Nieuwe kansen voor vakbonden
Feiten &Meningen
Familievete bedreigt Benazir
Bhutto's verkiezingskansen
Hoogte topinkomens niet door prestaties gerechtvaardigd
peze Wiooi
,„MAAK JIJ 6AAT
DONDERDAG 9 SEPTEMBER 1993
Als voorstellen commissie Buurmeijer worden doorgevoerd
i
Wild en ondoordacht. Vernietigend. De reacties van de
vakcentrales logen er niet om toen Flip Buurmeijer en de
zijnen hun langverwachte rapport over de sociale zeker
heid presenteerden. Hun voorstellen liegen er dan ook
niet om: afschaffing van de Ziektewet, een nieuwe in
greep in de WAO en strenger toezicht bij de WW.
HAARLEM SJAAK SMAKMAN
Of de angst van de bonden wer
kelijkheid wordt, is nog afwach
ten. Want hoewel het rapport
het fiat heeft van alle negen
commissieleden van evenzovele
politieke partijen - een vrijwel
unieke eensgezindheid - bleek
uit de officiële reacties van de
politieke partijen dat er toch
wel de nodige vraagtekens zijn.
Toen GAK-topman De Jong
Buurmeijer dinsdagavond tij
dens een receptie aanschoot,
verzuchtte de PvdA'er dan ook
dat het nog wel minstens vijf
jaar zal duren voordat de plan
nen werkelijkheid zullen wor
den.
Op de analyse van de commis
sie valt weinig af te dingen. Het
kernprobleem in de sociale ze
kerheid, zo benadrukt het rap
port nog eens, is het afwentelen
van individuele lasten op de ge
meenschap. Het klassieke voor
beeld is het gebruik van de
WAO als smeermiddel bij ont
slagen. De WAO in plaats van
de WW was voor zowel werkge
ver als werknemer individueel
voordelig - voor de werkgever
omdat de sanering dan zonder
veel tegenwerking verliep, voor
de werknemer omdat hij tot zijn
pensioen een mooie uitkering
kreeg - maar voor de gemeen
schap als geheel een kostbare
zaak. Die moest tot in lengte
van jaren via een (veel te) hoge
WAO-premie meebetalen aan al
die afslankingen.
In de maatregelen die de com
missie voorstelt staat daarom
steeds de gedachte centraal dat
aan dat afwentelen een einde
moet komen. Bij de WW is de
afwenteling beperkt: geen werk
nemer belandt graag in de WW
omdat na verloop van tijd de
bijstand wacht. Hoogte en duur
van de uitkeringen kunnen
daarom wat de commissie be
treft gelijk blijven, al moet de
werkloze beter op zijn sollicita
tieverplichting worden gewe-
Dat de Ziektewet verdwijnt,
klinkt dramatischer dan het is.
Volgens de Ziektewet,moet de
werkgever gedurendé een half
jaar tenminste zeventig procent
salaris uitkeren. In de meeste
CAO's, waaronder driekwart
van de werknemers valt, geldt al
sinds jaar en dag dat netto hon
derd procent wordt uitgekeerd.
Als de overheid zich beperkt tot
de verplichting dat een werkge
ver anderhalf jaar tenminste het
minimumloon moet uitkeren,
zal er in de praktijk dus niet veel
veranderen. Dat is ook niet zo
nodig, want bij het ziektever
zuim worden al de nodige
maatregelen tegen het afwente
len genomen.
Het dagje-vrij-op-kosten-van-
de-baas lijkt door de invoering
van wachtdagen of het inleve
ren van vakantiedagen zijn
langste tijd te hebben gehad.
Via de differentiatie van de ziek
tewetpremie worden werkge
vers aangespoord om te zorgen
voor goede arbeidsomstandig
heden.
Bij de afwentelregeling bij uit
stek, de WAO, wil de commissie
het al te snel afvloeien naar de
WAO voorkomen. Net als in
België mag iemand van Buur
meijer pas recht op WAO krij
gen als hij (vrijwel) volledig ar
beidsongeschikt is. Wie nog
voor meer dan eenderde ar
beidsgeschikt is, kan in principe
niet worden ontslagen: zijn baas
moet maar ander werk voor
hem zoeken.
Het klinkt heldhaftig, maar er
rijzen wel twéé vragen. De eer
ste is hoe dat te rijmen valt met
de tegenwoordig breed aange
hangen gedachte dat het ont
slagrecht versoepeld moet wor
den omdat werkgevers makke
lijker iemand aannemen als ze
ook makkelijk weer van hem af
kunnen. De tweede vraag is of
je een werkgever kunt verplich
ten desnoods werk voor een ge-
deeltelijkarbeidsongeschikte
werknemer te creëren waaraan
de werkgever eigenlijk helemaal
geen behoefte heeft. Zelfs als de
rechters daar straks 'ja' op zeg
gen, dan nog is het natuurlijk
maar uitstel van executie. Een
keer raden wie er bovenaan de
lijst staan als er ontslagen moe
ten vallen. En die werknemers
met-vlekje kunnen het natuur
lijk verder wel vergeten om ooit
nog aan de slag te komen. Uit
eindelijk wacht hen een bestaan
op bijstandsniveau.
Steeds weer stelt de commissie
dat werkgevers en werknemers
meer onderling moeten regelen.
De commissie veronderstelt
daarmee dat anno 1993 de Ne
derlandse werknemer een mon
dige. zelfbewuste en assertieve
persoon is, die uitstekend in
staat is öm voor zijn belangen
op te komen. Voor anderhalf
miljoen werkende mannen en
vrouwen - het kwart van de be
roepsbevolking dat niet onder
een CAO valt - is te hopen dat
dat beeld klopt.
Zij moeten straks in hun ar
beidscontracten individueel re
gelingen zien te treffen voor
aanvullingen op bijvoorbeeld de
Ziektewet, WYV- en WAO-uitke-
ringen, want de commissie wil
CAO-bepalingen over de werk
nemersverzekeringen niet meer
algemeen verbindend verklaren.
De hoogopgeleiden met een
sterke onderhandelingspositie
zal dat nog wel lukken, maar
geldt dat ook voor de lager op
geleide die met nog dertig an
deren heeft gesolliciteerd?
De vakcentrales hebben het
niet-algemeen verbindend ver
klaren fel bekritiseerd, omdat
het de sociale-rechtspositie van
de toch al zwakkere werkne
mers aantast. Maar dat is maar
één kant van het verhaal. De
andere kant is dat het daardoor
voor werknemers weer aantrek
kelijker wordt om zich aan te
sluiten bij de vakbeweging. De
paradox van de door de vakbe
weging hartelijk gesteunde uit
bouw van de verzorgingsstaat is
altijd geweest dat ze daarmee
haar eigen positie ondergroef.
De werknemers hadden immers
de bond niet (meer) nodig om
dat verzekeringen tegen ziekte,
werkloosheid en arbeidsonge
schiktheid al goeddeels door de
overheid werden geregeld.
Met de voorstellen van de com-
missie-Buurmeijer wordt het
belang van een (goede) CAO
weer groter dan het lange tijd is
geweest. En die tienduizenden
werknemers met een vlekje zul
len de hulp van een goed (vak-
bonds)jurist straks hard nodig
hebben om niet in de WW en
vervolgens in de bijstand te be
landen.
Na de WAO-maatregelen van
begin dit jaar speelde de FNV
even met de gedachte om zelf
een WAO-bijverzekering op te
zetten voor haar leden en zo
mede het lidmaatschap aan
trekkelijker te maken. Uiteinde
lijk is dat niet gebeurd, maar als
de centrales het signaal van de
commissie-Buurmeijer oppik
ken, wacht de vakbeweging nog
gouden tijden.
KARACHI TIM MCGIRK
THE INDEPENDENT
De enige die kan voorkomen
dat Benazir Bhutto volgende
maand de verkiezingen wint en
de volgende premier van Pakis
tan wordt, is haar kleine broer
tje. Er broeit een bittere familie
vete die mevrouw Bhutto opzet
tegen haar broer Murtaza, die
na 16 jaar ballingschap naar
huis wil komen, hoewel hij
wordt gezocht voor moord en
kaping.
De uitkomst van deze ruzie zal
beslissen wie de dochter of
de zoon de geschikte opvol
ger is van Zulfikar Ali Bhutto, de
charismatische populist die in
1977 werd afgezet als premier
en twee jaar later door de gene
raals werd opgehangen. Tot nu
toe is het estafettestokje onbe
twist naar Benazir gegaan.
De nu 40-jarige Bhutto is een
vrouw met een sterke wil die
het na haar vaders dood in
Pakistan heeft volgehouden. Na
vier jaar gevangenis en vervol
gens ballingschap in het buiten
land, kwam ze in 1988 terug en
raapte ze de stukjes bijeen van
de Pakistaanse Volkspartij
(PPP), die door de massale ar
restaties tijdens het militaire re
gime uit elkaar was gevallen.
Datzelfde jaar leidde ze haar
partij naar de overwinning, en
het idee was dat ze dat volgende
maand opnieuw zou doen.
Haar belangrijkste opponent,
Nawaz Sharif, de voormalige
premier, heeft de steun verloren
van de streng religieuze partijen
die hem in 1990 aan de over
winning hebben geholpen. Zijn
eigen Pakistaanse Moslim Liga
is door meningsverschillen uit
eengevallen.
Maar de broer van Bhutto is ko
men opdagen. In een islami
tische, door mannen gedomi
neerde samenleving als die van
Pakistan is het gewoonlijk de
zoon die automatisch de erfenis
krijgt. Dit heeft betrekking op
land, geld en het politieke appa
raat. „Hij loopt als zijn vader en
praat net als hij. De gelijkenis is
ongelooflijk", aldus een journa
list die hem onlangs heeft ge
zien.
Sindh
Murtaza Bhutto heeft journalis
ten telefonisch vanuit de Syri
sche hoofdstad Damascus ver
teld dat hij van plan is als onaf
hankelijk kandidaat mee te din
gen naar zeven nationale parle
mentszetels en 17 provincieze
tels in Sindh, het traditionele
leengoed van de Bhutto's. Op
de vraag waarom hij het op
neemt tegen de partij van zijn
zuster antwoordde hij: ..Ik ben
het oneens met alle partijen die
in Pakistan bestaan en ik wil
niet worden geassocieerd met
de tactische stappen die de PPP
heeft genomen."
Om dit familiedrama nog inge
wikkelder te maken, heeft de in
vloedrijke weduwe van Zulfikar,
Nusrat, eerder deze maand aan
gekondigd dat ze haar zoon in
zijn verkiezingscampagne zal
helpen, hoewel ze voorzitter is
van de partij van haar dochter
Benazir. En in een actie die zo
wel praktisch als symbolisch
van belang is, heeft Nusrat
Bhutto haar woningen in Kara
chi en haar verblijf in de hofste
de in Larkana, in Sindh, waar
het campagneteam van Benazir
Bhutto zetelt, ter beschikking
gesteld aan het team van Mur-
Terwijl de verkiezingen dichter
bij komen proberen verbijsterde
partijleden erachter te komen
waarom Nusrat Bhutto haar
dochter niet meer steun geeft.
Volgens sommigen wil ze dat
haar enig in leven zijnde zoon
(haar andere zoon, Shanawaz, is
in 1985 vermoord) in Pakistan
wordt gerehabiliteerd en dat de
beschuldigingen van terrorisme
tegen hem worden ingetrokken.
Volgens anderen is het ook een
afweermanoeuvre tegen de
groeiende invloed van Asif
Zardari, Bhutto's echtgenoot,
die met zijn handlangers alle
topposities in de partij vervult.
„Murtaza kan voor, tijdens of na
de verkiezingen terugkomen.
Hij kan ieder moment komen",
aldus zijn woordvoerder in Ka
rachi, Subak Majeed. Als dat ge
beurt, zal Bhutto waarschijnlijk
worden gearresteerd en naar de
gevangenis worden overge
bracht. Deze week heeft pre
mier Qureshi dat nog eens be
vestigd.
Wraakacties
Het is niet bekend of hij op
borgtocht zal worden vrijgela
ten om campagne te kunnen
voeren. Er zijn ten minste 12
aanklachten tegen hem, die va
riëren van moord tot luchtpira-
terij. De feiten dateren van het
begin van de jaren tachtig, toen
hij de leider was van de terroris
tische organisatie Al-Zulfikar,
die wraakacties uitvoerde tegen
de Pakistaanse generaals voor
het vermoorden van zijn vader.
Bhutto zorgde ervoor dat een
paar jonge partijgetrouwen wer
den opgeleid door het pro-Sov
jet-regime in Kabul, maar het is
niet duidelijk hoeveel zeggen
schap hij had over deze heet
hoofden, die naar Pakistan te
rugkeerden, een paar terroristi
sche blunders begingen en wer
den opgepakt en gedood. De
generaals gebruikten Al-Zulfikar
als het schrikbeeld om meer
dan 20.000 mensen te arreste
ren, de meesten aanhangers
van Benazir Bhutto.
Van broer en zus is Benazir de
meer pragmatische en degene
met het meeste politiek vernuft.
Zij verstaat de kunst van com
promissen sluiten. Murtaza is
impulsiever. Terwijl Benazir
koos voor burgerlijk protest
toen haar vader werd opgehan
gen, besloot Murtaza, die toen
26 jaar was en literatuur stu
deerde in Oxford, de wapens op
te nemen tegen het machtige
Benazir Bhutto gaf
begin deze maand in
Attock het startsein
voor haar verkiezings
campagne. FOTO REU
TER MUZAMMIL PASHA
Pakistaanse leger.Als tiener",
schreef het Pakistaanse tijd
schrift Newsline onlangs, „zette
Murtaza Bhutto een tent op in
de achtertuin en speelde hij Che
Guevara met zijn jongere broer,
Shanawaz. Door de dood van
zijn vader veranderden deze
politiek geladen kinderspelletjes
in harde realiteit."
Benazir Bhutto heeft geen com
mentaar gegeven op de mogelij
ke terugkeer van haar broer, al
leen dat het een privé-zaak is
voor de familie. Maar Murtaza
heeft zijn zuster en hun partij
getrouwen ervan beschuldigd
het gerucht te verspreiden dat
zijn terugkeer wordt georgani
seerd door de machtige inlich
tingendiensten van het land.
„Het is een complete misvat
ting, die voorkomt uit (hun)
angst en verwarring."
Een hoge functionaris van de
PPP, Salman Taseer, beweerde
dat de belangrijkste rivaal van
Benazir Bhutto, ex-premier
Sharif, en haar vijanden binnen
de militaire gevestigde orde
„Murtaza willen gebruiken om
de PPP een extremistisch imago
te geven en vervolgens willen ze
dat hij een scheuring veroor
zaakt in de partij".
VERTALING: LUUTJE NIEMANTSVERDRIET
WIM STEVENHAGEN
AMSTERDAM ANS BOUWMANS
In de jaren tachtig zijn in Nederland de
armen een beetje armer geworden en de
rijken veel rijker, zegt professor N. Wil-
terdink. De socioloog bekeek de inko
mensontwikkeling in de westerse wereld
met een 'maatschappelijke blik' en zag
hoe het nivelleringsproces rond 1980
omsloeg, van almaar minder naar meer
versphil in inkomen. Gisteren sprak hij
over zijn bevindingen, in zijn inaugurele
rede als hoogleraar aan de Universiteit
van Utrecht.
Macht. Wilterdink heeft maar één woord
nodig om te verklaren hoe het komt dat
dè nivelleringstrend in de westerse we
reld 10 15 jaar geleden omsloeg. „Het
bedrijfsleven is sinds die tijd steeds in-
ternationaler geworden. Daardoor is dat
zelfde bedrijfsleven minder afhankelijk
geworden van nationale overheden en
vakbonden." Het bedrijfsleven werd
machtiger, kon druk uitoefenen, kon en
kan dreigen te vertrekken. En dus veran
derden de trends.
In Nederland zijn de inkomensverschil
len pas vapaf 1983 zichtbaar toegeno
men, aldus Wilterdink. Hij concludeert
dat uit een onderzoek dat hij verrichtte
naar inkomensverhoudingen in Neder
land en de westerse wereld. „Het be
steedbaar inkomen van de 'onderste' 20
procent van Nederland is in de jaren
tachtig nominaal gelijk gebleven, wat op
een reële daling van zo n 10 procent
neerkomt. De rijkste 20 procent zag haar
besteedbaar inkomen in dat decennium
juist stijgen, met reëel 12,5 procent."
Illustratief is de verdubbeling van het
aantal Nederlandse miljonairs. Van
23.000 in 1980 naar ruim 51.000 in 1990.
Zou er niets in de inkomensverhoudin
gen zijn veranderd, dan had Nederland
nu 'slechts' 39.000 miljonairs geteld,
heeft hij uitgerekend. Desondanks is de
ongelijkheid in ons land relatief gema
tigd. In de Verenigde Staten of Groot-
Brittannië heeft het denivelleringsproces
veel harder toegeslagen.
Wilterdink verldaart de omslag in het ni
velleringsproces door veranderde
machtsverhoudingen. Dat de inkomens
verschillen na de Eerste Wereldoorlog
steeds kleiner werden, hangt volgens
hem samen met de industriële expansie.
tie. „Ondernemingen konden zich los
maken van landen. Werden onafhanke
lijker van regelingen op nationaal ni
veau. Dat betekende een machtsver
schuiving ten gunste van ondernemers
en kapitaalbezitters. Dat manifesteerde
zich in inkomensverschillen."
Aan deze ontwikkeling komt nog lang
geen eind. De internationalisering is niet
te stoppen. Bedrijven verplaatsen tegen
woordig niet alleen produktievestigin-
gen, maar ook administratie-afdelingen
of ontwikkelingslaboratoria naar landen
waar hetzelfde werk voor minder geld
kan worden verricht. Wilterdink ver
wacht dat de groei in inkomensverschil-
Een economische noodzaak
tot denivellering is er niet
Arbeiders met name geschoolde
waren een schaars goed. Ze konden ei
sen stellen. Produktie en consumptie
hadden zo ongeveer plaats per land,
waardoor ook de overheid een belangrij
ke rol speelde. „Je zou kunnen zeggen
dat er een grote onderlinge afhankelijk
heid was binnen de verschillende sta
ten."
Eind jaren zeventig en begin jaren tach
tig zijn de effecten zichtbaar geworden
van de 'internationalisering' van het be
drijfsleven. Door bijvoorbeeld telecom
municatie en betere transportmogelijk
heden ontstond een wereldmarkt, met
internationale concurrentie en produk-
len nog een tijd zal aanhouden. „Het be
drijfsleven blijft druk uitoefenen om de
arbeidskosten laagte houden."
De invloed van de overheid op de inko
mensontwikkeling is beperkt. De telkens
terugkerende discussies in het kabinet
en de kamer over de inkomens zijn voor
een deel schijngesprekken. „Men wekt
de illusie dat men het in de hand heeft,
alsof de ontwikkeling van de inkomens
te plannen is. Maar de feitelijke ontwik
kelingen onttrekken zich aan de plannen
van de overheid." De overheid heeft wel
invloed op de hoogte van de uitkeringen
en minimumlonen. „Maar op de ontwik
keling van de hogere inkomens heeft zij
geen enkele greep."
Omdat de inkomensverhoudingen in
Nederland nog steeds relatief gelijk zijn,
wordt daaraan het argument ontleend
de verschillen groter te maken, signaleert
Wilterdink. Door minister van economi
sche zaken Andriessen bijvoorbeeld, die
onlangs constateerde dat de afstand tus
sen de verschillende inkomensgroepen
in Nederland geringer is dan elders. Hij
concludeerde dat de inkomensverschil
len dus niet kleiner moeten worden.
„Een economische noodzaak tot deni
vellering is er niet. Als je wil verklaren
wat de overheid doet, dan zie je dat ze
rekening houdt met de machtsverschui
vingen in de samenleving. Als het be
drijfsleven meer macht krijgt, meer druk
kan uitoefenen, zal de politiek er meer
naar luisteren. De trend is dat de verzor
gingsstaat een stapje terug doet onder
druk van het bedrijfsleven."
In het bedrijfsleven zelf is volgens Wilter
dink inmiddels een topklasse ontstaan
van managers die zichzelf riante salaris
sen toebedelen. „Het blijkt dat salarissen
op directieniveau sterk zijn toegenomen
bij middelgrote en grote ondernemin
gen, van gemiddeld 158.000 gulden be
gin jaren tachtig tot gemiddeld 265.000
in 1992." De hoogte van die inkomens
wordt niet door de prestaties gerecht
vaardigd en staat in schrille tegenspraak
tot de loonmatiging waarvoor het be
drijfsleven ijvert. „Omdat de overheid de
morele verantwoordelijkheid heeft te
streven naar een rechtvaardige inko
mensverdeling, zou ze zich daar eens op
moeten richten."