Een Leeuw van een Zwarte Panter n US14. ZATERDAG 20 AUGUSTUS 1994 Kijk hem vorsend aan en er valt eenvoudig niet te ontkomen aan de veronderstelling da t zijn paspoort niet aan de eerste leugen is gebarsten. Maar navraag leert dat het document toch echt niets anders dan de waarheid aangeeft, ook al zijn haar en wenkbrauwen onveranderd gitzwart en verraadt elke tred nog steeds souplesse. Wat heet oud? Frans de Munck telt de jaren, maar de jaren schijnen bij hem niet te tellen. Een vijftiger, die vandaag 72 wordt. Sinds kort is de legendarische 'Zwarte Panter' trainer van de Utrechtse vierdeklasser WOM. „Schijnt voor menigeen iets bijzonders te zijn, maar voor mij is het de normaalste zaak van de wereld. Eens sportman, altijd sportman. Een vogelnestje maken zou voor mij geen probleem zijn. Ik maak mijn bosloopjes, ik wandel, ik jïets en ik sauna. Zo kom ik de dag door. Mijn vrouw verklaart me wel eens voor gek. Maar nu ik bij dat clubje bezigben, pluk ik van die levenswijze wel de revenuen. jERARD VAN PUTTEN en sentimental journey naar Arn- m hem met als reisdoel de man, die ooit zonder het zelf te weten jon- ensgebitten in staat van ontbinding bracht. fabrikant met koopmansgeest was des- jds zo leep foto's van voetballers te versprei- bij de plakjes gesuikerde fietsband die hij Is kauwgum op de markt durfde te brengen. beeltenis van Frans de Munck was des- jds in het kader van de verzamelwoede een itermate begeerd object, daarvoor wilde je rel de vullingen uit de kiezen kauwen. En nu eertig jaar later is er dan de confrontatie met Zwarte Panter van het sterrenbeeld ïuw. Aan de voetballerij hield hij gekrom- vingers en een uit het lood staande pink ;r, terwijl ook de schouders als gevolg van et keepen aan slijtage onderhevig zijn. Maar zou De Munck verder klagen? Gezond lijf en leden, een fotografisch geheugen, elevenissen worden met locatie, data en al pgelepeld. De Munck beaamt het: menige ;eftijdgenoot is minder goed geconserveerd. Maar denk vooral niet dat het hem altijd tor de wind is gegaan. Als keeper beleefde ij weliswaar zat triomfen om te kunnen preken van een successtory, al met al is de •erzuchtige De Munck er naar zijn gevoel 31 interlands toch bekaaid afgekomen. Is trainer mag hij het dan langer volhou- len dan wie ook, zijn loopbaan heeft hem och niet datgene gebracht wat hij ervan had Wwacht. I „Door de jaren heen heb ik veel tegenwer- üng ondervonden. Van de KNVB. En sommi- e journalisten hebben eveneens een kwalij- je rol gespeeld. Ook tijdens mijn trai nersloopbaan. Absoluut. Na 1974 ben ik in ^et betaalde voetbal nooit meer aan de bak {ekomen, ook niet in het buitenland. Ik had jok altijd te maken met dat eeuwige voor oordeel dat een keeper geen goeie trainer ian zijn. En dan moet je.weten dat keepers er iet meeste van afweten. Zowel van de ach- erhoede als de voorhoede." Als keeper debuteerde De Munck pas op tijn 28ste in het Nederlands elftal. Omdat, tegt hij, de KNVB hem in de persoon van Ka- fel Lotsy niet moest. „Tegen de voorzitter van sittardse Boys had hij gezegd: 'Die De Munck tornt nooit in het Nederlands elftal'. Omdat Jneneer er maar even van uitging dat ik me r had laten betalen." Jaloezie loddel, achterklap, naijver; De Munck zegt e inhoudelijke betekenis van die woorden ot in de finesses te kennen. Hoeveel voetbal- r niet zijn geweest die hem naar eigen n met scheve ogen hebben bekeken... Complete elftallen zouden ervan samenge teld kunnen worden. „Ontzettend jaloers raren ze. Op hoe ik eruit zag. Ik kon er ook tan doen, maar ik had wat. Mijn figuur, k dwong respect af. En dan namen ze hun neisjes of vrouwen mee naar het voetbal. En ja... Dan hadden die meiden het steeds over )e Munck. Kon ik dat helpen? Bij Köln, en praat ik toch over een tijd dat vrouwen niet zo vanzelfsprekend naar de stadions jngen als nu, kwamen de dames speciaal mij. Jaren en jaren ben ik achtervolgd loor verhalen over De Munck als vrouwen- tersierder. Daar is moeilijk tegen te vechten, Als keeper was De Munck niet zo maar een irdinaire baltegenhouder. Als jonge knaap >ij Goes stond hij al met de allure van een tijlvolle portier tussen de palen. Toen al, als iprechte amateur, beleefde hij het vak als :en prof. Twee keer per week trainen vond He jonge De Munck te weinig om het lijf soe- )el te houden. Dus ging hij ook aan korfbal loen, aan handbal en aan atletiek. De hon- lerd meter raffelde De Munck ooit af in 11.3, ils speerwerper liet hij zich met een worp 'an 51 meter kronen tot Zeeuws kampioen. De Munck viel kortom als sportman al Toeg op. Graag hadden de voetbalkenners Jnder de Duitse bezetters hem in het kader de Arbeidseinsatz naar Duitsland ge laaid. Niet alleen als arbeider, ook als doel- nan konden ze hem wel gebruiken. De dunck had geen trek. „Door de oorlog ben ik >p 19 juli 1944 in Limburg terechtgekomen. met Goes kampioen geworden, had er urore gemaakt en de aanbiedingen stroom den vanuit Limburg bij me binnen." Zijn keuze viel uiteindelijk op Sittardse toys. Iemand van die club, eigenaar van een jroente- en fruithandel, bezorgde hem een \usweis. De man had bij de bezetter aanne- nelijk kunnen maken dat De Munck in het cader van de aardappelvoörziening onmoge- ijk kon worden gemist. Na de oorlog mocht De Munck met Sit- ardse Boys op uitnodiging twee vriend schappelijke wedstrijden spelen in en tegen Barcelona. Nou, dat was wat. Met de trein anuit Luik totaan de Pyreneeën; vervolgens everden Spaanse taxichauffeurs de voetbal- ers keurig op de plaats van bestemming af. :en uur of elf 's avonds kwamen we aan Jij het hotel, we barstten van de honger. Wij Frans de Munck: „Dat doorgaan, dat niet opgeven, dat zit in de Leeuw." Frans de Munck: 'Eens sportman, altijd sportman' eten. Nu was dat overgoten met olijfolie, dus de WC's liepen de hele nacht door. 's Mor gens om elf uur moesten wij tegen Barcelona, 60.000 man op de tribunes. Bij ons liepen jongens rond, die zo slap waren als een vaat doek. Bij de rust stonden we met 6-1 achter. In de tweede helft hebben we ons toch her steld, het werd uiteindelijk 8-4. Onze mid- voor Harry Ehlen maakte nog een paar goals na uittrappen van mij. Ik liet die ballen zo in het zestien meter-gebied ploffen. Hadden die Spanjaarden nog nooit gezien, ze stonden op de banken." De volgende dag troffen de partijen elkaar opnieuw. Weer om elf uur en andermaal 60.000 mensen in het stadion. De Munck hield er ballen uit waarvan hij nu, 47 jaar la ter, nog zegt: hoe is het mogelijk?! Barcelona won 'maar' met 3-0. Uit pure bewondering voor De Munck rukte een Spaanse soldaat zijn insigne van zijn kraag, hetgeen hem op een week cel kwam te staan. Sommige voet ballers van Barcelona wisten te vertellen dat De Munck wel in de Catalaanse stad zou ach terblijven. Maar alle belangstelling ten spijt, van een transfer kwam het niet. „Want wat gebeurde er? De eerste keeper raakte gebles seerd, de tweede ook en toen hebben ze de derde opgesteld. En die jongen, Ramallets, sloeg zo aan dat hij het twaalf jaar bij Bar celona heeft volgehouden. En voor mij was het over." Opzetje Het zou niet bij die ene tegenslag blijven. De Olympische Spelen in Londen gingen in 1948 ook aan hem voorbij. Nog altijd acht Frans de Munck zich het slachtoffer van een op zetje van de KNVB. „Ik.zou als reserve achter Piet Kraak met het Nederlands elftal mee gaan naar Londen voor een oefenwedstrijd ter voorbereiding op de Spelen. Let wel: zou! Want wat wilde nu het geval? Sittardse Boys- Eindhoven was afgelast. Laat de KNVB het nu zo plannen dat die wedstrijd moest worden ingehaald uitgerekend op de dag dat het Ne derlands elftal oefende in Londen. Ja, daar ging ik hè. Ik werkte in die tijd bij de verzeke ringsmaatschappij van Meuleman. Die was niet alleen voorzitter van Eindhoven, hij had toen ook al een hoge functie bij de KNVB. Goed, die Meuleman kwam naar me toe en zei: 'Jammer nou, hè Frans, dat die wedstrijd net op de dag wordt gespeeld dat ook het Ne derlands elftal oefent'. Ik zei: 'Meneer Meule man, ik zal u eens wat vertellen: dit is alle maal gepland. Als Sittardse Boys-Eindhoven doorgaat, kost het mij de Olympische Spelen. Maar dan kunt u er wel op rekenen dat niet Eindhoven maar BW landskampioen wordt. Eindhoven moest winnen van ons, het werd 0-0, waardoor BW zonder te spelen inder daad kampioen werd. Die gasten van BW droegen me van het veld." Zijn ontembare eerzucht dreef De Munck in 1949 naar Ajax. Andermaal raakte de doel man in opspraak. Op het bondsbureau wer den voor hem belastende brieven bezorgd. De strekking: De Munck liet zich als amateur betalen door Ajax. Afzender: Sittardse Boys. „Daar begon voor mij het gedonder. Ik train de en werkte in Amsterdam, aan spelen kwam ik niet toe." De KNVB ontbood De Munck; hij moest maar eens met zijn spaarbankboekje op de proppen komen. Marius Koolhaas, de voor zitter van Ajax, hield De Munck voor dat de leden van de commissie geen enkel recht hadden om dat van hem te eisen. Maar de doelman besloot toch opening van zaken te geven. „Ik had niets te verbergen, op dat spaarbankboekje viel niks aan te merken." De heren van de KNVB-commissie vonden kennelijk van wel, want De Munck werd tot prof verklaard en kreeg een jaar schorsing aan zijn broek. Hij berustte in de straf, dan maar een seizoen trainen. Maar het liep an ders. Het toeval wilde dat een Limburgse journalist in Frankfurt tijdens het boksduel Walcott-Ten Hoff uitgerekend naast Franz Kremer, de voorzitter van FC Köln, kwam te zitten. De heren raakten aan de praat, Kre mer vroeg de journalist of hij misschien nog een goede doelman wist, het liefst een inter national. En aldus geviel het dat een paar da gen later een delegatie van FC Köln bij De Munck in Amsterdam op de stoep stond. „Marius Koolhaas van Ajax vroeg nog: 'Moet dat nou, naar Duitsland?' Maar ik had geen keus. Ik ging naar Keulen, de stad lag nog he lemaal onder het puin, alles platgebombar deerd. Ik vroeg me af: moet ik hier gaan voet ballen? Maar toén zag ik dat Müngersdorfer- stadion, alles was intact. Ik dacht: wat er ook gebeurt, hier wil ik spelen." Populair Ongemeen populair werd De Munck in Duitsland. Die schwarze Katze werd hij ge noemd. De mannelijke Schlachtenbummler dweepten met zijn keeperstalenten, de vrou welijke hadden vooral oog voor andere aan trekkelijkheden die hij van moeder Natuur had meegekregen. De Munck mocht zelfs de acteur uithangen; van filmmaatschappij UFA in Berlijn kreeg hij een rol aangeboden in de film Das Ideale Brautspaar. Ving De Munck 5000 Mark voor. „Ik heb in Keulen mijn beste tijd beleefd. Als ik daar nog kom en de sta dionspeaker noemt mijn naam, dan begin nen zeker de oudere supporters spontaan te applaudisseren." Vraag hem naar het hoogtepunt uit zijn loopbaan en het antwoord zal kort en krach tig luiden: de Watersnoodwedstrijd in 1953. „Ooooh, wat was dat fantastisch. Daar ston den we in Parijs met dat bijeengeraapte zooi tje met aanvallers als verdedigers. Tiendui zend Nederlanders zaten er op de tribunes. En in Nederland was geen sterveling op straat te bekennen. Iedereen zat aan de ra dio. En we wonnen ook nog, met 2-1. En ge loof me: die Fransen wilden echt winnen, want ze hadden bij hun clubs met de Hol landse collega's forse weddenschappen afge sloten. Voor de KNVB waren we betaalde schoften, maar die wedstrijd was wel de doorbraak naar het betaalde voetbal." Egidius Joosten, de onlangs overleden Lim burgse aannemer die met de oprichting van de Nederlandse Beroeps Voetbalbond de KNVB uiteindelijk dwong van het geloof in amateurisme te vallen, was er veel aan gele gen De Munck naar Geleen te halen. De am bitieuze Joosten was als voorzitter van Fortu- na '54 druk doende een sterrenteam bijeen te kopen. „Ik werd benaderd door Joosten en manager Adriaanse. En ik wilde wel. Het Ne derlandse voetbal moest uit het dal waarin het was terechtgekomen en ik had erg veel zin om weer voor het Nederlands elftal uit te komen. Ik tekende voor vijf jaar." Qua spelerspotentieel was Fortuna '.54 hal verwege de jaren vijftig met voorsprong de beste ploeg van Nederland. In het al lang afgebroken Mauritsstadion paradeerden Cor van der Hart, Jan Notermans, Bram Ap pel, Henk Angenent, Bart Carlier en nader hand ook Faas Wilkes. Voetbalnamen om u tegen te zeggen. Maar het allegaartje van sterren flonkerde nooit zó uitbundig dat er in Limburg een kampioenschap viel te vieren. Achteraf gezien een schande, zegt De Munck. „Wel hebben we in 1957 de beker gewonnen, maar er had meer ingezeten, zeker weten." De Munck weet wel wat er destijds aan schortte, daar in de Westelijke Mijnstreek. Sommige spelers leefden niet voor de sport. Liever dronken ze een glas, deden ze een plas en bleef in Geleen alles zoals het was. „Ik woonde in die tijd boven een café. En daar kwamen de spelers van Fortuna om een pils je te drinken. Nou ja, meestal werd het iets sterkers. Ik heb Joosten, de voorzitter, wel eens persoonlijk gevraagd of dat niet kon ver anderen. Maar nee. „Wij gingen heel Europa door. In Vichy wonnen we bijvoorbeeld met 5-0 van Reims, de landskampioen. Dat was wat, hoor. Maar we kwamen ook in Keulen terecht. En we verloren daar met 8-1. Toen hebben ze me laten stikken. Vooral die laatste man, hè." FOTO GPD ROLAND DE BRUIN Opmerkelijk genoeg komt de naam bedoelde verdediger geen moment ovei lippen van De Munck. En dat terwijl ze vi ger toch een paar apart vormden, hij en Van der Hart. Volledig op elkaar ingespeeld. Maar meer dan eens is gesuggereerd dat de een vermaarde stopperspil zijn goalie graag plaagde met moeilijke terugspeelballen. „Ik wil niet zeggen dat die persoon dat expres deed. In Düsseldorf, in 1956 tijdens die ge denkwaardige interland tegen de Duitsers, kreeg hij de bal op zijn knie. En die ging e dus in. En in Amsterdam speelde hij in ee andere interland tegen Duitsland vanaf de zijlijn de bal terug op mij, terwijl Juskowiak ertussen stond. En die zei dus: danke schön. In Düsseldorf is het dan nog gelukt, in Am sterdam gingen we de boot in. Hij was groot voetballer, de man kon zich geweldig opstellen en had een prachtige trap. Maar nee, vrienden zijn we nooit geworden. Kón den we niet zijn en ik laat maar in het mid den waarom." Hij liet Limburg in verbijstering achter, na dat speler/trainer Bram Appel hem een ne derlaag tegen Ajax had aangewreven. Die aanklacht hield tevens in dat De Munck de ti tel had vergokt. Prompt liet hij zich op de transferlijst plaatsen. „Ajax kwam naar leen, stond twee punten op ons voor. Eigen lijk hadden we in dat seizoen kampioen moeten worden, maar we verloren met Riep Appel dat het allemaal de schuld i van die zwarte, ik dus. Als je nou weet wat die Appel voor kansen miste... Ik was Fortuna zat. En daar kwam DOS, er werd voor mij als 36-jarige een ton gevraagd en het ging door. Daar meteen kampioen geworden, voor mij een geweldige triomf." Na zijn DOS-tijd stapte De Munck op z'n 39ste over naar Veendam, daarna deed hij Cambuur in Leeuwarden nog aan. Op 44ste borg de Zwarte Panter de keepershand schoenen op, nadat hij nog bij Vitesse tussen de palen had gestaan. Trainer Inmiddels was De Munck bezitter van het trainersdiploma van de Sporthochschule in Keulen. En hij besloot Lo Brunt, de secreta ris/penningmeester van de KNVB, maar eens te bellen. „Ik zei: 'Ik wil trainer worden'. 'Kan niet', zei Brunt, 'je moet een Nederlands di ploma hebben'. Ik zei: 'Dat Duitse diploma is in de hele wereld geldig'. Zei Brunt: 'Maar dan niet in Nederland'. Ik heb Sepp Herber ger, de vroegere Duitse bondscoach, ge vraagd te bemiddelen. Ik ben zelfs nog bij prins Bernhard op Soestdijk geweest. Maar niks, hè, ik moest op de cursus. Toch n gedaan en ik heb dat diploma gehaald." Hij trainde achtereenvolgens Vitesse, FC Brugge, Uerse SK en nog eens Vitesse. Bij Brugge voerde De Munck zijn ploeg naar kerwinst. „Maar ik kreeg een schop onder m'n kont omdat we geen kampioen werden.' Daarna kwam hij bij Lierse terecht. In de competitie ging het beroerd met de dorps - club, in het toernooi om de UEFA-Cup stunt te het team tegen Leeds United. In Lier werd het 0-2 voor de Engelsen. Wat kon Leeds in eigen home nog overkomen? Een 4-0 neder laag dus. Lierke Plezierke, alles en iedereen uitbundig en blij. Een reserve wilde met Munck wel een weddenschapje afsluiten dat ook met de volgende tegenstander het Eindhovense PSV wel even zou worden af gerekend. „Die weddenschap heeft in mijn nadeel gewerkt. Ik zei dat Lierse ofwel tegen PSV gelijk zou spelen of verliezen. Dat is op de een of andere manier uitgelekt. Dè avond voor ^e wedstrijd belde de voorzitter mij dat ik was ontslagen. En Lierse won met 4-1 PSV. Zo kan het gaan." Hij keerde terug naar Arnhem, tekende voor twee jaar bij Vitesse. Het zou zijn eind station in het betaalde voetbal worden. „Ik had daar net mijn contract getekend en toen werd de voorzitter door de KNVB gebeld. Hoe hij die De Munck nou naar Nederland had kunnen terughalen? Later zei Van der Louw, die voorzitter: 'De Munck, je komt in Nederland nooit meer aan het werk'. 'Waar om niet', vroeg ik nog. 'Omdat je de KNVB tegen hebt'. En helaas moet ik zeggen dat de man gelijk kreeg. Het heeft me pijn gedaan, maar gelukkig ben ik er niet aan onderdoor gegaan. Ik weiger me namelijk als Zwarte Panter te laten kooien. Omdat ik te veel Leeuw ben. Dat doorgaan, dat niet opgeven, dat zit in de Leeuw."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 33