ZATERDAGS BIJVOEGSEL In de rij voor een koophuis 4 ML M 3 ZATERDAG 12 JUNI 1993 Gegadigden betalen soms meer dan de vraagprijs LINDA WELTHER Kopers betalen meer dan de vraagprijs voor een huis, makelaars en woningzoekenden gooien briejjes in brievenbussen om eigenaars op te roepen hun huis te verkopen, kandidaat-kopers staken soms de strijd om een nieuw huis. De krapte op de huizenmarkt drijft de prijzen steeds verder op. De gemiddelde verkoopprijs vooreen woning in de Leidse regio bedroeg eind 1992 precies 221.560 gulden. Daarmee liggen de prijzen voor het eerst weer hoger dan in 1978, toen het gemiddelde op 208.800 De enorme stijging van de hui zenprijzen laat zich goed illu streren aan de hand van het voorbeeld in de Oegstgeester Haaswijk. Bij de oplevering van de woningen in deze nieuwe buurt bedroeg de gemiddelde prijs 160.000 gulden, nu vijf jaar later moet voor een woning gemiddeld 220.000 tot 230.000 gul den worden neergeteld. Mensen moeten zó snel reageren als er een huis vrijkomt, dat er in het kantoor van makelaardij Proper in Oegstgeest twee dames zijn die zich speciaal bezighouden met het informeren van de klanten over het aanbod. ,,Want als je twee dagen wacht, ben je al te laat." Volgens makelaar Carolien Proper uit Oegstgeest bestaat de krapte op de koophui zenmarkt al zeker een jaar, vooral in de prijs klasse tussen 175.000 en 250.000 gulden. ,,Ik bemiddel bijvoorbeeld in een pand in Leiden van 179.000 gulden. Daarvoor heb ik van middag tien afspraken. En als je een heleboel kandidaten hebt, wordt de prijs natuurlijk opgedreven. Veel mensen hebben al vaak hun neus gestoten en die willen dan graag de vraagprijs betalen, of soms zelfs meer." De hoge huizenprijzen doen denken aan 15 jaar geleden, toen er ook sprake was van een hausse. Makelaar Proper: „In 1978, toen de prijzen zo hoog waren, was de rente ook aanmerkelijk hoger. Op een gegeven mo ment werden de huizen zo duur, dat nie mand ze meer kocht, dus de markt stortte in." De gemiddelde verkoopprijs was in de jaren '82-'83 weer gedaald tot 136.000 gul den. Dat gaf merkwaardige situaties. Proper: „In die periode waren er nieuwbouwprojecten, zoals op het Waardeiland, waarbij na een jaar de prijzen nog maar veertig procent waren van de oorspronkelijke waarde. Dat was na tuurlijk erg sneu voor de eerste intekenaars. Daar zijn toen ook een hoop huizen ver huurd, omdat ze niet verkoopbaar waren en er is ook flink gekraakt." Het probleem speelt niet alleen in Leiden. Volgens Proper gaat het om de hele Rand stad. Omdat daar nu eenmaal het meeste werk is. „En als de files van het woon- werk verkeer blijven toenemen, gaan toch steeds meer mensen op de plek wonen waar ze wer ken." Hoe komt het dat er zo weinig koophuizen te krijgen zijn? Makelaar J.Th. de Laat uit Voor schoten weet een aantal oorzaken te noe men. „De slechte economische situatie speelt een belangrijke rol. Daardoor stellen veel ei genaars die hun huis wilden verkopen hun verkoopplannen nog even uit. Maar door de lage rentestand zijn er wèl veel meer kopers. Het is nu immers relatief voordelig om een hypotheek af te sluiten. Hij geeft een voorbeeld: „Als je nu een een gezinswoning koopt met een hypotheek van twee ton, heb je ondanks het hoge huurwaar deforfait de komende jaren een vaste woon last van 1000 gulden netto per maand. Voor dat geld kun je bijna niet meer zo'n zelfde soort huis huren. Bovendién, als die huren per jaar zo'n vijf procent stijgen, gaat de prijs over een periode van dertig jaar zeker drie keer over de kop. Over dertig jaar betaal je dus 3000 gulden huur. Terwijl bij een koop huis over dertig jaar de kosten nihil zijn." Een andere oorzaak is het feit dat de men sen veel vaker verhuizen dan vroeger. „Jon geren gaan veel snéller op zichzelf wonen en het aantal echtscheidingen neemt nog steeds toe." Ook de overheid werkt mee aan het te kort van koopwoningen. „Er is veel minder nieuwbouw dan vroeger. Leiden bijvoorbeeld is eigenlijk vol." Ten slotte speelt volgens De L^at de een wording van Europa mee. „De prijzen voor een huis zijn in het buitenland veel hoger, en Nederland moet zich daar enigszins bij aan passen. Nederlanders zijn eigenlijk nooit ge wend geweest om wat voor hun huizen te be talen. Met Duitsland bijvoorbeeld verschillen onze prijzen zeker zo'n dertig a veertig pro- Buurt Het huizenaanbod verschilt ook per gemeen te en per buurt. In Voorschoten bijvoorbeeld speelt het probleem niet zo. Daar kampt men meer met het probleem dat er geen vraag meer is naar dure huizen. Kort geleden is de nieuwbouwwijk Starrenburg opgeleverd, met woningen van rond de vier ton, dus alle gega digden voor zo'n huis zijn daar naartoe ge trokken. Andere panden in die prijsklasse blijven nu leegstaan. Ook in Wassenaar, waar bijna alleen dure huizen te krijgen zijn, hoeven de kopers niet te vechten om een woning. Met verkoopprij zen van rond een miljoen is er ook niet zo veel vraag. Aan de andere kant is volgens Proper de vraag naar huizen in plaatsen als Zoeterwou- de-Dorp, Hazerswoude-Dorp, Koudekerk en Valkenburg in verhouding minder sterk toe genomen. Deze gemeenten zijn ook relatief goedkoper. Dat komt vooral door de ligging en de bereikbaarheid ervan en wordt mede bepaald door het antwoord op de vraag of er een station in de gemeente is. Leiden blijkt bij huizenkopers steeds gelief der, ook bij mensen van buiten de stad. Dit komt doordat het zo gunstig ligt tussen Am sterdam, Rotterdam en Den Haag. De Burge meesters- en Professorenwijk en de Vogel wijk zijn het meest populair. Tot voor kort was er in de Stevenshof weinig vraag naar be staande huizen, maar volgens makelaars lo pen de zaken ook in de nieuwste I>eidse wijk goed. Zoektochten De krapte op de huizenmarkt leidt vaak tot lange zoektochten naar een geschikte wo ning. Het echtpaar Martens is al enkele maanden op zoek naar een huis in Leiden. Ze hebben er al een stuk of zeven gezien, maar schrikken telkens van de hoge prijzen. „We zoeken iets tussen de 2,5 en de 3,5 ton. Het liefst een karakteristiek pand, bijvoorbeeld uit de jaren dertig. We willen liever geen nieuwbouw." „Zo'n vier maanden zijn we nu aan het zoeken, en dat is voor deze tijd nog niet eens zo lang. Vrienden van ons zijn al een jaar op zoek. Die hebben echt wild-west taferelen meegemaakt, zoals de situatie dat kopers meer dan de vraagprijs gaan bieden. Ze zijn nu zo wanhopig geworden dat ze maar gela ten afwachten tot de markt een keer instort." In Leiden is vooral de vooroorlogse Burge meesters- en de Professorenwijk heel popu lair. Martens gaat er niet eens meer kijken. „We hebben wel eens huizen bezichtigd in de De I^aat de Kanterstraat en in de Thorbec- kestraat. Maar die waren idioot duur. Als je in die wijk echt een huis wil hebben, weet je ge woon zeker dat je te veel betaalt." Onderwijzer Berkhout uit Katwijk speurt al bijna een half jaar naar een eengezinswoning in Katwijk aan de Rijn. „Ik zoek iets in het oude gedeelte, in de buurt rondom de Rijn straat. Ik word steeds ingelicht door mijn ma kelaar, maar toch ben ik vaak te laat met mijn bod. Dan is er weer iemand vóór me die bereitl was een hoog bedrag te betalen en is het dus al verkocht. Heel veel huizen worden ook onderhands verkocht, zonder makelaar. Die gaan dus helemaal aan je neus voorbij." De Katwijker had niet verwacht dat het zo lang zou duren voor hij een geschikte woning kon vinden. „Ik weet wel dat er in andere buurten misschien meer te krijgen is. maar die huizen zijn te groot en te duur voor mij. En ik wil niet meer betalen dan 2,5 ton." „Maar als je zo lang op zoek bent, loop je natuurlijk de kans dat je uit wanhoop maar meer gaat bieden, om maar iets te krijgen. Of dat je iets neemt dat eigenlijk niet helemaal naar je zin is. Ik doe m'n best om dat te voor komen." Voorlopig berust hij maar in de si tuatie: „Ik moet geduld hebben." Woningzoekende Martens plaatst vraagte kens bij de rol die makelaars in het geheel spelen. „We hebben gemerkt dat je gewoon een makelaar in de arm móet nemen om aan adressen van lege panden te komen. /Vis je dat niet doet, zit je constant in een achter standspositie. Want makelaars houden hui zen die te koop staan eerst zo'n tien dagen onder zich, voordat ze die aan het publiek af of dat wel kan v toch allerlei regels die prijsgeven. Ik vraag i volgens de EEG zijn kartelvorming verbieden gen dat de prijzen niet te hoog worden. „En een makelaar kost inclusief BTW zo'n twee procent van de koopprijs. Dat is een aanzienlijk bedrag. Bovendien verplicht je je om alles via hem te doen en kun je niets meer onderhands regelen als de gelegenheid zich voor mocht doen. Hoewel ik toch al niet meer afga op huizen die-in de krant staan, want daar is altijd wel iets mee. Er is dan bij voorbeeld een invalidenbadkamer midden in de gang waar niemand iets aan heeft, of het pand is slecht onderhouden." Koffiedik kijken Hoe de huizenmarkt zich verder zal ontwik kelen blijft nog onzeker. Veel makelaars den ken dat de prijzen nog een tijd verder stijgen, maar op langere termijn is het koffiedik kij ken. In 1978 stortte de markt in, maar toen was de rente niet zo laag. Dus het afsluiten van een hypotheek was niet zo voordelig als nu. Bovendien waren in 1978 de vraag en het aanbod meer in evenwicht. Makelaar Van der Drift uit Leiden ziet al te kenen dat de geld verst rekkers voorzichtiger worden met het verstrekken van hypotheken. „Die houden er ook rekening mee dat de het op een gegeven kunnen betalen."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 31