Tuin houdt niet van vakantie De teerling wordt al zo'n 5000 jaar geworpen Tips voor het gebruik van visbootje Prostaat (2) Vrije tijd JULI 1993 21 TUIN Er zijn heel wat verschillen tussen de wensen van een tuin en die van een mens. Maar het allergrootste ver schil vormt de vakantie. >1ensen snakken naar vakan tie! Tuinen haten vakantie! Ook als er tijdelijk een ander de scepter zwaait. Het gaat nooit zo goed als anders. Er gaat voor een tuin niets boven de zorg van de eigen baas. Die weet precies welke plant extra veel water wil, waar eventueel met de snoeischaar ingegrepen moet worden, waar alles mag groeien en bloeien zoals het wil. Om de ramp voor de tuin zo klein mogelijk te houden volgen hier een paar tips. 1. Verwijder tot de laatste dag alle on kruid, ook het aller kleinste. Bij zoel zo merweer groeit 'on kruid' uit tot een zaaddragende plant met veel nakomelin gen. De beste ma nier om de grond tussen de sierplan ten zo onkruidvrij als mogelijk te hou den, is mulchen. Een Engels woord waar mee bedoeld wordt, dat we een laagje or ganisch afval tussen de planten leggen. Dat zal langzaam verteren en on dertussen onkruidgroei tegenhouden, de grond voch tig houden en op den duur voor voeding zorgen. Pri ma dus. De beste mulch is pas gemaaid gras in een laagje van 5 a 6 cm dik. Bij thuiskomst, na de vakan tie, blijkt dat een mooi donker laagje humus te zijn. 2. Houd vooral ook paden onkruidvrij. Schoffelen is hier de beste methode. 3. Struiken die in het voorjaar gebloeid hebben, mogen nu best gesnoeid worden zodat de tuinluchtig en licht blijft. Het blad kan eventueel als mulch dienst doen. 4. Hoog opgroeiende vaste planten moeten goed wor den gesteund. Een forse onweersbui zal niet alleen de plant beschadigen, maar als deze omvalt, gaan er ook andere lagere planten aan. Dat is niet de bedoeling. 5. Tot slot een advies dat enigszins wreed klinkt: haal de toppen uit eenjarige planten en vaste planten die bijna gaan bloeien. Als wij weg zijn, kunnen we im mers niet genieten van de mooie kleuren. Dus weg met die top die bijna bloeit. In arren moede zal de plant vlug nieuwe takjes met bloemknoppen vormen en daar kunnen wij dan van genieten als we weer thuis zijn. 6. We zijn er nog niet helemaal: planten die erg veel water nodig hebben, kunnen we van een 'druppelaar' voorzien. Hiervoor zagen we de bodem van een plas tic fles (liefst flinke inhoudsmaat). We graven de fles ondersteboven, vlak naast de plant, in en vullen deze met water. Langzaam zal het water uit de flessehals de grond in druppelen. Als er nu een buurman of wie dan ook af en toe die fles (met de open kant precies gelijk met de grond) vult, zal de plant niet verdrogen. En dat is de bedoeling. Fijne vakantie toegewenst! LEZERSVRAAG A. TESSELAAR UIT BENNEBROEK heeft problemen met zijn Viburnum tinus. In november gekocht, in maart verpot en toen ging het mis. De plant op stam, die kennelijk eerst binnenstond, werd toen in de volle grond gezet. Er staat niét te lezen of dat nog in maart was. Toen hebben we nog wel iets vorst gehad en deze Viburnum is vorstgevoelig. Moet 's winters in een kou de kas overgehouden worden. Als hij uit een warme ka mer komt, is hij nog gevoeliger voor vorst. Dat is punt één. Punt twee is de kuil met turf, gevolgd door een ro yale bemesting met bloedmeel. Beter is een plantgat vullen met goede compóst of potaarde en zeker zolang de plant nog niet groeit, géén mest. Later heel voor zichtig mengmest, Viano of gedroogde koemest, maar beetje bij beetje. Omdat deze Viburnum toch vorstvrij moet overwinteren zou ik adviseren: snoei de kroon flink in, pot de plant op in goede potaarde. Zet de plant mèt pot en al in de halfschaduw en geef pas mest als hij flink door groeit. Haal hem half oktober binnen en laat vorstvrij overwinteren. Het lukt vast nog wel, als takken en stam er levend uitzien. Dan komen de blaadjes van zelf. Hele mooie kaart en een vrolijk bericht van J. S. VISSER UIT HAARLEM. De berichtgeving luidt: 'dit jaar is heel Nederland groener dan ooit. Hoe komt dat'? Enerzijds door het groeizame weer: veel zon, warmte en voldoen de regen. Anderszijds - wat negatief - door te veel stik stof in de lucht. Stikstof (N) zorgt voor verrijking van de grond, maar maakt planten zwakker omdat ze minder andere voedingsstoffen opnemen. Geen probleem in tuinen en parken, een levensgroot probleem in zoge naamd voedselarme natuurgebieden en in de bossen. De overdaad stikstof is afkomstig van onze landbouw in de vorm van amoniak (NH4) en auto-uitlaat (N02). In milieukringen is men er dus allesbehalve blij mee. Maar tuinen en plantsoenen zijn mooi. Ontegenzeglijk. Komt er bij u al tuinierend of wandelend in de natuur een vraag op? Greet Buchner zal proberen voor u het antwoord te vinden. De vraag kunt u opsturen naar Damiate Dagbladen, Postbus 507,2003 AP Haarlem t.a.v. de redactie LEVEN EN WONEN. Dobbelsteen als verzamelobject De dobbelsteen lijkt zo gewoon, maar Leo van der Heijdt (53) uit Voorburg ontdekte dat er ongelooflijk veel vari anten van bestaan. Bovendien gaat de origine tot ver voor het begin van onze jaartelling terug. Zijn eerste vondst deed Van der Heijdt bij een Haagse antiquair, in 1981. Voor een doosje met 16 benen dobbelstenen be taalde hij 25 gulden. Inmiddels telt zijn verzameling on geveer 4000 stuks. ANTHONY VERHULST» liet Haagse doosje bevatte on der meer stenen van het klok en Hamerspel. Van der Heijdt her innerde zich dat hij zelf zo'n spel op zolder had liggen. Hij vond het, vergeleek de stenen en constateerde verschillen. Zijn interesse bleef groeien. Hij ging op zoek naar literatuur, maar vond weinig. Van der Heijdt ging daarom op zoek in musea zowel in eigen land, (zoals in Friesland waar de ter pen veel stenen hebben opgele verd) als in het buitenland. Niet alleen zeskantig Vooral een bezoek aan een Lon- dens museum leverde een schat aan informatie op. „Iedereen denkt dat een dobbelsteen zes- kantig is, maar in Londen vond ik achtzijdige, twintigzijdige en alle mogelijke andere model len." Bovendien ontdekte hij dat de dobbelsteen zeker zo'n 5000 jaar oud is. Er werd al mee ge speeld door de Egyptenaren, door de Soemariërs (die woon den op de plek van het huidige Irak) en gedurende de Harrapa- cultuur (het huidige Pakistan). Van de laatste cultuur zijn ste nen gevonden die net als nu een kubusvorm hebben. Ook de Egyptenaren hebben onder meer met zeszijdige ste nen gespeeld, terwijl de Soema riërs dobbelden met vierzijdige, piramidevormige stenen. Deze werden ook gebruikt voor het Koningsspel van Ur, dat begin van deze eeuw werd gevonden. Het bevindt zich momenteel in het British Museum; de spelre gels zijn zeker 4500 jaar oud. Niemand weet precies wanneer de dobbelsteen werd uitgevon den. Wel staal vast dal in de prehistorie al geworpen werd met als doel de toekomst te voorspellen, bezweringen te doen terwijl men met 'stenen' ook behendigheidsspelletjes deed. Vaak waren die dobbel- voorwerpen kootbeentjes van dieren, meestal schapen en gei ten. Treffend is dat in Arabië het woord voor sprong- of kootbeen gelijk is aan dat voor dobbel steen. Vroeger werd er veel met tweezijdige stenen geworpen. Dit had als nadeel dat je flink wat staafjes tegelijk moest gooi en, terwijl er ook veel telwerk aan te pas kwam. De stenen met meer vlakken losten deze problemen op, wat niet weg neemt dat in het Verre Oosten vandaag de dag nog steeds met tweezijdige stenen wordt ge speeld. In de westerse wereld is het tossen, ofwel kruis-of-munt gooien eigenlijk ook niets an ders dan dobbelen met een tweezijdig voorwerp. De Romei nen gebruikten vierkante benen stenen die van binnen hol wa ren en met klepjes werden afge dicht. Verschillen Van der Heijdt heeft in de prak tijk geleerd hoe je de herkomst van dobbelstenen kunt trace ren. Dat is mogelijk via hun vorm, hun materiaal en de wijze waarop de ogen zijn aange bracht. Dikwijls verschilt dit per land. „In Rusland ontdekte ik dat de 4, 5 en 6 diagonaal op de ste nen staan." In Turkije dragen de stenen een grote rode 1 en Leo van der Heijdt: „De dobbelsteen rolde vroeger overal, ook in de kerk" een zwarte 4. In Zwitserland vind je voornamelijk stenen van edelhoutsoorten, ongelakt en met ingeboorde ogen. Hout soorten, zeer harde, worden eveneens gebruikt op de Filip pijnen, maar daar legt men de ogen in met parelmoer. China heeft een ongekleurde, grote 1, een rode vier en voor de rest zwarte ogen, met een hori zontale 2, terwijl de stenen van Japan er veel op lijken, maar dan een rode 1 hebben. De meest perfecte stenen zijn die voor de casino's. Deze stenen hebben een volmaakte kubus vorm, ingelegde ogen, een vaste afmeting (3/4 inch) en zijn transparant om vervalsingen te gen te gaan. Dobbelwoede De meeste mensen die tegen woordig met dobbelstenen gooien, doen dit als onschuldig tijdverdrijf. Vroeger werd er echter gepassioneerd gegokt. Met het werpen van de teerlin gen verspeelden mensen soms hun gehele bezit. Het dobbelen was in de middeleeuwen zo wijd verspreid dat er in Frank rijk zelfs academies bestonden waar gokspellen werden onder wezen. Later zouden ook de Zuidelijke en Noordelijke Ne derlanden in de ban raken van het dobbelspel. Stedelijke over heden probeerden in de 15de en 16de eeuw het dobbelen al leen te laten plaatsvinden op hoogtijdagen en vastenavond, maar tevergeefs. Smak geld Dobbelen werd ook gebruikt om werktijden te bepalen voor onder andere turfstekers, kaas dragers en bij de visafslag van Scheveningen. Dobbelstenen bepaalden wie op welke pier werk kreeg. Als in Schiedam of Rotterdam een schip was bin nengevaren, werd via dobbel stenen bepaald wie het moch ten lossen. Nadat bepaald was hoeveel werkkrachten men nodig had. verzamelden de dragers zich in het Zakkedragershuisje. Daar stond een grote trechter waarin een ieder zijn eigen dobbelsteen moest gooien. Dezè viel op een kussentje (het smakkussen) en rolde daarna in een houten bak (de smakbak). Degenen met de hoogste scores konden aan de slag en zodoende een 'smak' geld verdienen. Over zijn hobby heeft Leo van der Heijdt een boek geschreven 'Oog in oog' (Uitgeverij Streng- holt), dat bij De Slegte voor zo'n 15 gulden te koop is. VISSPORT Bram van Leeuwen Ze zijn er helaas steeds minder. De verhuurders van bootjes die speciaal bestemd zijn om er een dagje in te gaan vissen. In de ja ren vijftig, zestig, waren ze nog te vinden in de buurt van de meeste visrijke plekken, maar de horeca heeft een ander soort klanten ontdekt waaraan op simpeler wijze meer te verdie nen vait. En daarom zijn de meeste (eenmans)bedrijfjes ver dwenen. Helaas. Bovendien is het niet iedere eigenaar van een kroegje, cafe etje of uitspanning gegeven om voor dag en dauw een bak verse koffie te zetten en de boten leeggehoosd en gebruiksgereed voor de hengelaar klaar te heb ben liggen. Want de avond te voren waren er vast nog een paar stamgasten blijven plak ken. En dus was de nachtrust wel aan de erg korte kant. Houdt ze dus in ere die roei bootexploitanten, die zich blij ven inzetten om de vissende cliëntele van dienst te zijn. Want waarschijnlijk geldt ook voor u net als voor mij dat vis sen vanuit een bootje een apar te bekoring heeft. Als de steek- stokken aan boord zijn gebracht en de meertouwen zijn losge gooid heb ik altijd iets van een bevrijdend gevoel. Even los van de dagelijkse sleur en op weg naar de stek die vandaag ho- penlijk alle beloften inlost. Om het steeds slinkende le gertje van de visbotenverhuur- ders in ere te houden vandaag een handvol adviezen. Hoe u het best met zo'n boot kunt omgaan. Zodat u er zelfs het meeste plezier aan beleeft en de verhuurder zijn bezit 's avonds ook weer omgeschQnden afge meerd aantreft. Om te beginnen het roeien zelf. Ga- nooit als een bezetene aan de spanen rukken, maar doe het met beleid. Kies een plekje precies midden in de boot uit. Dat roeit het gemakke lijkst. Laat ook een eventuele vismaat zorgen dat de boot goed in evenwicht is. Gaat er per ongeluk toch een roeispaan stuk, leg de'zaak dan niet hei melijk weg en vertrek niet met stille trom. Meld wat er is ge beurd en in de meeste gevallen zal de verhuurder begrip tonen. Als u in de buurt van de vis- stek bent aangekomen en de Verhuurders van visbootjes zijn er steeds minder in ons land. spanen piepen en knarsen nogal op de dollen probeer daar dan iets aan te doen. Gooi er met het hoosvat wat water over heen of houdt de spanen even onder water. U heeft dan veel minder kans om de vis te verja gen. Leg de boot altijd met de punt in de windrichting. Dat voor komt veel geklots en een nieu we kans om de vis op je aanwe zigheid attent te maken. Steek- stokken zijn een verhaal apart. Recht in het water zetten, de touwen niet te strak aantrekken (de boot moet bij golven op en neer kunnen dobberen) en de stokken nooit te diep in de bodem duwen. Vast is vast en daarmee uit. Mocht een steek- stok na afloop van een visdag toch niet direct meegegeven, maak dan eerst wat kleine rond draaiende bewegingen. Niet te groot en zeker te schuin trekken want dan is breuk zeker niet uitgesloten. Lukt het nog niet. plaats dan twee handen vlak box en elkaar om de stok heen ter hoogte van de bootrand en probeer de stok zo met kleine stukjes tegelijk omhoog te duwen. Bij het om hoogtrekken moet u zorgen al tijd goed in evenwicht te staan en er op bedacht te zijn dat de stok plotseling kan losschieten. U zult niet de eerste en zeker ook niet de laatste sportvisser zijn die aan de andere kant over boord tuimelt en met een nat pak naar huis moet. Op een warme zomerdag is dat nog wel te doen maar hartje winter ligt dat heel anders. Oppassen dus. Zijn de stokken losgemaakt gooi ze dan niet zomaar in de boot. Spoel de modder eraf door de uiteinden eventjes flink hard door het water te schui ven. Veengrond gaat er meestal wat makkelijker af dan plakkeri ge klei. Er is volgens mij geen henge laar die tijdens een visdag niet wat in de boot laat vallen. Is het geen aas, dan zijn het wel wat restantjes voer of een leeg blik je. Laat die rommel niet in de boot liggen, maar gooi voor de vis consumeerbare spullen overboord (niet op de kant: want daarmee lok je alleen on gedierte) en stop de rest in je vistas of zitmand. Dat geldt ze- FOTO WIM DIJKMAN ker voor afgedankt nylon, want daarmee voorkom je dat- vogels erin verstrikt raken en epn el lendige dood sterven. Teruggekeerd op de uitvalba sis zorg je er natuurlijk voor dat de boot goed stevig wordt afge meerd. zodat de verhuurder la ter op de dag niet zijn ronddob berend bezit hoeft te gaan op halen. Ben je van plan om de volgende week weer naar de zelfde plek terug te gaan reser veer dan direct een boot voor de komende visdag. U loopt dan tenminste niet het risico dat u met een complete hengc- luitrusting langs de waterkant arriveert om te ontdekken dat alle bootjes al zijn uitgevaren. Met andere vissers. SPREEKUUR Twee weken geleden heb ik het gehad over prostaatprobiemen.eenoude-mannen- kwaaltje zoals een van mijn patiënten het noemde. „Bent u eigenlijk nog naar de uro loog geweest?", vroeg ik hem toen hij voor iets anders langskwam. Jawel", zei hij. en toen volgde een beschrijving van de onder zoeken die hij had moeten ondergaan. Eind van het verhaal was dat hij toch maar liever afzag van verdere behandeling, hoewel de uroloog een operatie noodzakelijk had ge acht. 1 let verbaasde mij een beetje en ik vroeg naar zijn beweegredenen. Nou, dar was een heel verhaal, zei hij, zijn vrouw was nu al meer dan vijftien jaar dood en sinds een jaar of wat had hij een vriendin, een paar jaar jonger dan hij. „Een heel lev enslustige vrouw, dokter, Ris u begrijpt wat ik bedoel en we hebben het seksueel heel fijn samen. En de specialist kon me niet garanderen dat ik na de opera tie alles nog zou kunnen. En echt, als dat niet meer kan, dan gooi ik m'n petje in het water en ga ik eronder staan, want dan hoeft het leven voor mij niet meer." Seks en bejaard zijn. hartstocht en hoge leeftijd, in onze maatschappij kijken we nog altijd gek aan tegen die combinatie. Seks is overal om ons heen, de reclame maakt er dankbaar gebruik van, maar het zit meestal in de Veronica-sfeer. Uitdagende meiden, sexy jongens. Jong, snel, wild. strakke billen en stevige borsten. De gedachte aan oude lichamen, met plooien en rimpels, in een hartstochtelijke omhelzing staat ons tegen. Het hoort niet. De inrichting van onze vaderlandse verzor- gings- en verpleeghuizen is een illustratie van deze moralistische opstelling. Er is daar bepaald weinig gelegenheid voor romanti sche rendez-vous, en vaak hebben bejaarde minnaars te kampen met een afwijzende en soms veroordelende houding van de omge ving. Dit kan de professionele omgeving zijn (mij is een geval bekend van een be jaarde heer die een standje kreeg van de di rectrice omdat hij de nacht bij zijn vriendit\ had doorgebracht), maar ook komt het voor dat kinderen grote moeite hebben met het feit dat hun vader of moeder op hoge leef tijd er blijk van geeft een seksueel wezen te zijn. Met het ouder worden kan de beleving van seksualiteit veranderen. Er treden lichame lijke veranderingen op waardoor de reactie op seksuele prikkels langzamer verloopt, maar het vermogen tol vrijen, geslachtge meenschap en klaarkomen is niet voorbe houden aan de jeugdigen. Bij sommige mensen neemt de behoefte aan gemeen schap met de jaren af (wat niet abnormaal is), anderen, zoals mijn patiënt en zijn vriendin, blijven tot op hoge leeftijd seksu eel zeer actief. En dat is ook normaal. Zo'n 5 procent van de 85-jarigen heeft eenmaal per week gemeenschap. Het is wel zo, dat de lichamelijke reactie op seksuele prikke ling kan verminderen als de frequentie van seksueel contact laag is. Kortom, zoals de Amerikanen zeggen: If you don't use it, you lose it. Medische behandelingen in het gebied van de geslachtsorganen kunnen het seksuele leven uiteraard beïnvloeden. Een prostaai operatie doet dat ook. Maar er zijn verschil lende soorten prostaatoperaties. DeTUR I r;ms Urelhrale Reset lie), de operatic waarbij de vergrote prostaat via de piasbuis wordt weggehaald, heeft als bijverschijnsel dat bij de zaadlozing het zaad niet naar bui ten komt. niaar in de blaas wordt geloosd. Het gevoel van klaarkomen hoeft daardoor niet te veranderen. I let komt eigenlijk niet voor dat na een TUR de man op lichamelij ke gronden impotent wordt. Wel kan het zo zijn dat na zo'n operatie op psychische gronden hét vermogen tot erectie verdwijnt, maar dat is een heel ander verhaal. Andere prostaatoperaties kunnen overigens wel im potentie tot gevolg hebben, Na telefonisch overleg met de uroloog bleek de conclusie van mijn patiënt over zijn toe komstig seksueel functioneren te berusten op een misverstand. Hij is akkoord gegaan met de operatie en zal binnenkort daarvoor worden opgenomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 21