Denksport 16 13 a a iiiiiii iii! iiiiiii a li a li iiiiiii ii llllllll in iiiiiii VRIJDAG 10 DECEMBER 1993 s* 2| II- PUZZEL SCHAKEN Klaas Steijn BRIDGE Ton Schipperheij, Nummer 49 Horizontaal: 1. volksfeest; 5. koel; 8. doopvader; 12. stan- daardmaat; 14. koorhemd; 15. vergiffenis v. zonden in de biecht; 18. groente; 19. plomp; 20. uitroep van schrik; 21. ge wicht; 22. tussenruimte; 23. in wendig orgaan; 25. girafachtig dier; 27. nagerecht; 29. insekt; 30. americium (scheik.); 31. ge zamenlijke bewoners van een land; 33. deel van een schip; 35. hinder; 37. houvast; 38. ge woonlijk; 40. grondtoon; 42. metaal; 45. pukkel; 47. kos tuum; 49. eertijds; 50. tegen; 52. lof; 53. ketting; 56. mazzel; 58. Frans lidwoord; 59. knuppel; 61. halfvloeibaar kooksel; 62. ijkmeester; 64. tocht; 65. bijbel se naam; 67. voorzetsel; 68. mislukking; 70. grafvaas; 72. strijkinstrument; 74. bijstand; 76. vermogen; 78. ik (Lat.); 80. Japans bordspel; 81. bloeiwijze; 82. bedorven; 83. schrijftafel; 86. pronkzuchtig; 88. rijgsnoer; 89. afkeuren; 90. meetkundige figuur; 91. soort stof. Verticaal: 1. euvel; 2. paard; 3. mager; 4. steun; 5. ferm; 6. strafwerktuig; 7. voorzetsel; 8. Griekse wijsgeer; 9. getijde; 10. communicatiemiddel; 11. or gelregister; 13. deel van een molecule; 14. op de manier van; 16. kroot; 17. alom; 18. as; 22. hoon; 24. gevuld; 26. wissel borgtocht; 28. verwonding; 30. koraaleiland; 32. afstandsmaat; 33. biljartstok; 34. vlinderlarve; 36. categorie; 39. leer v.h. hel dendicht; 41. vaartuig; 43. ge zet; 44. loot; 46. metselspecie; 48. monarchie; 51. fluweelach tig weefsel; 54. godin van de da geraad; 55. bleek; 57. feest; 60. stoomschip (afk.); 61. plezier; 63. strafwerktuig; 64. landelijk; 66. cijfer; 67. opbrengst; 69. meerstemmig muziekstuk; 71. per boot reizen; 73. middel; 75. soort schaatsen; 77. bergpas; 79. eiland in de Oostzee; 83. steensoort; 84. bijbelse naam; 85. voorzetsel; 87. lidwoord; 88. momenteel. Oplossingen, per briefkaart, dienen uiterlijk dinsdag a.s. in ons bezit te zijn. Indien per post wordt ingezonden, als volgt adresseren: Redactiesecretari aat, Uitgeversmaatschappij Leidsch Dagblad b.v., Postbus 54, 2300 AB Leiden. Winnaars De set potloden gaat naar LI. de Jong-De Koning, Apollolaan 476, 2324 CG Leiden (kruis woord) en naar G.v.d. Plas, Hoorneslaan 133, 22221 CL Kat wijk (cryptogram). Oplossing nummer 48 Cryptogram nummer 49 Horizontaal: 2. Bomen die hard aan komen (6); 5. Opwindende dingen voor biljarters (7); 8. Door die oproerstichter gaat het woongenot achteruit (15); 10. Verheven docent (10); 11. Lompe kaart (4); 12. Ongevaarlijk reptiel voor huis houdelijk gebruik (15); 15. Hij gaat naar de dienst in de gevangenis (6); 17. Die ren die zich snel voortbewegen (7); 18. Paar afbeeldingen vastgezet op de draai bank (10); 19. Niet meer aangeduid (7). Verticaal: 1. Druk kantoor (10); 2. Die kwasten gaan erin als koek (12); 3. Wa- - terkundige (7); 4. Twee meisjes met keel pijn (6); 6. Vertegenwoordiger van twee zaken? (11); 7. Toegeven dat mannen het in de bijbel met vrouwen doen (8); 9. Hier is plaats genoeg! (10); 13. Gebrild beest? (8); 14. Door deze kwestie niet overeind gebleven (8); 16. Prima acteur, maar steenhard! (6). Oplossing cryptogram 48 FILATELIE Kort na de troonsbestijging van koning Albert II nam de Belgi sche Post contact op met vijf kunstenaars om ontwerpen te maken voor een nieuwe reeks permanente konings-zegels. Al vrij snel lagen 25 ontwerpen klaar die daarop stuk voor stuk aan het hof werden voorgelegd. Het resultaat wordt 15 decem ber gepresenteerd. Dan ver schijnt de eerste zegel met het portret van koning Albert met rechts onderop het koninklijke monogram: een A, daarboven een kroon en tussen de poten In het vooruitzicht van de ta riefswijzigingen per 1 januari heeft de zegel een waarde van 16 frank (het nu nog geldende posttarief is 15 frank). De zegel heeft een oplage van 20 miljoen exemplaren, vijf miljoen meer dan de rouwzegel gewijd aan koning Boudewijn. Aangezien een oplage is bekendgemaakt, is het zeer de vraag of deze zegel ook model staat voor een lang lopende reeks. Het is namelijk nooit de gewoonte om van per- manente zegels oplagen bekend te maken. Met inbegrip van de rouwze- gel zijn er in de afgelopen zestig jaar 156 zegels aan koning Bou- dewijn gewijd. Dit enorme aan tal zal koning Albert nooit ha- Men. Tot nu toe verscheen zijn beeld op 20 zegels. Op 3 januari verhoogt België- enkele posttarieven. Als gevolg daarvan verschijnen twee aan- vullende waarden van de reeks 'vogels': 13 fr., huismus en 16 IV., pestvogel. De 13 fr.-zegel is ook voorafgestempeld beschik baar. Ranglijst Het Duitse postzegelmaandblad Michel Rundschau heeft ook dit jaar in zijn decembernummer een ranglijst opgenomen van de postzegeluitgiften die de diverse landen over de gehele wereld in het voorgaande jaar (in dit geval 1992) hebben gedaan. En even als voorgaande jaren hebben we een uittreksel gemaakt uit dat 242 postadministraties tellende overzicht. We noemen daarin alle landen die we, hetzij uitge breid hetzij 'In 't kort' in deze rubriek behandelen. Daarbij ge ven we de plaats aan op de ranglijst met daarachter het in 1992 uitgegeven aantal zegels en velletjes/blokjes, alsmede - en daarop is de lijst uiteindelijk gebaseerd - de cataloguswaarde in D-marken. De lijst van 1*992 ziet er als volgt uit: 41. Duitsland, 64, 165,90; 43. Portugal 47/11, 163,30; 44. Roe menië 77/14, 162,45; 45. Vere nigde Staten 123/7, 159,05; 46. Italië, 39/6, 153,20; 49. Surina me 31/3, 145,30; 54. Monaco, 38/4, 143,55; 56. Groot-Brittan- nië, 55, 135,55; 58. Zweden, 57, 130,80; 67. Frankrijk, 52/1, 117,05; 68. Nieuw-Zeeland, 56/3, 116,75; 69. Australië, 66/2, 112,30; 73. Canada, 69/2, 105,00; 75. Polen, 60/7, 104,00; 76. Griekenland, 46/1, 101,75; 77. Joegoslavië, 70/1, 101,05; 79. Eiland Man, 38/2, 98,60; 81. Hongarije, 43/3, 95,35; 84. Vati- caan, 26/1, 94,60; 93. Neder landse Antillen, 26/2, 88,20; 94. Noorwegen, 22/2, 87/20; 97. NE DERLAND, 35/2, 84,45; 98. Ier land, 38/1, 84,20; 100. België, 50, 81,75; 101 Spanje, 55/11, 80,25; 103. Finland, 36/1, 77,70; 113. San Marino, 28/1, 71,75; 115. Denemarken, 26/1, 70,30; 117. Groenland, 7, 68,70; 118. Jersey, 32/1. 66,35; 119. Zwitser land, 28, 65,80; 122. Guernsey, 42/2, 64,70; 126. Israël, 35/2, 63,30; 128. Oostenrijk, 35/1, 61,75; 137. Liechtenstein, 19/1. 54,30; 143. IJsland, 18/1, 47,90; 149. Luxemburg, 22, 43,85; 153. Faroër, 14/1, 41,15; 155. Turkije, 42, 39,65; 163. Gibraltar, 20/1, 35,80; 165. Verenigde Naties/Genève, 15, 35,45; 175. Verenigde Naties/Wenen, 16, 32,30;. 185. Aruba, 15,29,45; 186. Malta, 19, 29,25; 188. Cyprus, 20, 28,75; 192. Tsjechoslowakije, 28/1, 28,15; 194. /Mand, 10, 27,30; 201. Andorra/Frans, 12, 29,30; 204. Madeira, 13, 22,20; 205. Azoren, 13, 22.10; 210. Turks Cyprus, 21, 20,60; 213. Verenigde Naties/New York, 17, 18,60; 231. Alderney, 5, 9,10; 234. Andorra/Spaans, 6, 5,75. Nederland neemt in vergelij king met 1991 een iets gunstiger positie in (toen: 87). We vrezen echter voor 1993 een forse stij ging, want het jaarpakket 1993 is in vergelijking met dat van 1992 zeker 20 procent in prijs gestegen. a Ill i i a IR 111 a III l 111 111 01 III 10 III - p\ H III! 111 i III wf jl w i III III l S3 a a III! IT! 0 III III 01 0 I HI H s III Ondanks een overladen schaak programma, een stevige griep en politieke activiteiten in zijn vaderland, bracht Anatoli Kar- pov, de wereldkampioen van de wereldschaakbond FIDE, het Interpolistoemooi in Tilburg op zijn naam. Zonder tot spectacu lair spel te komen, maakte hij toch veel indruk. Vooral in de barrages, waarin partijen van 20' minuten met de Fischerklok werden gespeeld, bleek hij bij zonder bedreven. Uiteindelijk moesten ook in de finale barra gepartijen beslissen over de einduitslag. In de beide regulie re partijen kwam Karpóv niet door de verdediging van de jon ge Oekraïner Vassily Ivantsjoek heen. Ook in de eerste barrage partij, waarin Karpov met wit speelde, bereikte hij hoege naamd niets. Maar in de tweede barragepartij sloeg de man, die over een geweldige vechtlust beschikt, keihard toe. In de Caro-Kann koos Ivantsjoek voor een wat minder gebruikelijke vorm van de door- schuifvariant. Karpov ontrok, handig manoeuvrerend, het gif aan de witte stelling en bereikte na de 27ste zet van wit het vol gende, voor hem kansrijke, eindspel. (Zie diagram 1). De wijze waarop Karpov dit eindspel tot winst voert is knap, leerzaam en aan het slot zelfs geestig. Er volgde: 27.d4; 28. f3 Kd5; 29. La3 a5; 30. Kd3 b5; 31. b4 a4; 32. Lel Pf6; 33. Lg5 e4+; 34. £xe4 Pxe4; 35. Pxd4 Pe5+; 36. Ke3 Pg4+; 37. Kd3 Pgf2+; 38. Ke3 Pdl+; 39. Ke2 Kxd4; 40. Kxdl Pc3+; 41. Kc2 Pxa2; 42. Ld2 Kc4; 43. g4 hxg4; 44. Kb2 Pxb4; 45. h5 Pd3+; 46. Ka2 g3; 47. h6 Pe5; 48. Lf4 g2; 49. Lxe5 glD; 50. h7 b4; 51. h8D b3+; 52. Ka3 Dc5+. Wit geeft op. Hij gaat mat. Dit par tijtje in rapidtempo besliste ten slotte over een bedrag van ƒ50.000, want Karpov ging - overigens verdiend - met de hoofdprijs van 100.000 strij ken, terwijl Ivantsjoek met de helft van dat bedrag genoegen moest nemen. In het Duitse Bad Wildbad won IM Thomas Luther het kampioenschap van Duitsland. Hij behaalde in dit titeltoemooi, waarin 46 deelnemers 9 ronden Zwitsers speelden, 6,5 punt. De enige die hem kon bijhouden was GM Thomas Pahtz, maar Luther won de beslissende snel schaakpartijen. Anno 1993 wordt het kampioenschap van Duitsland beslist door twee Gelijktijdig met het toernooi om de nationale titel organi seerden de Duitsers ook de we reldkampioenschappen voor senioren, zowel voor mannen als vrouwen. Bij de mannen kwam de titel terecht bij Mark Taimanov. Hij scoorde 8,5 uit 11 en eindigde daarmee gelijk met een vier anderen. Op weer- standspunten ging de titel naar de man die in 1971 in Vancou ver door Bobby Fischer met 6-0 werd uitgeschakeld in de strijd om de wereldtitel. Taimanov, een vriendelijk man, een ver dienstelijk pianist en een sterk grootmeester, kon vanaf dat moment geen goed meer doen bij de schaakofficials in de toen malige Sovjetunie. Daarom zul len er maar weinigen zijn die hem deze 'ere'titel zullen mis gunnen. In het westen geniet Taimanov vooral faam als schrijver van enige belangrijke openingenboeken, met name over het Nimzo-Indisch en het Siciliaans. Bij de vrouwen ging de titel overtuigend naar Tatjana Zatu- lovskaja. Zij boekte 9 overwin ningen en speelde tweemaal re mise. NK COMPUTERSCHAAK In de weekeinden van 23/24 oktober en 13/14 november werd in Leiden voor de 13de keer het Nederlands kampioen schap computerschaak ver speeld. In totaal 24 program ma's streden om de titel die vo rig jaar terechtkwam bij het programma Rebel van de be kende programmeur Ed Schro der. Dit jaar nam dit program ma deel onder de naam Me- phisto Gideon en moest het met de tweede plaats genoegen nemen. Johan de Koning, die tijdens het afgelopen Aegon mens-computertoernooi met zijn programma The King als beste computer uit de strijd te voorschijn kwam, veroverde de nationale titel met de prachtige score van 10,5 uit 11. Het pro gramma Dappet van Dap Hart- mann en Peter Kouwenhoven werd met 8 punten verdienste lijk derde. Het onderlinge tref fen tussen de kampioen van vo rig jaar en de nieuwe titelhou der stond in de 4de ronde op het spel. Het werd een boeiend duel. Wit: The King Zwart: Me- phisto Gideon 1. e4 e5; 2. Pf3 Pc6; 3. d4 exd4; 4. Pxd4 Pf6; 5. Pxc6 bxc6; 6. e5 De7; 7. De2 Pd5; 8. h4. Ge woonlijk wordt hier met 8. c4 voortgezet. De tekstzet is echter niet onbekend en kwam onder andere voor in de partij Van der Wiel - Timman, Amsterdam 1987. 8.f6; 9. c4 La6; 10. Th3 fxe5; 11. Ta3 Pb4. Tot zover identiek aan genoemde partij. Blijkbaar maakten deze zetten deel uit van het openingenboek van het computerprogramma en is het vanaf nu aangewezen op eigen kracht. 12. Tc3.Het door Van der Wiel gespeelde 12. Pc3 ziet er heel wat gezonder uit. 12.e4; 13. Dg4 Pd3+; 14. Lxd3 exd3+; 15. Le3 Df7. Dreigt 16. Lb4. 16. a3 Ld6; 17. Pd2 0-0; 18. 0-0-0 Le5; 19. Txd3. Computers worden vaak verwe ten sterk materialistisch te den ken. Opmerkelijk is in deze par tij dat wit zich geenszins haastte de pion terug te winnen. 19. d5; 20. Lc5 Tfe8; 21. Tf3 Lc8; 22. Dg5 Lf6; 23. Dg3 h5. Een ty pische computerzet. Een men selijk wezen zou waarschijnlijk nooit - op de gedachte komen om in deze situatie moedwillig de eigen koningsstelling zo te verzwakken. 24. Ld4 Kh7; 25. Lxf6 gxf6; 26. Tc3 Tg8; 27. Dd3 Kh8; 28. cxd5 cxd5; 29. Pb3 Tb8; 30. De3 Txg2; 31. Dxa7 Tb7; 32. Da8 Dg8; 33. Pc5. (Zie diagram 2) Wit ziet kans af te wikkelen naar een gunstig eind spel dat hij korrekt tot winst voert. 33. Tgl; 34. Td3 Tb6; 35. Dxd5 Txdl+; 36. Txdl Lg4; 37. Dxg8+ Kxg8; 38. Td3 Kf7; 39. b4 Tb8; 40. f3 Lf5; 41. Td5 Kg6; 42. Kd2 Te8; 43. a4 Tb8; 44. Td4 Te8; 45. a5 Ta8; 46. a6 Te8; 47. b5 Te5; 48. Tc4 Te8; 49. Pe4 Ld7; 50. Pc3 Td8; 51. Td4 Kf7; 52. Td3 f5; 53. a7 f4; 54. a8D. Zwart geeft op. NIEUWE OPGAVE De nu volgende eindspelstudie stamt uit 1906 en werd gecom poneerd door de Tsjech Woi- tech Kosjek (1861 - 1936). (Zie diagram 3). De beidewitte stukken blijken uitstekend sa men te werken. DAMMEN Onlangs las ik in een bekend voetbalweekblad een aardig in terview met Geert Meyer. Voor niet-ingewijden vertel ik er maar even bij dat Meyer als snelle linksbuiten ooit speeldë voor DWS, FC Amsterdam, Ajax, Bristol City en NAC. Tegenwoordig is Geert Meyer assistent-trainer bij Willem van Flanegem In dit vraaggesprek trekt Meyer een aardige parallel tussen Van Hanegem en twee topdammers. Ik citeer: ,,Hij (Van Hanegem dus) is te verge lijken met een dammer als Sij- brands of Wiersma, die mis schien wel twintig zetten voor uit kan denken. Een dammer die vijftien zetten vooruit kan denken, verliest het altijd van die gasten. Zij staan op eenza me hoogte." Dat Meyer verwijst naar het damspel verbaast mij overigens niet. Al in 1978 was hij een even onverwacht als aandachtig toe schouwer bij de demonstraties die Ton Sijbrands gaf tijdens de tweekamp Wiersma-Clerc. Met de vergelijking Van Hanegem/Sijbrands/Wiersma kan ik het tot op zekere hoogte eens zijn. De conclusie die hij trekt met betrekking tot het in meer of mindere mate 'vooruit denken' deel ik zeker niet. Het is frappant hoe vaak niet- dammers het begrip 'vooruit denken' vertalen in het winnen (of verliezen) van een dampar- tij. Het kunnen maken van diepgaande en vaak ingewikkel de berekeningen in een dam- stelling is absoluut geen garan tie voor een optimaal resultaat. En gelukkig maar, want het zou een wel erg eenzijdig beeld van de damsport opleveren. Het toeval wil dat uw damredacteur het kort geleden in de wedstrijd DCIJ-ADG moest opnemen te gen Ton Sijbrands. De oud-we reldkampioen beschikt nog al tijd over een reeks geniale dam- kwaliteiten, waarvan het door gronden en berekenen van stel lingen zeker deel uitmaken. Op papier ben je als tegen stander kansloos, in de praktijk valt dat soms erg mee. Om die reden toon ik in graag mijn par tij inclusief enkele 111! s ill 111! f! S in in ,i d> UJI Ill ill! in a 111 - - Diagram 2 opmerkingen. WIT: T. SIJBRANDS (ADG); ZWART: T. DE HAAS (DCIJ). Partij: 1. 32-28 19-23 2. 28x19 14x23 3. 37-32 10-14 4. 41-37 16-21 5. 33-28 13-19 6. 35-30 8-13 7. 31-27 20-24 8. 27x16 24x35. Er zijn nog maar weinig partijen gespeeld in deze ope ning en tactisch gezien was ik daarom tevreden met deze gang van zaken. 9. 38-33 15-20 10. 46-41 5-10. Lang heb ik getwij feld over 18-22 maar na 36-31 13-18 31-26 9-13 34-29 23x34 40x29 vertrouwde ik de zwarte stelling niet langer en dus: 11. 33-29 10-15 12. 39-33 20-24 13. 29x20 15x24 14. 34-29 23x34 15. 40x20 14x25. Tegen over de randschijven 25 en 35 staat enig tempovoordeel en dat zal in het verdere verloop alleen maar toenemen. 16. 45-40 2-8 17. 40-34 9-14 18. 42-38 4-10 19. 43-39 17-22. Ook volgens mijn tegenstander het juiste rpoment om de zwarte vleugel te ontwikkelen. 20. 28x17 11-22 21. 32-28 12-17 22. 47-42 7-11 23. 16x7 1x12 24. 37-32 22-27 25. 32x21 17x26 26. 41-37 19- 23 27. 28x19 14x23 (zie dia gram 1). Tot dusver heeft wit niets bereikt. Daar waren we het na afloop beiden over eens. 28. 37-32. De eerste speldeprik en tevens het moment waarop blijkt dat een speler als Sij brands inderdaad dieper rekent. Pas nu zag ik dat de combinatie 36-31 en 44-40 in de stelling ge vlochten is. 28. 3-9. Volgens Sijbrands levert de ruil 23-28 vrijwel zeker een punt op, het geen ik met het oog op de zwar te randschijven juist betwijfel de, maar de witspeler heeft in- De leukste spellen komen vaal voor op de wekelijkse club-B avond maar die spellen wordeim even vaak heel snel vergetend Tenzij er na afloop een discus-v sie ontstaat. In het volgendjg spel bij voorbeeld had het enj paar 4Ha gemaakt, terwijl hel-, nevenpaar dat had down ge-J speeld. 'Ja, wij zijn met troef ge start en dan is het niet te mal- ken', meldde een der spelerp trots. 'Geen probleem', zei dei geen die de tien slagen aan dL andere tafel had veilig gesteld 'dan maak ik het ook'. Dat leidlc de tot een gratis rondje nament de eerste spreker. Dit was he|] spel: B54 V 9 AH63 ti H 10 6 N A B 9 7 972 t *83 A 6 5 w TT* 0 B10 8 3 t. 1082 k 32 10 6 Zuid opende na driemaal pas lHa, noord 2K1, zuid 2Ru er,, noord 4Ha. West startte met K1V voor dummy's aas. RuV volgdei West nam RuA en speelde troel na, maar het was te laat. Zuid nam in de hand, gevolgd dooi RuH, ruiten getroefd, K1H, kla veren getroefd en nog een rui ten getroefd; tien slagen. Tegen hetzelfde biedverloop vond west aan de andere tafe de goede troefstart en daarmee leek zuids lot bezegeld. In de praktijk ging het ook mis. Zuic nam in de hand en speelde eer kleine ruiten, voor noord; vrouw. Ruiten terug was vooi 10, heer en aas, waarna wes weer troef speelde. Zuid kor nog maar een ruiten troeven eri ging down. Ziet u zuids fout? t Diezelfde avond diende zichj nog een interessant spel aan er opnieuw werd pas na afloop d&-i gemaakte fout bespeurd: r Oost k A V 8 5 West opende ISch en oost bood meteen 4Sch. Noord kwam uitj^ met K19, dummy K110, zuid K1V. j Hoe gaat u als west te werk? j In het eerste spel moet zuicH zich afvragen wie RuA heeft.'1 Dat is uiteraard west; dummy's;} RuV immers won de slag en die- zou oost, indien mogelijk, zeker j hebben genomen. Als zuid met ruiten van tafel vervolgt (oostjj Rul0).moet hij in de hand dan ook klein spelen-, de heer valtj j toch ten prooi aan wests aas en heeft dus geen zin. Oost speeltj j troef na; zuid neemt, troeft een ruiten en ziet tot zijn genoegen1 RuA vallen, waarna RuH goed ia.-1 voor de tiende slag. Diagram 1 derdaad gelijk. 29. 42-37 18-22 30. 48-42 22-27 31. 32x21 26x17 32. 38-32 13-18 33. 33- 28 9-14 34. 28x19 14x23 35. 39- 33 17-21. Om de aanval 33-28 tijdelijk af te remmen via 21-27. 36. 42-38 10-14 37. 36-31 8- 13 38. 33-28 13-19 39. 31-27 12-17. Met wederzijds nog zo'n drie minuten bedenktijd zag ik nog wel dat 21-26 38-33 en ver volgens de tempi uitspelen ver liest voor zwart en daarom de tekstzet met de daaropvolgende afwikkeling: 40. 27x16 18-22 41. 38-32 22-27 42. 32x12 23/41 (zie diagram 2). 43. 12-7 6-1 lü Deze zet heeft Sijbrands, zo bleek achteraf, geheel over zien. 44. 7-1 gedw. 41-47 45. 16x7 47x45 46. 44-39. Ook in tijdnood zal een speler als Sij brands zich niet bezondigen aan 7-2? 19-24 2x30 25x34 1x40 met winst voor zwart. 46.19- 23 47. 39-33. De stelling is nu remise na 25-30 want op 7-2 volgt 30-34 en op 1-6 komt sim pel 23-29 33x24 en 45x1. 47. 14-19?? Met nog luttele secon den te gaan is de blunder een feit. 48. 7-2. Zwart heeft nu geen goed tempo, want ook op 23-28 volgt 2x30 28x39 en 30-34 met winst. 48.25-30 49. 1x25 19-24 50. 2x30 35x24 51. 33-28 45-18 52. 25-39 18-31 53. 39- 44 31-36 54. 28-23 36-13. Een overbodige zet in een toch al verloren eindspel vanaf de zet 48. 7-2. Er volgde uiteraard nog 55. 23-19 en ik gaf mij gewon nen. Een voor zwart teleurstel lende afloop van een partij waarin de remise voor het opra pen lag. Zonder vijftien zetten 'vooruit te denken'. In het tweede spel nam west K1V met het aas. Hij sneed op SchH, mis, en kreeg harten Hij nam HaA, trok nog eenmaal troef en speelde ruiten. Noord kwam aan slag, speelde klaveren en NZ maakten nog twee slagen in die kleur; één down. West had dat kunnen voorko men door de eerste slag aan Kl\ te laten. Hij moet zich afvragen wie K1H heeft. Noord kwam uit met K19; een hoge kaart, geen plaatje dus. Dat betekent dat zuid ook K1H heeft en als west hem K1V laat houden kan hij geen klaveren naspelen zonder dat dat een slag kost. Zuid speelt bijvoorbeeld har ten. West neemt, snijdt op SchH, neemt de teruggespeelde harten, trekt de troeven speelt ruiten. Het verschil is dat hij nu nog K1A heeft als opvang, waarna op dummy's hoge rui ten de verliezende klaveren ver dwijnt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 28