Economie volgens de methode De Kam 4 I I Een hoogbejaarde vrouw bij hem in de buurt heeft vijf studentes in huis. In nul voor allerlei huishoude lijke klusjes als boodschappen doen en schoonmaken hoeven ze minder huur te betalen. Zij heeft het goed geregeld. „Maar laatst las ik in de krant een bericht over een 76-jarige vrouw die met haar tas met bood schappen in haar portiek was neergeslagen en be roofd. Ik begrijp echt niet waarom je via het Jeugd werkgarantieplan niet een dienst voor bejaarden kunt regelen, waarbij jongeren oudere mensen een uurtje begeleiden bij het boodschappen doen. Zo le ren ze elkaar nog beter kennen ook.De opmerkelij ke opvattingen van Flip de Kam, hoogleraar econo mie in Groningen en verstokt PvdA'er. Hoogleraar kiest voor herstel van werkgelegen heid boven inkomen de mens geneigd is tot het goede? Denkt even na: „Dat vinden zeker niet alle sociaal-democraten. Maar hoe dat zij, blijk baar kun je je vanuit andere opvattingen, zoals het wegwerken van maatschappelijke achterstanden en eerlijk delen van de wel vaart, thuisvoelen in de PvdA. Althans: ik ben nog nooit aan het twijfelen gebracht over mijn keuze voor de PvdA." Ook over Wim Kok twijfelt hij geen mo ment, zegt hij in het tweede gesprek. De PvdA heeft dan twee staatssecretarissen afge voerd en Kok is allerwege gebrek aan leider schap verweten. „Ik vind dat Wim Kok het als vakminister heel goed doet", reageert hij di- Als vakminister is hij goed, maar als partijlei der? „Dat het bij de presentatie van de kortin gen op de WAO en de bijstand fout ging, is het falen van de hele partijtop. En het is de wrange vrucht van het verleden, dat er nooit is nagedacht over een links bezuinigingsbe leid." „Tja, hij is niet de grote communicator. Maar ik vind dat je iemand niet moet beoor delen op zijn gladde verhaal en zijn presenta tie, de reden waarom Valn Mierlo altijd zo goed overkomt, m/iar op wat hij doet. En als je kijkt naar deze kabinetsperiode: het tekort is verminderd, dé belasting- en premiedruk is nauwelijks gestegen. Daar kun je mee rjaar de kiezer toe." In de affaire-Ter Veld heeft hij de zaak over zich heen laten komen. Hij heeft zich zelfs nooit voor of tegen haar uitgesproken. Bij In 't Veld van hetzelfde laken een pak. „Daar kun je inderdaad wel wat op afdin gen. Maar ik houd staande dat hij over de he le linie gezien een man is waar de partij goed mee kan leven. Hij is niet iemand voor de machtsspelletjes in Den Haag. Hij is meer een man van de inhoud, en ik vind dat eerlijk gezegd sterk voor hem pleiten. Al dat gekon kel van allerlei mensen die blijkbaar nog een rekening met Kok te vereffenen hebben, is heel slecht voor de beeldvorming van de par tij. Dat zouden al die critici zich eens moeten realiseren." Dan: „Zo slecht als nu kan het toch echt niet blijven. Zeker als Kok de laatste maan den voor de verkiezingen zijn gezicht goed laat zien, dan moet het lukken. Het moet in elk geval wel heel gek gaan. wil ik volgend jaar niet van harte op de PvdA stemmen. Dat lijkt me een mooie uitsmijter." ZATERDAG 10 JUL11993 SJAAK SMAKMAN als de kiem voor het latere af treden van Elske ter Veld is ge legd. Die ochtend heeft de PvdA-fractie na lang morren het groene licht gegeven voor het schrappen van de bijstand voor jongeren tot 21 jaar op voorwaarde dat iedere getroffe ne aan de slag kan via het Jeugdwerkgaran- tieplan (JWG). Nog onwetend van wat een maand later zal volgen, is Flip de Kam die vierde mei een tevreden mens. Hij heeft er altijd voor gepleit dat werklozen in ruil voor een uitkering voor de gemeenschap aan de slag gaan. Maar de gemeenten zeggen dat ze geen banen voor die jongeren kunnen vinden. „Dat vind ik verbijsterend. Vandaag nog lees ik in de krant een verhaal over de snel toenemende onveiligheid in bejaardenoor den. Dan denk ik: laat twee potige jongeren in die gebouwen patrouilleren. Er is werk zat in de collectieve sector, er is gewoon niet fa natiek genoeg gezocht." In tegenstelling tot de PvdA-kamerleden vindt hij het ook helemaal niet nodig dat ie mand van 18 jaar aanspraak kan maken op bijstand, ook al is hij of zij dan volgens de wet volwassen. Als het JWG, dat over een aantal jaren voor'iedereen tot 27 jaar moet gaan gel den, echt werkt, heeft hij er totaal geen moei te mee om het recht op bijstand pas vanaf 27 jaar te laten gelden. Niemand tot 27 jaar die zijn handen uit de mouwen wil steken, hoeft dan immers zonder inkomen te zitten. Afkicken En de restgroep die niet kan werken, zoals junks? Fel en nauwelijks gekscherend: „Ge dwongen afkicken. Zet maar een hek neer in de Flevopolder en zet ze daar maar achter tot ze genezen zijn." Dat laatste gaat misschien wat te ver, geeft hij toe. Maar gedwongen af kicken, dat houdt hij staande: „Het gaat om het veiligheidsgevoel in de samenleving. Ik vind dat veel zwaarder wegen dan de vrijheid van die junks." Werk. Het beheerst in veel opzichten het leven van Flip de Kam. In de werkkamer van zijn huis aan 'de mooiste singel van Gronin gen' hangt fraai gecalligrafeerd een zin uit 'Van oude menschen, de dingen die voorbij gaan': „Werken, werken, altijd maar werken. Dan dacht je niet zo aan jezelf en aan al die angstige dingen." Afkomstig uit een gereformeerd milieu, werd hij opgevoed met werken, zuinig zijn en niet zeuren „Ik vind daar nog altijd niks mis mee." Zijn vader, MULO-leraar in Coevor- den, overleed toen hij veertien was. Als oud ste van vier zoons koos hij voor de Belasting academie, omdat hij daar na drie jaar een soort studieloon kreeg. Dat ontlastte zijn moeder. Hoewel opgevoed in een ARP-nest, noemt hij zichzelf sociaal-democraat in hart en nie ren. Altijd PvdA gestemd, behalve in 1970. Toen stemde hij in Amsterdam op de Kabou terpartij. „Om die PvdA-regenten daar duide lijk te maken dat wij ook wat te zeggen had den." In 1971 werd hij als fiscaal jurist mede werker bij de PvdA-kamerfractie, eind 1977 was hij vier maanden kamerlid. Achtergrond Sindsdien is hij vooral op de achtergrond binnen zijn partij actief. Twee weken geleden veegde hij op een bijeenkomst in Utrecht de vloer aan met de notitie 'Tussen vrije markt en cijferfetisjisme' van kamerlid Jan van Zijl over inkomensbeleid. Van Zijl bepleitte daar in onder meer herstel van de koppeling tus sen lonen en uitkeringen en optrekken van het hoogste tarief in de inkomstenbelasting. Wat De Kam steekt is dat Van Zijl geen keuze maakt voor werk boven inkomen. „Ik vind herstel van de werkgelegenheid belangrijker dan wat ook - inclusief de koopkracht van de laagste inkomens." Hij doceert: we hebben straks driekwart miljoen werklozen plus een half miljoen ver borgen werklozen in regelingen als de WAO, de bijstand en de VUT. Het pleidooi van Van Zijl voor koppeling tussen lonen en uitkerin gen klinkt wel mooi, maar het drijft wel de sociale premies en daarmee de loonkosten op. Dat betekent uiteindelijk banenverlies en een nog groter beroep op de al zo dure socia le zekerheid. Het is een traditioneel verhaal, zegt hij, maar loonmatiging en ontkoppeling zijn nodig om meer banen te scheppen. „Uit eindelijk zijn daarbij ook de mensen met de laagste inkomens het meest gebaat." 'rekenkonijnen Dat betekent niet dat de overheid de laagst betaalden aan hun lot moet overlaten. Je kunt minimumloners en uitkeringsontvan gers ook helpen door de 'wig' tussen bruto en nettoloon/uitkering te verkleinen. Wat 'krachtvoer voor rekenkonijnen', zoals hij het zelf noemt: vervang de huidige belastingvrije som (die netto meer oplevert naarmate ie mand in een hoger belastingtarief valt) door een voor iedereen gelijke belastingkorting. Met het geld dat dat oplevert, kan die zoge heten tax-credit wat hoger worden dan het bedrag dat de belastingvrije som de laagstbe taalden nu oplevert. Verhoog daarnaast de accijns op luxe-pro- dukten als drank en rookwaren en de wegen belasting met in totaal vijf miljard gulden en geef die terug door een verlaging van het be lastingtarief in de eerste schijf (tot 43.000 gul den bruto per jaar) met twee procent. Dat le vert alles bij elkaar de laagste inkomens on geveer 550 gulden extra per jaar op, modaal 1100 gulden per jaar en kost de topinkomens netto niets. Tenzij iemand auto rijdt, rookt en/of drinkt natuurlijk. Maar dat is een vrije keuze. „Wat ik wil laten zien", zegt De Kam, „is dat je ook enorm veel kunt doen zonder dat je het zoekt in verhogingen van bruto- uitkeringen." Onlangs betoogde De Kam in het econo- menvakblad ESB dat een nieuw kabinet ten minste vijftien miljard gulden moet bezuini gen op de collectieve uitgaven om het over heidstekort verder terug te dringen. De inves teringen moeten worden ontzien, dus blijven de subsidies en de sociale zekerheid over als bezuinigingsposten. Ontkoppelen Ontkoppelen, zegt De Kam opnieuw. Dat le vert al snel miljarden op. De sociale zeker heid kost een dikke honderd miljard per jaar. Bij een gemiddelde loonstijging van twee procent per jaar levert ontkoppeling in de volgende kabinetsperiode al acht miljard gul den besparing op. En verder moet er bezuinigd worden, voor al op de subsidies die ten goede komen aan de hogere inkomens. Zoals die op kunst en cultuur. „Verhoog de toegangsprijzen voor de opera maar en hou desnoods een paar goed kope rangen vrij voor mensen met lagere in komens. De meeste rijken vinden het fijn als ze 150 gulden voor een kaartje moeten beta len. Dat speelt in op hun snob-appeat nu we ten we tenminste zeker dat we onder ons zijn en dat er geen minima in onze rijen zitten. En verder is natuurlijk de studiefinanciering als bezuinigingsdoelwit heel makkelijk en voor de hand liggend." Want het is van de gekke, vindt hij, dat ook studenten van rijke ouders nog een beurs krijgen. En dan het mini-stelsel in de sociale zeker heid. De overheid, vindt De Kam, heeft maar één echte verantwoordelijkheid: een zo fat soenlijk mogelijk minimum garanderen. „Dat klinkt misschien raar voor een sociaal democraat, maar de sociaal-democratie heeft altijd gevochten voor toegang tot scholing en werk voor iedereen en een redelijk gelijke in komensverdeling. Dat hebben we allemaal bereikt, zodat nu het moment is aangebro ken waarop de burgers verstandig genoeg mogen worden geacht om zelf hun afwegin gen te maken." Pleitbezorger In het mini-stelsel, waarvan hij al jaren een pleitbezorger is, krijgt iedereen bij ziekte, werkloosheid of arbeidsongeschiktheid slechts een minimumuitkering. Wie meer wil, moet zich daarvoor maar particulier bijverze keren. Het argument dat vooral laagopgelei den dat niet zullen doen, vindt hij geen hout snijden. Hij vindt het paternalistisch. „Voor mensen met inkomens tot pakweg 40.000 gulden bruto per jaar betekent het mini-stel sel geen enkele achteruitgang: ze krijgen nu ook niet meer dan het sociaal minimum als ze arbeidsongeschikt worden, want dat is 70 procent van 40.000 gulden bruto. En van mensen die modaal en meer verdienen, neem ik toch aan dat ze kunnen lezen en schrijven. Ze kunnen besluiten een huis te kopen, te trouwen, kinderen te krijgen. Waar om zouden ze dan niet kunnen besluiten zich bij te verzekeren?" Voor handhaving van het huidige stelsel met een veel strenger toelatingsbeleid en veel strengere controle op misbruik, zoals de so cioloog Schuyt bepleit, voelt hij veel, maar in de praktijk acht hij het niet haalbaar. „Als ik hoor hoe de keuringsartsen protesteren tegen de nieuwe WAO-wetgeving, dan denk ik: jul lie durven gewoon niet hard te zijn. Vroeger ging een KLM-piloot bij wijze van spreken de WAO in als hij een bril nodig had, straks moet een keuringsarts zeggen: nou, u kunt nog wel bollen pellen, dus gaat u dat maar doen. Daar zijn die artsen bang voor, die wil len helemaal niet strenger keuren. En dan lukt het niet. Met onwillige honden is het slecht hazen vangen." Fraudebestendig Het mini-stelsel kent die nadelen niet. Het is bovendien fraudebestendig. Ook dat sluit aan bij zijn achtergrond: de christelijke visie dat de mens is geneigd tot het kwade. „Ik heb de neiging om bij overheidsregelingen altijd eerst te kijken wat er voor prikkels in zitten voor misbruik. Ik geloof ook helemaal niet dat de burger sinds een jaar of wat calcule rend is geworden. Dat is hij altijd geweest. Belastingfraude is van alle tijden. Ik denk dat er vooral veel meer wetten zijn gekomen waarmee je kunt frauderen. De stelling dat de neiging om te frauderen is toegenomen, vind ik heel speculatief." Waarom wordt dan toch steeds dat beeld op geroepen? „Omdat politici daar gewoon belang bij hebben. Het is een mooie verzachtende om standigheid voor allerlei bezuinigingen. Als je zegt dat je een bepaalde regeling afschaft omdat er teveel misbruik van wordt gemaakt, leg je de schuld in feite bij de burgers neer." Maar, vervolgt hij direct, dat is wel de za ken omkeren. .Ik denk dat de foht vaak bij de wetgever ligt. Als je de mazen van een wet wijd open zet, dan ben je als burger een dief van je portemonnaie als je daar niet door heen zwemt." Waarom kiest u eigenlijk voor de sociaal-de mocratie, die juist als uitgangspunt heeft dat

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 26