"Kermis in Bethlehem
'Het spel spelen,
dat is het mooie er van'
Peter Post (60) geniet nog steeds
Peter Post: „Toen
dacht ik: als Raas en
ik échte leiders zijn,
gaan we nü praten.
Dat is dus gebeurd."
FOTO COR VOS
vetihlehem, een speldeknopje op de wereldkaart.
n het geschiedt in de-
j ze dagen dat velen ge-
hoor geven aan de on-
tstaanbare roep van hun fa-
ete reisorganisatie. Ze komen
imen op vliegvelden van
Angeles tot Sydneyom
ut met al het comfort dat deze
w heeft te bieden, te begeven
reen speldeknopje op de we-
jcaart: Bethlehem. Daaraan-
bmen worden de duizenden
camera's uitgeruste pelgrims
avond vanuit hun riante her
ren voorzien van welgevul-
ars, jacuzzi's en met CNN op
luis in luxe autobussen
[Bethlehem gereden,
len rigoureuze veiligheids-
irole verzamelen zij zich op
Kribbeplein, waar evenzovele
jvvsgierige inwoners van het
[je zich zoals altijd bij
zullen voegen. De jongens
ér hen met hun mannelijke
jrift; ze 'verrassen' ieder arge-
vrouwspersoon onder een
kalde leeftijd met een innige
irming en een stevige kus op
(rangen. Happy Christinas, of
|van die strekking. Happy
hday mag ook, als er maar
westers' aangeraakt en ge-
kan worden.
e winkeltjes rond het met
cige lichtjes versierde plein,
normaal dienst doet als par-
rplaats, proberen handelaren
jin massaproduktie met de
[hine vervaardigde maar
[rigineel handwerk aangepre-
snuisterijen aan de man
rengen. Students special pri-
naar omdat de klant 'toeval-
[ïit Nederland komt wil de
toper ook wel wat van het be-
afhalen. ledereen tevreden.
:oper die denkt voor een
dde' een leuk souvenir mee
;men, de verkoper voor wie
instmarge ondanks de prijs-
aging nog steeds groot is...
uurlijk: ook voor de bezoeker
Australië, uit Denemarken, uit
ada, en ga-maar-door, de
tatie van een'specialprice',
erstaan hun vak, die kooplui,
ierkoortjes uit Amerika en uit
ilehem zingen op een podi-
kerstliederen uit het inferna-
ale.repertoire. Van 'Stille
lit, Heilige Nacht'en zo. Echt
itaan doe je het niet. De luid-
ikers zijn niet krachtig ge-
g. Op een groot projectie-
:rm is de mis te zien die op
moment wordt gevierd. Een
voor notabelen, in het katho-
deel van de voor het gewo-
tubliek hermetisch afgesloten
oortekerk, een van de oudste
bestaande christelijke kerken
de wereld.
Al sinds de begintijd van het
christendom is er sprake van een
geboortegrot. Keizer Constantijn
liet er in 325 een kerk boven bou
wen. Die werd door opstandige
Samaritanen aan het begin van
de zesde eeuw verwoest. Keizer
Justianus zette een nieuw ge
bouw neer dat er in grote lijnen
nog steeds staat. De Perzen, el
kaar opvolgende moslimheer
sers, de Kruisvaarders en niet in
de de laatste plaats de elkaar on
derling te vuur en te zwaard
óók binnen de muren van de
kerk bestrijdende christelijke
kerkgenootschappen hebben de
Geboortekerk in tact gelaten. Een
wonder op zich.
De ingang verraadt de beladen
geschiedenis. De voorkant van
de kerk doet denken aan een
burcht. De Kruisvaarders metsel
den twee van de drie oorspron
kelijke toegangsportalen dicht en
verkleinden de enig overgeble
ven entree. Later werd die zelfs
vervangen door een een soort
'luik' van 1 meter 20 hoog. Dit,
om te verhinderen dat de 'onge
lovigen' er met hun paarden naar
binnen zouden rijden. De os en
de ezel uit de kersttraditie kun
nen de grot derhalve nu niet
meer bereiken....
Geen bezinningsplaats
En daar sta je dan met je kerstge
voel, in het hartje van Bethle
hem. Niks Stille Nacht, Heilige
Nachtwant het Kribbeplein doet
denken aan het Amsterdamse
Rembrandtsplein op zaterdag
avond, inclusiefondanks een
verbod op het meenemen van al
cohol het onvermijdelijke
dronkemansgedrag. Het is ten
slotte koud in de heuvels van Ju-
dea, een heupflacon komt van
pas. Nee, een plaats voor ingeto
gen bezinning is het beslist niet.
Die bezinning kun je beter voor
thuis bewaren, met de Blokker
kerstlichttrapjes voor het raam
en de laatste kerst-CD van James
Last als sfeermaker.
'Niet doen' luidde dan ook het
welgemeende advies van vrien
den toen ik enkele jaren geleden
voor de tweede keer kerstavond
in Bethlehem wilde meemaken.
De herinneringen aan mijn eer
ste bezoek, acht jaar daarvoor,
waren al weer vervaagd. Natuur
lijk, het is op dat Kribbeplein net
een kermis, maar de idee om op
deze bijzondere avond wan
neer je dan toch in de buurt bent
juist in Bethlehem te zijn, gaf
toch de doorslag.
Achteraf was het ook meteen de
laatste keer dat er op dat plein
iets te 'vieren' viel. Enkele maan
den later kwamen de Palestijnen
in opstand tegen de Israëlische
bezetting. Dat verzet, de intifada,
duurtnu zes jaar en al die tijd
Hij zegt: „Kom maar op." De vraag
aan Peter Post was: een ant
woord op trefwoorden. „Kom
maar op."
Ouder worden.
„Ze zeggen dat ik rustiger ben. Müder. To
leranter dus. Klopt. Het hoort bij ouder wor
den, denk ik. Je gaat de betrekkehjkheden
van alles beter zien.
Ik zit nu, als manager van de ploeg, in een
andere functie. Dat scheelt ook. Het werd tijd
dat ik stopte als ploegleider. Ik had geen zin
meer om te sjouwen. Bovendien: hoe ouder,
hoe groter liet gat met de jongeren. Al denk
je nog zo modern: die kloof wordt alleen
maar breder. Heb ik als coureur zelf meege
maakt. Het voordeel van ouder worden in je
vak, is de ervaring. Het nadeel: het kan je ne
gatief maken. En minder fanatiek. Toen ik
het steeds moeilijker vond me te verplaatsen
in de positie, de situatie, van de coureur
dacht ik: wegwezen. Ik bemoei me nu totaal
niet meer met het wielertechnische van de
ploeg. Dat is aan Theo de Rooy en Walter
Planckaert. Ook al zit ik bij hun in de volgwa-
gen, ik houd m'n mond. Met de coureurs
praat ik over alles, behalve over de koers. Ik
ben nou gewoon een algemeen regelaar, met
eindverantwoording - voor het geheel - aan
de sponsor.
Maar ja.... Soms kan ik het toch niet la
ten.... Deze Tour de France nog.... Ik dacht:
de eerste dagen blijf ik lekker thuis. Die gekte
van de start hoef ik niet meer. Zit ik voor de
televisie, zie ik de koers, onze coureurs niet
op de plek waar het te doen is, dus ik pak de
telefoon en bel Walter Planckaert in de
ploegleiderswagen om hem te informeren.
Tja.... Maar: ik hou me in. Want ik weet hoe
moeilijk mensen het met me kunnen heb
ben. Omdat ik alles zie. Dat is m'n grootste
gave, dat alles zien. Daar dankte ik ook m'n
succes als renner aan. Ik had altijd precies in
de gaten waar het goed en waar het fout ging.
En hoe het komt, God-mag-het-weten, maar
als er nu binnen de ploeg vragen of proble
men spelen, ben ik er. Zo maar. Ineens."
Wielersport.
„Het spel spelen, dat is het mooie er van.
Fietsen op zich.... Ach, weinig aan te zien ei
genlijk. Het spel, dat maakt het boeiend. In
spelen op situaties, de tactiek bepalen, je
kansen berekenen en wachten op het mo
ment dat je kunt toeslaan.
Inspelen op reglementen. Reglementen
zijn er om te proberen ze te overschrijden.
Maar je moet het wel eerlijk doen....
Besodemieterd worden. Hoort erbij, en
da's maar goed ook. Het geeft inspiratie om
wat terug te doen, om wakker te blijven.
Jaloezie. Altijd jaloezie. Jaloezie moet blij
ven bestaan. Anders.... Waar doe je het an
ders eigenlijk allemaal voor?
Al die stukjes van strijd en spel maken de
wielersport mooi. Dan vragen ze wel eens
'Word je er nou langzamerhand niet dood
moe van?' Nee. Ik geniet nog steeds en ik
maak me nog steeds kwaad als het wielren
nen in opspraak komt. Ik vind je moet je vak
blijven verdedigen, ook de negatieve kanten.
Natuurlijk, er gebeurt genoeg wat niet klopt.
Ook dat maakt het wielrennen boeiend. Maar
de vuile was buiten hangen.... Moet je niet
doen. Ik probeer in de publiciteit altijd een
draai te geven aan vervelende zaken. Ook dat
is onderdeel van het spel: ontwijken door
veel te zeggen en uiteindelijk niks te zeggen.
Een hoofd getekend als de
structuur van een Pyreneeën-col
De blik van Arendsoog. Een hart
dat tikt op het ritme van de
pedaalslag. Ook door-de-week 's
zondags gekleed. Peter Post. Ex-
wielrenner, ex-ploegleider, thans
manager (ploeg Histor-Laser;
Franse licentie).
Onlangs 60 jaar geworden.
Rookt matig, drinkt matig, fietst
onregelmatig en permitteert zich
bovenmatig - een aan het
wielrennen overgehouden prettige
verslaving - massage. „Ik kan er
niet buiten. Goed voor het
lichaam. Als ik voor een wedstrijd
op een hotelkamer kom waar een
renner wordt gemasseerd, voel ik
ook altijd die prikkels."
Daar ben ik erg handig in geworden...."
Veranderingen.
„Ik vraag me wel eens af: hoe en waar eindigt
het allemaal?! In de Tour de France dit jaar
haalde ik met m'n auto soms 70, 80 kilometer
om de Finale te kunnen volgen. Niet te gelo
ven. Angstwekkend ook. En het gaat maar
door.... Hoogtestages, rijden met metertjes
op het lijf, computer- gestuurde schema's,
coureurs met een zendertje in de helm....
Flauwekul, zo'n zendertje. Fabrikanten heb
ben het onze ploeg ook proberen aan te sme
ren, maar ik begin er niet aan. Je haalt er alles
aan creativiteit in een renner mee weg. Trou
wens, wat doet zo'n coureur? Als-ie z'n
ploegleider in dat ding hoort zegt-ie 'Daar
heb je die gek weer' en hij zet 'm af.... Zo
werkt dat.
Het gaat hard met die veranderingen. In al
les. Uitgedokterde voeding.... Er zijn al ploe
gen die onderweg niet meer aan bevoorra
ding doen. Die geven dè renners een klein
flesje mee en daar zit alles in. Rot-gezicht
trouwens. Want tja.... Een coureur aan een
klein flesje....
Materiaal dat steeds weer verbetert, nieuw
type helm, brillen.... Ik sta d'r elke keer op
nieuw van te kijken. En dan denk ik: ach, laat
ze maar doen als ze erin geloven.... Uiteinde
lijk gaat het er toch om wat er in het hoofd
speelt: wat er tussen die oren zit. Is dat oké,
nou dan kun je gerust met ouwe open wielen
rijden. En met een kale kop is er ook een
koers te winnen...."
Patat-generatie.
„Een naar woord. Zul je mij nooit horen zeg
gen. Maar een feit is: er komt weinig uit de
jongeren. Het is zoeken naar 'nieuwe' ren
ners, naar 'opvolgers'. Dan wordt er uit het
amateurwereldje wel geroepen 'talent ge
noeg', maar wijs ze mij maar eens aan. Mag
je niet hardop vinden hoor.... 'God-oh-God,
daar hebben we Post weer....' zeggen ze dan.
En dan zeg ik weer: Nou, wijs ze eens aan.
Noem me eens iemand die bergop kan, die
kan sprinten, tijdrijden, goed is in de klassie
kers.... Ze zijn er gewoon niet. Het gat tussen
de amateurs en profs wordt groter en groter.
Ook internationaal: in Italië bijvoorbeeld zit
ten ze met hetzelfde probleem. De amateurs
staan al tien jaar stil en ik zie het nog niet zo
gauw anders worden. De hele ontwikkeling
in medische begeleiding, in trainingssche
ma's en noem maar op, wordt door de ama
teurs niet gevolgd. Het zit daar goed fout.
Tijd dat ze het eens anders gaan aanpakken.
Om te beginnen door die amateurs vrijer te
laten koersen. Ze rijden puur op berekening,
op afwachten. Maar ik snap die ploegleiders
en renners wel: er moeten goede uitslagen
komen anders stopt de sponsor. Investeren
in de toekomst door aanvallend te rijden, is
er niet bij. Het mankeert aan durf. En dan
verwijten ze ons dat we bij de profs rliks aan
opleiding doen, dat we geen geduld hebben
met de jongeren. Onzin. Natuurlijk is er bij
ons een bepaalde haast. We zijn tenslotte
met beroepsw\e\renrien bezig. Wij kunnen
het ons niet veroorloven om tegen een ren
ner te zeggen 'Ga jij het maar eens lekker vier
jaar kalmaan doen'. Maar een zeker geduld is
er wel degelijk. Neem bij ons Wilfried Nelis-
sen. Die hebben we heel zorgvuldig 'ge
bracht'. Eerst wegwijs gemaakt, toen als
knecht laten rijden voor Olaf Ludwig en nu
verantwoording gegeven. Achter hem zijn we
met Jo Planckaert op dezelfde manier bezig.
Nee, die amateurs moeten niet zeggen dat de
fout bij ons ligt."
Jan Raas.
„Gewoon, goed contact tegenwoordig. Ach
Raas is ook wat rustiger geworden. Nu al....
We hebben het indertijd, toen hij bij me
weg ging en een eigen ploeg begon, allebei
niet goed aangepakt. Achteraf bekeken was
dat erg amatëuristisch van ons; niet zoals het
hoorde. Alle twee achterbaks en met veel te
veel geheimzinnigheid voor de buitenwereld,
terwijl er eigenlijk helemaal niks geheimzin
nigs was. Zo ontstond naar buiten toe een
beeld dat niet klopte. Het escaleerde weder
zijds. Bij mij kwam dat door het enorme ver
zet dat ik voelde. Ik had nog nooit meege
maakt dat een coureur op deze manier - ei
gen ploeg, renners van mij mee - bij me ver
trok. Daar heb ik fout op gereageerd. Nu zou
ik zeggen 'Wil je weg? Jammer, maar ga lek
ker je gang. Trek je plan'.
Tja, en die affaire in de Tour vorig jaar toen
zijn en onze renners elkaar zo dwars zaten,
was eigenlijk een logische zaak. Het móést
een keer barsten. Alleen: het was een slecht
moment, de Tom. Ik geloofde m'n ogen niet
toen ik op m'n hotelkamer - ik volgde die dag
de etappe niet - de televisie zag. Had nooit
mogen gebeuren. Ze kwamen in de Finale
langs m'n hotel, ik ben naar buiten gegaan
en ik heb verstopt achter een muurtje staan
kijken. Zó diep schaamde ik me. Toen dacht
ik: als Raas en ik échte leiders zijn, dan gaan
we nü praten. Dat is dus gebeurd. We begre
pen alle twee dat we rijp waren voor toena
dering."
En het geschiedde in die dagen... Hoe vaak heb ik die Bijbelse tekst uit het
Evangelie van Lukas al niet gehoord? Vandaag en morgen wordt hij weer
duizenden keren in alle uithoeken van de wereld herhaald tijdens
christelijke bijeenkomsten waarin men de geboorte van de 'Heiland'
herdenkt en viert.
En even, heel even, zijn in de westerse wereld alle ogen gericht op een
stadje enkele kilometers ten zuiden van Jeruzalem. Op Bethlehem in Judea.
zijn de feestelijkheden in Bethle
hem afgelast. Vanavond gaan de
lichtjes, in het zicht van de in
september door Palestijnen en
Israëli's gesloten overeenkomst
voor zelfbestuur van de Palestij
nen, voor het eerst sinds 1986
weer aan.
Voor de plaatselijke midden
stand een hele opluchting. Kerst
mis en alles wat daar mee te ma
ken heeft is nu eenmaal de kurk
waar het stadje al eeuwen op
drijft. Dankzij de verschillende
kalenders die de christenen aan
houden is het ook in januari
wanneer de grieks-orthodoxen,
Armeniërs en syrisch-orthoxen
ieder op hun beurt kerst vieren
feest.
Een aantal inwoners heeft in de
roes van de vredesbesprekingen
reeds toekomstvisioenen van
duizenden hotelkamers en toe
risten die langer blijven dan het
stief uurtje dat nodig is om de
Geboortekerk en de Melkgrot
waar Maria bij het voeden van
haar baby melk zou hebben ge
morst te bekijken. Degenen
die zo'n idee als een winstgeven
de ster najagen zullen zeker be
drogen uitkomen. Bethlehem is
namelijk ook bij daglicht niet
meer waard dan dat ene uurtje.
Serene rast
Behalve de komst van wat extra
herbergen en de souvenirwinkel
tjes is er in al die eeuwen niet zo
bar veel veranderd in de omge
ving van Bethlehem. Herders
hoeden er nog steeds hun geiten
en schapen, die tussen de rotsen
naarstig naar voedsel zoeken.
Het landschap is ruw en moeilijk
toegankelijk. Uitsparingen in de
rotsen bieden een schuilplaats
tegen de bijtende wind en tegen
de juist in dit jaargetijde neergut
sende regen. Te voet komend
vanuit het iets noordelijker gele
gen Jeruzalem is er vervolgens
weinig inlevingsvermogen nodig
om je zo rond het jaar 7 voor
Christus volgens veel geleer
den het werkelijke geboortejaar
van Jezus te wanen.
De serene rust wordt alleen ver
stoord door het blaffen v^n hon
den, het gerinkel van geitebelle
tjes, en tegen het vallen van de
avond, wanneer je al klimmend
en klauterend Bethlehem nadert
door het zachtjes kleppen van
kerkklokken die de gelovigen uit
nodigen voor de eerste avond
mis. Wanneer dan ook de eerste
sterren zijn verschenen in dit
deel van de wereld kun je er nog
verbluffend veel zien is het
sfeerplaatje compleet. Dan kan
het lied weerklinken voor Bethle
hem, dat bizarre, nietige, veelbe
sproken en bezongen stadje.