Van Poppel doet nog steeds mee
Sprinten is een gevaarlijk vak
Tourdrama krijgt
nog een staartje
Tour de France
LETOUR
Nog eentje.
Even bijkletsen
DINSDAG 5 JULI 1994
LETOUR
4e etappe
6 juli 204 km
Vierde etappe
204 km. Start: 10.45 uur, fi
nish: 15.51 uur. Na een treinreis
door de Eurotunnel: de eerste
Touretappe sinds 1974 in Enge
land. Wie wordt de opvolger van
HenkPoppe?
Het parcours voert door Kent
en East Sussex, met twee plaat
selijke rondjes van 8,5 km in
Brighton, waar de Brighton
Elmgrove Hill wacht.
Op de brede boulevard kan in
cle laatste rechte kilometer nog
heel wat worden ondernomen öf
teruggepakt.
TOURENTELLER
11 km: le bonificatiesprint: 1.
Abdoesjaprov (Oez/6sec), 2. Svo-
rada (Slw/4), 3. Kirsipuu (Est/2).
41,5 km: Mont Rouge (4e cat): 1.
Peter de Clercq (Bel), 2. Chiap-
pucci (Ita), 3. Van Hooydonck
(Bel).
51 km: Mont-des-Cats (4e cat):
1. Peter de Clercq, 2. Rominger
(Zwi), 3. Frison (Bel).
66 km: Mont-Cassel (3e cat):
1. Peter de Clercq, 2. Frison, 3.
Tsjmil (Mol), 4. Cenghialta (Ita),
5. Ugrumov (Let).
77 km: ontsnapping Durand
(Fra) en Swart (NZe).
126 km: 2e bonificatiesprint: 1.
Durand (6). 2. Swart (4). 3. Mar-
tinello lta/2
134,5 km: voorsprong koplopers
1.20.
148 km: korte tegenaanval
Fransman Louviot.
168 km: 3e bonificatiesprint: 1.
Durand, 2. Swart, 3. Van Hooy
donck.
Voorsprong vluchters 2.30 op
Van Hooydonck, 2.45 op pelo-
181 km: peloton loopt vluchters
195 km: Vijf renner proberen
massasprint te ontlopen: Van
Poppel (Ned), Anderson (Aus),
Peter de Clercq, Chiesa (Ita) en
Petito (Ita). Ze krijgen slechts
een kleine voorsprong.
198 km: Cote La Haute Ville
(4e cat): 1. Ghirotto Gta), 2. Chi
appucci, 3. Armstrong (VSt).
Ghirotto alleen op kop, krijgt ge
zelschap van Peron (Ita) en
Skibby (Den). Drietal redt het
203,5 km: Van Poppel wint met
millimeters verschil sprint van
Ludwig (Dui). Het is zijn negen
de overwinning in de Tour.
In 1992 (Straatsburg) was hij
ook de laatste Nederlander die
een Tour-rit naar zich toetrok.
Chris Boardman behoudt de lei-
derstnd.
Charly Mottet rijdt zijn tiende
en laatste Ronde van Frankrijk.
,,Voor mij is het een soort va
kantie. Een debutant als Patrick
Jonker is nog geïmponeerd door
het hele gebeuren. De Tour
voor mij bestaat uit verplichtin
gen naar de media en de spon
sors, dat is het."
Voor Frans Maassen is de
Tour voorlopig vallen en op
staan. De Limburger uit de
ploeg van Jan Raas was in de
eerste twee etappes twee keer
betrokken bij valpartijen. De
winnaar van de Ronde van
Luxemburg kwam er steeds
goed vanaf.
Zondag hield hij alleen wat
pijnlijke plekken over aan zijn
kennismaking met het Franse
asfalt, gisteren bleven de ver
wondingen beperkt tot schaaf
wonden. „De renners zijn ner
veus en dan gaat er weieens wat
mis", klonk het niet al te vrolijk.
TV woensdag
Ned 2
TV donderdag
Ned 3
De valpartij in de Tour, waarvan
de sprinters Wilfried Nelissen
en Laurent Jalabert het slachtof
fer werden, krijgt waarschijnlijk
een zowel juridisch als finan
cieel vervolg. Vandaag praat een
delegatie van de ploeg van Ne-
lissen's formatie Novemail (pr-
manager Philippe Crepèl en
ploegleider Walter Planckaert)
met Agnès Pierret, Directeur
Administratif van de Société du
Tour de France.
Pierret heeft inmiddels al een
voorlopige aangifte gedaan bij
de verzekering die de Société
elk jaar opnieuw afsluit voor alle
door haar te organiseren wed
strijden. Een geval als dit nu
met Nelissen en Jalabert heeft
zich in de geschiedenis van de
Tour echter nog nooit eerder
voorgedaan. Inmiddels kwam
gisteren de officiële bevestiging
van de oorzaak van het ongeluk:
een politie-agent die van zijn
lijn was afgeweken en doodge
moedereerd een foto van de 'ul
tieme' spint aan het nemen
was.
De Tourdirectie heeft er bij de
benadeelde ploegen op aange
drongen de zaak niet zomaar
voorbij te laten gaan. Algemeen
Directeur van de organisatie,
Jean-Marie Leblanc, verklaarde
gisteren zelfs „dat het noodza
kelijk was dat ze er achterkwam
hoe dergelijke zaken verzeke
ringstechnisch komen te lig
gen."
Een testcase dus voor de So
ciété du Tour de France, de uit
eindelijke verantwoordelijke
voor het ongeluk. Het is begrij
pelijk dat ploegen enigszins te
rughoudend zijn in hun aan
klacht richting de Tour-organi
satie, omdat geen enkele forma
tie problemen wil met Jean-Ma
rie Leblanc en zijn mede-be
stuurders. „Maar", aldus Crepel
van Novemail, „hier heeft de
Tour-organisatie -ook zelf op
aangedrongen. Dit kan natuur
lijk zo maar niet passeren. Wij
moeten ook wel aangifte doen.
Miljoenen mensen hebben het
op de tv gezien. De oorzaak, de
schuld, is overduidelijk."
De toestand van Wilfried Ne
lissen (zware hersenschudding)
is inmiddels nog niet veel ver
beterd. De Belgische renner van
de Post-ploeg blijft verward en
in herhalingen vallen. Pas als de
doktoren van het ziekenhuis in
Lille het verantwoord achten,
wordt Nelissen overgebracht
naar het hospitaal in Gent.
Laurent Jalabert werd giste
ren in Lille vijf uur lang geope
reerd. Hij heeft breuken over
het hele gezicht (oogkas, neus,
bovenkaak, gebit) en zal in elk
geval nog twee maanden in het
ziekenhuis moeten blijven om
te herstellen.
Ook Fabiano Fontanelli uit de
GB-MG ploeg kwam gisteren
niet meer aan de start wegens
blessures aan kaak en knie.
Erik Breukink maakt bij ONCE
gebruik van de optie nog* een
jaar langer door te gaan. De Ne
derlander kan tegen dezelfde
voorwaarden (een miljoenen
overeenkomst) als de afgelopen
twee seizoen bij de Spaanse
ploeg aan de slag. Breukink liet
in zijn contract een optie opne
men waarin hij zelf kon beslis
sen te blijven of op een ander,
beter aanbod in te gaan. Hij
koos, na twee niet echt geweldi
ge seizoenen, voor het eerste.
boulogne sur mer
govert van veen
Sprinters, échte sprinters, ver
dienen veel. Meer dan normale
mensen. Meer dan normale
renners. Sprinters zijn ook niet
normaal. In de laatste kilometer
krijgen ze het rood voor de ogen
en nog geen minuut later de
streep voor de neus. Zestig se
conden waanzin, prachtige
waanzin, prachtige sport.
Jammer alleen dat het niet al
tijd zo kan gaan als gisteren.
Dat er valpartijen bestaan. En
jammer dat er niet zoveel echte
sprinters meer zijn. Ze zijn nog
duizelig en doen vergeefse po
gingen te revalideren (Cipollini
na val in Vuelta), liggen in het
ziekenhuis (Jalabert en Nelissen
na val in Touretappe zondag jl)
of zijn ooit zo geschrokken
(Museeuw bij training in Beni-
dorm) dat ze niet eens meer
meer voluit durven te gaan.
Is het zo gewoon wat er zon
dagavond ook weer in de laatste
kilometer gebeurde? Of wat er
met Baffi en Cipollini in Sala-
manque, in de eerste rit van de
Vuelta dit jaar, gebeurde? Of
met 'Abdoe' op de Champs Ely-
sées in '91, of met Criquelion en
Bauer op het WK in '88? Om
maar wat voorbeelden van de
laatste jaren te noemen.
De eerste Tour de France, in
1903, was nog geen vijfentwin
tig kilometer ver, of de renners
lagen al op de grond. Het was
nog een 'massale' valpartij ook,
waarbij vijftien renners, onder
wie de latere winnaar Maurice
Garin, waren betrokken.
Schok
De 81ste Tour was ook nauwe
lijks onderweg of iedereen
schrok zich rot. De schok zal
nog wel even nawerken. Er zijn
nog wat sprinters over. Ze kun
nen van de situatie profiteren.
Jean Paul van Poppel deed dat
gisteren. Oranje boven, al
woont JP wijselijk net over de
grens in België. Maar voor de
neutrale toeschouwer wordt het
deze Tour nooit meer zoals het
had kunnen zijn, met Nelissen
en Jalabert nog in koers. Johan
Museeuw, Jean Paul van Poppel
en Olaf Ludwig zien plotseling
hun kans schoon. Stuk voor
stuk sprinters van de bereke
nende risico's. Nu moeten ze
wel, of ze willen of niet. Willen
ze eigenlijk nog wel? Drie me
ningen uit het sprintkamp, de
nummers een, twee en vijf uit
de uitslag van gisteren. Gauw,
nu het nog kan.
Johan Museeuw (dit jaar win
naar van o.a. Kuurne-Brussel-
Kuurne, de Goldrace en de
achtste rit Ronde Zwitserland):
„Als ge in een massasprint zit,
dan denkt ge niet direct aan
thuis. Als ge aan thuis denkt,
dan knijpt ge direct in de rem
men. Ik neem berekenende risi
co's. Na mijn val in Benidorm
ben ik niet meer zo snel in een
massasprint. Dat kleine gaatje,
daar ga ik zeker niet meer door
gaan. Echte risico's neem ik niet
meer. Ik knijp liever in de rem
men dan me te laten vallen. Dat
wil niet zeggen dat mij niet dat
gene kan overkomen als Nelis
sen. Die dingen kunnen elk mo
ment gebeuren. Niet alleen in
de sprint, ook als ge langs een
col gaat met negentig in het
uur. Dus mag het zeker meer
betaald worden dan een ge
woon beroep."
Van Poppel
Jean-Paul van Poppel (dit jaar
winnaar van rit en eindklasse
ment Bessèges, ritten in Vuelta
en Midi Libre en van tweede
etappe in de nu lopende Tour):
„Ach, in de meeste gevallen
loopt het toch goed af. Ik kan
me niet herinneren dat er do
den zijn gevallen. Het is wel raar
dat je zo tegen de grond aan
moet smakken, maar het ge
beurt. Je weet dat het kan ge
beuren. Risico's van het vak.
Daar ga ik het met thuis natuur
lijk niet over hebben. Daar be
gin ik niet aan. Flauwekul. We
praten over topsport en gaan
ons niet met dat soort dingen
bezig houden. Dan moet je
istoppen."
„Natuurlijk is het gevaarlijk.
Als je gaat, dan ga je. Ik ben er
altijd net tussen doorgegaan.
Afkloppen. En het ligt natuurlijk
ook een beetje aan het type ren
ner. Al heeft dat incident met
Nelissen daar weinig mee te
maken. Op de laatste lijn ge
beurt niks, er wordt niet ge
douwd, niet gewrongen. Nelis
sen steekt z'n kop in het zak,
zoals wij dat noemen, probeert
het maximale uit z'n sprintver
mogen te halen door z'n hoofd
naar beneden te duwen. En dan
gebeurt zoiets..."
Olaf Ludwig (winnaar van rit
ten in Aragon en Duinkerken en
van de Henniger Turm): „Wie
een sprint wil winnen, gaat
voluit. Met 98 procent ben je er
niet meer. Dan rij je niet eens
bij de eerste tien of vijftien. Het
is gevaarlijk, maar de Formule 1
is dat ook, voetbal zelfs ook.
Dan moet je je bij alle sporten
op topniveau gaan afvragen of
het het risico waard is. Dat doe
ik dus niet. Als sprinter kun je je
ook niet verschuilen. Je kunt het
niet maken om je als vijftigste
rustig te laten uithollen. Dan la
chen ze je uit. Daar word je niet
voor betaald."
Sprintzege geeft 'routinier' koude rillingen
boulogne-sur-mer» Twee belangrijke renners converseren even voor aanvang van de etappe. Links we
reldkampioen Lance Armstrong, rechts de man in de gele trui: Christopher Boardman. Hij mocht zijn trui
gisteren houden. foto epa
Breukink blijft
Hij was wel meer gewend, ook in de Tour. Interviews in
het Nederlands, vragen in het Frans, twee minuten voor
France 2, een spraakverwarring in het Baskisch bij Euskal
Telebista, en toen ook nog eens, na de dopingcontrole,
een Italiaan. „Wie spreekt er Italiaans? Je moet als cou
reur tegenwoordig ook alles kunnen."
Boulogne sur mer.Techniek
PETER OUWERKERK
Maar, wie naar hem om keek,
zag dat Jean-Paul van Poppel
genoot. Eenendertig jaar, en
dan nog winnaar van een mas
sasprint in de Tour. Er zijn wel
jongere sprintreputaties stukge
lopen in het hang en gedrang
van de laatste meters.
Van Poppel was absoluut ou
derwets, gisteren in Boulogne-
sur-Mer, langs de monding van
de Liane. Althans, als winnaar.
Een man met een reputatie in
middels, Wcint wie zijn haam
negen.keer als dagwinnaar kan
laten inschrijven, die betekent
wat in zijn tijdperk. Een épo
que, die startte in 1987, en al in
vijf Tours succesvol bleek.
Zeker niet leunend op het
verleden was Van Poppels aan
pak van de finale. Hij had ge
merkt, dat er langzaam maar
zeker sleet begon te komen op
zijn wapen, het eindschot. Dat
hij niet langer de allersnelste
van het hele pak was, zoals in
1987 en 1988, toen hij zich in de
trui van SuperConfex, voorbeel
dig gegangmaakt, naar twee,
resp. vier ritzeges repte.
Maar hij kon wel méér. Hij, de
geboren Tilburger, grootge-
groeide Utrechter, tegenwoor
dig over de Belgische grens hui
zende (woonplaats: Poppel, na
bij Tilburg) ex-groene truidra
ger. Wie ooit voor de nationale
100 km selectie heeft gereden is
meer dan een 'simpele' sprin
ter.
Het gebeurde eigenlijk in de
Vuelta i Espana, waar hij met
afgunst had gekeken naar Lau
rent Jalabert, die zeven keer
prijs schoot, tegen hijzelf maar
één. Jalabert zes maal de snelste
in een massasprint. „Maar die
rijdt... met een elfl!"
Techniek, in plaats van mense
lijk vermogen. Maar net zo
voornaam in de jungle van de
snelheidsduivels.
'Een elf, dat wilde zoveel zeg
gen als een 'overdrive' in een
auto. Dat hield in: in plaats van
met de versnelling 53x12 de
sprints ingaan, kunnen beschik
ken over een verzet van 54x11.
Oftewel: per pedaalomwente
ling 10.43 meter afleggen, tegen
9.43 meter bij de 'twaalf.
Van Poppel schudde het wijze
hoofd, en besloot vastberaden:
„Die moet ik straks in de Tour
ook hebben." Maar, zo eenvou
dig was dat nog niet. Het voert
te ver op alle details in te gaan,
maar het kwam erop neer, dat
hij dank zij een stukje huisvlijt
over dezelfde mogelijkheden
moest kunnen beschikken.
Van Poppel, voor de start in
RoubaLx: „Ze zijn niet verkrijg
baar in de handel. Je moet een
kransje van een ATB-fiets halen,
er op een draaibank viertiende
millimeter van affresen, en dan
past-ie pas."
Ideaal voor de sprint, vindt
Van Poppel, zeker in combina
tie met de elektronische derail-
leur: je kunt blijven zitten, met
een druk op de knop schakelen,
en je glijdt naar het volgende
kransje. En ook heel handig in
de afdaling: je ligt rap op top
snelheid, kunt je benen wat rust
geven.
Van Poppel zeurde de halve
wereld bij elkaar, en: daags voor
de Tour kreeg hij het kransje in
bezit. Hij dacht dat hij - op Jala
bert na - de enige zou zijn.
Maar inmiddels bleken ook ren
ners als Nelissen, Skibby en Ca-
piot er mee te experimenteren.
Verzorger
Van Poppel kreeg na de Vuelta
de raad zijn koerstactiek wat te
wijzigen. Per slot waren ook
Jean Paul van Poppel drukt zijn wiel net even wat eerder over de meet dan Ludwig (I) en Martinello.
voormalige topsprinters als
Bontempi in hun latere koersja-
ren overstag gegaan. „Probeer
het eens in een groepje naar de
meet, en speel daar je snelheid
De eerste proeve van be
kwaamheid legde hij af in de
Midi Libre, waar hij in de vierde
etappe op drift raakte met
Maassen, Den Bakker en de
Fransman Laurent. Winst in de
sprint met vier, zijn vierde sei
zoenszege.
Met die wetenschap en met
'de elf was hij de eerste dagen
van zijn achtste Tour ingestapt.
Zondag al een poos in een ont
snapping met Mulders en
Frison: ingelopen en verkeerd
uitgekomen in de massasprint.
Maandag twee nieuwe kansen:
op 15 km van de meet weg met
Chiesa, Anderson en Petito. Op
de golvende finalewegen oogde
hij toen al als de te kloppen
man. Maar tegen een tollend
peloton zijn zelfs geen kwartet
ten opgewassen.
De sprint dan maar. Op een
brede boulevard, vlak aan zee.
Van Poppel keek om zich heen.
En wist, dat de eerste rij het in
middels zonder Nelissen, Jala
bert en Gontschenkov moet
doen; dat de schrik er bij ande
ren misschien flink inzit. En hij
begon aan zijn rondje in de flip
perkast.
„Ludwig kwam op kop. Mis
schien te vroeg, maar hij moet
het van een lange sprint heb
ben, en ging niet meteen voluit.
Ik heb Abdoe ook in mijn buurt
zien stunten, maar waarom hij
iemand van zich afsloeg en
stopte met sprinten, ik weet het
echt niet."
Spannend
Op vierhonderd meter van de
streep had hij zijn ketting op de
elf 'geklikt', en hij trapte op
nieuw die dubbele versnelling,
die hem in het verleden zo vaak
ongrijpbaar maakte. Hij hield
het nog heel spannend: tot let
terlijk op de streep, tóen pas
was Ludwig eraan.
„Ik voelde dat het kón, dat ik
toch nog een sprint kon gaan
winnen. Ik heb al twee dagen
hele goeie benen. Ik kwam uit
foto epa
een formidabele positie. Duurt
het tien meter langer, dan is het
verschil een fiets."
Geen angst gehad voor de
sprint, na alles wat zondag in
Armentières was gebeurd?
„Daar denk je niet aan. Ik heb al
zo veel valpartijen meegemaakt.
Als ik me dat aantrek had ik tien
jaar geleden al moeten stop
pen."
Van Poppel trilde van genot,
zijn successtory aan heel Euro
pa doorverkopend. Toch durfde
hij pas te juichen toen de finish-
foto onomstotelijk vaststelde:
Van Poppel wint. „Dat zo'n ou
we lui als ik onderhand dit toch
nog kón. Wat is dit mooi!"
„Als de grote Fausto Coppi als
eerste over de top van een berg
kwam, aaide hij altijd even over
zijn stuur. Als een beloning voor
het paard. Een heel mooi ge
baar. Het stuur is het namelijk
enige op je fiets waar je je aan
vast kunt houden. Sturen zijn
nu allemaal van aluminium.
Wij reden met ijzeren sturen en
later ook al wel met aluminium
sturen. Het nadeel van alumini
um is dat je het niet kunt bui
gen. Die aluminium sturen heb
je in de maten 42, 44 of 46 cm.
Ik had altijd heel graag een
j breed stuur, omdat ik de neiging
had om heel breed te zitten.
WaaromAls je in een sprint
met een breed stuur er doorheen
was, dan kwam de rest er ook
wel doorheen. Ik had ruimte no
dig. Dus ik had ik altijd de nei
ging om voor de start van een
koers te denken: verdomme, wat
is dat stuur toch smal? Maar dat
zat meer tussen de oren, hoor,
dan dat stuur werkelijk te smal
was. Dan legde ik m 'n fiets op de
grond en zette mijn voet op de
ene helft en trok dat stuur een
beetje uit. Dat kon je met een
ijzeren stiairdoen, want dat was
vrij buigzaam. De collega's ston
den er altijd mee te lachen: Jans
sen staat z'n stuur weer breder te
maken. Nadeel van een ijzeren
stuur was wel dat, als je er mee
viel, ook helemaal in elkaar.
bel le timbre
binnenband la chambre air
bracket - la boite de pédalier
ïn Tweede etappe, Roubaix-Boulogne-
ie. sur-Mer
Ie 1 Van Poppel (Ned) 203,5 km 5.05 40
(39.945 km/u), 2. Ludwig (Dui), 3
Martinello (Ita), 4. Simon (Fra), 5. Mu-
seeuw (Bel), 6 Abdoesjaparov (Oez),
7 Desbiens (Fra), 8. Edo (Spa), 9. Fon-
tanelli (Ita), 10 Tsjmil (Mol), 11 Har-
meling (Ned), 12 Chanteur (Fra), 13
Zberg(Zwi), 14 Magnien(Fra), 15.
Theunisse (Ned), 16. Giuseppe Petito
(Ita), 17. De las Cuevas (Fra), 18 An-
derson (Aus), 19 Hamburger (Den),
20 Redant (Bel), 29. Dekker (Ned),
74 Rooks (Ned), 92 Mulders (Ned),
99. Breukink (Ned), 130 Voskamp
t (Ned), 146 Jonker (Ned), 152. Maas-
2 sen (Ned), 162 Nijboer (Ned), 176.
it- Talen (Ned), 186 en laatste Martinelli
!lk (Ita) 5.23. Niet gestart: Jalabert (Fra),
|S; Gontsjenkov (Oek) en Nelissen (Bel).
f Algemeen klassement
1Boardman 10.59.45. 2 Indurain
rs 0 15, 3. Rominger 0.19,4. Ludwig
0.20, 5 Abdoesjaparov 0.216 Zülle
0.22, 7 Museeuw 0.23, 8 De las Cue
vas 0.24, 9. Marie 0 29.10. Seigneur
0.30,11. Durand 0.31,12. Chiappucci
0.33.13. Peron 0.34,14. Davy 0 35,
15. Ugrumov, 16 Breukink 0.36, 17
Ekimov0.37,18. Bontempi, 19 Ola-
no, 19. Van Poppel. 20 Olano0.38,
i4 21Riis, 22. Bortolami, 23. Armstrong
ie 0.39, 24. Fidanza, 25. Frison 0 40, 26.
g) LeMond 0 41, 34. Maassen, 58. Jon-
rk ker, 59. Tsjmil, 76. Van Bon, 92. Dek-
ker, 104. Voskamp 1.07,113. Rooks
f,. 1.09,115. Mulders, 117. Harmeling
sj 1.10,154 Theunisse 1.31,157 Nij-
v: boer 1.35,180 Vermey, 185 Talen
5.11.186 en laatste Martinelli 7.21
Puntenklassement
1Abdoesjaparov 73 punten, 2. Lud-
wig 60, 3. Martinello 56,4 Museeuw
515. Van Poppel 39, 6 Tsjmil 38.
o Bergklassement
1Peter de Clercq 25 punten, 2 Frison
i 11, 3. Chiappucci 7, 4. Van Poppel. 5.
9 Ghirotto, 6. Tsjmil 5.
Dagploegenklassement tweede elap
se Pe
1 Castorama 15 17 00, 2. TVM, 3. ZG
Mobili, 4. Festina, 5. Telekom
i) Algemeen ploegenklassement
1Gan 33.00.26, 2. Castorama 0.43,
3. Mapei 0.514 ONCE 0.54, 5. Ba-
nesto 1.01,6. Gewiss 1.05,10. Word-
I Perfect 1.23, 21. TVM 2.17.
Jean-Paul van Poppel heeft nog één zege nodig om zich met Joop
Zoetemelk. Jan Raas en Gerrie Knetemann aan de kop te nestelen
van de lijst met de Nederlandse Touroverwinningen. Van Poppel,
bezig aan zijn achtste Tour en dit seizoen al goed voor vijf overwin
ningen, staat na zijn winst op maandag op negen. De zegelijst van
Van Poppel in de Ronde van Frankrijk ziet als volgt uit: 1987: 2 (8e
en 17e etappe): 1988: 4 (3e, 10e, 17e en 22e): 1991: 1 (7e); 1992: 1
(10e); 1994: 1 (2e).