'De structuur van dit bestaan is chaos' 'Ik wilde mijn eigen CD maken Rtv show gesproken Stef Bos als doe het zeiver In de afgelopen 25 jaar heeft Herman van Veen het publiek zijn v Ie gezichten getoond. foto t Hij heeft een filoso fische inslag, is scherp in zijn analyse. Als geen ander weet hij z'n gedachten, gevoelens en twijfels haarscherp in tekst te vatten. Stef Bos, 33 jaar. Van professie: liedjesschrijver, zanger en theaterartiest. Vooral het optreden in hel theater is een activiteit, die hem veel vreugde bezorgt. Hij woont al tien jaar in Antwer pen. Misschien wel daarom dat zijn zojuist uitgekomen derde CD Vuur eerst in een kapelletje in Vlaanderen ten doop werd gehouden. In België, zijn tweede va derland, bezit Stef de status van superster. Zijn platen gaan daar nog sneller over de ■toonbank dan in Nederland. Al heeft hij de laatste tijd over de belangstelling hier niet te klagen. ,,De theaters in Ne derland hebben tijdens de laatste tournee praktisch geen lege stoelen te zien gegeven, i en geweldige ervaring. In België zijn mijn concerten al maanden tevoren uitver- kocht. Daar is men idolaat van mijn muziek. Natuurlijk streelt dat mijn ego, al ben ik niet zó ijdel dat de mate van populariteit tegelijk de graad meter voor mijn persoonlijke geluk is. Welnee...". Hij heeft voor de opname van Vuur alle tijd genomen. Zijn vorige CD werd geprodu ceerd door Boudewijn de Groot, van wie hij naai' eigen zeggen veel heeft geleerd. Voor deze gelegenheid koos Bos helemaal voor zichzelf. „Boudewijn is zo kritisch, dat hij nauwelijks in staat is zelf meer iets te maken. Ik wilde eens zelf ontdekken of ik mijn eigen CD kon produceren. Dat is ook een leerzaam pro ces geworden. Je ontdekt of je controle over jezelf kunt krij gen. Normaal gesproken neemt de producer die taak op zich. Hij stuurt jou. Dit maal moest ik mezelf sturen en ik vind, in alle bescheiden heid, dat dat heel goed is ge lukt. Mijn stem ligt heel dicht bij de muziek. En dat beoog de ik ook". Prijzen Op 18-jarige leeftijd begon Stef Bos, daartoe geïnspireerd door het Duitse cabaret uil de jaren dertig, teksten te schrij ven. Niet zonder succes, mag hij wel zeggen. Bos won in 1982 de Publieksprijs van het cabaretfestival Camaretten in Delft. In Antwerpen volgde hij de opleiding bij Studio Her man Teirlinck en ontmoette daar Johan Verminnen en Raymond van 't Groenewoud. In 1988 won hij de tweede prijs van het Wim Sonneveld Cabaretfestival in Amster dam, werkte mee aan satiri sche radioprogramma's bij de BRT, schreef een nummer voor de groep Clouseau en debuteerde als soloartiest in 1990 met de CD Is dit nu later Die plaat leverde hem de Zilveren Harp op, de aanmoe digingsprijs van de Slichting Conamus. In 1991 ontving hij ook nog eens een Edison als eerbewijs voor zijn artistieke prestaties. Eind 1992 ver scheen Stefs tweede CD Tus sen de liefde en de leegte en in tussen namen de theaterop tredens een grote vlucht. Met een eigen band trok hij door Nederland en Vlaanderen. Vorig jaar maart werd hij on derscheiden met de Pall Mall Exportprijs Het geld, dat met deze prijs was gemoeid (vijf tienduizend grilden), dient binnenkort ter financiering van een reis naar Zuid-Afrika. Duet „Vorig jaar ben ik in Johan nesburg geweest, waar ik met de Zuidafrikaanse zanger Jo hannes Kerkorrel een duet heb opgenomen. Dat leverde het plaatje Awuwa op, wat zoveel betekent als: zij wil dansen. Het plaatje is in Bel gië grijsgedraaid, in Neder land heeft het minder aan dacht gekregen. We hebben toen ook samengewerkt met rte zangeres Tandy Klaa dar de Ella Fitzgerald van Zuid-Afrika. Met haar wil ik graag een plaat maken." Over de populariteit die Bos in België geniet, zegt hij:„Het is o zo gevaarlijk om de ge vestigde artiest uit te hangen. Aan de andere kant is het heerlijk om te werken voor een vast en heel trouw pu bliek. Ik rijg mijn liedjes in het theater met woorden aaneen. Een groot deel van de teksten hiervoor staan vast, maar ik geef mezelf de vrijheid om in te spelen op actuele gebeurte nissen. Ik vind het ook be langrijk om een voorstelling te laten vertrekken op een punt, waarmee je die dag zelf ook bezig bent geweest. Het moet iets van jezelf van dat moment bevatten. Anders draai je echt je voorstelling af en dat is nooit mijn bedoeling geweest. Ik vind het spelen in het theater boeiend, maar ook veeleisend. Ik kan niet de hele dag beunhazen en 's avonds nog effe gauw een voorstellinkie doen. Dat lukt me absoluut niet. Ik moet er naar toe groeien, naar toe kunnen leven. Bovendien laat het publiek zich ook niet gauw beetnemen. Dat heeft het snel door als jij je showtje afdraait. Mijn hoofd moet niet vol zitten met allerlei zaken van overdag als ik 's avonds op de bühne sta. Dat gaat on herroepelijk ten koste van mijn concentratie." Albert West in TROS Kompas: „Mijn vrouw Joke q in alles mijn klank bord. Ik kan nie buiten haar. Voor sommige mensen klinkt hei misschien ouderwets en er lo- pen artiesten rond die er geer. tijd voor nemen, maar voor m^j is het gezin heel belangrijk." Herman van Veen, geflankeerd door Muriel Janssens (links) en Cecile Poublon. Boven zijn partner Graetane Bouchez. Herman van Veen, een kwart eeuw anders dan anderen T 1 en petje bedekt zijn kalende I j schedel en een slonzig jack M m maakt de vermomming com pleet. Muzikant, zanger, artiest, acteur en regisseur Herman van Veen (48) loopt er thuis bij als boer. „Dat ben ik ook, een amateur-boer. En dat vind ik fantastisch. Niemand mag aan de beesten komen; dat doe ik fijn allemaal zelf." In een tot repetitieruimte omgebouw de schuur dansen drie vrouwen zich in het zweet: Herman van Veens partner Gaëtane Bouchez, choreografe Muriel Janssens en Cecile Poublon. Samen vor men zij het Harlekijn Danstheater dat veertien jaar geleden door Van Veen is opgericht. Zijn bemoeienis ermee is de laatste jaren intensiever dan ooit: hij be denkt de thema's, zoekt de muziek uit en regisseert. Was Herman van Veen er als kind niet stellig van overtuigd geweest dat je voor dansen homoseksueel moest zijn, hij zou zeker op ballet zijn gegaan. „Toen ik een jaar of 11 was, gingen we met de lagere school naar Tivoli in Utrecht om te kij ken naar een uitvoering van het Scapino- ballet. En dat vond ik zo fantastisch dat ik helemaal vergat waarom ik eigenlijk in die zaal was. Want daar was ik voor mijn klasgenootje, Tineke Lagedijk. Ik was he lemaal verliefd en dacht: als ik nu maar zorg dat ik naast haar zit, dan is het voor mekaar - en ik zat inderdaad naast haar, maar dat doek ging open en toen ben ik haar helemaal vergeten." In 1969 schakelde Van Veen voor het eerst dansers in voor zijn produkties; met de Pan's People uit Londen, vijf vrouwen, maakte hij televisieshows voor de VARA. „Vanaf die tijd ben ik eigenlijk altijd met dansers in de weer geweest", zegt hij nu. „Ik denk dat het te maken heeft met het feit dat ik muzikant ben: ik vind dans net zo intensief als muziek. Omdat het non-verbaal is, het leidt dus helemaal niet af. Je bent als publiek veel inoom bij dans en muziek dan bij toneel of film. In die kunstvormen is de inhoud veel sterker bepaald; er is één verhaal, namelijk dat van de regisseur. Dans en muziek laten de interpretatie aan de toeschouwer zelf over, dat trekt Wandeling i Veen heeft ongeveer alles bereikt en gedaan wat in zijn vak maar mogelijk is. Amerika, Japan, Frankrijk en Duitsland zien hem graag komen, Ne derlandse fans kijken reikhalzend uit naar zijn nieuwe tournee in '95. Hij maakte een film, schreef boeken en to neelstukken, bedacht televisieprogram ma's en verdiepte zich in de dans. Als alles eens is gedaan, blijft er meer over, zou je denken. Maar als maal dat stadium is bereikt, begint het volgens Van Veen pas. „Omdat je inder daad die wandeling vierenvijftig keer hebt gedaan en weet wat je er wel en niet aan bevalt, hoe het kan en hoe het niet kan. Want dat weet je in het begin allemaal niet, dan heb je alleen maar een soort vermoeden. Nu kan ik keuzes ma ken. Als je jong bent, is de toekomst een soort abstract duizendschoon, en je loopt van de ene val in de andere - en van het ene geluk in het andere. Naar mate je ouder wordt, weet je gewoon welke wegen je niet meer in wilt slaan omdat je weet waar ze toe leiden. Het lijkt makkelijker te worden, maar dat is het dus niet, omdat je door alle ervaring ook veel beter begrijpt wat er scheef kan gaan." Bijna vijftig is Van Veen nu. Een leef tijd die waarachtig noodt tot bezinning. En ook om de Nederlandse kleinkunst tegen het licht te houden. „Ik heb de in- dmk dat veel dingen in Nederland zich voornamelijk in het verbale ontwikkelen. En dat is hartstikke grappig, maar mijn interesse heeft het niet zo. Paul de Leeuw? Ik vind het wel spannend wat die man doet, er zit ook een groot hart ach ter. Maar ik waag me er niet aan met hem iets samen te zingen. Het scoort me te veel. En dat is iets waar ik me nooit mee bezig heb gehouden. Ik zou het trouwens ook gewoon niet leuk vinden met hem iets te doen, het lijkt me bloed- spannend. Eng. Omdat... het gaat óver, in plaats van vóór. En wat ik doe is voor elkaar en niet over elkaar. Dat is het ver schil." Na een kwart eeuw theater merkt hij op professioneel nergens spijt van te hebben. Op het persoonlijke vlak, in de relationele sfeer ligt dat iets anders. „Ik was graag veel vroeger eerlijk geweest. Ik denk dat ik dat nu wel ben. Natuurlijk: nóg vergis je je, nóg ben je vaak te laat in je mededeelzaamheid. Ik vind het ook een recht, overigens, om te zwijgen. Maai' toch, terugkijkend weet ik nu dat ik graag op een vroeger punt dingen be spreekbaar had willen maken. Naar mijn ouders toe, of naar mijn partner of mijn vrienden. Ik hou te veel dingen te lang bij me. Problemen, vooral problemen. Omdat ik denk dat ik ze zelf wel kan op lossen, maar ik kan ze niet altijd zelf op lossen. Ik had in een eerder stadium help kunnen roepen. Als ik dat had gedaan, had dat veel zeer kunnen voorkomen. Spijt heb ik dus wel, spijt van veel mo menten in mijn leven dat ik te laat om hulp gevraagd heb. Omdat ik daarmee heb buitengesloten." - En relaties laten stuklopen? „Nee, er is in mijn leven geen relatie stukgelopen; wel zijn een hoop dingen anders gelopen dan ik dacht. Dat is on herstelbaar, kan niet meer ongedaan worden gemaakt. Maar ik besef dat het niet verkeerd is eerder je onzekerheid te tonen. En dat is een weten dat me nu wel heel erg helpt. Vanuit mijn ervaring of loutering weet ik nu dat je beter meteen kan zeggen: joh, laten we daar nou maar niet aan beginnen. Want: je gevoel bedriegt je niet vaak. Ook dat heeft met ouderdom te maken; je gaat fouten herkennen en begrijpen. In mijn werk vind ik het veel gemakkelijker me te uiten dan dan privé." Hij zegt een wat wrang gevoel te heb ben overgehouden aan de reacties op zijn eerste optreden in Amerika. En dan vooral vanwege het feit dat destijds in Ne derland bijkans juichend werd ingespeeld op de negatieve recensie van een criticus van de New York Times. „De ironie van die kritiek werd helemaal niet begrepen. Ik vond het niet eens erg dat in zo'n krant werd geschreven dat ik een boerenpum mel van wereldklasse was. Het was een eerste poging van een op dat moment jonge Hollandse man om zijn grenzen te verleggen. Je zou hier dan reacties kun nen verwachten in de trant van: goh, da's toch enig. Maar nee, iedereen dook er bo venop. Je ziet nu in zekere zin met Cyra no precies hetzelfde gebeuren. Overigens ben ik van mening dat artiesten niet moe ten klagen. Het is een keuze namelijk, niemand zegt dat je op een podium moet gaan staan. Ze kunnen je niet hard ge noeg aanpakken, dat moet, dat is noodza kelijk. Maar het moet wel wéar zijn." - Dus als iemand jou prekerigheid ver- wijt? „Dan heeft die persoon best gelijk, soms ben ik inderdaad akelig geënga geerd. Grensoverschrijdend betrokken. En dat kunnen mensen heel erg verve lend vinden. Maar ik wil niet over dingen zwijgen die me bezig houden. Ik sta voor dezelfde dingen als altijd. Ik vind bijvoor beeld nog steeds dat kinderen rechten hebben en ik ben al sinds 1965 bezig om dat uit te dragen. Als je met mij over poli tiek praat of over god weet wat, dan hoor je hoe ik over dingen denk. Tegelijk dóe ik iets, begrijp je, het blijft niet bij erover zingen. Ik kan je zo vijfenveertig projec ten noemen waar ik keihard aan heb ge werkt en hoewel niet alles honderd pro cent is gelukt is het wel min of méér ge lukt. Daar ben ik trots op, dat vind ik van belang en het is een deel van mijn leven." „Mijn verhaal is simpel. Ik zing in het theater en heb het gevoel dat ik op het to neel iets moois kan. Het allermooiste mo ment van een voorstelling is de stilte. De stilte waarin iedereen zich afvraagt: Wat komt er nu? De stilte voordat de bal gesla gen wordt. En dat is wat mij anders maakt dan veel van mijn collega's, die altijd naar een plot gaan: ik ga daar Heel bewust niet. Dat vind ik dig. Mijn doel is verwarring. Omdat ik denk dat chaos de structuur van dit be staan is. En die chaos, die is geniaal." Midas Dekkers in TV Magazi „Het gaat slecht met de vogel* in Nederland. Elke dag wordeo er een miljoen gevangen, ge keeld, geplukt en opgegeten. Goed dus dat er Vogelbescher ming is. Pas nog heeft deze or ganisatie een lijst opgesteld var de 49 meest bedreigde vogel- soorten. Daar hoort een actie bij: als wij allemaal wat geld ge ven, kopen zij daar nieuwe geitjes van. Dat is mooi. N met die lijst, daar is iets aan de hand. De meest belaag de vogel van Nederland, die een miljoen stuks per dag, die er niet bij. Er staat geen kip op. Dat lijkt verklaarbaar. Voor elke kip die gemold wordt, maken ze kippenfabriek." Idem: „Vogelbescherming is zijn tijd een halve eeuw vooruit. Wat 23,0' doet de grutto die misschien over vijftig jaar bedreigd wordt op de lijst van vogelsoorten'! Mensen nu al vast geld i zak kloppen?" het Algemeen Peter Lusse Dagblad: „Winnetou was vroeger held en hij betaalde klompjes goud. Het goud gewisseld voor een giromaat pas. Een klompje goud heeft klasse en allure, een giromaat; pas is maar een armzalig substi tuut. Dat viïid ik bijna varf allés in het leven. Als kind voelde me verwant met de levensstijl van de indianen, maar op d' school moest ik leren waai[k! Hoogezand en Sappemeer la gen. Ik moest me die bekromp; penheid en truttigheid eigen maken. En in plaats een grote hengst over de prairie te zwerven, zoek ik nu bij een tweedehands autohandelaar eenRenaultje 5 Ruud Hendriks, de afzwaai-^ ende programmadirecteur van schri RTL in Vrij Nederland: „Op mijn zeventiende heb ikniek. sollicitatiebrieven aan alle Ne-rn] derlandse omroepen verstuurd.Lz] Heel-raar eigenlijk. Ik ben abso-iouifs luut atheïst, maar ik heb des- tijds zelfs naar de Evangelischer" Omroep geschreven. Ik was be- SE smet door het mediavirus. Ikj wilde hoe dan ook bij de om-.MAi roep. Kon niet schelen John Kraaykamp Magazine: „Ja, dat vind ik wel treurig, datl ouder worden. Oude mensen1 verbleken. Boven de 65 worderiJJ^ het allemaal wandelende bleek middelen. Oud worden is hele maal niet leuk, er is geen reet [het aan. Dan heb je weer een knie1 die het niet goed doet, moet je in bed weer kussentjes tussen je benen leggen, omdat) het ene been pijn doet op hetl andere. Dat kende ik allemaal] niet. Ik kon vroeger in eenj^ handkar in de sneeuw slapen,! vervolgens weer twee dagen) doorzakken, en dan was er niets aan de hand. Ik was verwoestbaar, een kruising sen een Turkse strijder en kozak. Maar dan plotseling komt die kwakkelende klootzak! die de trap zo moeilijk op e komt. Dan denk ik: laat ik nou maar wel aan de leuning! vasthouden, straks zak ik nog| door dat been en lig ik languit beneden." Sybrand Niessen, presentator Act van het KRO-programma Lie- verdjes in Studio: „Toen ik werd opgeroepen voor a"n de militaire keuring heb ik deg. psychiater duidelijk gemaakt ei dat ik zo gek was als een kwart je. Ik speelde tiënt die ik had leren kennen in het psychiatrisch en Schild'. Dat deed ik blijkbaar heel overtuigend. Ik ben cum laude geslaagd voorS5."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 12