Het circus komt naar de stad T ZATERDAG 19 JUN1199 Zou het soms door dat gordijn komen. Door de gordijnen die open vallen als twee lippen, waarna de artiesten en dieren uit de mond verschijnen. Alsof ze uit hef niets komen en na de voorstelling weer teruggaan in het niets. Het is de magie van het circus. Vanaf 26 juni doet zo'n groots ma gisch spektakel Neder land weer aan: het American Circus. Net zo Amerikaans als een McDonalds in Leiden of Haarlem. In het Duitse Liibeck was een voorvertoning. Over een ijskoningin, de lief de voor olifanten, on wennige everzwijnen en de clown die weer mens wordt. JOHN SCHOORL FOTO'S HANS VAN WEEL I amara! Zij is de spitse ijskoningin, I een tengere hoogblonde verschij- JL ning, die hoog in de lucht op de trapeze danst. Ze schommelt, speelt met de zwaartekracht en zoekt het dak van het cir cus op. En heen, en weer. En heen, en weer. Orgelmuziek zwelt aan. Ze maakt een schroef op de plaats. Om de trapeze lijkt een onzicht bare kooi te zitten. En dan is de oefening klaar. Ze kijkt om zich heen, hunkerend naar applaus. Alsof ze wil zeggen: 'begrijp me dan, zie toch wat ik doe. Neem me toch in mijn armen'. Schamper lachend neemt ze af scheid van het publiek. Na de voorstelling. Alle artiesten gaan voor de nazit naar een tent vol drankjes en hapjes. Ze is er niet. Waar is Tamara? Niemand weet het, of maakt een vage beweging met de hand richting grote tent. Tamara! Spitse ijs koningin. Waar ben je? Ze loopt in de grote tent, een eenvoudige, gekreukte cape om haar schouders geslagen. Ze worstelt met een touw dat moet worden losgemaakt. Mannen in blauwe werkpakken schreeuwen naar haar. Tamara werkt. Tamara doet een klusje. Maar jij bent toch Tamara? Ze knikt, ze lacht onbegrijpelijk. In de lucht was ze mooi er en was ze van een onbereikbare schoon heid. En hier staat ze dan: aan haar voeten plakt zaagsel, aardser kan het bijna niet. Ze staat weer met beide benen op de grond. Haar gezicht is spits te spits. Ach, Tama ra... Ga maar weer omhoog. Blijf daar maar voor eeuwig. Laat de werkmannen in hun blauwe overals jou maar voeden of voor jou een onbereikbaar huis bouwen. Tamara! Omhoog! Ze komt uit Rusland en is 25 jaar. Op de wereldberoemde Moskouse circusschool leerde ze alles. Pas twee maanden werkt ze bij het American Circus. Ze spreekt Duits in korte zinnen. Veelvuldig kijkt ze omhoog naar de trapeze. ,,Ik ben daar vrij", zegt ze weemoedig. „Hier op de grond heb je bepa lingen. Daar in de hemel ben ik mezelf. Daar vlieg ik. Altijd ben ik bang, maar ik speel met mijn zenuwen. Veel mensen die bij een cir cus werken denken in een groep. Ik niet, ik wil alleen zijn. Daarboven zie ik het publiek. De mensen. Alles is van mij, maar ook weer niet. Als je in een groep zit en er gaat iets mis, dan ben je de sigaar. Als er nu iets fout gaat, is het mijn fout. Ik ben ik." Een trots meisje. Eigenzinnig. Ze vertelt dat ze in eep wagen woont, zoals iedereen bij het circus. En even zie ik die wagen voor me. Twee kleine parkieten in een kooi. Hen paar foto's van Tamara als gevierde ster in scheef hangende gouden lijstjes. Op een klein tafel tje staat een bosje kunstbloemen. In de hoek staat een grote cassetterecorder met stapels cassettes in een wanorde ernaast. Zoiets. Tamara! Een man in een blauw werkpak schreeuwt haar toe. Ze moet opschieten, zo maakt de man duidelijk. Na de voorstelling is iedereen gelijk. Zij is de ster als de spotlights branden, maar de schemer van een circus avond kent geen onderscheid. Magie Ze leunt tegen een paal en roept de herinne ring op aan de voorstelling die achter de rug is. De. tent is bijna leeg. Even lacht ze. ,Als ik daar zo sta, hoor ik het applaus, zie ik de mensen lachen en zie ik die tevreden gezich ten. Dat is voor mij het grote moment. Een invalide man zei me eens na de voorstelling: 'Jij hebt me weer kracht gegeven om door te leven'. Wat moest ik zeggen? Blijkbaar is rpijn invloed zo groot op mensen, dat dit soort dingen kunnen gebeuren. Dat straal ik blijk baar uit. Dat is de magie van het circus." Ah, daar is het woord. Dat woord: magie. De illusie, het idee dat het circus kunsten laat zien waarvan het ondenkbaar is dat je die in het normale leven tegenkomt. Een andere wereld, met de piste als epicentum. Dat spe ciale gevoel begint al als in de stad de borden aan de lantaarnpalen worden vastgemaakt. Het lijkt alsof dat al met artistieke handen ge beurt. Het circus komt naar de stad! En je ziet het aan het begin van de voorstelling in Liib eck. Mensen zitten rechtop en durven niet van hun plaats te gaan. De zichtbare verwon dering. Toe, laat het circus beginnen. Dit circus is het American Circus. Maar wie mocht denken dat de crew en de artiesten Amerikanen zijn, zit verkeerd. Twee clowns zijn Yanks. That's all. Vergelijk het American Circus maar met een vestiging van McDo nalds in Nederland. Daar werken immers ook geen Amerikanen. Zo'n naam koop je. Het echte American Circus werd in in 1963 in New Jersey opgericht. Nu zet de Italiaanse fa milie Togni deze Amerikaanse droom voort. Het gezicht van het circus is Flavio Togni, of FIAAAAAVIOOOO TOOGGNNII1II, zoals hij steevast door de spreekstalmeester wordt aangekondigd. De ster van het circus, telg van zeer oud circusgeslacht. Verschillende malen onderscheiden, en volgens het pro grammaboekje geëerd door vorsten en pau sen. Kaarsje Het circus begint. Eenvoudige klanken. De piste is leeg. Een spiegel met bijbehorend ta feltje wordt neergezet. Een kapstok. Een man komt binnen. Hij hangt zijn jas op. Hij steekt een kaarsje aan en laat dat zijn bedroefde ge laat verlichten. Langzaam maar zeker wordt de man een clown. Op het verdrietige gezicht is een lach gesminkt. En daar is Flaaavioooo Togggnnniiiii met zijn gevolg. Olifanten klimmen op eikaars rug, houden eikaars slurf vast en gaan op een krukje zitten, als een opaatje dat zich na zijn zondagmiddagwandeling op een bankje bij het water neervleit. In drie pistes zijn de paarden en olifanten aan de gang. Het gaat slechts om een introductie, zo begrijpen we later. Want als klapstuk komt De Man vele acts later terug met zijn vijftien Indische oli fanten. Dat gaat gepaard met veel rook. Muziek van Star Wars. De artiesten hebben zich ge huld in een soort space-kostuum, en moch ten we vergeten hoe de artiest ook weer heet: de spreekstalmeester herinnert ons er voort durend aan: FLAAAAVIOOOO TOGGGGNNNNNIIl! De Man is één met zijn dieren, vertelt hij achteraf. Met simpele bewegingen laat hij zijn olifanten kunstjes vertonen. Als driejarig kind was Flavio al meer bij de dieren te vin den dan bij zijn vriendjes. „Dieren voelen zich zeker bij me", zegt hij. Zoals in Rome, die keer. Het licht in de tent viel uit. Het pu bliek raakte in paniek. Flavio niet. Hij riep zijn dieren bij zich, liet merken dat hij er nog was. „Ze wisten dat ze niet bang hoefden te zijn, omdat ik ook niet bang was." Elke ochtend zoekt hij de olifanten op. Fla vio voelt net zo veel of misschien wel meer voor ze dan voor zijn familie. Zijn grootva der had ook die speciale band met de dieren. Nooit huilde die oude Togni. Toen zijn zus- fer, broer en vader stierven, stroomde ér geen traan over zijn wangen, maar nadat de 55-ja- rige olifant Carla het aflegde, was grootvader tijdenlangontroostbaar. Middagommetje En dan zijn er Los Quiros. Drie jongens op een hoog gespannen draad. Even vraag je je af of er wel een touw is. Deze evenwichtskun stenaars schermen, huppelen, gaan voor- of achteruit en maken met zijn drieën een pyra- mide. Het lijkt wel alsof het touw een illusie is. De drie mannen zullen het leven op aarde wel erg simpel vinden. De volgende dag zijn de jongens in de tent aan het oefenen. Een van hen, Spaanse Roberto, loopt heen en weer op een laag gespannen touw, alsof het een middagommetje betreft. Bijna dag en nac^t balanceren de jongens over de draad. „Het is belangrijk", vertelt Roberto, „om con tact met de draad te houden. Het liefst slaap ik ook op de draad." Roberto kijkt verveeld om zich heen. Kijkt naar zijn kompaan, die hoog in de lucht heen en weer loopt. Beneden gaat een paard met zijn voorpoten omhoog. Het ever/wijn loopt in de andere piste onwennig rond. Alsof hij duidelijk wil maken dat hem als ever/wijn ooit een andere toekomst was beloofd dan kunstjes uitvoeren op zaagsel. En dan lopen we door het gordijn waar normaal de artiesten en dieren de tent bin nenkomen. Ach en wee. Sommige dingen Flaaavioooo" (TonnnnnggfcN moet je helemaal niet zien. Deze magische scheidingslijn is niets. Achter de couliissen blazen mannen ballonnen op. De auto waar mee een van de clowns zijn act uitvoerde, staat verscholen tussen andere attributen. Zijn belang is van geen belang meer. Een cir cus zonder spotlights, schemer en opwek kend gekwetter van het circusorkest is als een tentenkamp na een nacht onweer. Aan het einde van de voorstelling komt de clown Elder weer de piste binnen, net als aan het begin. De tafel met spiegel staat klaar. El- der hangt zijn clownsjas aan de kapstok. Hij maakt zijn manchetten los en kijkt mistroos tig voor zich uit. De melancholieke muziek kleurt de tent somber alsof de zon lang zaam de zee inzakt. Alles is over. Op is op. De clown is weer mens. Roetsssjjjjj, we zijn terug op aarde. De magie is weg. De orde van de dag Veel en veel later na die voorstelling staat El- der wat verlegen bij de tent, een drankje in zijn hand. Dat begin en dat einde is nodig, zegt hij. „Iedereen denkt dat wij circusmen sen zoveel anders zijn. Nee, hoor. Wij zijn ge wone mensen. Als mijn mopsneus, pruik en schmink eraf zijn, ben ik net als iedereen Door mij in de piste om te kleden, wil ik de mensen en de kinderen laten zien dat aan de illusie een einde komt. En dat iedereen weer moet overgaan tot de orde van de dag. The dream is over. Vanaf 26 Juni doet het American Cl reu* Nederland aan. Dc loemee begint In Weert eh gnat vin Heer len, Slttard, Arnhem, Haarlem, Leiden, Oen Haag, Rotterdam, Nijmegen, Groningen, leeuwarden en Zwolle naar Utrecht. Van donderdag IS juli lot en met woen*dag 21 Juli slaat het circus In Haarlem op het evenemententerrein tegenover over het Kennemer Ziekenhuis, locatie EG, nan de Boer- haavelaan. In lelden Is het American Circus van donderdag 22 Juli tot en met zondag 25 Juli op het parkeerterrein van dc Groenoordhal te aden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 35