s I 'Ik zou een nu toch anc paar dingen ers doen' Fatale aantrekking ZATERDAG 8 JANUARI 1994 PETER SLAVENBURG* In zijn donkere kantoortje in de Paulus kerk regent het telefoontjes. De man die hem zou opvolgen als coördinator van Perron Nul, commissaris Reitsma, heeft zich de vorige avond teruggetrokken. „De trein rijdt gewoon door", verzekert dominee Hans Visser. Maar intussen heeft hij flink de pest in over de hele gang van zaken. „Een commissaris van politie die door de korpsleiding en de burgemeester wordt te ruggefloten... dat kan toch niet? Praten die mensen dan nooit met elkaar? Weet de één wat de ander doet? Zo kun je verdorie wel aan de gang blijven", moppert de predikant. Mopperen, al dan niet helemaal gemeend, kan Hans Visser (51) trouwens erg goed. Wie de kranteknipsels doorneemt krijgt een beeld van een gestaalde vakbondsman en een ge wiekst verkoper van tweedehands auto's. Be trouwbare auto's, dat wel, want ondanks zijn jaren tussen de junkies volgt de dominee de Tien Geboden trouw. Visser baarde binnen een jaar na zijn aan stelling in Rotterdam landelijk opzien met de opvang van vluchtelingen en wat later verslaafden. Al snel keerde het tij zich tegen de dominee. In de grote steden bereikte de overlast veroorzaakt door junkies in die tijd een voorlopig hoogtepunt. Visser, een van God maar zo slim als de hel, deed er meteen een schepje bovenop door in zijn kerk een gedoogzone te openen. Niet alleen konden verslaafden bij hem te recht voor een warme maaltijd, warme kle ding en een warm woord, de dominee gaf hun ook een ruimte om rustig te chinezen en te spuiten. De schone naalden leverde hij ook. Die gedoogzone leidde in 1987 tot de opening van Perron Nul: de enige stations restauratie in Nederland waar zelf meege brachte consumpties wèl genuttigd mogen worden. Hans Visser en zijn tot een klein Ie-' ger uitgegroeide team medewerkers zorgen voor koffie en thee, condooms en injec tiespuiten. Kwaad Als het aan Hans Visser had gelegen, was Per ron Nul nu niet naast, maar onder de sporen van het Centraal Station gevestigd. Nog altijd kan hij er zich kwaad over maken. „Maanden heb ik onderhandeld: er is ruimte zat onder het station, allerlei opslagruimte die leeg staat. Daar had je Perron Nul minder zicht baar en beter beschut kunnen maken. De Spoorwegen werkten alleen maar tegen, wil den helemaal niets. Uiteindelijk hebben de politie en het Stadhuis gezegd: het gebeurt, Perron Nul moet er komen." Nu, bijna acht jaar later, moet Perron Nul veranderen in het project Viaduct. Meerdere, kleinschalige gedoogzones en opvangmoge lijkheden, verdeeld over de stad. Visser: „Kleinschalig en overdekt, mebeen pasjes-re geling of zoiets: om een te grote toeloop te vermijden. Voor een buurt werkt dat goed. Bestaande overlast kun je indammen met dergelijke centra. Druggebruikers die niet in een buurt passen gaan vanzelf naar het stadscentrum, naar Perron Nul." „Wat je op Perron Nul ziet zijn mensen die al door alle trechters zijn heengezakt. Een ge middelde druggebruiker wil niks te maken hebben met het Centraal Station. Die denkt: 'Ik kijk wel uit, ik ben geen junk'.'' Te langzaam Bij zijn komst naar Rotterdam, in 1979, stond nog niet vast wat Visser zou gaan doen. De toenmalige wethouder, thans burgemeester van Haarlem, Elizabeth Schmitz en de latere minister Ien Dales vroegen de dominee: 'Laat de kerk zich nou eens bezighouden met druggebruikers, hoeren, daklozen, buitenlan ders, vluchtelingen...' „Ik heb dat advies aanvaard. Ik wist niet meer van druggebruik dan de gemiddelde Tros-kijker maar ik heb contact gezocht in al lerlei groepen, de samenwerking met de Jun kiebond kwam van de grond en daar zijn alle activiteiten uit voortgevloeid." „Natuurlijk dachten veel gebruikers eerst dat het ging om zieltjes winnen, dat er grie zelige dingen gebeurden in die kerk. Ik heb altijd gezegd: de kerk is een markt. Je kunt komen en gaan, je hoeft niets te kopen. Ik bied een paar dingen aan die ik waardevol vind maar je kunt zelf kiezen. „Ik heb me erin gestort en mijn principe is dat je zelf het goede voorbeeld moet geven. Ik kan achter een bureau een nota schrijven en dan afwachten wat er verder gebeurt maar zo-zit ik niet in elkaar. Ik voer die nota zelf uit. Ik ga zelf aan de slag en stuit op allerlei problemen. De problemen die ik signaleer bespreek ik met de politie en mensen van het stadhuis en dat wordt opgepikt." „Ik heb met alle wethouders goeie zaken gedaan. Met de politie idem dito: ik heb daar niets over te klagen. Alleen gaan veel ontwik kelingen veel te langzaam. De misdaadwe reld die de prijzen kunstmatig hoog houdt en miljarden verdient, de verslaafden die uit ste len moeten gaan om drugs te kunnen kopen: de wereld schreeuwt om legalisering van drugs. Dat kun je niet forceren, er is nog een lange weg te gaan. Nederland loopt gelukkig voorop maar we kunnen niet meer verder,- we zijn aan het eind van onze mogelijkheden en dat is heel tragisch. De Fransen zijn tegen, de Duitsers weten het niet, in België wordt er nauwelijks over nagedacht. Over Amerika wil ik niet eens praten." Grenzen „Een paar dingen zou ik nu toch anders doen. De hulpverlening aan druggebruikers heb ik te laagdrempelig gemaakt. Ik heb van alles binnen gehaald: een gedoogzone en daarmee dealers, rotzooi, toestanden. Heb ik dat nou slim gedaan? Ik wil in die kerk ook Hoewel het eigenlijk viel te voorspellen, keek hulpverlenend Neder la tul er toch nog van op. 'Dominee Visser trekt zicht terug van Perron Nul' meldden de media. „Nou, kijk, zo snel gaat dat allemaal niet. Zoiets is een proces, zegt de nationaal vermaarde geestelijk leidsman. Maar ik moet het wat kalmer aan doen en ik wil meer tijd aan m'n werk in de Pauluskerk besteden." De dope-dominee die schone spuiten uitdeelt en illegalen onderdak verschaft. De 'uitvinder' van Perron Nul, de gedoogzone naast het Rotterdamse Centraalstation. Dominee Hans Vis ser:,,Die vergissing kan ik moeilijk goed maken." FO70 ARCHIEF Dominee Hans Visser en het bereiken van de grens nog andere dingen doen, voor andere men sen. Gewoon eens rustig praten." „Die fout is moeilijk te corrigeren. Ik kan nu niet tegen de moeilijke mensen zeggen: bekijk het verder maar. Dan gaan ze de straat op, naar de winkels en de wijken. Die vergis sing kan ik moeilijk goedmaken. De kwaliteit van het werk dat we hier doen wordt soms bedreigd door sommige bezoekers. Voorzich tig probeer ik dat nu te veranderen: bepaalde mensen zet ik het gebouw uit. Van de Pauluskerk wil ik geen tweede Perron Nul maken." Het geweld, de herrie, de gekte: het is een belangrijke reden voor Hans Visser om nu op te stappen uit de organisatie van Perron Nul. „Je moet in dit werk erkennen dat er een be paalde grens is. De Pauluskerk en Perron Nul, dat wordt me te veel. Altijd die vemielin- gen, de diefstallen, de vechtpartijen, het drei gen met messen. Ik heb daar een nare gevoe ligheid: als ik een ambulance hoor moet ik even bellen naar Perron Nul. Ik heb al twee keer een dodelijke steekpartij meegemaakt, ook een traumatische ervaring." „Mensen kunnen je bestelen'en beliegen. Ik heb liever een gebruiker die zegt: 'Goh, Visser, geef me vijfentwintig gulden, dan kan ik een balletje kopen'. Autoriteiten zijn ook niet maximaal betrouwbaar. Onze samenle ving is zo hiërarchisch georganiseerd: men sen zijn bang voor 'boven', begrijpelijk hoor, mensen worden gedumpt, weggekeken, weg gepromoveerd. Dat merk ik in de ambtenarij, bij de politie. In mijn eigen bedrijf probeer ik dat beter te doen." In de Pauluskerk is vrijwel permanent een gerinkel van sleutels en kettingen hoorbaar. „We hebben hier een bajes-systeem: alles zit op slot. Alle dure spullen zijn weg uit kerk. geld wordt in een kluis bewaard. Je hoeft maar even een deur open te laten staan of er schiet weer een vent naar binnen om iets te pikken. Ik wil me er niet aan ergeren, maar als het gebeurt, erger ik me grenzeloos. Het zijn m'n eigen klanten; ze zagen de poten on der je stoel vandaan. Sommigen zeggen ach teraf dat ze er spijt van hebben, anderen me nen dal je het heel vanzelfsprekend moet vinden. Ik vind hel vreselijk." „Laatst hier met een kerstdienst loopt er voor de deur iemand met een stuk staal te zwaaien. Dat kan ik niet aanvaarden. Dan moet ik die man tegen de grond slaan en la ten afvoeren door de politie. De dienst begon een kwartier te laat, dat zijn geen leuke din gen." „Tegen sommige klanten zeggen we: blijf jij maar eens een paar weken weg. Pas nog, voor het eerst in vijftien jaar, hebben we ie mand een lokaal-verbod gegeven, via de rechtbank. Dat kost, God betere 't, 3000 gul den. Het gaat om een alcohoüst die voortdu rend overlast veroorzaakte, waardoor er be zoekers en zelfs vrijwilligers opstapten. Hij mag op Perron Nul nog komen: daar hebben we altijd agenten bij de hand." „De gewelddadigheid op Perron Nul zelf is helaas niet te bestrijden. Ik vind dat je ook daar moet proberen bepaalde normen tot ontwikkeling te brengen. Ik kan niet toestaan dat mensen elkaar beroven en naar het leven staan. Ik wil ook niet dat er dealers met sta pels bankbiljetten rondlopen. Ik zeg: ingrij pen. de veiligheid binnen het project verho gen. Anderen zeggen: laten ze elkaar maar af maken." Vragen Naast al zijn drukke sociale werk is Visser ook gewoon ingeroosterd als predikant voor de stad Rotterdam. „Ik vind preken leuk, ik doe het vrijwel .iedere zondag. Gelukkig kan ik een preek vaak een paar keer gebruiken: ie dere week een nieuwe bedenken sou me niet lukken: Ik mag graag iets uitleggen, mensen een hart onder de riem steken. 5n ik hoop mijn gehoor uit te dagen, te inspireren." „Er zijn een heleboel vragen bij het geloof waar ik ook geen antwoord op weet, maar ik sta ergens voor. Het is wel zo dat door de si tuatie waar ik4 werk mijn geloof onder druk komt te staan. Negatieve ervaringpn, het ver driet van zoveel mensen, de toestand in de wereld en in de stad. Als je ziet dat mensen niet van hun verslaving af kunr.en komen, hoe vluthtelingen vastlopen in de illegaliteit. In de stad zijn zoveel mensen die lijden on der een gebrek aan inkomen of schulden hebben, buitenlanders die gediscrimineerd worden en onze bureaucratie liet begrij pen." „Ik ben opgegroeid met het idee: God is harmonie en God is liefde, maar er is zoveel in de wereld dat daarmee in strjd, is. Klopt dat allemaal nog wel? Ik zou met de here God wel eens een gesprek willen voeren: 'Joh, had je nou niet iets anders kunnen bedenken? Wie ben ik dat ik het zeg, maar het komt mij voor dat de wereld niet zo geweldig in me kaar zit'." Denkwijzer Volgens een recent onderzoek door het Nationale Insti tuut voor Geestelijk Gezondheid in de Verenigde Staten, zou naar schatting tenminste 10% van de volwassen Amerikanen aan een zogenaamde persoonlijkheidsstoor nis lijden. Er zijn aanwijzingen dat dit percentage ook geldt \foor Westeuropese landen waaronder Nederland. Van de mensen met een persoonlijkheidsstoornis krijgt ongeveer 1 op de 6 de diagnose 'borderline' (grenslijn) persoonlijkheid. Het bestaan van de borderline persoon lijkheid wordt pas sinds 1980 officieel erkend, maar mag zich sindsdien in een grote belangstelling van behande laars, onderzoekers en van de media verheugen, en niet zonder reden. Om een idee te krijgen van waar de term borderline per soonlijkheid naar verwijst, is het informatief om bij de videotheek de film Fatal Attraction te gaan huren. De hoofdrol in de film wordt vertolkt door Glenn Close die een vrouw speelt, Alex ge naamd, met een groot aantal kenmerken van de borderline persoonlijkheid. Alex raakt volle dig over de rooie als na een een- nachtelijke seksuele ontmoeting met een man deze haar de vol gende morgen wil verlaten. Vlak voor hij de deur uitgaat, snijdt ze haar polsen open. In de daarop volgende weken blijft zij de man als een bezetene achtervolgen. Haar heftige emoties en woede uitbarstingen jagen hem de stui pen op het lijf: evenals ze de vele miljioenen bioscoop-bezoekers deden die de film in zijn eerste jaar trok. Zij zagen hoe Alex op tal van schokkende en gestoorde manieren de man en zijn gezin terroriseert. Iedere afstand die hij van haar neemt, beantwoordt ze met gruweldaden. Zoals: het doodkoken van het lievelingsdier van het gezin - een konijn - in de keuken en, uiteindelijk, een bloe derige poging de man te ver moorden. Hoewel r derline persoonlijkheid in werkelijkheid niet vaak zover gaan dat ze anderen fysiek lastig vallen en opjagen, reageren ze net als Alex wel ongewoon sterk op voorvallen tussen hen en an deren met wie ze een relatie heb ben of mee denken te hebben. Het is normaal voor mensen met een borderline persoonlijkheid om van het een op het andere moment heel intensieve, veelei sende relaties met anderen aan te gaan. Voor een belangrijk deel wordt die intensiteit en veelei sendheid gevoed door die merk waardige combinatie die veel borderünepersoonlijkheden kenmerkt, namelijk een diepzit- tende angst voor alleen zijn en tegelijk sterke gevoelens van am bivalentie ten aanzien van ande ren. Het ene moment kunnen ze hun relatie met een ander in gloeiend positieve termen be schrijven om het volgende mo ment niets anders dan onvrede en frustratie te spuien en de meest groffe of zelfs gore dingen over die ander te zeggen. Voor een ander deel leidt de buiten proportionele intensiteit van re laties met anderen iedere keer onvermijdelijk weer tot gevoe lens van frustratie. Daadoor en door het feit dat snel boos wor den en vijandig reageren ken merkende eigenschappen zijn van borderline persoonlijkheden, is het in relaties tussen hen en anderen vrijwel altijd gesodemie- Instabiliteit, niet alleen op het gebied van relaties maar van stemming en van zelfbeeld, wordt daarom wel het centrale kenmerk van dit persoonlijk heidstype genoemd. Mensen met een borderline persoonlijkheid zijn vaak onzeker en verward over hun eigen persoonlijke identiteit, over 'wie' ze zijn. Ook als ze tijdens hun jongere jaren door het gebruikelijke stadium zijn gegaan van worstelen met de vraag van 'wie en wat ben ik. en ben ik waard?'. Ze blijven als vol wassene onzeker over wat ze van het leven willen en ze wisselen sterk in wat ze belangrijk vinden in het leven en in wat ze van zichzelf vinden. Ze wisselen ook sterk in hun ideeën over wat voor vrienden of partners ze zouden willen hebben. En ze gedragen zich in hun eigen ervaring en ook in die van anderen, in de ene si tuatie vaak heel anders dan in de andere. Typerend in gesprekken met partners van borderline per sonen is de opmerking: „Het ene moment is er werkelijk geen land met haar te bezeilen - dan doet ze werkelijk de meest vreselijke dingen en belt zelfs anderen op om mij inktzwart te maken - en het volgende moment kan ze hartstikke lief zijn, de tederheid zelf. Ik raak daar zelf helemaal van in de war." Die identiteitsverwarring kan een punt bereiken waarop ze de grenzen tussen henzelf en an deren niet meer goed kunnen trekken. In relaties, bijvoorbeeld, kunnen ze vaak moeilijk een goed opderscheid maken tussen eigen gevoelens en de gevoelens van de andere persoon. Bijvoor beeld: omdat zij van die ander houden, kunnen ze zich absoluut niet voorstellen dat die ander niet van hen zou houden. Zelfs als die ander uitdrukkelijk be weert dat liefdesgevoelens niet of niet meer bestaan, kunnen ze al le mogelijke dingen uit de kast halen om maar aan te tonen dat die ander zich in zichzelf vergist, zich niet bewust is van wat hij of zij eigenlijk voelt, enzovoort. Identiteitsverwarring is er ook vaak op het gebied van de seksu aliteit. Borderline persoonlijkhe den zijn er vaak hun hele leven onzeker over of hun voorkeur homoseksueel of heteroseksueel is. Soms leidt dat er toe dat ze met een heel assortiment van partners experimenteren. Een veel voorkomende klacht en reden voor het voortdurend zoe ken naar prikkeling via intieme contacten zijn chronische gevoe lens van zich van binnen 'leeg' voelen en van verveling. Om die gevoelens kwijt te raken storten nogal wat borderline persoonlijk heden zich in impulsief gedrag, zoals promiscuïteit, met geld smijten, roekeloos rijden, veel te veel (vr)eten of drinken en klein- crimineel gedrag als winkeldief stal en dergelijke. Sommigen zeggen dat de opwinding die de ze gedragingen opleveren, hen het gevoel geeft echt te leven. Maar dat gevoel is meestal maar van korte duur en wordt spoedig gevolgd door periodes van de pressieve, angstige of agressieve gevoelens. Sommige borderline persoonlijkheden gaan in perio des van innerlijke leegheid en verveling zelfs zover dat ze zich zelf met een (scheer) mes bewer ken om zich via de pijn en het zien van hun eigen bloed, het idee te geven dat ze werkelijk le- Maar het meest opvallende van de borderline persoonlijk heid voor degene die er mee in contact komt. blijft toch dat zo n persoon zo vaak zo intens boos is. Zelfs zonder directe aanlei ding. kan hij of zij plotseling in woede ontsteken. Een op zichzelf onschuldige opmerking van een vriend of kennis kan betekenen: of naar buiten toe heftig uitha len, of van binnen zieden. On verklaard en opmerkelijk blijft het feit ^iat de stoornis vaker bij vrouwen dan bij mannen voor komt. Volgens de Amerikaanse expert op het gebied van per soonlijkheidsstoornissen Theo dore Millon. zou dit samen kun nen hangen met het feit dat het een stoornis is. waarvoor de basis al vroeg in het leven wordt ge legd. Mogelijk als gevolg van traumatische ervaringen, onder andere in de vorm van lichame lijke en seksuele mishandeling. Hij oppert de veronderstelling dat wanneer zulke ervaringen voorkomen in de vroege kinder jaren waarin het centrale zenuw stelsel en de hersenen nog niet volgroeid zijn, er afwijkingen in de cellen en de structuur van een bepaald deel van de hersenen - het zogenaamde limbische sys teem, ook wel de emotionele hersenen genoemd - kunnen op treden. Kortom: voor kinderen kan de seksuele aantrekking die volwas senen voor hen voelen niet al leen psychologisch, maar ook biologisch fataal zijn. RENE DIEKSTRA hoogleraar klinische en gezondheidspsychologie

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1994 | | pagina 37