Wetenschap Hoe vindt je de Poolster? Top-quark geeft zich bloot Laqueurprijs voor prof. Hennemann Mei is dit jaar maand van de verduisteringen Runen, alfabet uit duistere tijden VRIJDAG 6 ME11994 9 SASKIA STOELINGA Wie na het zien van zon en maan ook even bij de sterren heeft stilgestaan, kan deze he mellichamen beter leren ken nen met de planisfeer. Hèt hulpmiddel om een ruime blik op het heelal te krijgen: met 600 sterren in zo'n 50 sterrenbeel den, de Melkweg en bijna 200 verrekijkerobjecten. Dat zijn ne vels en sterrenstelsels die met een eenvoudige verrekijker al te zien zijn De hemelnoordpool is ge makkelijk te vinden, omdat daar toevallig een ster bij in de buurt staat: de Poolster. Zij staat stil aan de hemel, altijd op dezelfde plaats: precies boven het noor den. Maar hoe vind je de Pool ster? De Grote Beer lijkt een beetje op een steelpan. Neem nu de voorkant van de pan, dus de kant waar de steel niet aan zit. Verleng de afstand tussen die twee sterren vijf maal naar boven toe: je rijst dus de pan uit. (Aldus het ezelsbruggetje van mijn wijze vader). Je stuit zo vanzelf op die beroemde ster. De hoogte in graden van de Poolster boven de noordelijke horizon (interessant om vast te stellen met de planisfeer) is ge lijk aan de geografische breedte. In Utrecht dat op 52 graden noorderbreedte ligt, staat de Poolster 52 graden boven de horizon: op de noordpool be vindt de Poolster zich op 90 gra den, dus in het zenit; op de eve naar zien we de Poolster op de horizon nul graden. Het meten van de hoogte van de Poolster noemen we poolshoogte ne- Alle sterrenbeelden hebben hun vaste plekje aan de hemel. Dat we elke nacht dezelfde ster ren zien, komt doordat de aarde in één dag éénmaal om haar as draait. Als je een aantal dagen achter elkaar kijkt, steeds om ongeveer dezelfde tijd, dan valt al gauw op dat je steeds dezelf de groepen van sterren ziet. De sterrenbeelden veranderen niet ten opzichte van de omliggende sterrenbeelden, maar toch staan ze steeds in een iets andere richting dan de nacht ervoor. Het lijkt alsof de sterren alle maal een beetje naar rechts zijn opgeschoven. Als je zo enkele uren achtereen blijft sterrenkij- ken, zal het opvallen dat er in het oosten steeds weer sterren opkomen, die langzaam naar het zuiden trekken (waar ze hun hoogste punt boven de horizon bereiken) om vervolgens in het westen onder te gaan. Net zoals de zon dat doet. Deze wijsheid kun je allemaal halen uit de planisfeer. Ga met de schijf naar buiten, zoek, stel in en gij zult vinden. Aange naam tijdverdrijf straks op de camping, waar vaak van die fraaie sterrenhemels te zien zijn. De sterrenkaart is verkrijgbaar bij de goede boekhandel onder de naam: Rob Walrecht Pla- nisfeer.Hij kan ook worden be steld door overmaking van 16.90 op postbankrekening 32.89.044 t.n.v. Rob Walrecht, Amersfoort. Schematisch beeld van de samenstelling van een atoom. JACQUELINE DE VREE» De natuurkundigen lieten afge lopen week hun gevoel spreken. Ze waren blij dat een top-quark zich had bloot gegeven. Voor een leek betekende dit bericht weinig, maar voor de fysici was het een doorbraak. Het bestaan van dit top-quark werd voor speld door het zogeheten Stan daardmodel, de huidige theorie van de structuur van de mate rie. Natuurkundigen in het Fer- mi-laboratorium in Chicago menen sterke bewijzen in han den te hebben voor het bestaan van dit quark. Theoretisch fysi cus Jacqueline de Vree legt uit wat er aan de hand is. Elke atoom bestaat uit een posi tief geladen kern, waar omheen negatief geladen elektronen be wegen. De atoomkern zelf be staat uit positief geladen proto nen en ongeladen neutronen. Dit model, bestaande uit drie elementaire deeltjes, is vol doende om belangrijke fysische en chemische eigenschappen van de verschillende atomen te verklaren. In het begin van de jaren dertig werden door onderzoek van kosmische straling nog veel meer deeltjes ontdekt. In eerste instantie wisten de fysici niet goed raad met deze nieuwe deeltjes. De fysicus I.I. Rabi vroeg zich hardop af 'wie dat in 's hemelsnaam had besteld' toen hij in 1937 van de ontdek king van het muon, een deeltje dat lijkt op een elektron, Hoor de. Na de Tweede Wereldoorlog werden uit botsingsexperimen ten in deeltjesversnellers zoveel deeltjes bekend, dat ze onmo gelijk nog elementair konden worden genoenid. In deze deel tjesversnellers laten fysici deel tjes met enorm hoge snelheden op elkaar botsen, om vervolgens brokstukken te analyseren. Het werk van de theoretisch na tuurkundigen, zoals Murray Gell-Mann, leidde in de jaren '60 tot de ontwikkeling van het Standaardmodel, een theorie waarin alle bekende deeltjes en de manier waarop ze met elkaar in wisselwerking treden kunnen worden ondergebracht. Ook voorspelde deze theorie een aantal nog niet ontdekte deel tjes. Het Standaardmodel zegt dat al deze zogenaamde elementaire deeltjes in feite niet elementair zijn, maar nog een onderliggen de structuur hebben. Volgens deze theorie is alle materie op- gebouwd uit twee soorten bouwstenen: quarks en lepto- nen. Leptonen zijn de lichtste bouwsteentjes; ze komen in zes varianten voor en de bekendste ervan is het elektron. Ook het muon is een lepton. Quarks zijn de bouwstenen van onder andere het proton en het neutron, de kerndeeltjes van een atoom. Elk kerndeeltje be vat drie quarks. Volgens het Standaardmodel zijn er zes soorten quarks die getooid zijn met de namen updown, stran ge, charm, bottom en top. Deze zes quarks onderscheiden zich van elkaar door hun lading en massa. Voor vijf van deze zes quarks zijn in de loop van de ja ren voldoende bewijzen gevon den om zeker te zijn van hun bestaan. Het laatste quark, het top-quark, heeft echter lang verstoppertje gespeeld. Sinds 1992 voeren deeltjesfysici botsingsexperimenten uit in de Tevatron-versneller van het Fer- mi-laboratorium in de hoop een glimp van het top-quark op te vangen. In deze versneller worden bundels protonen en anti-protonen met hoge snelhe den met elkaar in botsing ge bracht. Op de punten waar deze bundels botsen staan enorme detectoren opgesteld die de brokstukken waar kunnen ne men. Tussen deze brokstukken hopen ze sporen van het top quark te vinden. Een eigenaardige eigenschap van quarks is, datje ze niet zon der meer kunt waarnemen; een quark komt niet voor als een los deeltje, maar alleen in gebon den toestand met een andere quark. Een dergelijke gebonden toestand kan echter uiteen val len in weer andere deeltjes, en deze vervalsprodukten zijn ka rakteristiek voor het oorspron kelijke quarkpaar. Een groep fysici van het Fermi- laboratorium meent nu een aantal van deze karakteristieke gebeurtenissen die duiden op het bestaan van het top-quark te hebben waargenomen. Deel tjesfysici over de hele wereld verkeren nu in een lichte staat van opwinding, omdat het top quark lange tijd het ontbreken de puzzelstukje in het Stan daardmodel was. Enige terug houdendheid is echter wel op zijn plaats, omdat een tweede groep onderzoekers bij de Te- vatTon-versneller nog geen en- ROTTERDAM ANP De Nederlandse Vereniging voor Endocri nologie (NVE) heeft haar tweejaarlijkse La queurprijs toegekend aan prof. dr. G. Hen nemann, werkzaam voor het Academisch Ziekenhuis Rotterdam en de Erasmus Uni versiteit Rotterdam. Prof. Hennemann ontvangt de onderschei ding wegens zijn 'belangrijke ontdekkingen betreffende de schildklieren schildklier ziekten'. De prijs bestaat uit het uitspreken van de Laqueur-lecture. De Laqueurprijs is vernoemd naar een van de oprichters van het farmacieconcern Or- ganon. Dat stelde de prijs in na het overlij den van de wetenschapper Laqueur in 1947 in Zwitserland. Die was jarenlang nauw be trokken bij hormoononderzoek. De onder scheiding valt beurtelings ten deel aan een klinicus en een niet-klinicus. Voor de NVE geldt de Laqueurprijs als de hoogste onder scheiding op internationaal niveau. Goedaardige bacteriën verdrijven kwaadaardige GRONINGEN ANP Goedaardige darmbacteriën kunnen ziekte verwekkende soortgenoten uit het darmka naal verdrijven en zodoende patiënten met infectieziekten aan de darmen beter ma ken. Via deze methode kan ook dikke- darmkanker worden voorkomen. Een bac- teriënbehandeling van infectieziekten aan het darmkanaal biedt veel minder kans op schadelijke bijwerkingen dan een behande ling met antibiotica. Dat concludeert drs. G. Jansen in zijn proef schrift. Hij omschrijft het thema van zijn proefschrift zelf met de wat provocerende stelling 'Een faeces-eter voelt zich beter'. Jansen liet zijn proefpersonen dan wel geen ontlasting eten, maar hij diende ze wel drie weken lang drie maal daags een portie bac teriën toe met de naam Enterococcus fae- calis. een normale goedaardige bewoner van de darm. Dit met de bedoeling, deze goedaardige darmbewoner de ziektever wekkende bacteriën te laten „overgroeien." Het effect was vergelijkbaar met dat van een antibioticum-kuur. Het nadeel van zo'n kuur is evenwel dat een antibioticum ook de goedaardige bacteriën in het darmkanaal aanpakt. „Daardoor is de patiënt na de behandeling vatbaar voor nieuwe infectieziekten," aldus Jansen. „Zo zie je bijvoorbeeld vaak diarree als bijwer king van een antibioticumbehandeling. Het ecosysteem kan door antibiotica woest en ledig raken en dat betekent dat nieuwe kwaadaardige bacteriën hun slag kunnen slaan, en zelfs levensgevaarlijke schimmels en zwammen. Met een bacteriënbehande- ling blijft het ecosysteem van de darmen echter in tact." Een voorwaarde voor het welslagen van een bacteriënbehandeling is wel dat de arts de juiste bacteriën gebruikt. „Je moet goedaar dige bacteriën uitkiezen die exact hetzelfde voedsel consumeren als de ziekteverwek kers. Bovendien moeten ze beter in staat zijn om aan dat voedsel te komen. Dan ver drijven ze de ziekteverwekkers." Optische schakelaar GRONINGEN GPD Het grote probleem bij de ontwikkeling van niet op elektriciteit, maar op licht werkende (en dus veel snellere) computers is de opti sche schakelaar: de aan/uit-knop, die op licht werkt. Zogeheten chirale organische stoffen hebben moleculen, die of linksom of rechtsom draaien. Die draairichting kan met licht worden beïnvloed en zo kan een optische schakelaar worden gemaakt. Twee Groninger natuurkundigen leverden daar het bewijs voor. Februari vorig jaar promoveerde drs. B. de Lange aan de RUG op het maken van deze 'chiroptische mole culen'; vorige week promoveerde drs. W.F. Jager op een onderzoek naar de werking van deze schakelingen. Op het chiroptisch schakelsysteem is patent aangevraagd. Het onderzoek is uitgevoerd in samenwerking met het Philips Natuurkundig Laboratori- STELLINGEN Lettend op de studieprogramma's van de artsenopleiding lijkt een centraal uitgangs punt in het medisch ondewijs dat 'genezen beter is dan voorkomen'. (J.W.J. van der Gulden, Katholieke Universi teit Nijmegen) De plotseling oplaaiende discussie aange wakkerd door vooraanstaande politici om trent het vluchtelingenbeleid kan verklaard worden door politiek vluchtgedrag op basis van gevreesd stemmenverlies. (Hans Westphal, Katholiek Universiteit Nijmegen) Een goed stel hersens garandeert nog niet het gebruikervan. (Marian Weterman, Katholieke Universiteit Nijmegen) De stank van zijn biobak tijdens de zomer maanden geeft de stadsbewoner het gevoel weer dichter bij de natuur te staan. (F. Haanstra, Rijksuniversiteit Groningen) Afstandsbedieningen zijn risicofactoren in het ontstaan van hart- en vaatziekten. (Wilko Coers, Rijksuniversiteit Groningen) Het verloop van de gedeeltelijke zonsverduistering van dinsdag 10 mei 1994. Vanuit onze streken speelt de laatste verduiseringsfase zich onder de horizon af. Even voor dat de verduistering ten einde is gaat de zon onder. Dat is tegen 21.19 uur. foto»cpd Mei is dit jaar een heel bijzondere maand: maar liefst twee verduisteringen treden op en dat binnen een tijdsbestek van zestien dagen. Bovendien zijn beide verduisteringen, eerst de zon en dan de maan, ook nog vanuit Nederland te zien, al is het dan niet in hun geheel. BEN APELDOORN Op dinsdagavond 10 mei schuift een stuk van de donkere, dus onzichtbare, maanbol voor de zon en in de vroege ochtend van woensdag 25 mei schuift een deel van de maan door de slagschaduw van de aarde, zodat we spreken van een zons- en een maansverduistering. Beide soorten verduisteringen ontstaan als de lijn zon-maan-aarde, of zon-aarde- maan, nauwelijks of niets afwijkt van een kaars rechte lijn. Dat mag met recht toeval heten, want het baanvlak van de aarde maakt een zekere hoek met dat van de maan. Zonsverduisteringen komen minder vaak voor dan maansverduisteringen. In het laatste geval duikt de maan in de slagschaduw van de aarde en die is aanmerkelijk groter dan de maan zelf. Bij een zonsverduistering bevindt (een deel van) de maan zich voor de zon. Hoewel de zon miljoenen malen groter is dan de maan en bijna 400 maal verder van ons verwijderd is, is de maanbol aan de hemel na genoeg even groot als die van de zon. Stom toeval. Het betekent dat in zeer zeldzame gevallen de maanschijf de schijf van de zon precies kan bedekken: een totale zonsverduistering. Blindheid! Voor een dergelijk schitterend natuurfenomeen moeten we in Nederland echter wachten tot maar liefst 7 oktober 2135. Dat illustreert dat het een gro te zeldzaamheid is dat de slagschaduw van de rrnaan ergens over Nederland 'veegt' en in vrijwel alle gevallen moeten we het dan ook met een al Sterrenwachten In Nederland zullen de meeste volkssterren wachten op 10 mei aan het begin van de avond (vanaf 19.15 uur) geopend zijn om uit leg te geven over de verduistering. Zo moge lijk wordt ook met telescopen waargenomen. In Haarlem kan de liefhebber terecht bij de volksterrenwacht 'Copernicus', Vergierdeweg 269. De sterrenwacht in Leiden aan de Kaiser - straat heeft vanaf 19.30 uur een programma voor'het publiek samengesteld. Behalve dat er door kijkers kan worden gekeken, zijn er ook deskundigen die voor de nodige uitleg zor gen. dan niet ferme 'hap' uit de zonneschijf doen. Zo ook komende dinsdagavond 10 mei. Omstreeks tien over half acht (19.40 uur) wordt voor het eerst een klein hapje uit de onderkant van de zonneschijf zichtbaar. Kijk overigens NOOIT met een verrekijker zonder filters zomaar in de zon, ook niet als die gedeeltelijk verduisterd is. In ster renkundige kringen grapt men soms dat je dat in je hele leven twee keer kunt doen: één keer met het linker, de tweede keer met het rechteroog. Blijven de blindheid kan het gevolg zijn. Een lasbril biedt uitkomst, maar die bezit niet iedereen. Het Artis- Planetarium in Amsterdam verkoopt voor één en kele rijksdaalder een speciaal 'verduisteringspakketje' met, behalve een instruc tie, een veilig zonnefilter. Daarmee kan een zons verduistering goed en veilig gevolgd worden. De verduistering is maximaal om 20.34 uur; op dat moment gaat bijna de helft van de zonsmiddel- lijn achter de maan schuil. De half verduisterde zon staat dan op slechts zes graden hoogte boven de westelijke horizon. Ga bij voorkeur aan het strand kijken en neem een fototoestel mee. Als er geen mist is biedt zo'n vreemdgevormde zon, zo vlak boven het fonkelende zeewater, een prachtige aan blik. Ringvormig Het eind van de verduistering kunnen we'niet waarnemen omdat de zon dan al onder is. Elders op de wereld, en wel in een ongeveer 200 kilometer brede strook ruwweg van het midden van de Stille Oceaan, dwars over de Verenigde Staten heen naar Marokko lopend, ziet men de maan wèl in zijn ge heel over de zonneschijf schuiven. Toch is de verduistering niet totaal maar ringvor mig; de maanschijf is iets kleiner dan de zonne schijf en als de middens van beide samenvallen blijft er nog een helder stralende ring van de zon onbedekt (en dus zichtbaar). Dat komt doordat de baan van de maan (om de aarde) geen zuivere cir kel is maar meer een ellips. De afstand aarde-maan varieert dus en daarmee ook de grootte van het maanschijfje aan de hemel. We spreken van een ringvormige verduistering. Voor de maansverduistering van 25 mei moeten we die woensdagochtend wel erg vroeg opstaan en ook dan zou een ritje naar het strand zijn aan te bevelen: de om half zes (05.30 uur) maximaal ver duisterde maan (een kwart van haar middellijn hult zich dan in de aardse slagschaduw) staat dan slechts enkele graden boven de zuidwestelijke hori zon. Een kwartier na het maximum gaat de maan onder en komt in het Oosten de zon op. Leuk om bij beide gebeurtenissen even stil te staan. Er wordt in onze samenleving heel wat 'ver duisterd', maar de astronomische, dat zijn toch echt de mooiste. Vorig jaar verscheen in boekvorm het verhaal van taal: Negen Eeuwen Nederlands. Ten tijde van Bonifacius zullen de inwoners van onze lage lan den zich bepaald nog geen Nederlander hebben gevoeld. Het is zeer de vraag of mensen uit Dok- kum en Maastricht elkaar in die voortijd konden verstaan. Of men eikaars teksten kon lezen is al heel onwaarschijnlijk. Want in Maastricht was al sinds de intocht van de Romeinen ons huidige alfa- in gebruik. In Friesland en Groningen echter schreef men t heel andere t^eken^ le- houdt verbant! t de wijze waarop die tek sten ontston- Het amulet gevonden in 1991 in den. Wijnaldum. Op de achterzijde de In de latijnse runeninscriptie HIWI. foto cpd landen werd al heel vroeg met inkt op papyrus of perkament geschreven. Runen echter zijn pas r laat en maar zelden op deze wijze vastgelegd. Er bestaan maar weinig in runen geschreven ma nuscripten. Met runenletters gedrukte boeken zijn niet bekend. Onze voorouders maakten dan ook onderscheid tussen staven (runen) en boekstaven (latijnse letters). Runen werden niet geschreven, maar in steen gegrift, in metaal gekrast en vooral in hout gesne den. Honderden houten runenbriefjes zijn bij toe- in de Noorse stad Bergen bewaard gebleven. Nu bel je even op; vele eeuwen geleden kerfde je t een mes vlug wat runen in een houten spaan, die je liet bezorgen. De Noorse geleerde Liestl maakte deze vondsten in 1963 wereldkundig. Op de runenspanen staan ansichtkaartteksten, bood schappenlijstjes, afspraken, bestellingen; er zijn liefdesbrieven bij, schuttingteksten en gebeden. Runeninscripties in metaal en steen bleven vaker bewaard, maar zijn moeilijk te begrijpen. Het is alsof je Nederlands zou moeten lezen in de vorm inscripties in trouwringen, grafzerken en ver- zetsmonumenten. De voornaamste teksten in ru- i staan op grote rotsblokken en zwerfstenen. Daarin hebben de oude Germanen moeizaam de nen van belangrijke doden gehakt, soms ook re ligieuze teksten en citaten uit heldendichten. Deze indrukwekkende runenstenen liggen bijna allemaal in Scandinavië, enkele verdwaalden in Sleeswijk en Schotland. In Nederland staat slechts i afgietsel van een van de grootste en mooiste runenstenen, de koningssteen van het Deense Jel ling, op het Domplein te Utrecht. ~>e runen in been en metaal vallen veel minder op. Zo kon het gebeuren dat de taustaf (een soort scepter) van Bernsterburen, een spectaculair kunstvoorwerp uit walvisbeen, meer dan een eeuw te pronk lag in een vitrine van het Fries Museum, voordat dr. Egge Knol (thans huisarcheoloog van het Groninger Museum) daarop in 1989 een ru neninscriptie ontdekte. De kleine en haardunne runetekens werden vervolgens ontcijferd door drs. Tineke Looijenga van de Groninger universiteit. Zij las een aanroep tot de priester Tuda, een priester of rechter uit de achtste eeuw, een aanroep die al dui zend jaar niet meer gelezen was. De achterkant van de gouden amulet, in 1991 ge vonden bij Wijnaldum, draagt in runen de inscripti HIWI. Looijenga vertaalt deze tekst met 'ega', 'stammoeder'. De vrouw die dit hangertje .droeg, dertien eeuwen geleden, zal er trots op zijn ge weest. De Nederlandse inscripties zijn bijna alle maal gevonden bij het afgraven van de terpen, na 1850. In het nieuwe boek van Philippa en Quak treft de lezer een volledige lijst aan van de dertig' runenteksten, die thans in Nederland aanwezig zijn. Gezien de moeilijke herkenbaarheid van ru-^ nen in beeld en metaal is het goed denkbaar dat er nog onontdekte inscripties zijn, in musea en parti culiere collecties. Het raadplegen van het boek kan helpen nieuwe vondsten te doen. Terecht besteden Philippa en Quak aandacht aan misverstand over en misbruik van runen. In deze eeuw hebben smoezelige germanenfantasten in het Derde Rijk hun heil hierin gezocht. Zo komt het dat nu nog in logo's zoals het hakenkruis ten on rechte runen worden gezien. (Marlies Philippa Arend Quak, Runen, een hel der alfabet uit duistere tijden. Uitgever Thomas Rap, Amsterdam. 165 bladzijdenf27,50). van de grootste en mooiste runenstenen, de konings- foto united photos de boer poppe de boer Op het Domplein in Utrecht staat een afgietsel van een steen van het Deense Jelling.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 9