Geen leerlingen meer aannemen Op pad met de nachtwacht van Thuiszorg Haarlem i Minder handen aan het bed Dag van de Verpleging Ontslag nog voor diploma Moederdag 26 ZATERDAG 7 MEI 1994 'Er was werk genoeg' LEIDEN» CAROLINE V Ze heeft haar ontslagbrief al in huis, maar haar diploma nog niet. Daniëlle Spoelman hoopt op 24 juni af te studeren als A- verpleegkundige. Maar een vas te baan bij het Academisch Zie kenhuis Leiden (AZL), waar ze als leerling-verpleegkundige ruim drie jaar ervaring opdeed, zit er vooralsnog niet in. Spoel man moet haar ambities als verpleegkundige bijstellen: „Mijn toekomst is onzeker. Dat had ik niet verwacht toen ik vier jaar geleden aan de opleiding begon. Toen werd mij voorge houden dat er werk genoeg zou zijn." Daniëlle (24) heeft na de mid delbare school eerst twee jaar werktuigbouw gestudeerd aan de Technische Universiteit Delft. Dat beviel niet: ze koos uiteindelijk voor de verpleging. „Ik miste in die technische stu die vooral het sociale aspect: met mensen bezig zijn, in een team werken. Bovendien vond ik de medische kant van de ver pleegkunde interessant. Als leerling-verpleegkundige krijg je de eerste zeven maanden zak geld en vervolgens een salaris. Dat maakte de opleiding voor mij extra aantrekkelijk: je bent niet afhankelijk van studiefi nanciering." Spoelman had tevoren met verschillende mensen gespro ken en zich zo goed mogelijk georiënteerd op het vak. „Het is hard werken, dat wist ik van te voren. Over de inhoud van het werk bestaat helaas een vrij ne gatief beeld: veel mensen den ken dat je niks anders doet dan wassen, billen afvegen en prik ken. Dat klopt niet, net zo min als het beeld in de TV-serie Me disch Centrum West van die ver pleegkundigen die niks anders doen dan koffie drinken en ou wehoeren. Er hangt daar een sfeer van 'ouwe jongens krente- brood'. Nou, zo gaan wij hele maal niet met elkaar om. Het is heel gezellig, maar je bemoeit je niet met eikaars privéleven. Daar heb je ook helemaal geen tijdvoor." „Ik vind het moeilijk om aan anderen duidelijk te maken wat mijn werk nu precies inhoudt. Ie kunt wel een opsomming ge ven van de verschillende dingen die je doet, maar dat zegt niet zo veel. Zelf vind ik het belang rijk dat je vanuit een visie werkt, dat je doelmatig en planmatig te werk gaat. Het gaat erom dat je toewerkt naar het moment waarop iemand weer zelfstan dig kan zijn. Dus niet alleen dat pilletje geven, maar tegelijker tijd in de gaten houden hoe ie mand zich voelt: lichamelijk en geestelijk. Je doel is steeds: de gezondheid en zelfstandigheid van de patiënt. Die visie spreekt mij aan." Spoelman heeft zich tijdens haar opleiding verdiept in de techniek van hulpverleningsge- sprekken. „Ik kwam tijdens mijn werk ook in aanraking met ongeneeslijk zieken. In het be gin loop je met een grote boog om die kamers heen, later leer je hoe je met je emoties moet omgaan. Als verpleegkundige NU'91 op de bres voor werkgelegenheid en waardering Daniëlle Spoelman: „Ik vind dit werk hartstikke leuk e steld dat ik gewoon aan de slag zou gaan." heb je sowieso niet veel tijd om te praten: je kunt niet even een stoel naast het bed van een pa tiënt zetten. Maar tijdens een wasbeurt hou je je mond na tuurlijk niet stijf dicht, dan ko men de verhalen. Ik heb geleerd zó te praten dat mensen vanuit hun eigen mening zoeken naar een oplossing voor hun pro bleem. Niet mijn mening op dringen dus. Op die manier raak je zelf ook minder betrok ken." Voorlopig is de kans niet zo groot dat Daniëlle Spoelman haar vaardigheden in de prak tijk kan brengen. Het AZL heeft alle 22 leerling-verpleegkundi gen uit haar studiegroep op straat gezet. Voor het eerst in ja ren is er voor de pas-gediplo meerden geen plek in het zie kenhuis, als gevolg van bezui- ningen op de afdelingen en minder verloop onder de gedi plomeerdeverpleegkundigen. Spoelman is daar verbolgen over. „Ik vind het een kwalijke zaak dat het ziekenhuis dit niet eerder heeft voorzien. Het is toch bekend hoeveel mensen er naar school gaan! Ik vind dit werk hartstikke leuk en had me FOTO HOLVAST MARK LAMERS voorgesteld dat ik gewoon aan de slag zou gaan in Leiden en, daarnaast een vervolgopleiding zou gaan doen. Dat is goed te doen met een vast inkomen. Met een uitkering kan ik straks nauwelijks mijn boterham be leggen, laat staan studeren. Je vrijheid verdwijnt totaal als je geen plannen meer kunt ma ken. Ook andere ziekenhuizen nemen op dit moment geen mensen aan." Spoelman heeft inmiddels ge solliciteerd op een van de vijf opleidingsplaatsen voor kinder specialisatie in het AZL. Dat aanbod van het ziekenhuis kwam vorige week onverwacht voor de ontslagen leerling-ver pleegkundigen. „Maar ik ben niet de enige die dat graag wil: we vissen met z'n allen in de zelfde vijver. Daarnaast heeft het AZL welgeteld één vaste baan op een afdeling in de aan bieding: die willen we allemaal wel. Het is ontzettend onzeker hoe mijn toekomst eruit ziet. Als het straks helemaal niet lukt om aan de slag te komen, zoek ik desnoods iets in de bollen. Maar leuk is het niet." ONNO HAVERMANS De werkgelegenheid in de gezondheidszorg staat onder druk. Veel ziekenhuizen, verpleeghuizen en psychiatri sche inrichtingen zien zich gedwongen hun leerlingen, of tenminste een aantal van hen, na voltooiing van de op leiding te ontslaan. Toch worden telkens weer nieuwe leerlingen aangenomen. Dat stuit bij de beroepsorgani satie Nieuwe Unie '91 (NU'91) op verzet. meestal gebruikt om een tekort aan ervaren diplomeerd perso neel op te vullen met leerlin gen." Werkgeversvoorman drs. J.J.A.H. Klein Breteler kan zich bij die kritiek wel wat voorstel len. „Het meest ideaal is dat de leerling als gediplomeerde in stroomt. Dat zou eigenlijk be leid moeten zijn. Dat leerlingen aan het einde van hun oplei ding worden ontslagen, is geen goede ontwikkeling, maar het is niet te voorkomen. Daarvoor zou je heel goed moeten plan nen. In feite moet je dan 3,5 jaar vooruit kunnen kijken en dat is vrijwel onmogelijk. Als je te voorzichtig bent en het aantal leerlingen gaat afbouwen, be perk je ook je eigen kweekvijver. Een bundeling van opleidingen is gunstig. Het voordeel van blij ven opleiden is dat die mensen, ook al krijgen ze geen arbeids- „Het kan toch niet zo zijn dat Nederland een beleid heeft ge accepteerd dat mensen na hun opleiding worden ontslagen en dat op hetzelfde moment toch weer nieuwe leerlingen worden aangenomen. Dan gebruik je leerlingen als goedkope ar beidskrachten", zegt Astrid Slappendel, voorlichter van NU'91. „Je moet leerling-ver- pleegkundigen ook als leerling inzetten. Wij pleiten ervoor al leen nog via dagscholen op te leiden, zodat je meer marktge richt kunt werken. Is er geen plaats, dan leid je niet op. Bo vendien zijn gediplomeerden van een dagschool overal inzet baar: in ziekenhuizen of ver pleeghuizen, maar ook in de wijkverpleging of thuiszorg. We moeten af van de in-service op leidingen. Die worden nu Ziekenhuizen en andere zorginstellingen zetten volgende week hun ver pleegkundigen in het zon netje, ter gelegenheid van de Dag van de Verpleging. Officieel is dat op de ge boortedag van Florence Nigtengale (12 mei), maar omdat die dag dit jaar sa menvalt met Hemelvaart, kiezen de instellingen zelf een dag waarop het hen schikt. contract, in elk geval gediplo meerd zijn en dus elders ge makkelijker aan de slag kun nen." Overigens signaleert Klein Breteler. die voorzitter is van het college voor arbeidszaken van de Nederlandse Zorgfedera- tie (NZf), dat er bij sommige in stellingen nog altijd een tekort is aan verpleegkundigen. „We hebben nu niet te maken met dezelfde knelpunten als die waar we in de jaren tachtig mee te maken hadden loonach terstand en waarvoor acties zijn gevoerd. Die knelpunten zijn grotendeels opgeheven. Daardoor hebben we een rede lijke concurrentie-positie, Bo vendien werkt de conjunctuur, de economische situatie waarin ons land verkeert, in ons voor deel. Op de lange termijn voor zien wij knelpunten: onder meer als gevolg van de vergrij zing gaan we er van uit dat in het jaar 2000 één op de zeven schoolverlaters zou moeten kie zen voor de zorgsector. Wij bie den zinvolle werkgelegenheid." Dat nu, is juist de instelling die NU'91 irriteert. „De zorgsec tor wordt gezien als een riant veld om mensen aan het werk te helpen", legt Slappendel uit. „Maar voor ons staat behoud van werkgelegenheid voorop." Er moet in de instellingen zelf wat veranderen, vindt ze. „We hebben natuurlijk te maken met bezuinigingen, die aan de instellingen zijn opgelegd, en met de gevolgen van deregule ring, bijvoorbeeld op gebied van milieu, die voor extra kosten zorgt. Maar ook met onjuist management. Directies kunnen kiezen voor goede zorg of voor andere zaken zoals bepaalde apparatuur. Vaak worden dan bezuinigingsmaatregelen ge troffen in de verpleegkundige sfeer." NU'91 ziet zichzelf niet als een vakbond. „Het gaat om ar beidsvoorwaarden én om de in vulling van het vak." Hartekreet is dan ook een vergroting van de invloed van verpleegkundi gen in de zorg. „Zij vormen de spil in de gezondheidszorg. Wij pleiten voor een grotere waar dering voor de deskundigheid van verpleegkundigen. Vanuit de patiënten komt die er ge noeg. maar het moet ook van de instelling komen. Inspraak. Dat je je mag bemoeien met de gang van zaken rondom de zorg, de verpleging van een pa tiënt." Een Dag voor de Verpleging vindt Slappendel niet verkeerd. „Als je die gebruikt om een con gres te organiseren over de ge zondheidszorg en de positie van de verpleegkundigen daarin, dan is dat prima. Steeds meer instellingen doen er op een der gelijke manier ook wat aan. Dat is beter dan een gebakje bij de koffie." 'Extraatjes zijn er niet meer bij' BENNEBROEK PATRICK VAN DEN HURK Het is in de psychiatrische zie kenhuizen al niet anders dan in alle sectoren van zorgend Ne derland: het mes gaat in bud getten en personeelsformaties, met vaak nare gevolgen. Instel lingen kampen met verstarren de opvattingen door gebrek aan fris bloed, leerlingen zijn niet langer verzekerd van een baan en niet op de laatste plaats er zijn minder 'handen aan het bed'. Johan van der Voet uit Lisse is zorgmanager, een soort hoofd verpleegkundige, op het geslo ten deel van Lokhorst, de afde ling voor langdurende behande ling van psychiatrisch zieken huis Vogelenzang in Benne- broek. Hij heeft daar ervaren dat minder personeel niet auto matisch slechtere zorg betekent, maar: „De ondergrens is nu wel bereikt. Broodnodige extraatjes zijn er niet meer bij." Voor Van der Voet is het ge brek aan doorstroming het meest nadelige effect van perso neelsstops en ingekrompen budgetten. Een ervaren team heeft weliswaar voordelen, maar mensen moeten niet té lang blijven zitten. „Nieuwe in stroom werkt verfrissend en voorkomt bedrijfsblindheid. Blijft een team te lang bij elkaar, dan loopt alles vast." De zorgmanager ziet het ech ter niet al te somber in. De markt is nu dan wel heel slecht, twee jaar geleden zat de sector nog te springen om mensen. „En zo'n slechte markt zorgt zelf weer voor latere tekorten, omdat het gebrek aan perspec tief mensen afstoot die de oplei ding willen doen", zegt Van der Voet. In Vogelenzang hebben de bezuinigingen op de formatie ook een gunstig effect gehad. Het ziekenhuis was door veran derende inzichten al druk bezig met een andere omgang met de patiënten, toen het door bezui nigingen gedwongen werd daar nóg harder over na te gaan den ken. De nogal repressieve, groepsgerichte aanpak werd verlaten, ten gunste van het 're- habilitatiemodel'. Uitgangspunt werd wat de individuele patiënt nog wél kan. Dat zorgde voor verrassingen. Van der Voet: „We waren echt verbaasd. Mensen die hier al twintig jaar zaten, bleken op eens heel goed te kunnen ver tellen wat ze willen. Vroeger maakten we hele dagprogram ma's en daar had men zich maar aan te houdèn. Nu werken we aan de persoonlijke ambities van de mensen, voor zover die tenminste reëel zijn." Op zijn afdeling is de vrijwel verdwenen agressie het belang rijkste gevolg van de nieuwe aanpak. „Vroeger zaten drie van de twaalf mensen in een sepa- reerprogramma", zegt Van der Voet. „Ze moesten 's nachts in de separeercel, omdat ze niet te vertrouwen waren. Ook overdag liep het geregeld uit de hand. De boel is hier wel eens 'ver bouwd'. Sinds de overschake ling zit er niemand meer in de separatie. En de deur is nog maar voor één patiënt op slot." De werk druk, zoals Vogelen- Johan van der Voet: „Ik probeer gewoon professioneel ii zang de geestelijke belasting noemt, is bovendien sterk ge daald. Ook de werk last, de li chamelijke belasting, is omlaag gegaan. De afdeling van Van der Voet kan zo met minder men sen toe. Maar de zorgmanager vindt dat de ondergrens is be reikt. „We redden het mei deze bezetting, maar de daadwerke lijke steun die we de patiënten kunnen geven is noodgedwon gen beperkt. Ik zou wel meer mensen willen hebben voor de extra dingen." Ook andere gevolgen van de bezuinigingen zitten Van der Voet dwars, zoals de staat van de gebouwen. „Je ziet de boel hier verslonzen. Er is ook geen geld om eens wat leuks te doen met de gezamenlijke ruimtes. Die zijn nogal kaal en verpau pering werkt verpaupering in de hand. Geen asbak? Dan gooi je je as maar op de grond, met als gevolg dat anderen dat ook gaan doen. Dat werkt door in de zorg, omdat zo'n omgeving de motiverend werkt op patiënten en verpleegku nd igen De persoonlijk motivatie van Van der Voet is na veertien jaar nog altijd goed. „Ik vind het mooi werk. Het is gevarieerd en de collega's zijn een grote steun. Toch zie je hier ook men sen die afhaken, die er geen trek meer in hebben. Maar dat is een minderheid. Op andere af delingen is dat overigens wel anders, zoals bij de ouderenpsy- chiatrie. Daar wordt keihard ge werkt met zeer zieke patiënten. Bovendien sterven er veel men sen. De werkdruk is daar gega randeerd hoger." Van der Voet zegt zelf de knop na het werk goed te kun nen omzetten. „Ik noem dat be trokkenheid op afstand. Op die kan ik het een mooi be- HAARLEM RENS KOLDENHOF Een nachtelijke controle bij terminaal zieken of zwaar de mente bejaarden, die op een opname in een verpleeghuis wachten. Hulp aan gehandi capten die later naar bed wil len worden gebracht dan het dienstrooster van de reguliere hulpverlening toelaat. Reage ren op oproepen van mensen met een sociaal alarm. Sinds april vorig jaar levert Thuis zorg Haarlem hulp aan huis van elf uur 's avonds tot acht uur 's ochtends. Het is tien voor half vier als de pieper gaat. Edith, op het punt haar vierde shagje van de nacht op te steken, laat de rookwaar onaangeroerd. De semafoon vermeldt het nummer van de Alarmcentrale van Eurocross, het luisterend oor van Zilveren Kruis in Noordwijk. Daar is het alarmsignaal opgevangen van een ernstig zieke man. Terwijl Edith met Noordwijk praat heeft collega Hanny de huis sleutel van de melder al opge zocht. Behendig sturen ze de Fiat Uno door de verlaten stad. Zwijgend. De man waarnaar ze op weg zijn is na vier vergeefse operaties opgegeven. „We zijn er een uur gebleven. Omdat hij het benauwd had z'ri lijf kon door de kanker i Noordwijk hem Hij was wanhopig. We hebben hem getroost en hebben hem gekeerd omdat hij pijn had van wege een doorligplek. Meer kun je niet doen. Een mensonteren de situatie." Ze lijken niet veel met elkaar gemeen te hebben. Edith of Ed zoals ze zichzelf noemt is aanstekelijk uitbundig. Hanny, bijna twee keer zo oud, is rustig, op het bedeesde af. Maar de sa menwerking werkt wonderlijk ■goed. Ed de doordouwer en moederkloek Hanny. Hun dienst is om kwart over elf begonnen bij mevrouw Van der Veer. Een trouwe klant en een gezellig mens, zo hebben ze onderweg al aangekondigd. Multipele sclerose heeft haar aan een rolstoel gekluisterd. Dankzij de lift in huis en een aangepaste slaapkamer is ze in staat zelfstandig te blijven wo nen. Ze wordt normaal gespro ken door de reguliere thuiszorg naar bed gebracht, maar na een avondje jeu de boules met de MS-club wil het wel eens laat worden. De nachtzorg biedt dan uitkomst. Hanny: „Wij brengen haar desnoods om 01.00 uur naar bed." In twintig minuten werken ze mevrouw Van der Veer gewas sen en al onder de wol. Terwijl Ed haar met een joviaal gebaar Dankzij de lift in huis en een aangepaste slaapkamer kan MS-patiënte Van der Veer zelfstandig blijven wo nen. Hanny (links) en Ed brengen haar „desnoods om 01.00 uur naar bed". FOTO UNITED PHOTOS DE BOER RON PICHEL welterusten wenst, vraagt Han ny nog een keer of alles naar wens is. „Wilt u nog een Fisher man's Friend mischien?" Pas tevreden na een ontkennend antwoord trekt ze de deur ach ter zich dicht. Langs louter oranje knippe rende stoplichten is de weg naar de volgende cliënt een gevallen in Haarlem, die wach ten op opname in een verpleeg huis. Mijn tijden zijn in Uw hand meldt de in betere tijden geborduurde psalm-tekst in de gang. Hanny en Edith bepalen hun strategie. „We kijken eerst of ze rustig is en dan beslissen we of we haar verschonen of over een uurtje of twee terugkomen. Het is niet nodig iemand die tegen stribbelt met geweld te helpen." Veel strijdlust heeft het grijze vogeltje in bed deze nacht niet. Ed werkt in geen tijd 'een on derkantje' af. Hanny zorgt voor de catering. „Een kopje thee mevrouw Hogenbrink?" En weg zijn ze weer. Heere zegen dit huis en allen die hier binnentre den luidt de Delfts Blauwe bede boven de voordeur. Het bord rinkelt zachtjes als de deur dichtslaat. „Thuiszorg is soms echt gi gantisch", vindt Ed. „Zoals bij mevrouw Van der Veer. Ik heb m'n ogen uit gekeken toen ik die lift zag. Voor ik hier kwam werken, wist ik niet dat zoiets mogelijk was. Maar thuiszorg is niets voor zwaar dementen. Het is volgens mij veel beter wan neer die in een verpleeghuis fluitje van een cent. In de slaap- worden opgevangen. Als ik de kamer van een bovenhuis zeven miljoen van Henny Huis- wacht de zwaar demente me- man win. begin ik zelf een huis. vrouw Hogenbrink. Ze is een Met Hanny. Daar mogen ze al- van de twintig meest urgente les. Uitslapen wanneer ze wil- roep blijven vinden. Ook al is het op deze afdeling millimeter werk, ik ben trots als het me lukt om met een patiënt verder te komen. Dan zie je dat je het niet voor niets doet. Maar die betrokkenheid op afstand geldt ook hier. Ik word niet do lenthousiast. Ik probeer gewoon professioneel in mijn werk te „Een gebakje bij de koffie voor de patiënten", zegt ze minach tend. „Vragen ze: 'Goh, waarom is dat?' Dag van de Verpleging, zeg ik dan. Ik had eigenlijk ge dacht dat wij vandaag in het zonnetje zouden worden ge zet." Om -haar beklag te doen, moet ze niet bij de patiënten zijn, dat weet ze ook wel. Die hebben haar nodig en ze laten vaak genoeg blijken hoe dank baar ze zijn voor de zorg die zij hen geeft. Neen, van de patiën ten hoeft die waardering niet meer te komen. De ergernis zit 'm in de mis kenning van haar vak, haar be roep, dat ze met hart en ziel uit oefent. Als jong meisje wist ze al dat ze nooit iets anders wilde worden. Ze werkt nu ruim twaalf jaar als 'zuster' en in die tijd heeft ze zo'n beetje alle fa len, geen verplichte piesronde om tien uur. Gigantisch!" De Uno stopt voor een rijtjes huis in Haarlem-Noord. Ze blij ven maar een paar minuten weg. „Een terminale patiënt", legt Hanny uit. „Op haar ver zoek komen we even controle ren, omdat er geen familie of cetten van het vak leren ken- bekenden in haar buurt die dat kunnen doen. We heb ben haar een glaasje water ge geven en naar het toilet gehol pen." Moeite met dit soort nachte lijke bezoekjes heeft ze niet, zegt ze. „Mijn dochter werkt in verpleeghuis Den Weeligen- berg. De meeste bewoners wo nen daar twee tot drie jaar tot ze dood gaan. Daar zou ik het moeilijker mee hebben. Ik hecht me snel aan mensen. Ik zou ze bij wijze van spreken mee naar huis nemen met de kerst. Dat kan natuurlijk niet." Het klinkt bijna als een vraag. Terug in het kantoor van Thuiszorg Haarlem hegint het lange wachten. Straks, om kwart voor vijf, zullen ze voor een nieuwe ronde de stille stad in trekken. Maar om tien voor half vier gaat de pieper. De namen van de cliënten zijn uit privacy-overwegingen ver- nen. Door de jaren heen kreeg ze steeds meer organiserende taken en het moment waarop ze hoofdverpleegkundige zal worden, komt nabij. Het mana gement van een afdeling vormt een nieuwe uitdaging, die haar loopbaan zal verdiepen. Maar ze weet nu al dat ze straks de dagelijkse zorg, het contact met de patiënten, het meest zal mis- la, het is een prachtig vak- Maar waarom wordt de waarde ring voor haar kwaliteiten en haar inzet niet uitgedrukt in een hoger salaris? In meer verant woordelijkheid? In betrokken heid van de artsen en het zie kenhuis waar ze werkt? Waar is nou zo'n Dag van de Verpleging voor nodig? „Het is zoiets als secretaresse dag. Een dag waarop we einde lijk een keer stil staan bij het werk dat die vrouwen verzetten. Verzorgen. Alsof dat minder be langrijk is." Ze spuwt het eruit. „Een soort moederdag." ONNO HAVERMANS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 27