"V
't Hagelt elke dag boven miljoen boterhammen
Visdag betekent vaak een kleine verhuizing
Leven en wonen
MARC
RUSSO
Het tweede leven
voor dons dekbed
De komkommer
kan klimmen
"MAANDAG 1 AUGUSTUS 1994
NIEUWE CD'S
S The Houdini's - Hybrid - en -No More Yesterdays - Chal
lenge/Munich Records.
ïlijk
Van dezelfde opnamesessies zijn tegelijk een CD en een
zogeheten mini-album met 4 stukken van The Houdi
ni's op de markt gebracht. Bij the Houdini's, nu zo mo
gelijk nog beter op elkaar ingespeeld - overgangen en
complex samenspel heb ik zelden beter uitgevoerd ge
hoord - is de plaats van tenorsaxofonist Boris van der
Lek ingenomen door Barend Middelhoff. Middelhoff
speelt iets moderner dan Van der Lek en maakt meer
gebruik van technieken die ontwikkeld zijn door de
avant-garde van de jaren zestig, zoals shouts en dub
belklanken, zonder de blues uit het oog te verliezen. In
het ensemble-geluid maakt dat niet zo veel uit; het sex
tet klinkt in ieder geval minstens zo snedig als een jaar
geleden. De stukken, waarvan de meeste door alt- en
sopraansaxofonist Rolf Delfos en pianist Erwin Hoor
weg zijn geschreven, lijken in de loop der tijd aan con
trast gewonnen te hebben. Op de 'gewone' CD is het
materiaal zeer gevarieerd, waarvan Tenor Sadness,
Don 't Abuse Our Patience en No More Yesterdays door
leuke, spannende arrangementen opvallen. Dit laatste
souljazz-achtige werkje is op 'Hybrid' in twee versies te
horen, op het mini-album nog een keer met andere,
minder complexe stukken. Wie van verantwoorde feest
muziek houdt, kiest het mini-album, wie liever het sub
tielere hard-bopwerk hoort, neemt 'Hybrid'.
Marc Russo - The Window - JVC/Play It Again Sam.
THE WINDOW
Marc Russo (saxen en toetsen), vroeger
Yellowjackets, maakt met 'The Window' een stevig de
buut-album in het fusion-genre. Hij heeft nog altijd de
enigszins klaaglijke, zangerige toon die het handels
merk lijkt te zijn van alle fusionsaxofonisten, van David
Sanborn tot Candy Dulfer. Het album van Russo onder
scheidt zich gelukkig van het gros door een enorm soli
de en zware ritmesectie met Benny Reitveld (bekend
van Miles Davis) op basgitaar en William Kennedy op
drums. Daarnaast wordt er voor de broodnodige afwis
seling met stevige heavy metal-effecten (gastgitaristen:
Stef Burns en Ray Obiedo) gewerkt zonder dat het ten
koste gaat van de dynamische spanning tussen het vaak
subtiele saxwerk en de zeer strakke begeleiding.
KV
KLASSIEK
Tsjaikovski - Album pour Enfants, op. 39, Het Sneeuwmeis-
je (fr.), Serenade voor strijkers, op. 48 - Moskou Virtuosi
o.l.v. Vladimir Spivakov - RCA.
Tsjaikovski - Serenade voor strijkers, op. 48. Mozart - Di
vertimento, KV 136 Eine kleine Nachtmusik, KV 525 - Saito
Kinen Orchestra o.l.v. Seiji Ozawa - Philips.
Een uitgave waarin kinderen centraal staan is deze 'CD
van de maand' met de plaatpremière van Tsjaikovski's
'Album voor kinderen' in een arrangement voor strij
kers gekoppeld aan de befaamde 'serenade voor strij
kers'. Zowel het arrangement (van Vladimir Milman en
violistdirigent Vladimir Spivakov) als de uitvoeringen
klinken virtuoos genoeg, maar het voor piano geschre
ven 'Album' is voor een strijkorkest eigenlijk te kortade
mig van structuur. Toch interessant en de 'Serenade'
blijft natuurlijk ijzersterk, maar echt opveren deed ik
pas toen ik de Japanse uitvoering hoorde die Seiji
Ozawa met zijn Saito Kinen Orkest had vastgelegd. Dit
is musiceren in optima forma, met brille, met een
prachtige glans op de strijkers, maar vooral met een
hoorbaar musiceerplezier. De koppeling met het Diver
timento in D en de serenade 'Eine kleine Nachtmusik'
van Mozart is bovendien toch iets aantrekkelijker en de
opname heeft bovendien meer 'body'!
Strauss - Vier letzte Lieder. Wagner - WesendonckLieder,
Tristan und Isolde, Vorspiel Liebestod - Cheryl Studer
(sopraan) - Staatskapelle Dresden o.l.v. Giuseppe Sinopoli -
DG.
Een CD waarnaar de Studerfans ongetwijfeld hebben
uitgekeken, maar die vooral in het begin even tegenvalt.
Het lijkt of de zangeres vooral in de Vier Letzte Lieder
op zeer gespannen voet staat met de hoge tonen. In de
Wagnerdelen valt dal veel minder op en kan men haar
dictie en frasering bewonderen. Wel miste ik ook daar
de spanning die een echt goede (Wagner)dirigent er
ongetwijfeld in zou hebben gebracht. Het blijft een
beetje mooidoenerij van Sinopoli.
PK
Venz-fabriek bestaat 100 jaar
Bijna één miljoen boterhammen worden er dagelijks
mee bestrooid: de hagelslag van Venz. Vrijwel de gehele
naoorlogse generatie is opgegroeid met dit populaire
broodbeleg. De chocoladehagel werd weliswaar pas in
1936 uitgevonden, de firma Venz bestaat dit jaar precies
honderd jaar. Begonnen in Amsterdam, verkaste Hende-
rik de Vries en Zonen in 1930 naar Vaassen. Nog altijd
hagelt het daar grote korrels Venz.
Hun plaats is inmiddels ingeno
men door 'Venz-kids' die zich
voortbewegen in 'Venz-mobie-
len', terwijl ze ondertussen hun
boterhammetje bestrooien met
hagelslag.
'Op de rolschaats metz'n twee
en wat rolt daar... naarbenee?
'tls warempel chocola
voor de boterham, hoera!
En wat smaakt dat, lieve mens!
Is 't een wonder? 't Is van VENZ!
Het was 1962 toen Venz voor
het eerst een verpakking liet
verschijnen met daarop kinde
ren afgebeeld die onder de pa
raplu vandaan hun boterham
bestrooien met de gelijknamige
chocoladehagel. De afbeeldin
gen van de kinderen onder de
paraplu was een serie van in to
taal acht verschillende versies
met bijbehorende rijmpjes. De
fabrikant hechtte aan opvallen
de verpakkingen, want in het
zelfbedieningstijdperk zou het
zakje er uit moeten springen.
In 1980 werd het tijd om de
verpakking te 'restylen'. De
tweeling op het pak, inmiddels
beter bekend als Roel en Rens-
ke, werd in het nieuw gestoken;
spijkerbroek en gymschoenen
overtuigen dat de moderne tijd
aan Venz niet voorbij was ge
gaan. Het tweetal liet in latere
tv-commercials weten dat het
grote korrels Venz hagelde:
'Het hagelt, het hagelt, grote kor
rels Venz.
Zo geweldig lekker, Venz, Venz,
Venz'.
Een beetje oubollig was het
toch wel geworden, meende de
huidige directie van Venz. Daar
om werd in het jubileumjaar
1994 besloten 'de paraplu en de
twee kindertjes' af
Paradepaardje
Het is dit jaar honderd jaar gele
den dat Venz werd opgericht.
De eerste jaren legden Henderik
de Vries en zijn zonen Gerard
en Henk zich, in Amsterdam,
toe op chocolaterie en suiker
werk. Zuurtjes, dragees, toffees,
lolly's, borstplaat, suikerbeestjes
en gomballen, ze behoorden al
lemaal tot het assortiment van
Venz.
De hagelslag, het paradepaardje
van de onderneming, is nog
lang geen eeuw oud. Het goedje
werd 'pas' in 1936 na veel expe
rimenteren uitgevonden. Zoon
Gerard vond uiteindelijk de
juiste receptuur en bereidings
wijze van chocoladehagel. Een
vermicellipers moest er aan te
pas komen om mooie korrels te
maken. Aanvankelijk waren de
De Vriezen nog helemaal niet
tevreden over het uiterlijk van
de korrels. De smaak van de ha
gel mocht dan okay zijn, het zag
er niet echt mooi uit. Bij toeval,
zo wil de overlevering, ontdekte
Gerard de Vries het procédé om
de korrel ook te laten glanzen.
Niets stond een opmars van dit
broodbeleg toen meer in de
weg.
Anno 1994 is Venz nog steeds
prominent aanwezig op de
markt der hagelslagprodukten.
De familie De Vries heeft inmid
dels de zaak al geruime tijd ge
leden van de hand gedaan. In
Chocoladehagelslag
1973 nam Van Nelle het bedrijf
over. Van Nelle werd vervolgens
weer opgekocht door het mam
moetconcern Sara Lee/DE. En
in 1990 kreeg Venz opnieuw een
andere eigenaar: het voedings
middelenconcern CSM bracht
de hagelfabriek onder bij Ko
ninklijke De Ruijter, ook bekend
als producent van broodbeleg.
Bijna een miljoen boterham
men per dag worden er in Ne
derland belegd met Venz, weet
commercieel directeur J. Ber
kenbosch, die kantoor houdt bij
De Ruijter in Baarn. Maar de
keerzijde is dat er twee miljoen
boterhammen voorzien worden
van hagelslag van andere mer
ken. Het marktaandeel van
Venz is dus vrij beperkt.
Buitenland
Buiten Nederland heeft 'de ha
gel' nooit echt op grootse wijze
voet aan de grond gekregen.
Het nadeel van zuidelijke lan
den zijn natuurlijk de hoge tem
peraturen. In België en Duits-,
land wordt de hagelslag wel ge
bruikt, maar vooral ter versie
ring van taarten. Wie mocht
denken dat Berkenbosch deze
restrictie betreurt, komt bedro
gen uit. Het relatieve kleine af
zetgebied is juist een voordeel.
Hij legt uit: „Als een groot deel
van Europa ook 'in' zou zijn
voor de hagelslag, dan zou er
voor Venz waarschijnlijk geen
plek meer zijn. Want dan zou
den de grote jongens, zoals
Nestlé, zich ook wel gaan roe
ren op deze markt. Dat dit
'marktje' nog bestaat hebben
we echt te danken aan het feit
dat het een typisch Nederlands
gebeuren is".
Als je uit de auto stapt, bij de
fabriek van Venz aan de Zwarte-
weg in Vaassen, waait de geur
van chocolade je al tegemoet.
Op het complex worden tegen
woordig ook de chocolaatjes
van Droste, ook eigendom van
CSM, vervaardigd.
De markt van hagelslag blijft
de laatste paar jaar redelijk sta
biel. In een periode daarvóór
had Venz duidelijk wat mager
der jaren. Door de overnames
in de loop der tijd hebben ook
een aantal werknemers hun
baan verloren. De huidige 120
medewerkers in Vaassen hoe
ven voorlopig geen forse veran
deringen verwachten, aldus di
recteur Berkenbosch. Een Ne
derland zonder Venz-hagelslag
lijkt hij zich ook niet voor te
kunnen stellen. „We mikken
met reclame en marketing wel
op de kinderen, maar dat wil
niet zeggen dat volwassen geen
hagelslag zouden eten. Integen
deel, zou ik haast willen zeggen.
Bij veel mensen is het toch zo
iets van: even terugkeren naar je
kindertijd".
Werkplek groeit mee met studie
Een nieuwe studie: van basisschool naar middelbaar, of van havo/vwo naar hoger onderwijs
of een vakopleiding stelt andere eisen aan de studiehoek. Die moet op andere werkmetho
den zijn ingericht en daarbij voldoen aan de persoonlijke smaak en aan de hobby's. In de 23
Lundiawinkels in ons land wordt op het ogenblik een 'show' van studiekamerinrichtingen ge
houden. Het flexibele woonsysteem van de fabrikant leent zich heel goed voor het samen
stellen van een plezierige werkhoek. De elementen waaruit het systeem bestaat maken tallo
ze combinaties mogelijk, aangepast aan de beschikbare ruimte, aan veranderende omstan
digheden (zoals na zekere tijd misschien het huis uit, naar een eigen onderkomen) of een
voudig omdat een andere indeling van het interieur weer eens een nieuwe kijk op het stu
dentenleven geeft.
stapel dons dekbedden krijgt, die duidelijk al
heeft gegeven? Weggooien - of je gaat kijken
Wat doe je als je plotseling
een generatie 's nachts
wat de mogelijkheden zijn,
Dekbedden kun je laten reinigen bij speciale bedrijven. Bij Palthe in Almelo
neemt een speciale afdeling dekbedden vrijblijvend onder de loep. Nadat sa
men met de de plaatselijke Palthe-beheerder een uitgebreide lijst is ingevuld
wordt die met het dekbed naar Almelo gestuurd. Het is natuurlijk essentieel dat
je je eigen dons terugkrijgt. Hoe wordt dat nu gewaarborgd?. Wel, wanneer het
dekbed op de afdeling komt wordt de lijst gecontroleerd en het dekbed wordt
gewogen. Elk dekbed krijgt nu een afzonderlijke, behandeling.
Het dons wordt uit de tijk gehaald. Wanneer de tijk nog in goede staat is
wordt deze apart gereinigd. Daarna wordt de dons in een speciale machine
'ontstoft'. De slechte deeltjes worden verwijderd. Nu is het dons klaar om ge
wassen te worden in de wascabine en gedroogd. Tevens wordt het dons in deze
machines anti-statisch gemaakt. Hierna is het dons gereed om weer in een tijk
geblazen te worden. Zonodig wordt dons in de gewenste kwaliteit bijgevuld.
Daartoe heeft men standaardkwaliteiten dons in voorraad. De tijk wordt dicht
genaaid. Om de dons z'n luchtige uiterlijk weer te geven wordt hij nog eens
goed in een z.g. 'tumbler' geschud, waarna hij voorzien van een garantiesticker
in plastic zakken wordt verpakt en gesealed. Klaar om weer vele jaren dienst te
doen. De gehele behandeling neemt zo'n uur in beslag. Omdat de auto's een
maal per week langs de fillialen rijden is men z'n dons zo'n twee weken kwijt.
De kosten van een dergelijke behandeling zijn: 1 persoons dekbed reinigen
f 88,95 en 1 persoons dekbed nieuwe tijk f 78,50.
VISSPORT
Als ik tegenwoordig in de laadruimte van
m'n auto kijk aan de vooravond van een
visdagje, kan ik me nauwelijks meer
voorstellen dat ik ooit op de fiets of de
brommer mijn favoriete visstekkies be
reikte en alles bij me had wat ik toen no
dig had. De bamboe hengels en het
schepnet met twee stukjes snijtouw on
der het zadel aan de horizontale stang
gebonden, de vistas en het stoeltje klap
perend onder de snelbinders en het leef-
net - ook met een touwtje - bungelend
aan de lastdrager als een imitatie-jasbe-
schermer.
Vandaag de dag komt er een kleine
volksverhuizing aan te pas alvorens de
.wekelijkse tocht naar de visgronden kan
beginnen. Neem alleen maar eens de ze
tel die we op zo'n visdag gebruiken. Ik
herinner me nog dat minuscule uitvouw
bare metalen stoeltje met kettinkje en
een stukje zeildoek waarop voor het toen
nog bescheidener in omvang uitgevoer
de zitvlak nauwelijks plaats beschikbaar
was. Of dat uitklapstoeltje van een paar
jaar later waarvan je al na korte tijd een
niet meer weg te denken houtsmaak in
je broek kreeg.
Tot de uitrusting van een goed geëqui
peerde hengelaar behoort nu op z'n
minst een fraai uitgevoerde zitmand met
drie of vier uitschuifbare laden, een luxe
skai-zitting en een verstelbare rugsteun.
En dat geheel is nog voorzien van een
plateau voor de aasdoos en een steun
om de hengel in te plaatsen. Nee, de
sportvisser uit de jaren negentig is op
zijn comfort gesteld.
Met die mini-stoeltjes uit een grijs ver
leden kreeg je na verloop van tijd niet al
leen een ongelooflijke kramp in je be
nen, je donderde op gezette tijden ook
gewoon omver omdat de ondergrond
langs de waterkant nu eenmaal zelden
vlak en gelijkmatig is.
Als ik de inhoud van mijn viskoffer,
want zo blijf ik hem hardnekkig tegen al
le Britse invloeden in noemen, eens kri
tisch bekijk moet ik tot mijn schande be
kennen dat het leeuwedeel van de in
houd niet echt tot de basisuitrusting van
een sportvisser behoort. De helft zou
zonder enige belemmering kunnen wor
den afgedankt. Maar de potjes, doosjes,
blikjes, rolletjes half vergane nylonlijn en
de nooit gebruikte kunstaasjes geven de
zaak zo'n kleurige aanblik dat ik er niet
toe kom de zaak e
De hengeluitrusting v
Daar hebben de Albatrossen, Silstars
en Shakespeare's, of hoe ze ook mogen
heten, tegenwoordig ook iets op gevon
den: een roestvrijstalen visplateau met
verstelbare poten zodat we ook op een
schuin talud als een vorst de hengelstok
kunnen hanteren. Niet gehinderd door
welke oneffenheid dan ook. Maar zo'n
vierkante meter eigen walkant zie ik de
visser van weleer niet meetronen op zijn
Solex-eitje of Berini M13.
Met een houten simmendoos sluitend
met een koperen haakje waarin de tui
gen keurig op houten plankjes in het ge
lid stonden was je destijds het ventje. Al
heb ik het openklappen zonder dat de
inhoud op de grond viel, nooit echt on
der de knie gekregen. De visser op de
rand van de 21ste eeuw heeft zo'n stukje
noeste huisvlijt al lang verruild voor een
robuust uitgevoerde tacklebox met aller
lei uitklapbare laatjes en doosjes waarin
allerlei handige snuisterijen zijn opge
borgen.
Het geheel is natuurlijk wormproof,
want door de inwerking van de weekma
kers in de kleurige twisterstaarten, als ge
volg waarvan er een enorme smurrie-
troep ontstond, hebben we de.voorgaan-
de editie al lang met de gemeentelijke
reinigingsdienst op transport gesteld
naar verbrandingsoven of stortplaats.
Het bruine canvas-visfoedraaltje, goed
voor zegge en schrijve één hengel met
toebehoren, heeft het in de loop der ja
ren ook moeten afleggen tegen die
meestal van uitbundige •merkreclames
voorziene verzamelfoudralen, waarin
minstens twee opgetuigde werphengels,
een vaste hengel, een inschuifbaar lan-
dingsnet, een royale visparaplu en diver
se hengelsteunen opgeborgen kunnen
worden. Een totaal gewicht dat de draag
riem diep in de huid van de schouder
doet doordringen en herinneringen op
roept aan die verplichte dienstplicht
mars met volle bepakking. Maar we wil
len anno 1994 comfortabel langs of op
het water zitten en daarom zeulen we de
hele santekraam zonder morren mee.
In die ontwikkeling naar een steeds
groter volume en immer groeiend ge
wicht van de hengeluitrusting is er - al
thans bij mij - een duidelijke verlichting
opgetreden. De oude winterjas die zich
in \Toeger jaren op regenachtige dagen
gulzig volzoog met gestadig meerplen-
zend hemelwater is inmiddels Vervangen
door een lichtgewicht regen- en wind-
pak. Zo zie je maar dat de modernisering
af en toe ook nog zijn goede kanten
heeft....
TUIN
op de markt zijn ze nog»
steeds volop te koop: prachtige voorge-
kweekte planten van komkommers en au
gurken. Beide soorten doen het in een rede
lijk goede zomer ook buiten, maar de au
gurk is in de praktijk toch beter bestand te
gen ons klimaat dan de komkommer.
Voor komkommer en augurk geldt: laat ze
klimmen. Dan is er een veel beter resultaat
dan bij kruipen over de grond en nu we het
over klimmen hebben: een hek voldoet be
ter dan stokken. Gewoon geplastificeerd
kippegaas is het best.
Het zijn warmteminnende planten, een
plaatsje in de zon is een vereiste, uit de
wind is mooi meegenomen. Verder zijn het
wat je noemt grote eters. Dat wil dus zeg
gen dat we met goede grond moeten begin
nen. Liefst veel eigen kompost. Anders
potaarde of - beter - vijveraarde. Daarin zit
nog wat klei. Nog beter, op 25 a 30 cm diep
te een laag paardemest of koemest met stro.
Dat houdt de grond nog een beetje warm.
Maar goede aarde voldoet, mits we elke
week bijmesten. Gewoon viano of koemest
korrels opgelost in water.
Als de planten eenmaal staan en het naar
hun zin hebben, zullen ze snel gaan groei
en. Ze hebben weliswaar wat hechtranken,
maar die voldoen niet. Aanbinden moet er
voor zorgen dat de plant inderdaad vast
komt aan het gaas. Zodra de plant de bo
venkant van het steunmateriaal heeft be
reikt wordt er getopt. Er komen dan zijsten
gels die ook weer aangebonden worden. Wil
men eerder en meer zijstengels, dan moet
men de plant na het vierde blad al toppen.
Ook is het zaak om de vruchten die zich
aan de hoofdstengel vormen snel te oogsten
zodat de groei gewaarborgd blijft. Hoe gro
ter plant des te meer vruchten.
Het is zaak om tijdens de groei niet alleen
geregeld te oogsten en aan te binden, maar
ook goed te kijken of zich geen schimmel
ontwikkelt op het blad. Dan de aangetaste
bladeren onmiddellijk verwijderen. Vooral
niet op de kompost gooien. Verbranden of
in de vuilnisbak.
Tot slot nog een opmerking: een met au
gurk of komkommer begroeid stukje gaas
ziet er prachtig uit en kan wedijveren met
elke sieraanplant: fraai zachtgroen blad en
heldergele bloemen. Plus vruchten.
LEZERSVRAAG
MEVROUW VERVER UIT HAARLEM vraagt
wat te doen met de uitgebloeide bloemen
van rhododendron. Het is heel goed om de
uitgebloeide bloemen te verwijderen
maar... dit moet met veel zorg gebeuren.
Dus met de hqpd en niet botweg met een
schaar. Vlak onder de uitgebloeide bloemen
zitten de koppen voor volgend jaar. Gaat
men te ruw te werk dan betekent dit dat er
volgend jaar geen of weinig bloemen zullen
zijn.
Een heel moeilijke, eigenlijk niet te beant
woorden vraag komt van CAROLIEN VAN
DE LINEKE UIT HAARLEM. Temidden van
de bloemen uit een pakje 'Veldboeket' was
er een anderhalve meter hoge plant met
groot blad en pastelachtige bloemen. De
schrijfster was zo lief om wat zaad op te stu
ren. Dat zal ik volgend voorjaar zaaien en
mischien, héél misschien kan ik dan het
raadsel van de naam oplossen.
Als mijn Skimmia twee meter hoog zou zijn
en drie meter breed dan zou ik blaken van
trots en nooit en te nimmer denken aan
snoei om hem kleiner te maken. Dit is mijn
eerste antwoord aan MEVROUWTUNK
UIT SASSENHEIM. Maar mochten er ern
stige redenen zijn om die arme struik klei
ner te maken, dan zal dat met heel veel zorg
en geduld moeten gebeuren. In elk geval zal
de totale snoei over drie jaar verdeeld moe
ten worden, wil de Skimmia er dan nog aar
dig uitzien. Dus als het per se moet nu (het
kan nog in deze maanden al is eind mei de
beste tijd om groenblijvers tot de orde te
roepen) ongeveer een derde deel van het
geen weg moet (waarom toch eigenlijk?)
wegsnoeien. Liefst een of meer grote takken
en niet alleen aan de buitenkant wegknip
pen. Na drie jaar zou de struik weer een
goed model moeten hebben. Dus nog
maals: liever niet snoeien en indien écht
nodig, met zorg en verdeeld over drie jaar.
Komt er bij u al tuinierend of wandelend
in de natuur een vraag op? Greet Buchner
zal proberen voor u het antwoord te vin
den. De waag kunt u opsturen naar Dami-
ate Dagbladen, Postbus 507, 2003 AP
Haarlem t.a.v. de redactie LEVEN EN WO
NEN.