nterklaas pakt uit, leest, luistert, vouwt en 'popt-up'
Zwoerd op fontadent, schreunen met regenfagilet
Prietpraat verplettert mogelijk waarachtige tragiek
J Boeken
Matheson kiest voor
makkelijke oplossing
Liefhebber als biograaf
van Christiaan Huygens
Geen woord teveel
1DAC 2 DECEMBER 1993
23
JEUGDBOEKEN
IE CASPER MARKESTEIJN
de sprookjes met vier mini-
pups en cassette. Uitgeverij
54,90. Bah naar bed! door
g 45 iiller. Uitgeverij Zirkoon,
a overlpp aaLs,e keuzen door Francois
dnpnHo Stanneke Wagenaar.
uuenae Castermarii 22,50. Ik wil
1 De mooiste verhalen over
samenstelling: Saskia Lefe-
a Meijnen en Petra Waaijer.
0-1 q qn Novella. Origami - Dieren
y Dominique Simon en Oli-
o/-, na, vertaling Josephine Rui-
r,Uitgeverij Gottmer, 19,90.
>-19 30i)aai we' verrassend als
e zak komt en uitgepakt
sprankelende sprookjes.
-15.00 ui Grietje, Doornroosje,
00-20 QSter 0n Rooc^caPje in
ikje, popup en op cas-
uitsluit elkaar in één verpak-
tar wat heet duur in de-
een ruirrp van geldverslindende
erspelletjes en merk-
(n^ geluidscassette
e niet onaangename,
15.15-1 getinte stem van Hilde
rert kan overigens af-
jjk gekocht worden; dat
f 16,50.
Extra be;
titgave als deze had zich
ethoofdt eens geleend voor an-
h f/ookjes dan de eindeloos
j6r 00 ^de vier. De verminking
Dr de ernstige reductie
.1, valt nu des te harder
"der blijft het als afgeleide
n gewoon boek vreselijk
Ike bladzij een verrassing
opengeslagen wordt met
:isje van de heks of het
vi'smed van Doornroosje. Lipjes
int afwd'l'en zorgen v00r n°g
za 4/i£ven in de brouwerij. Kij-
nendidoen, lezen, voorlezen,
'r een gen: alles kan. Niet alleen
alsujjk Voor de ouders, maar
voor moeilijke lezers
ief, ma? tekst integraal kunnen
zen.
naar bed! is, na haar Pot-
en Kom op!, het nieuwe
ch 7/l4nboek (met uitroepteken)
s echtjj
leven v
Sfeuwe Revu
i pbutanten-
0 2<Hjs onzeker
0, 18;
1#
IN LETTY STAM
:t zijn Yada of De nacht
13.30 het feest won Arthur
lÉtiolf Singheler de Nieuwe
im-debutantenprijs. De
.denaar is daarmee de
'do wjste en misschien ook
TurnJteen laatste schrijver^
i deze onderscheiding in*
go [wacht sleepte. Want het
6, 2 lfiog onzeker of het week-
5.' id en uitgeverij Streng-
13.^1t haar nog eens uitrei-
iel
an^pe twee schreven in de
en zpdentenspecial van Nieu-
an StjE Revu een wedstrijd uit
'°bmjor jonge schrijvers die
niet eerder hebben ge-
De prijs was het
hijdkken van het winnende
ianuscript bij Mammoet,
jn imprint van Strengholt.
distrfe journalisten Wim Spij-
>rs en Petra Geel, dective-
hrijver Jan Willem van de
etering en uitgever Tanja
nsen lazen zich door zo'n
)0 manuscripten heen.
Pola
Strengholt benaderde
is en het leek ons wel een
uk idee", vertelt juiylid en
ieuwe Revu-stafredacteur
rijkers. ,,Het was niet zo
at we dachten ook eens
'at bij te moeten dragen
an het literaire klimaat,
at leverde heel aardige re-
cties op maar we moeten
kijken of we de debu-
gaan continu-
LONren. Daarover zijn we nog
ali gesprek met de uitge-
07
Ook Strengholt weet nog
riet of het een traditie wil
1.3(inaken van de debutanten-
)rijs. „We willen natuurlijk
mizet maken met het
)oek", aldus een woord
voerster van de uitgeverij.
0V,We hopen op succes en
1 Siandacht. Maar het lijkt wel
iPOfcri lezend Nederland niet zo
cit te wachten op jonge, de-
'q^uterende schrijvers
van Virginia Miller. Voor de jon
ge gelovige in Sint een mooi ca
deau met een nieuw, herken
baar verhaal over de kleine beer
Bartolomeus die niet naar bed
wil. 'Nah' is telkens zijn reactie
op het aandringen van vader
Eduard die zijn zoon Ba noemt.
Tot Eduard het zat wordt en 'Ba
naar bed!' dondert. Zelfs daar
weet Ba het slapen gaan nog uit
te stellen tot hij van vermoeid
heid in slaap valt. Centraal punt
in de warme tekeningen is na
tuurlijk het bed van Ba.
Een heel fraai vormgegeven,
bijzonder boek is De Laatste
Reuzen van Frangois Place. Het
houdt het midden tussen een
prentenboek, een strip en een
zwaar geïllustreerd verhaal. Op
de linkerpagina telkens de tekst
in een mooi blok, rechts de
prachtige, geaquarelleerde, fijne
tekeningen in een dun kader.
Terecht staat in het colofon de
naam van de grafisch vormge
ver Jean Lagarrigue opvallend
genoemd.
Aan taalgebruik als; 'Ik begon
aan een soort tweetalige dictio
naire en kende elke constellatie
de bijbehorende muzikale frase
toe', valt af te lezen dat het boek
niet voor jonge kinderen be
doeld is. Ook het verhaal is
meer afgestemd op de oudere
lezer. De koop van een reuzen-
kies is voor Archibald Leopold
Ruthmore aanleiding in sep
tember 1849 op expeditie te
gaan naar het land der Reuzen.
Dat vindt hij inderdaad en tien
maanden lang heeft hij daar
een onvergetelijk mooie tijd.
Zijn ontdekking, openbaarma
king en publikatie betekenen
tevens het einde van de vijf
Reuzen en vier Reuzinnen. Zijn
eerzucht werd hen noodlottig.
Voor alle paardenliefhebbers,
van jong tot oud, is Ik wil een
paard! (met uitroepteken) een
dankbaar cadeau. Vijftien, ook
Sinterklaas en zijn helpers kunnen nog snel naar de boekhandel. Er is van alles te koop. Voor jong en oud.
kwalitatief, uiteenlopende ver
halen waarin paarden een
(hoofd)rol spelen, geschreven
door evenveel en zeker zo diver
se auteurs. Elisabeth Keesing,
Saartje Burgerhart, Jos Ruting,
Simon Carmiggelt en Joost
Nuissl doen onder meer mee.
Emmy-award 'winnaar' Sjoerd
Kuyper bewijst met het mooie
verhaal 'De ogen van het paard'
ook hier zijn kwaliteiten.
Voor beginnende en gevor
derde knutselaars is het nieuwe
Gottmer-prentenboek Origami
- Dieren van Papier een absolu
te aanrader. Dominique Simon
en Olivier Massina hebben in
deze door Josephine Ruitenberg
vertaalde full-colour uitgave
vijftien dierenplaten gebundeld.
De uitscheurbare pagina's zijn
op de achterzijde voorzien van
vouwlijnen. In volgorde van
moeilijkheidsgraad ontstaan al
knutselend driedimensionale
plaatjes van beschermde dier
soorten als de Afrikaanse oli
fant, de reuzenpanda, het vo
gelbekdier, de Indische neus
hoorn, de koningsarend en de
bultrugwalvis.
Wie alle dieren vorm heeft ge-
Klaas en Santa Claus boekentips:
LEIDEN LETTY STAM
Aftershave, hobbylijm, sokken
of een stropdas. Voor gulle ge
vers die een dergelijke verlang
lijst kregen toebedeeld een tip
oVéf 'ëëri böék Vol'tips. Bladen
maker Rob van Vuure (Viva,
Margriet, Libelle en Avenue)
schreef Voor de man die alles
heeft samen met journaliste Ju
liette Berkhout. De twee komen
onder meer met suggesties als
zes weken afwasvrij, een biljart-
les van Raymond Ceulemans of
een cd volgezongen door de
kinderen (Het Spectrum,
17,50).
Hij moest op de fanfare en de
padvinderij. Terwijl zijn ouders
boven hun avondgebed baden,
zat hij nog met lange tanden
achter zijn bord met koude
spruiten. Allemaal nare herin
neringen van Jack Spijkerman
waarover hij heel vermakelijk
vertelt in Spijkerwerk (Nijgh
Van Ditmar, 17,50). Al even
vrolijk vertelt hij hoe hij tegen
woordig zijn ouders pest want
'er komt een moment dat je ze
kunt terugpakken.'
Het boek bevat een selectie
uit zijn theaterprogramma's
met ondermeer zijn onzinzin-
nen. Volgens Spijkerman moet
je nooit iets schreunen met de
regenfagilet. „Want dan krijg je
zwoerd op het fontadant, en
dan kruipt het." Boeren, bur
gers, buitenlui en politici: ze
krijgen allemaal een snier. Spij
kerman eindigt het boek heel
Onspijkermans met 'Zonder
woorden', een ingehouden tekst
over geloof, hoop en liefde.
Wie al jaren op zoek is naar
een neuspeuterautomaat, een
nonfumeur of een achterom-
kijkbril kan terecht bij Bert Wit
te. Hij schreef Meesterlijke maar
mooi nutteloze machines (Het
Spectrum, 14,90) verluchtigd
met tekeningen voor de doe-
het-zelvers. Voor stevige wijn
drinkers annex knutselaars ver
scheen Kreatief met kurk Kur-
susboek (Harmonie, 30,00)
van Peter van de Pood en Ellen
B. (Arjan Nederveen en Tosca
Niterink). Het duo (teo en tea
dus) opent een wereld van on
gekende mogelijkheden met dat
cylindervormig stukje puur na
tuur.
Caberatier en tekstschrijver
Jacques Klöters verzamelde
liedjes uit zijn jeugd in In die
grote stad Zaltbommel, liedjes
van school, club en kamp (Nijgh
WWNtf££RG£V£fv/ -zJL NOO £EMT
e.£N GeztU-IG BLysytu
Van Ditmar, 24,90)De zeer
handzame bundel heeft een re
gister met de vermoedelijke au
teurs en de vindplaatsen van de
liedjes. Hugo Brandt Corstius is
een schrijver met vele gezichten
en al even zovele pseudonie
men. Een aantal van zijn co-
lums zijn nu gebundeld: Talis-
maniaPiet Grijs' Schuld en
Boete, Letterkunst door Battus
en Onbewolkt van Maaike Hel
der (Querido, ƒ25,00 per deel).
Op Katendrecht bezocht een
kater
het spreekuur van zijn psy
chiater.
'Ik heb', zo sprak het dier be
schroomd,
'weer van de ruitjesmuis ge
droomd.
Hij droeg op alle drie zijn
koppen
een groene pet met paarse
noppen,
en aan het puntje van zijn
staart
had hij een rode suikertaart.'
...'Wat?', riep de dokter toen,
'een rode?
Dat heb ik hem nou zó verbo
den!'
Deze geplaagde kater komt
voor in Lachen in een Leeuw, de
verzamelde gedichten van Kees
Stip (Bert Bakker, 45,00). Dick
Welsink verzorgde de bundel.
Het boek is verschenen ter ere
van de tachtigste verjaardag van
deze grootmeester van het light
verse. Melissa Miller maakte het
mysterieuze en ongrijpbare
huisdier tot onderwerp van haar
De enige echte i.q.-test voor u en
uw kat (A.W. Bruna, 9,90)4. Of
het beest alleen maar domweg
voor zich uitstaart danwel in
diep filosofisch gepeins is ver
zonken en of baas en poes wel
bij elkaar passen, het boek be
looft antwoord op al deze vra
gen. Met vier i.q.-tests voor kat
en eigenaar.
Niet voor taalpuristen is het
boekje Faxen, faxte, gefaxt van
drs Corriejanne Timmers (Auc
tor, 14,95). De auteur behan
delt de juiste spelling en vervoe
ging van ruim 700 aan het En
gels ontleende werkwoorden.
Het is niet meer dan een rit
misch werkende spier maar dit
kloppend orgaan groeide uit tot
het symbool voor leven en lief
de. In Uit het hart gegrepen ver
zamelde dr. G.T. Haneveld ge
zegdes, verhalen en gebruiken
rond het hart (Kosmos-Z&K,
17,90).
Gooien, smijten en soes blij
ken nog een betekenis te heb
ben zo blijkt uit Motortaai, zak
woordenboek voor de motorrij
der van Freek Andriesse en
Hans Meulenbroek (Thoth,
25,00). Bij de eerste twee woor
den wacht de 'biker' tot het al
lerlaatste moment om zijn voer
tuig de bocht in te sturen. 'Soes'
is kort voor Suzuki.
Oma, waanzin, de nachtmis,
schaatsen, een engel, een trein
en een lift komen aan de orde
in Kerstverhalen (Spectrum,
9,90) met daarin bijdragen van
onder meer Paul de Leeuw, Fay
Weldon, Alexander Solzjenitsyn
en Patricia Highsmith.
Gerard Reve helpt gulle ge
vers die het liefst anoniem ope
reren met zijn Een stille vriend
(Rainbow Pockets, 12,00). Met
een mooi gedicht en fraai pa
pier in de brievenbus laten glij
den en klaar zijn Sint, Piet of
Santa Claus. Meer uitgevers ko
men met goedkope (heruitga
ven. Zo verscheen bij voorbeeld
Humeuren en temperamenten
(Arbeiderspers, 15,00), een en
cyclopedie van het gevoel waar
in Gerrit Komrij begrippen be
schrijft als schildersverdriet,
aanstellerij en inertie. Een ver
haaltje voor het slapen gaan en
met een brede grijns nestelt de
lezer zich in Morpheus' armen.
Peter van Straaten is zeer toe
passelijk gezelschap voor de
donkere dagen na kerst. Van
hem verschenen Lijf Leed,
Kunst Cultuur en Huwelijk
Relatie (Van Gennep, 12,50
per deel). De boekjes staan vol
menselijk getob met vrienden,
dokters, kunstenaars, gelieven
en het leven in het algemeen in
Van Straatens bekende, wat ra
felige tekenstijl. In één, hooguit
twee zinnen verwoorden zijn
stuntelende types haarscherp
de situatie. Prachtig lees- en
kijkvoer om een grauwe winter
dag mee te doorbreken.
RECENSIE KOOS POST
Richard C. Matheson, 'De huurling',
Uitg. Meulenhoff, 34,50.
„Om vanuit Los Angeles naar
Palm Springs te komen smeer
de je okselfris onder je armen,
gooide je autotank vol met zijn
favoriete drank en probeerde
voor een uur of drie in trance
te gaan. In de maand juni was
de rit een marteling die de
mensen de wens ingaf om
kleine, weerloze kindertjes in
het gezicht te stompen, alleen
omdat ze de euvele moed had
den om een ijsje te vragen."
Zomaar een citaat uit 'De
huurling' van de auteur Ri
chard C. Matheson. Tekenend
voor de stijl van schrijven. Met
(te) vaak overtrokken beelden
wordt de geschiedenis verteld
van een Amerikaanse televisie
maker. De man gebruikt alles
wat een mens maar aan
slechtheid en wansmaak kan
bedenken om zijn serie tot een
succes te maken. Zijn gecre
ëerde huurmoordenaar wordt
een weergaloze tv-held. De
kijkcijfers lopen op tot verplet
terende hoogten. En dat in een
land als Amerika, waar de tele
visie geheel wordt geterrori
seerd door die kijkcijfers. Maar
het wrede geweld van de
huurling blijft niet beperkt tot
het beeldscherm. In het we
reldje rondom hem heen ziet
de bejubelde schrijver-produ
cent soortgelijke gruweldaden
opduiken. Matheson breidt er
ten slotte wel een punt aan
(het alter ego van de televisie
maker - ineens het creatuur
genoemd - ligt zelfs rustig op
de bank te snurken), maar ik
vind dat een toch wel erg ge
makkelijke oplossing. Als je
buiten de grenzen van het na
tuurlijke gaat, is er uiteraard
voor elk probleem een oplos
sing te bedenken. Dan is
overal een mouw aan te pas
sen. Een bevredigend - of nog
beter een verrassend - slot be
denken, vraagt meer fantasie.
Maar dan blijf je niet met een
kater zitten.
ARCHIEFFOTO LOEK ZUYDERDUIN
geven, houdt een informatief
boekwerkje over met gegevens
over levenswijze, uiterlijk, voe
ding, gedrag en de wijze waarop
de betreffende dieren zich
voortplanten. De drukfout die
helaas in de vouwplaat van de
reuzenpanda is geslopen, kan
met behulp van het bijgesloten
inlegvel gemakkelijk worden ge
corrigeerd.
RECENSIE «BERT KUIPERS
'Titan kan niet slapen' Een biografie van
Christiaan Huygens door C.D. Andriesse.
Contact Prijs: fl 65,00.
Van een van de belangrijkste
erflaters van onze beschaving,
Christiaan Huygens (1629-
1695), niet te verwarren met
zijn vader, de letterkundige en
diplomaat Constantijn Huy
gens, is in Nederland nooit een
biografie verschenen. Dat is
merkwaardig want er zijn tallo
ze binnen- en buitenlandse pu-
blikaties waaronder ook enkele
biografieën, waarin op het emi
nente belang van Huygens'
werk voor de wis- en natuur
kunde wordt gewezen. In die
leemte is voorzien door C.D.
Andriesse, natuurkundige en
deeltijd hoogleraar in de ener
giefysica aan de Rijksuniversi
teit in Utrecht.
De mooie literair aandoende
titel van deze biografie 'Titan
kan niet slapen' verraadt al dat
de auteur niet alleen op zijn be-
ta-capaciteiten heeft geleund, al
beheerst hij hier en daar niet al
le letterkundige finesses die no
dig zijn voor het schrijven van
een wetenschappelijk accepta
bele biografie. Bovendien ver
oorlooft hij zich een aantal vrij
heden die bij de beoefening van
het genre discutabel zijn. Zo
geeft Andriesse bijvoorbeeld toe
dat hij een fase in Huygens' le
ven iets nauwkeuriger beschrijft
dan dat de bronnen het toela
ten. Een andere keer interpre
teert hij de zaken wat al te
voortvarend of legt hij verban
den die arbitrair en op z'n minst
anachronistisch aandoen (bv.
de verwijzing in de vorm van
een wat gezochte 'spiegeling'
naar Schopenhauers definitie
van 'genie' en de zijsprong naar
de relativiteitstheorie van Albert
Einstein). Voorts steekt An
driesse zijn emoties aangaande
de schoonheid van een formule
of redenering niet onder stoelen
of banken. En ook de losse en
geïsoleerde zinsneden als 'De
vraag of Titan zich moest haas
ten' ed., de perspectiefwisseling
van 'we' naar 'ik' en de nogal
bescheiden uitgevallen biblio
grafie wijzen erop dat Andriesse
meer liefhebber dan historicus
is en niet echt met letterkundige
discipline schrijft.
Maar die bezwaren vallen in
het niet als de lezer eenmaal
oog heeft gekregen voor Huy
gens' ontdekkingen die hier via
een toch zeer aimabele aanpak
in stijl en vorm, en door grote
betrokkenheid van de auteur le
vendig en boeiend tot hem ko
men. Wat Andriesse bijzonder
goed weet te verduidelijken is
dat Christiaan Huygens leefde
in een tijdperk waarin empiris
me en rationalisme in de na
tuurkunde tegenover elkaar
stonden. Huygens die niet al
leen verstand had van wiskunde
maar ook van slingeruurwer
ken, astronomie, lenzen slijpen,
muziek, botsingstheorie en op
tiek, is een van de eerste geleer
den die een tussenpositie in die
richtingenstrijd inneemt. Hoe
wel in meerdere opzichten kind
van zijn tijd, is hij toch een van
de eerste moderne geleerden,
die zag dat empirische kennis
zonder samenhangend theore
tisch raamwerk weinig beteke
nis had. Hij is een van de eer
sten die kennis formaliseert
door middel van afgeleide fo£;
mules. Niet zonder emotie wijst
Andriesse op het moment wan
neer dat gebeurt. Dat is treffend
voor deze biografie.
De grote verdienste van de
biograaf is bovendien dat hij
zelfs de lezer die niet over een
wiskundeknobbel beschikt, in
staat stelt om Huygens' theore
tische verrichtingen min of
meer te volgen. Maar wie daar
geen puf in heeft kan ze ook
overslaan zonder dat er gaten
ontstaan in de levensbeschrij
ving. Die beginnen pas te vallen
als Andriesse daarmee in een
gevorderd stadium is beland en
er geen materiaal is op basis
waarvan hij Huygens' latere prt1
véleven verder kan ontrafelen,
Dan steekt ook weer dat specu
latieve de kop op. Het is echter
opnieuw, de betrokkenheid
waarmee deze gelegenheidsbio^
graaf zich redt. Ontroerend be
schrijft Andriesse het ouder
worden van de man met wie hij
sympathiseert. Dat culmineert
in de mooie en eenvoudige slot
zin van deze toch zeer aan
vaardbare biografie: 'Vrijdag 8
juli 1695 slaapt hij voor altijd
Eerst de feiten: hij zit elke
dag
achter zijn raam, een man
van 79,
met een kast vol korsetten
die in geen wind meer bol
len.
Dan, het verhaal: hij zwaait
naar ons als naar zeilschepen
die er niet zijn. Ten slotte
het gedicht: wat hij altijd
weer ziet: haar niet.
De dichter Wim Brands is in
een nieuwe bundel onder
meer op zoek naar de gren
zen van de poëzie. Daarmee
is hij niet de eerste. Elke
dichter zal wel eens proberen
het uiteindelijke gedicht over
poëzie te schrijven. Brands
hanteert hier de afbraakme
thode, vanuit een beetje ver
dachte aanleiding, een stukje
reality-tv over een oude, een
zame man. Eerst de feiten,
dan het verhaal, ten slótte
het gedicht. Geen woofd te
veel in dit gedicht.
uit: Wim Brands, 'Hoger
dan de dakgoot', Uitgeverij
LJ. Veen, Amsterdam/Ant
werpen, 24,90,
3UI RECENSIE ROB VOOREN
^4hur Rudolf Singheler, Yada of De nacht
j A het feest, Uitgeverij Mammoet, 29,90.
fat een boek genietbaar maakt,
ndl vaak ondoorgrondelijk. Her
kenbaarheid van situaties, per-
en gevoelens kan een
°"borwaarde zijn, maar daarmee
red je het niet als schrij-
r, ër. Je moet ook het talent heb-
l^jen om bij de lezer die gevoe-
Ens op te roepen, die je wilt op-
[)epen. Een roman vol tragiek
is niet per definitie een geslaag
de roman. Een tragische roman
is pas een succes, als met een
minimum aan middelen een
maximaal effect wordt bereikt.
In de roman 'Yada' (Russisch
voor ongeveer "Ja, ik ben het")
maakt de Leidse schrijver Ar
thur Rudolf Singheler (1963)
een maximaal gebruik van
woorden om de tragiek van de
jonge Cas Simeone te beschrij
ven. We maken kennis met een
zestal Titaantjes, jonge, halve
kunstenaars, vier jongens en
twee meisjes, die aanvankelijk
een schijnbaar hechte eenheid
zijn. Men vormt een popgroepje
en komt geregeld bijeen. Dat is
het wel, wat de actie in dit boek
betreft. Voor het overige is het
gevuld met verhaaltjes, anecdo
tes, invallen en herinneringen,
die het stel onderling uitwisselt.
Daaruit en uit de talloze dialo
gen vernemen we dat de relatie
tussen Kish en Liza stuk loopt
door toedoen van Roelf; dat
Cas, diep gefrustreerd door een,
naar eigen waarneming te klein
geslachtsdeel, vergeefs zichzelf
zoekt; dat de psyche van Cas'
vriendin Rachel na zijn zelf
moord in het ongerede raakt; en
dat Wolf, die af en toe optreedt
als ik-verteller, een veilige posi
tie inneemt aan de rand van het
praatgezelschap.
Dat er weinig gebeurt in
'Yada', is niet zo erg. Wel dat de
lezer in dat mini-wereldje al
gauw het spoor bijster raakt
door al die jeugdige praat- en
vertelzucht en door de romanti
sche onzin der tragiekjes. Dat
een jongeman last heeft van een
te kleine penis, vooruit, een
metafoor voor zijn algehele on
zekerheid, daar kan menige le
zer inkomen. Dat hij daarom
zelfmoord pleegt, dat roept
geen begrip op, maar schouder
ophalen. De stroom van priet
praat, zelfonderzoek, verzinsels
en filosofietjes waaraan de jon
gelui zich overgeven, verpletter
en de mogelijk waarachtige tra
giek van Cas, reduceren zijn
minderwaardigheidscomplex
tot nul.
Ongetwijfeld heeft de auteur
met zijn vele vertellinkjes Cas
zijn eenzaamheid proberen te
benadrukken, te illustreren.
Zoals in alle kunstvormen,
schaadt hier de overdaad. Het
gegeven verzuipt in woorden en
een minimaal effect is het ge
volg. Singheler is welzeker een
talentvol debutant, gezien de
aardige structuur van zijn ro
man en zijn beheersing van de
Nederlandse taal. Zijn welbe
spraaktheid is echter ook zijn
gebrek. Met minder gelul was
Yada's tragiek aanzienlijk ingrij
pender overgekomen. Om Cas
treurt niemand.