ZATERDAGS BIJVOEGSEL De vader die nooit over zijn werk sprak H UT ZATERDAG 24 JUL11993 Tomas Ross schrijft thriller over zaak-King Kong W i va at"*e precies deed, wat W W zi)n ranS was- we wisten W W het niet. Thuis zei hij al tijd: zeg maar dat ik referendaris-ben als ze op school wat vragen. Ambtenaar bij binnen landse zaken komma referendaris. En als we wandelingen maakten op vakanties en er ngar vroegen: niks hoor, echte ouderwetse zwijgplicht. Een hele rare situatie in het ge zin. En voor hemzelf ook. Mijn moeder had theorieën over het vroege hartinfarct waar aan hij dood is gegaan. Over spanningen en daar nooit eens over kunnen praten. Met name tussen de jaren '65 en '75 was het in tern een puinhoop bij de BVD. En dan de sa menleving die veranderde. „Mijn oudste broer en ik kregen hem laai end door lachend te zeggen dat ze eens moesten ophouden met het arresteren van PSP'ertjes, dat-ie eens wat moest gaan doen voor zijn vak. Laaiend was-ie, en geen repliek kunnen geven hè. Dat moet aan je vreten, ze ker als je ervan overtuigd bent zinvol werk te doen." De zoon van de BVD'er was ooit directeur van de Stichting Welzijn Buitenlanders in Haarlem. Thans schrijft hij onder de naam Tomas Ross thrillers. Ross neemt in-het genre een eigen plaats in, komt met boeken die ge baseerd zijn op geruchtmakende affaires als Lockheed en de Molukse treinkapingen, laat bestaande figuren met naam en toenaam fi gureren. „De werkelijkheid is spannend ge noeg. Dan hoef je in dit genre toch niet iets als 'De moord op de weduwe in de Grote Houtstraat' te gaan schrijven." „Als je politieromans leest: dat deugt toch meestal niet. Ze laten politiemensen optre den zoals ze niet kunnen optreden. Met veel achtervolgingen en seks. Alleen om de lezer te trekken. De plotlijnen zijn zo simpel als de pest: man schiet de verkrachter van zijn dochter dood en geeft zich op pagina 180 van het boek aan." In de eerste boeken van Ross speelt een BVD-agent, Martin Finch, de hoofdrol. „Dat was dus omdat ik niet iets over politieagen- tjes wilde maken. Dan krijg je Grijpstra en De Gier weer. Ik wilde een setting die aanleiding kon geven serieuzere zaken te behappen. Toen ik '80 aan dit soort boeken begon, lach te iedereen zich de pest om de BVD. Dat wa ren echt mannen op spekzolen, die cowboy en indiaantje speelden. We hadden toen net die Molukse affaire, met de blunders van de BVD. Ik vond het vrij moeilijk de dienst als een aanvaardbare en serieuze achtergrond te schetsen, waar gewone mannen zitten te werken en hun best doen." „En op lezingen was het ook altijd lachen als je de BVD noemde. En dan vertellen dat ze duizend mensen in vaste dienst hebben, plus freelancers, en een ongecontroleerde begroting en dat soort dingen. Met Neder land toen als een soort sleutelland voor West- Europa. Ik geloof dat de BVD echt een vrij belangrijke dienst was, ondanks alle blun ders." Gore journalisten Hogendoorn heeft eerder met de gedachte gespeeld zijn vader in zijn werk een rol te la ten spelen, maar zag daarvan af. „Toen leef- PROCE5-VERBAAL Prooaa-vogfraal oontra C.AVLIITOZMA33 gsboroa to Rottar4ant24 Ootobar 1912, overtrading ran tr- DuAtachffT* Haar aanleiding Tan do v«raio odelij ka ovartredlng Ik ingesteld TLibX do gedragingen godurondo don tijd do i ber montoor, laat at olijk weiueade to Retterdaa,7eatzeedijk 21. C.A.LI3DFIAJT5 i» blijkono do tor boBchlkkin^ eti gogovono op 20 Ootober 1944 lil het toonaalig Hooidkwarti ▼an Zijn* Koninklijke Hoogheid,Prine HDEHIURD dor Hodcrl to Sinboren gearresteerd,na aangifte Tan Ion gedetineerd Q.J.A.VERLOOP on op 2 Kcrrember 1944 tor beaohikklng goot do Britsohe militaire sntoriteiten,waartoe, hij op 3 ▼omber 1944 gedetineerd werd in Casep 020,in Engeland. Op 6 December 1944 word LIliDEMAÏH tor b«30hikki» •teld tolh de lederlandach» militaire autoriteiten,wa?irto op 7 Deoambar 1944 ie ingoelotaa in ie etrafgemmgenie t *e-Hertogonboech en,na eau verblijf in bot Halo Tan Bewa te Breda, in loreaber 1945 i> orergebraoht naar de Strafg ▼angonia te sohoTenisgen.waar hij,in verband met zijn ml dor gunetisen liohaaelijkaa toeetani in de j&ekeiLzaal to blijf houdt. In verband met hot Tormataande hoorden wij,verb •anten, in de Strafgerangwil e te Soherenlngea» C0RÏÏEÏ.I3 JOHAimSS AHTH0imT3 TKRBOOP, gebaren te e—3 raToahage,'? Öotobor 1909 .las. te'teil J k wone te AnBterdan,johannie Terholetetraat 109,die oma doegerr ale volgt verklaarde i •QeitikNcaSe de l.-etat« jaren Van de Doltocht bese heb ik ale agent voor E«jA in Belgie en ïraairljk gawerk ia verband waarmede ik tbai gedetineerd bwn.In het beg de Kaart 1944 ontaoette ik den mij bakenden DXLT.Tj Tjasjsssa, in lille,Aien lk reed» tevoren had leeren'kenne beheorder ra* een W «hrjuitóit area taarrmt, aldaar. YAK DER 1£E die ook wel WM of WHIT gamnead werd, zat op zwart zaad daar hij wiet,dat ik voor den Doitechen militairen lnl tingen-dienmt werkte,vroeg hij mij.ef het mogelijk wao,d ook hij voor de Doitacherw ging werken.Ik mei hes,dat ik alleen aan mijn ehef kon vooretellea.wanneer hij een bob ke zaak had aan te brengen. De eerste pagina van het proces-verbaal dat P. G. Hogendoorn in 1946 opmaakte in de zaak-Lindemans. De BVD moest het document in 1986 openbaar maken. De namen van Hogendoorn en diens collega A. ten Cate zijn door de dienst met een dikke viltstift onlees baar gemaakt. Zijn vader, P. G. Hogendoorn, werkte bij de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD) en verhoorde in 1946 de beruchte dubbelspion King Kong. Zoon Willem Hogendoorn, beter bekend als Tomas Ross, kwam daar pas in 1986 via de media achter. De kwestie-KingKong liet de thriller schrijver vervolgens niet los. In 'Wachters voor Wilhel- mina', het nieuwste boek van Ross, staat de affaire centraal. Een gesprek met de zoon van een man die thuis nooit over zijn werk sprak. de mijn moeder nog, en daar had ik toch enig mededogen mee. Zij wilde absoluut niet dat ik mijn vader zou opvoeren, of met mensen zou praten die zij toen nog kende. Mijn moe der verschoot van kleur toen de naam van 'mijn vader in 1986 plotseling vanwege King Kong in Haarlems Dagblad stond. Gore jour nalisten, de naam van een BVD'er hoorde je niet te. noemen. Toen ik aankondigde met mijn studie op te houden en naar de net op gerichte School voor Journalistiek in Utrecht te gaan, was het huis echt te klein. Journalis ten werden gehaat. Dat was de vijand." La chend: „Later is dat gelukkig wel een beetje bijgetrokken, want toen ging ik bij de TROS werken. En dat was netjes hè." „Ik heb het na zijn dood-in 1971 vaak aan mijn moeder gevraagd: wat deed hij nou, nu kun je het toch wel zeggen. En dan zei ze dat ze het echt niet wist. Wel zat hij veel voor zaakjes in het buitenland. Wat ik vreemd vond voor een binnenlandse veiligheids dienst, maar ja dat was dan contraspionage, in Berlijn, in Hongarije." In huize-Hogendoorn in Den Haag herin nerden slechts twee dingen aan het werk van vader: een afgesloten kast en een lege akten- tas. „Mijn ouders hadden een abonnement op het Residentie-orkest en waren dus zater dagavond altijd onder de pannen. Toen heb ben mijn broertje ik een paar avonden gepro beerd de scharnieren uit de deuren van die kast te krijgen. Wat eigenlijk niet gaat bij een oud-politieman, want er liggen altijd schilfers op de grond, en hij ziet het toch. Maar in die kast had-ie wat." „Die tas stond onder de kapstok. Daar had- ie alleen zijn boterhammen in. Voor de buurt hè. Dan zagen de buren hem 's ochtends met een tas onder de arm naar zijn werk lopen. En 's avonds kwam-ie dan met in zijn tas een leeg boterhamzakje terug. Verder was er thuis niets over de BVD. Hoewel, hij was een postzegelverzamelaar en gebruikte dienstpa- pier om op te schrijven wat hij had. Hij spaarde Rusland, wat ik wel mooi vond voor King Kong Vader Hogendoorn verhoort in 1946 de BVD heet dan nog Bureau Nationale Veilig heid met zijn collega A. ten Cate de dub belspion Christiaan Lindemans (King Kong). Die zit dan vast in de gevangenis in Scheve- ningen. In 'Wachters voor Wilhemina' draait het om de affairè-King Kong. De zaak is tot op heden nooit volledig op gelost. Wel staat inmiddels vast dat Linde mans in september 1944 de op handen zijn de geallieerde operatie Market Garden (Slag om Arnhem) aan de Duitsers heeft verraden. Ook staat vast dat zijn relatie met het hoofd kwartier van Prins Bernhard die aan het bevel stond van de Binnenlandse Strijdkrach ten veel intensiever is geweest dan van die zijde wordt beweerd. Met name de vroegere BVD-chef mr. L. Einthoven is druk in de weer geweest de innige contacten tussen Linde mans en de prins en diens staf te verdoeze len. „Als al die feiten waar zijn, dat King Kong ruim voor Arnhem contact had met Bernhard en zijn hoofdkwartier en dat Bernhard op de hoogte was van Market Garden en vrij loslip pig was en van een drankje hield en achter de vrouwen aanzat en King Kong een leuke jon gen vond... Dat is het toch! Het is zó'n cu rieuze zaak dat je het als thrillerschrijver zelfs niet kunt verzinnen. Ik denk dat Bernhard heel loslippig is geweest en heeft gedacht dat die gozer te vertrouwen was. Wat ik me nog wel kan voorstellen ook. Ik vind hem er in dit boek niet zo slecht afkomen. Het enige wat je kunt zeggen ig dat hij onvoorzichtig is ge- King Kong overleed op 20 juli 1946, offi- Dubbelspion Christiaan Lindemans, alias King Kong. archieffoto cieel door zelfmoord. Hij zou daartoe samen met een verpleegster, die het overleefde, zijn overgegaan. Maar inmiddels is daarover zo veel twijfel gerezen dat zelfs dr. L. de Jong niet uitsluit dat de gevangene uit de weg is geruimd. Zo bleek in 1986 dat maar liefst drie ambulance-bemanningen zeggen Lindemans uit de gevangenis te hebben opgehaald. Ross: „Die laatste dagen zijn fascinerend, maar intrigerend is natuurlijk de rol van die verpleegster, Tine Onderdelirttöen. De verbin dingen zijn uiterst merkwaardig. Als je nu weet dat baar vader bij het Bureau Nationale Veiligheid zat... De man had een dochter en die hebben ze toen vèrpleegster gemaakt en die werd toen verliefd op King Kong. Wat een slecht verhaal, daarvoor zou je toch je als thrillerschrijver je ogen uit je kop schamen! Dat vond ik dus echt heel merkwaardig. En dan kun je nog verder fantaseren en zeggen dat het toch wel gek is dat die meid in de ja ren vijftig een dodelijk ongeluk krijgt op een stille autoweg bij Kaapstad. Je moet echt op passen, je kunt er nog paranoïde van wor den." Factie Ross heeft zich grondig, en met plezier, in de affaire verdiept, las tal van artikelen en boe ken. „Dat doe ik zo meestal met de boeken die ik schrijf. Ik noem het factie, omdat het toch feiten zijn waarop ik me baseer. Je speelt natuurlijk ook met dingen,' je maakt bochten die eigenlijk niet kunnen. Maar om die authentiek te maken moet je ook de kleinste feitjes natrekken. Ik vind het dan ook heel leuk om lekker te pielen, om uit te vin den hoeveel textielpunten je nodig had voor hel kopen van een broek. Voor je het weet zit je alles na te wagen en op te zoeken. Aan de ene kant maak je het jezelf moeilijk, aan de andere kant komt het je geloofwaardigheid ten goede." „Ik hoor wel kritieken dat de boeken soms moeilijk leesbaar zijn, dat je te rug moet bladeren, maar het gaat om de wer kelijkheid. Feiten zijn belangrijk. Pure fanta sie interesseert me geen hout. Als je wilt doorslaan in dit genre, dan laat je King Kong in een ver tropisch regenwoud met Martin Bormann nog een spelletje schaak spelen. Dan wordt het dus een slecht boek." In 'Wachters joor Wilhelmina' krijgt ge heim agent Pieter Nolten in het naoorlogse Den Haag van BNV-chef Einthoven opdracht een geheim document over de Slag om Arn hem te onderscheppen, dat uiterst compro mitterend is voor koningin en regering. Ver schillende geheime diensten zijn in het spel. De 'Wachters' vormen een schimmige orga nisatie. De leden willen Indië behouden en zijn bang voor een eventuele troonsafstand ten gunste van prinses Juliana. „Het is de werkelijkheid: die geheiihe dienstjes, de han del in dossiers, het opportunisme waarmee werd gewerkt met ontzettend foute jongens uit de oorlog. Ook door het BNV. Ik wist niet dat die jaren na de oorlog zo chaotisch wa- Toch houdt in een thriller van Ross de wer kelijkheid ergens op. „Ik vind het leuk aan de feiten iets kleins toe te voegen. Dat mensen niet meer weten waar de feiten ophouden en de fictie begint. Als journalist mag je dat na tuurlijk nooit doen en als historicus ook niet. Maar als schrijver wel." In boek staan een heleboel authentieke na men, maar niet overal. Zo lijkt Kees de Graaff verdacht veel op Kas de Graaf, de trouwe ad judant van Prins Bernhard. En ingewijden zullen W. E. Sanders, het vroegere hoofd van de BNV-opsporingsdienst, in ene Santen her kennen. „Als ik er niet zeker van ben dat iets waar is, doe ik het niet. De uitgever let daar ook op. Heel lang stond in mijn computer Sanders en toen ik heb de instructie gegeven alles wat Sanders is in Santen te veranderen. Eigenlijk een rottrucje." „Het eind van het boek is pure fictie. Daar komt de thrillerschrijver boven. Ik heb ook een tijdlang gekloot hoor: zal ik King Kong gewoon dood laten zijn, wat ik eigenlijk het meest acceptabele vind, of niet... Het kan niet anders dan dat je in zo'n boek slingers De manier van werken van Ross brengt risi co's met zich mee. „Toen ik dat eerste boek schreef, over Molukkers, woonde ik nog in Haarlem. Mijn vrouw had nog gezegd: doe dat nou niet. En dan wordt er dus gebeld en staat er een groep Molukkers voor de deur. Dan word je toch een beetje bang. Gelukkig bleken het aardige jongens cn meisjes, die al leen kwaad waren omdat /ij met hun groep niet in het boek waren genoemd." „Maar toen ik directeur was van de Stich ting Welzijn Buitenlanders, wilde ik een spannend boek schrijven over Amicales (ul tra-rechtse Marokkanen, red.) in Haarlem, wat toen nogal leefde. Ik ben echt gewaar schuwd dat niet te doen. Ik had nog hele klei ne kinderen, de ruiten in is het minste. Dus dat maar niet, dat heb ik nagelaten." Aan de andere kant zijn er ook voordelen. „Degene in kwestie zal mij niet snel tegen spreken. Ik probeer authentiek over de BVD te schrijven, beschrijf in een boek zelfs het pand van binnen. Maar de enige die me kan tegenspreken is de BVD zelf. En die doet dal niet. Als je het slim opschrijft zou je eigenlijk alles kunnen beweren, maar dal is dus mijn uitgangspunt niet." Een nieuw boek staat inmiddels al weer op stapel. „Dat gaat weer in deze tijd spelen, ik probeer het af te wisselen. Het is wel weer eens verkwikkend om even in je eigen tijd te verkeren en het je iets makkelijker te maken. Voor Vrij Nederland heb ik een reis naar de Antillen gemaakt en wat ik daar op Sint Maarten voor maffiamateriaal zag... dat is toch alleraardigst! Op de Antillen gebeurt veel op dit moment, het broeit aardig, wat een rotzooi." Kom je toch weer hij de Binnenlandse Veilig heidsdienst uit: die heeft daarover een mooi. en geheim, rapport gemaakt „Het is inderdaad nog een plek waar ik een BVD-man authentiek naar toe kan sturen." Tomas Ross: „Mijn broer en ik kregen hem laaiend door te zeggen dat z wat moest gaan doen voor zijn vak."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 23