhem naar Den Haag wordt niet :emd gevonden, omgekeerd daarentegen Us ze vertelt hoe een en ander gelopen is, kt ze de indruk dat het meeste haar ge- ion overkomt. De benoeming tot procu- ir-generaal in Arnhem bijvoorbeeld, ed, ze was al advocaat-generaal (dat zijn, maar de hulp-PG's, of de officieren van titie bij het hoger beroep) en zelfs plaats- vangend PG. Maar om nu meteen te iken dat zij met haar vijf dienstjaren in tmerking zou komen... Zij zelf in elk ge niet. Maar op een avond kom ik laat thuis, er een briefje op de trap. Van mijn oud- zoon. 'Mam, je moet morgen om 10 uur het ministerie komen.' Meer niet. Ik heb n nog wakker gemaakt en gevraagd: aarom? Weet je het zeker? En bij wie 1?' Hij zei: 'Bij de minister'. En ik weer: eet je dat zeker?', want ik moest er wel tzettend vroeg voor opstaan, tou, ik in m'n goeie goed vroeg de trein Ik dacht dat het profiel van de nieuwe zou gaan. Bij de ontvangst, inderdaad de minister en met de SG (secretaris-ge- raal) erbij, dacht ik: 'Oei, 't is echt belang- In het gesprek ging men ervan uit dat vist waai het over ging. Dat heb ik zo ge in. Maar toen ik een uur later weer bui- stond, besefte ik nauwelijks dat ik was Taagd voor de functie. Wat me er niet had weerhouden overigens om meteen voorbehoud te maken, want ik wilde st weten hoe dat zou vallen bij het OM 'enbaar ministerie) in Arnhem." ■e heeft een sterk vermogen tot afstand nen. Vindt ze niet alleen zelf, tóónt ze steeds. „Ik heb wel het gevoel dat het i voorsprong gaf dat ik een vrouw ben, iar het was niet alleen daarom natuurlijk. -^f-1 Zou ook stom zijn. Maar al met al werd ik inderdaad wel de eerste vrouwelijke PG." Ze had het wel naar haar zin in Arnhem. Toen er in het college van PG's werd ge vraagd of er iemand naar Den Haag wilde, reageerde ze niet. Naderhand vroeg de mi nister haar rechtstreeks. „Ik vond het wel een beetje bezwaarlijk, met mijn gezin en zo. Aan de andere kant, een beetje vooruit kijkend! mijn man heeft al een halve baan in Den Haag. Hij is medisch specialist en voorzitter van het College ter beoordeling van geneesmiddelen. Later, als de kinderen de deur uit zijn, zouden we wel naar het Westen willen. Wij hadden ook al dat huisje in Amsterdam. Dus..." Voorlichting Haar portefeuille nam ze mee naar Den Haag. Sorgdrager was bedeeld met fraude, milieu, economisch strafrecht <jn wat 'losse dingetjes' als de voorlichting; de enige vrouw onder de vijf PG's was tevens hun woord voerder. Een PG komt nauwelijks nog in een rechts zaal. Het gaat om het uitstippelen van beleid. Vorig jaar bijvoorbeeld bewerkstelligde Sorg drager dat het openbaar ministerie klaar stond voor het behandelen van 13.000 geval len van sociale-verzekeringsfraude; dit jaar is er ruimte geschapen voor 450 grote FIOD-za- ken (Fiscale Inlichtingen- en Opsporings dienst). Het imago van de justitie vervult Sorgdra ger met zorg. Ze denkt dat de samenleving te hoge verwachtingen koestert van het justitië le vermogen om, liefst via het strafrecht, pro blemen op te lossen. „Men geeft de justitie gemakkelijk de schuld van zaken die misgaan in de samenleving. Wat wij nu doen is ener zijds partners zoeken fraude tegengaan bijvoorbeeld in samenwerking met sociale diensten, preventie bevorderen samen met het bedrijfsleven en anderzijds de profes sionaliteit en deskundigheid bevorderen van offioieren van justitie." Ze begrijpt dat het publiek ziet dat het maar doorgaat met de criminaliteit en de overtredingen. Voor afschuiven op de politie voelt ze niets. Maar de politiek wil ze niet sparen. De boosheid en het onbegrip dat wordt opgewekt door heenzendingen, kan ze zich levendig voorstellen, maar dat zijn geen fouten van justitie. „Wegzenden van ver dachten is tegennatuurlijk werk voor officie ren. Het is domweg het gevolg van het ont breken van celruimte en dat is een zaak van de politiek. Er wordt nu hard aan gewerkt." Vormfouten, als gevolg waarvan verdach ten soms aan vervolging ontkomen, vormen een ander verhaal. Dat zijn wel fouten en ze vindt het ronduit 'een ergerlijke categorie'. „Maar, er wordt beter op gelet en de automa tisering, die ons daarbij kan helpen, komt op gang. Het moet over twee, drie jaar beter worden." Sorgdrager gaat vlot gekleed. Haar oogop slag is helder en onbevangen, maar niet zon der behoedzaamheid. De mond van nature uitdagend. Zegt soms rake dingen. Zoals over de politieke besluitvorming, waar het imago van justitie in hoge mate van afhangt. „Er ge beurt heel veel in onze samenleving waar over de politiek besluit en dat gevolgen heeft voor ons werkterrein. Waarom gaat er zoveel mis? Omdat veel mensen geen vooruitzichten hebben. Terwijl er werk genoeg is. Kijk maar eens wat een rotzooi het is in de grote steden. En vorig jaar is er in Amsterdam ontdekt dat er 55 miljoen te winnen valt met fraudebestrijding. Vijfen vijftig miljoen! Wat kun je daar allemaal niet mee doen? Door mensen werk te bieden kun je ont zettend veel voorkomen. Je moet bedenken dat het opsporen van de daders van allerlei delicten en overtredingen ook heel veel kost. Het zou heel interessant zijn als er in een ge meente eens een experiment werd gepro beerd om met een heel andere toedeling van geldmiddelen een reeks problemen integraal aan te pakken. Iedereen zou moeten mee doen: onderwijs, justitie, sociale zaken, ieder een en alles. En er zou wat extra geld moeten zijn voor de overloopkosten. Maar wat zou je een samenhangend stadsbeleid kunnen voe ren! Grote kans dat dat later besparingen op levert." Misschien is het vermogen om begrenzin gen te doorbreken wel Winnie Sorgdragers belangrijkste troef. Ze viel er al eerder door op. Toen ze nog deeltijd-officier van justitie was in Almelo, ontwikkelde ze in een werk groep met gemeente en politie te Enschede de geïntegreerde aanpak van de kleine crimi naliteit die in het rapport van de latere com missie-Roethof in 1986 werd overgenomen. Musicologie Ze had eigenlijk musicologie willen studeren, maar dat vond haar vader, jurist, niets. Zij wilde dus geen rechten doen. Maar de studie medicijnen beviel niet en „ja, toen moest ik toch iets en ik wilde niet iets moeilijks, dus werd het toch rechten." Ze belandde in Groningen. Deed staats recht. In een tijd dat nog menig studente een werkkring liet schieten voor een huwelijk. Winnie trof wel een man, maar ze wilde ook werken, zij het niet fanatiek op carrière be lust. Tijdens haar studie werd ze supplemen- teninvoegster op een advocatenkantoor, waar ze later ook de bibliotheek beheerde, maar voor juridisch werk voelde ze niet bijs ter veel. Een aanbod om stagiaire te worden wees ze af. „Ik was meer geïnteresseerd in de bestuurlijke sfeer." Ze volgde haar man 23 was ze toen naar Enschede. Vond een baan, als secretaris van de net ingestelde hogeschoolraad. Iets bestuurlijks. Maar toen haar eerste kind zich aankondigde, besloot ze voortaan parttime te gaan werken en dat leidde na enkele jaren tot afscheid van de TH. Ze schreef een boek, over de geschiedenis van de TH, en toen, toen werd ze dus toch ju rist. Door hoogzwanger, van de derde te solliciteren op een advertentie waarin, ook parttime, officieren van justitie werden ge vraagd. In Almelo. „Daar", zegt ze, „heb ik een heel relative rende kijk op het strafrecht gekregen. Ik heb er heel veel geleerd. Ook dat je met het straf recht de problemen niet oplost. Ik deed er vooral jeugdzaken (ik dacht eerst nog: 'zeker, omdat ik vrouw ben. Niet dus!' Maar ze wis ten me ervan te overtuigen dat het echt no dig was). Wij, de politie, de kinderrechter en ik, probeerden kinderen zo lang mogelijk uit het strafrecht te houden. Ik zocht overal con tacten, met mensen die met kinderen te ma ken hebben. We hebben in die tijd al alterna tieve straffen toegepast, nog voordat ze offi cieel mogelijk waren. Dat kon dank zij de aanwezigheid van een kinderrechter en een directeur van de kinderbescherming die daarvoor wel te porren waren. „We hadden en kregen alleen geen geld. Daar hebben we toen wat op bedacht." Met een tevreden grimas: „Omdat we als justitie geen geld konden aannemen van een liefda digheidsfonds, hebben we een stichting op gericht. Ik zat er zelf in, de kinderrechter en de directeur van de Kinderbescherming ook, maar we hebben een advocaat aangesteld als penningmeester. Vervolgens zijn we projec ten gaan zoeken: bussen schoonmaken, rot zooi opruimen, karweitjes doen in en rond buurthuizen, dat soort dingen." Reserve-moeder De rest van wat Winnie Sorgdrager ovef- kwam is eigenlijk al verteld. Ze herinnert zich dat ze in het begin dacht: 'Wat is iedereen bij het OM altijd bezig met z'n carrière! Mij doet dat niet zo veel. Bovendien wordt het toch nooit wat als parttimer.' Toch solliciteerde ze, na enige aansporing, in Arnhem. Ze werd ad vocaat-generaal. Fulltime. Haar kinderen, drie inmiddels, moest ze nog iets meer over laten aan anderen. „Zonder mijn man en onze reserve-moe der, zoals ik haar noem, had ik het allemaal niet gered. Niet gedaan ook. Je leeft als wer kende moeder toch al permanent met een schuldgevoel. Als mijn kinderen niet goed zouden functioneren, zou ik niet fulltime werken." Toen ze als PG in Den Haag zetelde, ging ze op woensdagavond altijd naar huis. Hoe dat nu moet, is zo kort na het ja-woord op het verzoek om minister te worden nog on duidelijk. Ministers dienen rekening te hou den met lange, slopende werkweken. Toch neemt ze zich voor het weekeinde aan het gezin te blijven besteden. Daniël (16) en Ju dith (14), die nog schoolgaan, hebben dat ze ker nodig. Haar oudste zoon, Ernest (18), ver blijft voor een jaar in Chicago. Hij neemt deel aan een uitwisselingsprogramma. In het voorjaar was Winnie Sorgdrager op studiereis door de Verenigde Staten. „Toen heb ik hem veel gebeld. Wij gingen voor de aanpak van de georganiseerde misdaad. In Amerika spelen drugs een hele grote rol. Drugs zijn daar overal. Je kunt ze ook op de scholen overal kopen, tot op de WC toe. On derweg dacht ik bij sommige dingen: dat moet ik toch eens aan mijn zoon vragen. Was ik benieuwd naar zijn ervaringen. Hij vertel de dat het verkrijgen en gebruiken van drugs op school een heel belangrijk item is. Veel meer dan in Nedérlarid." Ze was al jong moeder. Nu is ze nog maar net 46. Amper PG te Den Haag en dan al weer minister. Wat kun- j nen we nog van haar verwachten? „Misschien wil ik wel een boek schrijven." Met een lachje, waar in zelfverze kerdheid en aarzeling om de voorrang strijden: „Iets literairs!Een onderwerp dat me boeit is mensen die om een of andere reden buiten de maatschappij ra ken. Dat gebeurt vaak, hoor, dai mensen in een isole ment geraken. Niet al leen door criminaliteit, maar ook door een be staan in grote eenzaam heid. Dat gebeurt niet in één keer, dat is een proces. Dat houdt me bezig. Dat zou ik willen beschrijven. Bij het afscheid, als we haar chauffeur een eindweegs tegemoet lopen, kijkt ze schuin omhoog. On derzoekende blik. „Heb ik er nu goed aan gedaan?" Waaraan? „Nou, aan dit allemaal vertellen."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 27