Li
M<
n
Het
ongeleide
projectiel
van het
ANC
De beste
redenaar
van het
zuidelijk
halfrond
Cola 2
ZATERDAG 21 AUGUSTUS 1993
Onze Taal
Het was in het jaar 1914, kort voor
het uitbreken van de Eerste Wereld
oorlog, dat je hier voor het eerst
Coca-Cola kon kopen. Niet erg lang
overigens, want door de oorlog
stokte de aanvoer al gauw. Pas in
1928 kwam de Coca-Cola terug: de
Olympische spelen in Amsterdam
waren een unieke gelegenheid om
reclame te maken. En daarmee be
gon de opmars van de cola in Ne
derland. Maar echt algemeen be
kend is cola pas sedert ongeveer
1950.
Omdat ik me afvroeg sinds wanneer het
woord cola in onze taal bestaat, vroeg ik
enkele weken geleden op deze plaats aan de
lezers om mij vroege cola-herinneringen te
schrijven. De eerste keer dat het woord cola
opduikt (met een kleine letter!) is, voor zo
ver bekend, in een toneelstuk van Ed Hoor-
nik, 'De Zeewolf uit 1955. Maar het begin
moest eerder liggen. Vandaar mijn vraag.
Ik heb stapels en stapels brieven gekre
gen, met de alleraardigste gegevens, met fo
to's, met fotokopieën en boeken, zodat ik
me langzamerhand een cola-specialist mag
gaan noemen.
Zo kreeg ik een foto van het Houtplein,
hoek Tempeliersstraat in Haarlem van circa
1930, waarop duidelijk een grote Coca-Co-
lareclame zichtbaar is. Maar een lezer die in
dat jaar tien werd en op haar partijtje zo
graag cola wilde, weet nog hoe zij en haar
moeder in een winkel te horen kregen: 'Dat
smerige Amerikaanse kaneelwater komt
mijn zaak niet in'. Andere ondernemers
dachten er blijkbaar anders over, want ook
in 1930 kon een schoolreisje op het station
in Den Haag afgesloten worden met een
glaasje cola. Weer iemand anders herinner
de zich hoe in 1933 een vertegenwoordiger
in het restaurant van haar moeder kwam en
haar liet proeven, maar de moeder was on
wrikbaar het was niet lekker en het zag er
trouwens niet uit als limonade, omdat het
niet rood (grenadine) of oranje (ranja) was.
Een flesje kostte in 1935 15 cent, waarvan 7
cent statiegeld.
Coca-Cola heeft altijd erg veel reclame ge
maakt. De doorslaggevende reclame in
Europa was dat de Company tijdens de
Tweede Wereldoorlog garandeerde dat voor
alle soldaten aan het front er steeds cola be
schikbaar zou zijn, en wel tegen de vaste
prijs van 5 dollarcent. De colawagens kwa
men meteen achter de tanks aan. Een dame
schreef me hoe ze als meisje met Canadese
soldaten omging en zo Coca-Cola leerde
kennen, en trouwens ook dat zij en haar
vriendinnen werden uitgemaakt voor Cana-
dellen.
De meeste vroege cola-herinneringen da
teren echter van rond 1950. Dat is blijkbaar
de periode geweest waarin cola echt alge
meen bekend raakte. De een leerde cola
kennen tijdens zijn dienstplichttijd in 1948,
een ander tijdens schoolfeesten rond 1950
(cola en ongepelde pinda's), en weer een
ander weet nog hoe hij in 1952 zijn vrien
den voor het eerst cola liet proeven.
Een vroege getuigenis uit de literatuur
(voorzover ik weet: de eerste) is te vin
den in W.F. Hermans, 'Het behouden huis'
uit 1951, waarin beschreven wordt hoe een
reclamevliegtuigje de letters van Coca-Cola
aan de hemel schrijft.
Ook al voor 1940 bestonden er meer mer
ken cola. Bijvoorbeeld Pepsi, en later Royal
Crown. In Nederland ook een korte tijd Ten
Cola Op die manier kon Cola, eerst een
merknaam, tot een algemeen woord wor
den. Oftewel van Cola met een hoofdletter
naar cola met een kleine letter. Dat is niet
zonder slag of stoot gegaan. Want de Coca
mensen zagen natuurlijk niet graag dat
Pepsi en Royal Crown en anderen ervan
door gingen met hun woord Cola. In 1951 is
daarover zelfs een interessant proces ge
voerd tussen Coca-Cola en de Leidse firma
Lafeber. Maar dat is stof voor een ander
stukje, als we het zullen hebben over het ju
ridisch eigendom van woorden.
JOOP VAN DER HORST
universitair docent Nederlands
B Be anekdotes over de 'Groot Kar-
H W wats van de AWB zijn legio,
maar dit is wel de mooiste. Se
cretaris Kays Smit had een afspraak met zijn
leider en trof hem in de volgende staat aan.
Terre'Blanche lag te ronken op een sofa. Van
de alcoholdampen die uit hem opstegen, kon
een nuchter mens dronken worden. Hij had
geprobeerd zich uit te kleden, was daar niet
helemaal in geslaagd, want hij had zijn on
derbroek nog aan. Een groene, met gaten, al
dus Kays. Zijn broek lag als een hoop vodden
op de grond. Om zijn kuiten slobberde een
kaki short. Vele maten te klein voor zijn forse
achterwerk. Het broekje behoorde aan Jani
Allan, een voormalige schoonheidskoningin
en schrijfster van hijgerige columns in een
zondagskrant met wie Terre'Blanche een ei
genaardige relatie onderhield. Voor Smit was
de grens bereikt. Na het aanschouwen van de
snurkende vleesberg wist hij dat hij niet lan
ger onder deze leider wilde dienen.
Buitenechtelijk
De 'Jani Allan-affaire' betekende bijna het
politieke einde van de 49-jarige Groot Kar
wats. De AWB is een beweging waar het ge
zin nog de hoeksteen van de samenleving is.
Een leider die in het openbaar buitenechtelij
ke activiteiten ontplooit, ondermijnt het be
staansrecht van de club. Er werden dus over
eenkomstig de traditie van extreem-rechts
campagnes gevoerd om Terre'Blanche ten
val te brengen. De leider overleefde de aan
slag op zijn positie. Zijn tegenstrevers begon
nen onderling ruzie te maken en konden
door hem buitenspel worden gezet. Maar zijn
prestige had een forse knauw gekregen.
De aftocht van Terre'Blanche had onher
roepelijk tot de ondergang van de AWB ge
leid. Terre'Blanche mag er misschien een
slordige levenswandel op nahouden, zonder
de charismatische boer uit Ventersdorp was
de AWB een miniscule sekte, zoals de meer
dan 100 andere extreem-rechtse partijtjes en
beweginkjes.
Terre'Blanche is een demagoog van uit
zonderlijke klasse. Hij is waarschijnlijk de
beste redenaar van het zuidelijk halfrond.
„Hij kan", aldus iemand die geen goed
woord over heeft voor zijn ideeën, maar het
talent erkent, „met zijn stem staal laten smel-
Wanneer Terre'Blanche het spreekgestoel
te bestijgt, wordt het onmiddellijk doodstil.
Hij begint niet gelijk te spreken, maar zwijgt
soms minuten om de spanning op te bou
wen. Dan vult een melodieuze stem de zaal
en je voelt hoe het publiek zich aan hem
overgeeft.
Terre'Blanche fluistert, buldert, zweept op
en laat zich meeslepen door zijn eigen reto
riek. Hij citeert bijbelteksten en volkswijshe
den, verkettert het ANC, ziet overal de grote
communistische samenzwering en bestookt
met een verzengende haat president De
Klerk, die 'ons land, ons prachtige land, ons
land dat doordrenkt is met ons bloed, uitle
vert aan de terroristen van het ANC'.
Wie de toespraken later naleest, kan er zel
den een touw aan vast knopen. Maar dat kan
de auteur kennelijk niets schelen. Het enige
dat telt, is het dramatische effect en dat is
overweldigend. Terre'Blanche ontkent altijd
ten stelligste dat hij een racist is en in zijn
publieke uitspraken kom je inderdaad zelden
toespelingen op ras offhuidskleur tegen. Niet
omdat Terre'Blanche gelooft in de gelijk
waardigheid van blank en zwart, maar omdat
het niet nodig is. Het racisme van zijn aan
hang is zo vanzelfsprekend, zo alom tegen
woordig dat hij daar niet rechtstreeks aan
hoeft te appelleren.
Het virtuoos bespelen van de vooroordelen
en angsten van deze aanhangers, voorname
lijk verbitterde en kansloze blanken voor wie
hun huidskleur de garantie van hun maat
schappelijk status was, is zijn grote kracht.
Hij formuleert wat zij denken en vooral voe
len. Drie weken na de moord op de zwarte
leider Chris Hani, zei hij tijdens een rede in
Kaapstad: „Hani is een moordenaar, die ver
moord is. Als'hij was doorgegaan met zijn
communisme, had ik hem zelf neer gescho
ten." Maar de meeste bijval oogstte hij toen
hij de menigte opriep 'zich gereed te maken
voor de Opstand van het Boerenvolk tegen
De Klerk'.
Als het ooit zover komt, is het hoogst on
waarschijnlijk dat Terre'Blanche de troepen
zal aanvoeren. Het moet onderhand ook zijn
volgelingen zijn opgevallen, dat hun leider
geen held is. Wanneer AWB'ers slaags raken
met tegenstanders, meestal de politie, drukt
hij zich of verschijnt pas op het toneel, wan
neer het gevaar is geweken. Toen een groep
van 400 man twee maanden geleden het ge
bouw bestormde, waar onderhandeld wordt
over de toekomst van het land en daar een
enorme ravage aanrichtte, prees de leider ge
ruime tijd na de slag zijn manschappen voor
de operatie die hij van veilige afstand had ga
de geslagen.
Kenners van de verhoudingen binnen de
AWB zeggen dat hij daarom niet serieus
wordt genomen door de 'generaals' van de
beweging. Op de stafvergaderingen van de
Wencommando's, waar de strategie wordt
besproken, zou hij niet eens welkom zijn.
Blaaskaak
Is Terre'Blanche dan eigenlijk niet meer dan
een zoetgevooisde blaaskaak? Het antwoord
is niet zo simpel als het op het eerste gezicht
lijkt. Terre'Blanche mist het kaliber om histo
rische ontwikkelingen in gang te zetten of tot
staan te brengen. Daar is iedereen het over
eens. Maar hij kan met zijn retoriek wel bij
dragen tot een klimaat, waarin de kansen op
een vreedzame oplossing verdwijnen in een
orgie van geweld.
De voorspellingen over het onheil dat hij
kan stichten lopen nogal uiteen. Er zijn men
sen, vooral zwarten, die denken dat hij een
oorlog tussen blank en zwart kan ontketenen.
Anderen voorzien eerder een nieuw soort
Boerenoorlog: extreem-rechts tegen de her
vormers. De haat van AWB-aanhangers je
gens De Klerk is zo mogelijk nog groter dan
die jegens Mandela.
Belangrijker dan deze speculaties is de
vraag hoe men dit gevaar beteugelt. Oppak
ken, zoals het ANC suggereert, met het risico
dat men een martelaar van hem maakt? Of
laten voortrazen tot hij op de grenzen van
zijn geloofwaardigheid stuit, wat het beleid
van de regering lijkt? Dat laatste is in strijd
met elk rechtsgevoel, maar is vermoedelijk de
beste oplossing.
V aag een willekeurige blanke welke
zwarte leider hij het meest vreest
?n tien tegen een luidt het ant
woord: Peter Mokaba. Vraag naar de reden
en het antwoord is steevast een variatie op
deze drie thema's: hij haat blanken; hij wil
kapot maken wat wij hebben opgebouwd;
hij, niet Nelson Mandela, is het ware gezicht
van het ANC. In veel gevallen gaan deze uit
spraken vergezeld van ontboezemingen die
vrijwel altijd de zelfde wens tot uitdrukking
brengen. Men gunt de 35-jarige jeugdleider
van het ANC geen lang en zeker geen geluk
kig leven.
Wat heeft Mokaba gedaan.om in betrekke
lijke korte tijd - hij manifesteert zich pas een
paar jaar prominent in het openbaar - de
schrik van blank Zuid-Afrika te worden? Ei
genlijk niets, moet dan vaak na een korte
pauze worden vast gesteld. Maar in zijn geval
tellen niet de daden, maar de woorden.
Meeslepend
Mokaba is een demagoog wiens woorden ge
vaarlijker zijn dan kogels. Hij is vreemd ge
noeg geen meeslepend spreker. Zijn stem is
vlak, zijn verschijning vrij onopvallend. Maar
als hij op het podium de toy-toy, de krijgs
dans van de townships, begint te dansen en
zijn slogans begint te scanderen, raakt het
publiek in eixtase. Eerst beginnen de jongeren
mee te dansen en te scanderen, dan volgen
de vrouwen en tenslotte worden ook de man
nen meegesleept. Mokaba heeft de menigte
volledig in zijn ban. Het is een even fascine
rend als angstaanjagend schouwspel.
Deze beelden zijn op zich al voldoende om
veel blanken de stuipen op het lijf te jagen,
maar wanneer de inhoud van de slogans
doordringt in de huiskamers in de sjieke
voorsteden en de afgelegen boerderijen be
reikt, slaat de schrik vaak om in angst.
Mokaba beschikt over een ruim repertoire
aan bloedstollende teksten, maar er is een
leus die veel blanken, vooral boeren, 's
nachts uit hun slaap houdt. 'Kill the Boer, kill
the farmer'. Het is een oproep die inmiddels
zo vaak in de praktijk is gebracht, dat het
ANC twee maanden geleden na lang gedeli-
bereer heeft besloten dit nummer van het
programma te schrappen.
De jeugdleider liet zich door deze tegen
slag niet uit het veld slaan. De controverse
rond 'Kill the Boer, kill the farmer, woedt nog
steeds voort, maar hij heeft al een nieuwe
voltreffer achter zijn naam. Tijdens de begra
fenis van acht slachtoffers van een bloedbad
radicalisme zeer populair bij de militante
jeugd in de townships. Hij zou kunnen voor
komen dat deze 'verloren generatie' gedesil
lusioneerd raakt in het ANC en massaal over
loopt naar het anti-blanke Pan Africanist
Congress (PAC), een grote rivaal van het
ANC. Dat is niet aannemelijk. Mokaba heeft
keer op keer gedemonsteerd dat hij geen
boodschap heeft aan de partijtop en liever
zijn eigen gang gaat. Een ongeleid projectiel
kan nooit een wapen in een doordachte stra
tegie zijn.
Een andere vraag die menigeen bezig
houdt, betreft de persoonlijkheid van de
jeugdleider. Mokaba laat zich in interviews
vaak van een zeer redelijke kant zien. Hij be
klemtoont de noodzaak van verzoening tus
sen blank en zwart en zegt daaraan zijn bij
drage te willen leveren. Hij is sinds kort voor
zitter van de Nationale Vereniging ter Bevor
dering van het Toerisme en in die hoedanig
heid drukt hij de jeugd op het hart van Zuid-
Afrika een veilige vakantiebestemming te
maken. Dan is er een Mokaba aan het woord
die in niets lijkt op de vuurspuwende jeugd
leider.
Politiespion
Sommige ANC-watchers denken de sleutel te
hebben gevonden tot het militante karakter
van Mokaba. Hij heeft, zeggên zij, jarenlang
onder de verdenking geleefd een politiespion
te zijn geweest. Er zijn inderdaad aanwijzin
gen dat zijn rol niet altijd even fraai is ge
weest. Hij heeft toegegeven dat hij ooit heeft
geprobeerd om een student te ronselen als
spion voor de politie, maar dat was, zo heeft
hij later verklaard, 'om hem op de proef te
stellen'. Een andere student, die door Moka
ba naar een bepaalde plaats was ontboden,
werd daar door de politie gearresteerd. Ook is
het menigeen opgevallen dat Mokaba wel re
gelmatig is opgepakt, maar altijd weer snel
op vrije voeten was.
Hoewel het ANC hem na een intem onder
zoek van alle blaam heeft gezuiverd, is de
geur van verraad nooit helemaal verdwenen.
Mokaba zou volgens deze analyse zijn ge
loofwaardigheid hebben willen herstellen
door zo radicaal mogelijk op te treden. Dat
zou ook zijn hechte vriendschap met Winnie
Mandela, de altijd en overal onrust stokende
ex-vrouwvan Nelson Mandela, verklaren.
Dit gepeuter aan zijn psyche mag dan iets
over zijn motieven onthullen; het verandert
weinig aan het beeld dat de meeste mensen
van Mokaba hebben. Hij blijft op zijn minst
een bron van ergernis, ook binnen het ANC.
Daar wordt hoop geput uit het feit dat hij te
oud is om dit jaar herkozen te worden als
voorzitter van de jeugdbrigade. Misschien
zijn we dan eindelijk van hem af, verzuchtte
een prominent ANC-lid onlangs. Hij leek er
zelf niet erg in te geloven.
Jonge zwarte Zuid
afrikanen dragen het
portret van ANC-lei-
der Nelson Mandela.
Volgens sommigen is
de jeugdleider van
het ANC, Peter Mo
kaba, onder de mili
tante jongeren popu
lairder dan Mandela.
ARCHIEFOTO REUTER
in Tembisa riep hij zijn aanhangers op om
'de oorlog naar de blanke gebieden te ver
plaatsen'. Toen zij uit enthousiasme in de
lucht begonnen te schieten, riep Mokaba hen
tot de orde: „Verspil geen kogels. Gebruik ze
liever tegen De Klerk. We hebben toch al een
tekort aan munitie."
De storm van verontwaardiging die deze
woorden veroorzaakten, zal voorlopig niet
gaan liggen. De pogingen van het ANC en
ook van Mokaba zelf om de schade te beper
ken, hebben nog niet veel effect gehad. Mo
kaba vertelde dat het hem niet om 'de per
soon De Klerk ging, maar om het systeem,
dat hij vertegenwoordigt'. Dat vond hij ken
nelijk te tam, want niet veel later verklaarde
hij 'niets om De Klerk te geven; ja, ik denk
wel dat ik hem haat'.
Het ANC-bestuur, waar Mokaba ook lid
van is, boog zich langdurig over de affaire en
gaf ten slotte een verklaring uit, waarin het
zich met veel omhaal van woorden distanti
eerde van de uitlatingen van Mokaba, maar
het nam geen disciplinaire maatregelen te
gen hem.
Radicalisme
Waarom de ANC-top Mokaba nog steeds de
hand boven het hoofd houdt, kan niemand
goed verklaren. Er zijn waarnemers die zeg
gen dat hij een nuttige pion is in de strategie
van het ANC. De jeugdleider is dankzij zijn
Terre'Blanche, de 49-jarige Groot
Karwats van de AWB.
ARCHIEFFOTO ANP
Alleen optimisten schijnen nog tegeloven in de kansen op een vreedza
me oplossing in Zuid-Afrika. Het land dreigt overspoeld te worden door
een vloedgolf van geweld, haat en onverdraagzaamheid. Demagogen,
van links en rechts, spelen in deze tragische ontwikkeling een grote rol.
Terwijl ANC-leider Nelson Mandela en president F.W. de Klerk het
land voor een dreigende ondergang proberen te behoeden, gooien Peter
Mokaba, de jeugdleider van het ANC, en Eugene Terre'Blanche, de
Groot Kanvats van de neo-nazistische Afrikaner Weerstandbeweging
(AWB), in hun verbale strijd regelmatig olie op het vuur.
Portretten van twee inannen, een blanke en een zwarte, die de gezich
ten zijn van de Januskop van de haat.