'Natuurlijk' en 'hergebruik' scoren C A: volop ruimte voor eigen fantasie Leven en wonen Zorgen voor morgen Droge mond WAAN DAG 6 SEPTEMBER 1993ia Posters richtlijn bij keuze kleding Het is voor de consument niet altijd gemakkelijk uit het to tale aanbod van kleding in een modewarenhuis die kleding stukken te kiezen, die samen een modieuze garderobe ople veren. Om deze lacune op te vullen, introduceerde C A on langs in al haar filialen een nieuwe presentatietechniek. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van zogenaamde focus- points, grote fotoposters, die een duidelijk beeld geven van een bepaald modethema. Rond deze posters zijn de kleding stukken gegroepeerd, die in dat modethema passen. Al naar gelang de wisselingen in het modebeeld, worden de focus- points in de loop van het seizoen aangepast. TUIN SPREEKUUR Meubelprijzen 1993 Uitgereikt Gilets mogen deze winter in geen enkelE garderobe ontbreken Bij de toekenning van de prij zen valt op dat 'hergebruik' en 'natuurlijk' momenteel hoge ogen gooien. Zo ging de onder scheiding voor het Nederlandse Klassieke Meubel naar de van sloophout vervaardigde kast van Piet Hein Eek (Amsterdam), die door de jury werd geroemd om zijn oorspronkelijkheid. Eek studeerde in 1990 af aan de Academie voor Industriële Vormgeving in Eindhoven en produceert in eigen bedrijf de bekroonde en ook andere sloophouten kasten. „Ik heb niet bewust ingespeeld op de hergebruiktrend. Ik vind het ge woon overdreven om dure ma terialen te gebruiken, terwijl het ook met minder kan". Lattenkast Met zijn Lattenkast die doet denken aan de sinaasappelkist heeft Hugo Timmermans (Eindhoven) dit jaar de prijs voor het 'Beste Nederlandse Meubelontwerp' in de wacht gesleept. De jury noemt vorm geving, en uitvoering vernieu wend. De ontwerper heeft zich overigens niet laten inspireren door de sinaasappelkist maar door het spijkerpistool. „Ik wil de een ontwerp maken dat ge schikt is voor serieproduktie zonder dat het zo duur wordt dat niemand het meer koopt. Een spijkerpistool is bij uitstek een stuk gereedschap dat in de massaproduktie wordt gebruikt. Ik heb er geen enkele behoefte aan de spijkers of nieten te ver doezelen. Belangrijker is dat de verhoudingen van het ontwerp kloppen". Rubbermat-stoel De prijs vóór Jonge Ontwerpers gaat dit jaar naar een heel op vallende stoel, waarmee een Zorgen voor morgen is een rekbaar begrip. Morgen kan in een ver verschiet liggen of dichtbij. Hier bedoel ik met morgen simpelweg volgend voorjaar. Dan willen we immers weer kunnen genieten van de kleurenrijk dom van onze fuchsia's en geraniums. Natuurlijk kun nen we proberen om de planten over te houden. Maar in dat geval moeten we vanaf half oktober tot half april wel over een koele, vorstvrije ruimte voor al dat plant goed kunnen beschikken. In veel centraal verwarmde woningen is dat nauwelijks mogelijk. Daar moeten we al blij zijn met een vensterbank in een niet of nauwelijks ge stookte ruimte. In dat geval zetten we die ven sterbank vol met stekgoed. Dan kunnen we volgend voorjaar weer beschikken over ons eigen assortiment. Dat lukt alleen als we nu aan de slag gaan. Stekken lukken namelijk het best, en de planten zijn net niet te groot om te overwinteren, als we ze begin september stekken. -- Eerst snijden we topstekken af van ongeveer 6 cm. Altijd met een scherp mes vlak on der een knoop afsnijden. Dan de onderste blaadjes ver wijderen evenals de bloemknoppen. Als dat gebeurd is staan we voor de keuze: stekken in water of in potten gevuld met gelijke delen turf en zand doen. Over het algemeen kunnen geraniums met dikke stengels beter meteen in de pot gestekt worden. Zelf laat ik die stekken enkele uren liggen, zodat de grond opdroogt. Ik gebruik nooit stekpoeder, maar ken men sen die er succes mee hebben. Hanggeraniums kan men op water stekken, net als fuchsia's. Fuchia's kunnen ook in de pot worden gestekt. Net als bij geraniums zetten we dan een paar stekken aan de rand van een pot met ongeveer 10 cm doorsnee. Goed aandrukken, en dan gaan de fuchsiastekken ten over vloede in de couveuse. Dat wil zeggen, ze worden afge dekt met een transparante plastic zak. Bij geraniums is dat niet nodig. De waterstekken moeten met zorg opgepot worden zo dra er voldoende wortels zijn gevormd. Voor beide soorten stekken geldt dat ze de hele winter op een koe le, lichte niet zonnige, vorstvrije plaats moeten overwinteren. Dan groeien ze niet door en blijven ze handzaam klein totdat we ze in het voorjaar met goede grond, voldoende vocht en ruimte aan de groei bren gen. Gedurende de wintermaanden worden de stekken wel vochtig, maar vooral niet te nat gehouden. Pas in het voorjaar krijgen ze meer water en eventueel plante- voedsel. Lezersvraag Een heel zorgelijk verhaal bereikt ons van H. GEHÉ- NIAU-DE KONING uit NIEUW-VENNEP. De tien jaar oude blauwe regen, die het altijd voortreffelijk deed. heeft het aflaten weten. De oorzaak hiervan ligt bij de wortels. Is er wellicht een voor planten giftige stof ge bruikt bij het witten van de muur of het verven van ra men? Is het mogelijk dat woelmuizen een nest hebben onder de wortels of wellicht huizen larven van kevers daar. In elk geval zou ik, als het mijn pjant was, de grond rond de wortels weggraven en kijken wat er in de grond aan de hand is. Er moet een oorzaak zijn voor deze plotselinge achteruitgang. Als die oorzaak gevonden is en dat probleem opgelost dan verdient de plant flink wat goede, nieuwe aarde. De Wisteria (blauwe regen) houdt van doorlatende grond. Daarna zal de struik helaas ook flink gesnoeid moeten worden. Immers de beschadigde wortels zijn niet in staat om weer op volle kracht tc werken. Dus in het voorjaar de zijscheuten allemaal flink inkorten. Ik hoop van harte dat mevrouw Gehéniau iets heeft aan dit advies. Je kunt je immers zeer hechten aan planten, zeker als die tien jaar oud zijn Een ander probleem vormen de hortensia's van A. BUREMA in HAARLEM. Ze staan in volle bloei en de vraag luidt of de bloemen afgeknipt moeten worden na de bloei. Het antwoord luidt: in géén geval. Immers, ze beschermen de niet geheel winterharde hortensiatak- ken tegen bevriezen. In verband met het feit dat deze planten niet helemaal winterhard zijn, mogen ze ook pas in het voorjaar, na de nachtvorsten, gesnoeid wor den. Alleen indien dat nodig is. Niet snoeien is nog be ter! MARJA DE BOER uit SANTPOORT heeft problemen met haar Hibiscus syriacus. Deze witte variëteit maakt wél bloemknoppen, maar laat die knoppen spontaan vallen, eer ze opengaan. Ik zou moeten weten wat de oorzaak is maar uiteraard moet ik gokken. Was die kunstmestgift niet al te royaal? Beter is het om eens per jaar goede compost rond de wortels van de plant te doen. Verder houden de Hibiscusstruiken van veel warmte en zon. Ook is bekend dat Hibiscus, mits in het voorjaar flink teruggesnoeid, weliswaar minder, maar aanmerkelijk grotere bloemen vormt dan een struik die uit mag groeien. En wat die eierschalengift aangaat: is de grond inderdaad zuur? Dat is makkelijk na tc gaan met een zogenaamd lakmoespapier, te koop bij de dro gist. Laat wat grond in gedestilleerd water gedurende een etmaal staan, houd dan een lakmoespapiertje in het water. Op de bijgeleverde schaal is te zien hoe de Ph is. Ph rond 6 is prima, hoger is basisch, dus dan mag er in géén geval nog extra kalk bij. Lager dan 5 is zuur en dan mag er flink wat aan eierschalen bij. Nogmaals, het zijn een paar tips en ik hoop dat Marja de Boer vol gend jaar meer succes heeft met de Hibiscus. Komt er bij u al tuinierend of wandelend in de natuur een vraag op? Greet Buchner zal proberen voor u het antwoord te vinden. De vraag kunt u opsturen naar Damiate Dagbladen, Postbus 507,2003 AP Haarlem t.a.v. de redactie LEVEN EN WONEN. Onlangs stond in een van de toonaange vende medische tijdschriften, The New Eng land Journal of Medicine, een artikel waarin de onderzoekers beschreven hoe zij patiën ten met een droge mond behandelden. Het ging hierbij niet om een droog gevoel in de mond. zoals we dat allemaal wel eens heb ben, maar om de behandeling van een chronisch tekort aan speeksel. Speeksel in de mond is zo gewoon, dat we er zelden bij stilstaan. Gedachteloos slik je het weg, en alleen 'als het water je in de mond loopt' word je je bewust van het feit dat er speeksel wordt gevormd. Deze zegs wijze geeft trouwens al aan dat er som* heel veel speeksel tegelijk uitgescheiden kan worden: met de juiste prikkel het zien van eten, het sabbelen op een zuurtje tot zo'n 10 ml per minuut. Dat lijkt misschien weinig, maar het komt neer op meer dan een halve liter per uur. Zonder zo'n extra prikkel wordt de mond vochtig gehouden door een veel minder forse, maar wel con stante speekselvloed van 0,5 tot 1 ml per minuut, dagelijks zo'n één tot anderhalve li Het speeksel wordt aangemaakt in de speekselklieren, waarvan iedereen drie stel grote en een heleboel kleintjes heeft. De grote speekselklieren bevinden zich liriksen rechts: voor het oor, onder de rand van de onderkaak en onder de tong. Het speeksel- vocht heeft een aantal belangrijke funkties. Ten eerste bevat het een enzym dat in staat is zetmeel af te breken, en zo is speeksel dus een essentiële schakel in de vertering van ons voedsel. Het wordt vermengd met de voedselbrij in onze mond en heeft darral direct zijn verterende werking. Ten tweede is speeksel belangrijk voor het gezond houden van het gebit. In de mond bevinden zich horden bacteriën die door hun zure afvalprodukten in staat zijn het tandglazuur aan te tasten, en cariës te ver oorzaken. Die bacteriën zitten in de beken de 'tandplak', die we zo vlijtig twee keer pér dag met borstel en tandpasta te lijf gaan. Zonder speeksel is de strijd tegen gaatjes echter vrijwel verloren: het speeksel spoelt i de tandplak weg, en maak afweerstofïeri die de bacteriën om zeep helpen. Daar kan geen tandpasta aan tippen. Ten slotte maakt speeksel het doorslikken van een hap eten veel gemakkelijker. Als u denkt dat deze derde funktie, die van 'smeer- en glijmiddel' niet zo belangrijk is,; probeert u dan eens drie droge beschuiten achter elkaar op te eten. Al snel zal uw mond zo droog zijn, dat u niet meer kunt slikken. Dit probleem, haast niet kunnen slikken, gekoppeld aan het ellendige gevoel een lap leer in plaats van een tong in je mond te d hebben, is het dagelijkse lot van mensen die niet (meer) in staat zijn voldoende speeksel te produceren. Hieraan kan een ziekte ten grondslag liggen (syndroom van Sjogren;, maar veel vaker is de droge mond het ge volg van bestraling voor kanker in het neus- mond-keel-gebied. Nou nemen de meeste patiënten deze bijwerking wel voor lief, het alternatief voor bestraling is in de meeste gevallen een verminkende operatie öf hele maal geen behandelingsmogelijkheid. Maar het blijft vervelend, zo'n droge mond, en als er een behandelingsmogelijkheid voor is, is dat mooi meegenomen. Voor deze patiënten hebben de onderzoe kers uit The New England Journal nu mis schien een vorm van therapie gevonden. Zij hebben een groep patiënten, die allemaal ten gevolge van bestraling in meerdere óf mindere mate last hadden van een droge mond, in drie vergelijkbare kleinere groe pen verdeeld. De eerste groep kreeg een nep-middel (placebo), de tweede groep kreeg 5 mg pilocarpine 3 keer per dag, eh de derde groep kreeg ook pilocarpine, maar dan 10 mg 3 keer per dag. Pilocarpine is een geneesmiddel dat in Nederland voor de be handeling van bepaalde oogziekten staat geregistreerd. Het bleek dat de groepen die pilocarpine kregen minder klachten hadden over hun droge mond, minder vaak grepen naar mid deltjes die zij tot dan toe hadden gebruikt als 'bevochtiger' en ook meer speeksel pro duceerden. De groep die pilocarpine in dé hoge dosering slikte had tamelijk veel last van de voornaamste bijwerking van dit middel: zweten. De onderzoekers concluderen dat zij met dit middel in een dosering van 5 mg3 maal daags een veilige en werkzame behandeling voor droge mond na bestraling hebben ge vonden. Nu nog afwachten of pilocarpine in Neder land voor dit doel geregistreerd wordt. De Nederlandse Meubelprijzen 1993 zijn vorige week in de Jaarbeurs in Utrecht uitgedeeld. Van de 250 aangebo den ontwerpen, vijftien meer dan vorig jaar, dongen er 100 mee naar de prijs voor het Beste Nederlandse Meu belontwerp, 30 naar die voor het Klassieke Meubel, en 120 prototypen werden ingestuurd door en voor 'Jonge Ontwerpers'. Zwierige rokken en broekrokken in een tie-&-dye dessin roepen herinneringen op aan de hippiedagen van de jaren zestig. foto floor heijb Stoere denim speelt weer een belangrijke rol in het mode beeld. foto floor heijn De lattenkast van sloophout een ontwerp van Piet Hein Eek, die ook ii de prijzen viel. foto ai lans wordt gebroken voor het alternatief gebruik van materi aal. Gerrit Schilder (Rotterdam) paste voor zijn stoel Welcome een rubber deurmat toe in een buisframe, waarmee een uiterst comfortabele zit is gecreëerd. „Ik zoek altijd naar mogelijkhe den om bepaalde materialen multifunctioneel te gebruiken. Zoals de rubber deurmat die bij de entree van veel winkels ligt". Hoewel hij met behulp van azijn het rubber kunstmatig heeft verouderd om afgeven en dergelijke te voorkomen, reali seert hij zich dat het leven van de mat eindig is. Maar hij de monstreert hoe de oude mat met een paar handgrepen door een nieuwe te vervangen is. Heb je weer een nieuwe stoel. Extra tafeltje In de categorie Jonge Ontwer pers ging onder meer een eer volle vermelding naar Huub Looze (Amsterdam) voor zijn Extra Tafeltje, een geestig en praktisch bijzettertje. Dit ont werp was tevens goed voor de Stijlprijs 1993, waarvoor de jury een keuze maakte uit alle inzen dingen voor de Nederlandse Meubelprijzen. Looze (29) voelt zich verwant met wat wel het 'speels functionalisme' wordt genoemd. Hij had voor zijn afstudeer project aan de Academie voor Industriële Vormgeving in Eind hoven een heldere doelstelling geformuleerd: ontwerp een ex tra tafeltje dat in niets doet den ken aan het saaie, altijd in de weg staande bijzettafeltje. In ongebruikte stand staat er een tulp op een steel in de kamer. Om een glas neer te kunnen zetten, klap je de tulp neer en een veer in combinatie met het gewicht van het glas houdt het geheel in de verticale stand. Door het gewicht hoe gering ook weg te nemen klapt het blad vanzelf weer verticaal. De jury werd vooral aange sproken door de creatieve wijze waarop de ontwerper het klas sieke symbool van Nederland, de tulp, geheel eigentijds heeft vertaald. Gerrit Schilder jr. van Bla Bla Design met de stoel waarmee hij de Prijs voor de Jonge Ontwerpers in de wacht sleepte. foto anp Combineren, daar komt het volgens C A de komende maanden op Het mixen van stijlen uit ver schillende periodes (jaren zestig en jaren zeventig), van verschillende inspiratiebronnen (Engelse landelij ke stijl, de India- en de armoede- look) en van afzonderlijke kleding stukken (rokken met broeken, trui met vesten) wordt de grootste uitdaging voor wie actueel gekleed wil gaan. Hoe de wintergarderobe rit gaat zien, mag iedereen zelf bepalen. C A biedt voor zo'n persoonlij ke outfit vooral behaaglijk ogende basiskledingstukken, zoals sluike lange rokken met splitten, lange rechte truien met hoge of afhangen de cols, talloze vesten met en zon der mouwen en loshangende hes- colberts met en zonder kraag, rechte lange broeken, paardrijbroe- ken, skibroeken, wintershorts en - bermuda's, korte winterjassen en parka's. De wijze waarop deze 'basics' worden gecombineerd, bepaalt de sfeer. Een paardrijbroek of skibroek een tweedjasje met suède klep- zakken en een suède vestje bij voorbeeld oogt zeer Engels. Maar zo'n zelfde skibroek, gedragen onder een zwie rige rok van zwart kant met daarover een grof- gebreide (kabel)trui en een kort leren hesje, kan beter worden ge rangschikt in de cate gorie grunge, ofwel armoede-look. Terwijl dezelfde kanten rok met een met bloemen of gouddraad opge werkt vestje met franjes weer hele maal de gipsy-look van de jaren zeven- in herinnering brengt. Zoals trouwens ook de authentieke soul- of bell-bottombroe- met hun uitlopende pijpen en de gehaakte tops of rechte macramé-truien. De verheerlijking van India als het spirituele Walhalla, zoals dat uit het Beatles-tijdperk kennen, keert voor de hippie i de jaren negentig weer. te rug in de vorm van lange crêpe rokken, broekrokken en blouses n tie-and-dye-déssins. Folklore, maar dan van de andere kant van de aarde, uit Mexico, zien we terug in allerlei fleurige dessins op wollige korte jas jes van dekenstoffen, op royale pon cho's die over een jas worden ger drapeerd en in lange truien, die worden gedragen met mouwloze hessen met hetzelfde dessin. Iedereen kan naar eigen goed dunken een originele combinatie samenstellen uit deze potpourri van kledingstijlen. Het dient alleen wel in laagjes te gebeuren. Een lange trui gaat haast per definitie samen met een kort vest, een jasje of een gilet en onder een wijde rok hoort eigenlijk een strakke broek of leg ging uit te komen. Erg veel problemen hoeft dit combineren trouwens niet op te le veren, want de kleuren zijn komen de winter goed op elkaar zijn afge- Stoffen die lekker zacht aanvoelen, in warme grijze en bruine tinten zijn kenmerkend voor de najaars- en winter mode waarin ook veel folklore (hier uit Mexico) te zien is. foto floor heijn f) stemd. Warme tinten voeren de bo ventoon, zoals ecru, cognac, beige, purper, bruin, flessegroen, blauwnuances. zwart en vuurrood. Mannenmode Een warme uitstraling heeft ook de herenkleding van C A, wat vooral komt door de geruwde hemden met houthakkersruiten en de jacks met een ruitdessin of een folkloristisch randmotief. Ook voor de mannen is de laagjes-mode favoriet. Over een trui wordt een gilet gedragen of een bodywarmer. Heel modieus zijn bo vendien de loshangende jasjes in shirtvorm en de fleece-jasjes, die over een trui worden aangetrokken. Voor de wat formelere gelegenhe den brengt C A legio colberts in opvallende kleuren, waaronder veel rood en appelgroen. De kinderen doen met de mode mee met allerlei fleurige bloesjes, truien, broeken en jacks, even eens in houthakkersruiten of in bonte kleurvlakken en met speelse applicaties. KITTY VAN CERVEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 24