mmm U y/ii® Rubberen Robbie: nog één keer en dan nooit meer Drie Oktober aH^ILanCE Jarig op 3 oktober Helemaal uit Groningen komen ze, om te vragen of-ie soms aan de bar een biertje staat te happen. Nog steeds vallen fans de Hut van Ome Henne, daar waar Rubberen Robbie die drank achterover sloeg, binnen en stellen die ene, maar o zo klemmende vraag: Kan Rubberen Robbie nog wat voor ons zingen? En het telefoonnummer van de manager dat ooit op de drie elpees stond vermeld, wordt nog wekelijks gedraaid. Rubberen Rob bie, de Monthy Python-achtige creatie van een stel Leidse glippers, is al tien jaar monddood, maar er zijn nog weinigen die hem zijn vergeten. Erger: pubers kennen de refreinen van buiten en zingen de teksten uit volle borst mee. Hoezo, uit het leven ge- De aanbidders van die typische Leidse ongein komen nog een keer aan hun trekken. Rubberen Robbie, zet nog een keer zijn duikbril op en bazelt op 1 okto ber in de Groenoordhallen (en niet in de Stadsgeetigehoorzaal) de onzin, waarin de Leidenaar zichzelf soms herkent. Niet dan? „Meteen stuk in m'n reet stort ik van de Blauwpoortsbrug, met een noodgang in de ha ven, de drek zit op m 'n rug" De man die leefde voor de drank komt nog een keer tot le ven om daarna definitief te wor den begraven. Na talloze ver zoeken zijn Erwin van Prehn, Cees Bergman, Aart Mol, Geert Jan Hessing en Elmer Veerhoff, de mannen die Rubberen Rob bie creëerden, dan eindelijk overstag gegaan. Steevast was het antwoord ontkennend als aanhangers om de wederop standing van de anti—held vroegen. „Omdat", zegt Aart Mol, spreekbuis van het vijftal dat ook successen vierde als Cata pult, „we er een punt achter hadden gezet. We leden aan metaalmoeheid en het werd een soort sleur. Dan moet het over zijn en moet je er niet meer aan beginnen." Waarom dan toch de man van stal gehaald, die de jaren zeventig en tachtig verluchtigde met de meest bizarre ongein, waarin een voorname plaats voor drank was ingeruimd? „Glaassieop, lekkerzuipe, want al die lege glazen, daar is niemand bij gebaat. Mol: „Er zijn twee redenen. We zijn tien jaar geleden ge stopt met Rubberen Robbie. De tijd heeft het in feite opgelost om hem weer van stal te halen. Een tweede aanleiding is de honderdste viering van drie ok tober. Op verzoek van de 3-Oc- tober Vereeniging zijn we over stag gegaan." Wie denkt dat Rubberen Rob bie aan zijn tweede leven gaat beginnen, komt bedrogen uit. Mol: „Het is echt de enige keer. Dan is het zand er over en nooit meer." Teenybopperband Rubberen Robbie zag het le venslicht in 1978. Van Prehn, Bergman, Mol, Hessing en Veerhoff waren verzameld in Catapult en die groep zorgde voor een redelijk besmeerde bo terham. Catapult was een typi sche teenybopperband waarvan er in de jaren zeventig wel meer waren. Zoals The Sweet, de En gelse equivalent. Catapult was ondergebracht bij de platen maatschappij van Willem van Kooten, alias Joost den Draaijer. Inderdaad, de discjockey die via zee (Veronica en Radio Noord zee) voet aan vaste wal (Radio 3, toen nog Hilversum 3) zette en zich opwerkte tot platenprodu cent. Die Van Kooten had een ideetje. Hij wilde een Neder landse uitvoering van Plastic Bertrand, de Fransman die des- Mol, serieus: „Maar het was niet zo dat er alleen maar drank in het spel was. Anders kun je dat leven toch niet volhouden. tijds met 'C'a plane pour moi' We deden er nog allerlei dingen een hitje had. De jongens i Catapult, altijd in voor een gein tje voelden er wel wat voor. Plastic Bertrand, Plastic Ber- tje, werd omgesmolten tot Rub beren Robbie. Mol: „Een mooie alliteratie toch?" 'C'a plane pour moi' werd (bijzonder) vrij ver taald in 'Geef mij maar drank'. Mol: „Het was puur bedoeld als naast. En het was allemaal niet zo simpel. We deden er soms wel weken over om een leuke tekst te verzinnen. Want we wil den er altijd wel een clou in hebben. Zoals in 'Twee mobiele ogen'. Toen lieten we een tover fee opdraven, die iedereen een huis bezorgde. De realiteit is natuurlijk anders en daarom aardigheidje,' ais een eenmalig lieten we Robbie op het laatst iets." Maar Catapult had de zeggen: „Ja, daaag, dat geloof je grootste lol om 'de andere ik', toch zeker zelfniet, hèèè." Mol: „We hebben krom gelegen Later begon Robbie zelfs een om die B-kant van die eerste boodschap verkondigen: plaat vol te krijgen. Dat v op zondagmorgen, op de heenweg naar de studio, met een enorme kater." De B-kant werd 'Zuipen' en vreemd genoeg werd die kant het meest gedraaid. Mol: „Hil versum 3 had een discjockey die helemaal gek van ons was. Hugo van Gelderen, hij werkte voor de TROS. Je zou toch zeg gen dat zo'n omroep niet op zulke teksten zit te wachten, maar Van Gelderen draaide on ze platen. En ook Felix Meur- ders van de VARA." Later maak te Rubberen Robbie furore in de Amsterdamse kraakbeweging. 'Twee mobiele ogen', het lied waarin Robbie het opneemt voor de krakers, werd gepromo veerd tot 'volkslied' van de kraakbeweging. „Ze kunnen nou wel zeggen dat het beter gaat maar morgen staan er weer honderd op straat" „Kijk opa,, er staat Lekkerkerk op die vaten Ja jongen, ze motte toch ergens de vuiligheid kwijt Gooi het maar in zee allemaal Rubberen Robbie besteeg de populariteitsladder en de heren van Catapult vonden het prach tig. En ook Willem van Kooten, de initiatiefnemer. Mol: „Van Kooten is gek op taal. Wij ook en het Leids leent zich uitste kend voor deze ongein. Leids is prachtig. En de humor ligt hier op straat." Rubberen Robbie: „He, he, u kunt nu vrijwillig het pand daar hebbie de melkboer verlaten zo niet, dan zullen wij tot ont ruiming moeten overgaan. Robbie: Daaaag, ze hadden jou in de opruiming motte zette komp ons maar halen. Rubberen Robbie mocht blij ven. Hij werd door Catapult ge promoveerd tot de man, die de liter dingen recht he juhh, geef mijn 'ei melk ik sterf van de dorst Melkboer, in Katwijks dialect: Dorst? Jij Dorst? 't Zal wel nadorst betaal eerst je rekening maar 'es, zuiperd Robbie: Ja daaag ik heb de mocht zeggen. Een alter-ego van de bandleden, waarachter ze zich konden verschuilen. Ie mand die zoop, knokte, vreemdging, huizen kraakte en kon afgeven op de wet. Iemand ook bij wie (uiteraard) alles fout kon gaan. Drank was in eerste instantie de grootste inspiratiebron. Mol: „Zo ging het gewoon in die tijd. We kwamen veel in de kroeg, in de Spijkerbak en de Hut van Ome Henne, en we hoorden van alles. Natuurlijk was er bij ons ook drank bij. En we dron ken ook wel eens te veel. Maar er moest er altijd eentje nuchter blijven om de teksten op te schrijven. Dat gebeurde op een bierviltje." „Marie, waarom hebbie me bedrogen? Marie, waarom hebbie dat ge daan? kom weer bij mijn dan zal ik echt wat minder zuipen alleen maar bier en die cognakkies laat ik raap geldpest niet hoor (.Jweet je wat een biertje kost tegenwoordig Nee, da's weinig Als je een keer naar de kroeg Op de bühne werd Rubberen Robbie uitgedragen door Dries van der Laan, oud-zanger van Axis Purple. In die groep speel den Aart Mol. Geert Jan Hessing en Erwin van Prehn. Van der Laan was in het dagelijks leven leraar en moest zich terugtrek ken toen Robbie successen vier de. Toen moesten de bedenkers er zelf aan of ze schoven ande- Zoals Willem Ankoné, uitba ter van de Hut van Ome Henne. De kroeg die als een rode draad door het leven van Rubberen Robbie loopt. Mol: „Een toeval lige samenloop van omstandig heden. Hij begon z'n kroeg op hetzelfde moment dat wij met Rubberen Robbie begonnen. Hoe hij aan die naam kwam? Tsja, in die tijd was 'Bonken in die Hutte, die Hut van Ome Henne' een soort uitdrukking. Wat dat te betekenen heeft, mag jezelf verzinnen. Ankoné heeft daar de Hut van Ome Henne van gebruikt. We komen er nog steeds. Pas nog bij het 15-jarigjubileum." Waar de populariteit van Rubberen Robbie steeg, ver minderde het succes van Cata pult. De 'Nederlandse Sterre stralen overal' betekende een landelijke doorbraak met Rub beren Robbie. Het vormde een reden om het met Catapult voor gezien te houden. Mol: „Dat za gen we al aankomen. Op de Ra dio draaiden ze onze platen niet meer en de teenybopperrage was een beetje over." Alternatief We schrijven de beginjaren tachtig. Mol en zijn collega-mu zikanten hadden op dat mo ment al een alternatief voor handen. Liedjes schrijven voor anderen. Mol: „Dat zat er eige- lijk al heel vroeg in. Toen we als jonge jongens een flat in de Arendshorst (Merenwijk) had den gekraakt al. Na een optre den sjouwden we de apparatuur naar boven en maar opnemen. Op deze plaats wil ik de buur vrouw nog hartelijk bedanken dat ze geen punt heeft gemaakt voor de overlast." Catapult was inmiddels ge transformeerd tot The Monoto nes, een groep die de studio niet uitkwam. Mol: „Met The DE HERINNERING Herinneringen aan 3 oktober heeft iedereen die zich betrokken voelt bij het grote Leidse feest. Maar naast de festiviteiten die van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat worden georganiseerd, worden er op die dag ook verjaardagen gevierd. Door mij bij voorbeeld. Dit jaar voor de 45e keer. Ik wil graag wat schrijven over mijn herinneringen die ik heb aan mijn verjaardagen: wat te denken van een klein meisje van nauwelijks 4 of 5 jaar oud, dat de deuren langsgaat en tegen een ieder zegt: dag mevrouw, ik ben jarig vandaag. Het gevolg laat zich raden. Beladen met kwartjes en guldens voor de ker mis kwam ik weer thuis. Of de herinnering aan mijn zesde verjaardag. Met mijn ou ders, broers en zus ging ik naar de binnenstad om de optocht te zien. Ook toen was het al moeilijk om die binnenstad te be reiken, dus gingen we per tram. Mijn moeder kocht de kaartjes en dacht: als mijn dochtertje nu maar niets zegt, dan hoef ik niet voor haar te betalen (destijds moest je een geldig plaatsbe wijs hebben als je zes jaar was). Maar ik was zo blij dat ik ein delijk ook een echt tramkaartje zou krijgen, dat ik meteen te gen de conducteur zei, dat ik die dag 6 jaar was geworden. Mijn moeder schaamde zich dood, het kaartje moest gekocht worden. Altijd vrij van school zijn op je verjaardag. Niet leuk als je nog jong bent en wilt trakteren. Wat een verademing was het toen ik in Wassenaar op school zat, dat dacht ik althans. Want al mijn vriendinnen en vrienden vierden feest en ik moest ge woon naar school. En of dat al niet genoeg was ben ik later ook nog getrouwd met een Leidse politieman die dus iedere keer op mijn verjaar dagvan 's morgens vroeg tot 's avonds laat aan het werk is. Ach, één ding heb ik er aan overgehouden: mijn bijnaam: 'Ons hutspotkind'. Monique la Rivière-Dankmeijer Nassaulaan 44, OegstgeesL Monotones wilden we de heren discjockeys op Radio 3 een hak zetten. De platen van Catapult daaiden ze niet, maar die van The Monotones wel. Hadden we ze toch mooi bij de neus. want we hadden twee top-tien hits." Maar Rubberen Robbie bleef Rubberen Robbie. Mol: „Het was niet alleen in de omgeving van Leiden een succes. Ook in Appelscha vonden ze het hart stikke leuk. Vooral na een paar biertjes. Dan vinden ze stevige muziek met een beetje ongein prachtig." Hij genoot van het succes, en schreeuwde soms zinnige, maar meestal onzinnige teksten uit. Robbie mocht veel zeggen. „Juli ben je nog bij het Ar beidsbureau geweest dan Ja, gisternacht om het lood run liet dakafte halen toch weer een paar meier in m 'n knip" Mol: „Maar we konden hem niet alles laten zeggen. We lie ten 'm eens wat zingen over die mooie paarse heide. Mooi dat we telefoontjes kregen van een of andere natuurbeweging. Sommige dingen liggen heel erg gevoelig. We hebben ooit een clip gemaakt van de 'Vuilezee- ballade' op het strand van Kat wijk. Daar komt een scene in voor waarin Opa (Geert Jan Hessing) in een rolstoel zit. Hadden we een rolstoel geleend van een gehandicapte. Die vond het prachtig, maar toen we aan het filmen waren kregen we nogal veel opmerkingen naar ons hoofd. Dat we zoiets durf den. Kijk, Rubberen Robbie mocht niet kwetsen. Als hij iets zegt over die hoge heren in Den Haag die dat allemaal zelf maar 'es moeten betalen' mag dat weer wel. Want dat is toch de waarheid, hahaha." Nog eenmaal komt Rubberen Robbie tot leven. Nog eenmaal wordt het publiek herinnerd „aan die spannende tijd". Mol: „Joh, het was toch prachtig met al die piraterij op televisie en ra dio. De PTV zond in Leiden al onze clips uit, die we zelf had den gemaakt." Juhzie jij die Neuteboom nog wel eens Die van de delicatesse? Nee, van de RCD Oh, die. Ssssst Ze repeteren al vanaf augus tus. En net als toen liggen ze krom van het lachen en hehben ze moeite om nummers niet te spelen, gewoon omdat er te veel zijn. Er is een verschil: ze maken nu gebruik van hypermoderne apparatuur in een studio in Rijnsaterwoude. Catmusic, de productiefirma van Mol en zijn collega's, bedient vanuit de pol der artiesten van allerlei pluimage van hits. Een zeer kleine greep: André Hazes, An dre van Duin en Koos Albers. Twintig jaar lang spelen ze al met elkaar. Mol: „Dat is uniek. Neem maar een willekeurige groep in Nederland. Wie is er langer bij elkaar dan wij? Dat komt omdat we goede, finan ciële afspraken hebben ge maakt. Daar gaan de meesten aan kapot. We zijn een hechte groep, die een stootje kan velen. Muziekmaken heeft wel iets van voetbal. Vorig jaar kregen we Feyenoord in de studio voor de opname van 'We houden van die club'. Die gasten lagen net uit de Europa Cup, na de neder laag tegen Monaco. Als je zag hoe die jongens als groep met elkaar omgingen en het verlies verwerkten. Prachtig." Tussen de bedrijven oefenen ze voor hel eenmalige optreden op 1 oktober. Mol wil er niet te veel over kwijt: „Om de span ning er in te houden. De duik bril van Robbie, de aanwezig heid van Ome Henk en het spe len van De Ambulance zijn een zekerheidje." Iedere avond bal, knokken tot in de hal 'k heb een looie pijp voor het geval" Daarna zwijgt Rubberen Rob bie als het graf. Mol: „We wor den nu al gek gebeld of we sonr nog een keer optreden. Het i' daarna echt voorbij." Ook niet stiekem erge drie oktober? Mol: „Uitgeslo op drie oktober, drie als i i bal (als oktober dan zijn i een bal) van 's ochtends vroeg tor 'avonds laat de kroegen in en uit de maag vol peen en ui en een goeie bui het is maar eens per jaar dus neem er nog een paar en als je niet meer eten kan drink dan maar (hebben we gelachen op de dag voor dierendag). Catapult alias Rubberen Robbie. Vlnr Geert Jan Hessing, Erwin van Prehn, Cees Bergman, Aart Mol en Elmer Veerhoff.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 15