'Slaapdozen zijn zeker 's winters een uitkomst' Oei, er zit een bedrijf in mijn huis! 'Hollanders maken eigen vakantie' Gesprek van de Dag 'Laat de PTT zich met postzegels bezighouden' 'De wijsvinger is het geweten van de mens' VRIJDAG 7 ME11993 CHEF •WILLEM SPIERDIJK. 071-1 MEINDERT VAN DER KAAI). 071 -16135: Herman mag graag 's nachts op zijn waterbedje dobberen. Hij vindt het zalig om zich in de winter, als de thermostaat lek ker hoog staat, nog een uurtje te concentreren op de warmte die door zijn spieren trekt. En in hete zomers gaat de thermos taat uit. Koel, koel, heerlijk koel is het dan. De wanden van zijn slaapkamer heeft Herman in rustgevend donkerblauw geschilderd. Het plafond heeft hij beplakt met iluorescerende sterretjes. Als hij naar boven staart, waant hij zich in het paradijs. De appel ligt altijd binnen handbereik op het nachtkastje. Dit keer ligt Herman echter maar te woelen. Hij bedenkt zich dat niet alle stervelingen even fortuinlijk zijn. Talloze mensen slapen zelfs onder de blote hemel. Hij beklaagde na tuurlijk wel dagelijks het lot van de daklozen, alleen, wat deed hij er wérkelijk aan? Zond hij wel eens een zonnestraaltje naar het aardse tranendal waar in zij zwervers leefden? De Rotterdamse woningstich ting 'Onze Woning' wel, dat had hij 's ochtends in de krant gele zen. Want wat deed deze stich ting? Om het probleem van de opvang van de talloze daklozen gedeeltelijk op te lossen, ont wikkelde zij speciaal een kar tonnen doos, de zogeheten slaapdoos. Gemakkelijk mee te nemen als pakketje en simpel uit te vouwen tot een huisje. Geen eenvoudige kartonnen doos bovendien, maar eentje die langere tijd meegaat. Ook als het regent. Het Leger des Heils in Rotterdam ging de dis tributie verzorgen, stond in de krant. Leiden Zou dat ook iets voor Leiden zijn, had hij zich afgevraagd. En hij had het Leger des Heils ge beld. „Nou, dat verhaal wat u vertelt is voor ons helemaal nieuw", zei luitenant E. Boe- laard van de Leidse afdeling, „maar het lijkt mij een uit komst. Zeker in de winter. Dan is het meteen een mooie aan vulling op de dekens die we dan al verstrekken. En we zijn van plan 's winters ook een soep ronde in te stellen. Ik wil zelf gaan onderzoeken of daar be langstellingvoor bestaat." Boelaard had tegen hem gezegd dat hij nog geen compleet beeld had van het aantal dak- en thuislozen in Leiden. „Ik werk hier nog maar een paar maan den, daarvoor zat ik in Amster dam. Daar was het in elk geval zo dat alle zalen van het Leger des Heils werden opengesteld, als alle andere plaatsen vol za ten. Maar dat was alleen in ge val van uiterste nood." Boelaard zei dat ook in Leiden de zalen alleen in uiterste nood worden opengesteld. „We kun nen hier geen professionele hulp bieden. Ik ben maar de enige full-timer in Leiden. We zetten de mensen dan ook wel eens op de trein naar Rotter dam, Den Haag of Amsterdam. Alleen al in Amsterdam zitten honderdvijftig full-timers. Van hen zijn er vijftien maatschap pelijk werker." Bewust Dat laatste was absoluut nodig, zei Boelaard. „Want er is na tuurlijk meer dan opvang al leen. Je probeert ook naar een oplossing van hun problemen te zoeken. Daar heb je deskun digen voor nodig. Want je hebt nog altijd een groep die blijft zwerven. Die mensen kiezen daar bewust voor. Voor hen hebben die dozen nut." Die woorden dreunen maar na in zijn hoofd. Herman denkt plotseling aan het verhaal van Pandora, uit de Griekse mytho logie. Zij was de eerste vrouw op aarde, geschapen door de goden. Die goden hadden haar een doos gegeven die ze niet mocht openmaken. Uit nieuws gierigheid deed zij het toch. Zo verspreidde zij alle kwalen die erin verborgen waren over de aarde. Alleen de hoop bleef op de bodem achter. „Morgen koop ik duizend do zen en deel ze zelf rond", denkt hij. Dan valt hij in slaap. HERMAN JOUSTRA» Slapen in een kleine kluis. In de nu ontworpen slaapdoos heeft men beduidend meer ruimte, foto archief 'Ik wilde graag deze brief ver sturen, mijn girobetaalkaarten ophalen en ik heb ook nog tien briefkaarten en een velletje postzegels nodig. Oh en als u toch bezig bent. doet u mij dan gelijk maar de Libelle van deze week. een rolletje perpermunt en een pakje shag.' Het lijkt op een raar tafereeltje om tegen te komen in een post kantoor, maar binnenkort wordt het toch werkelijkheid. Het komend jaar opent de PTT in Nederland vijftig postkanto ren 'nieuwe stijl', waar de klant behalve voor zijn PTT- en Post bankdiensten ook terecht kan voor lectuur, zoetwaren en ta bak. Het lijkt een simpele uit breidingvan de dienstverlening van de PTT, maar veel tabaks winkels in Leiden zijn er alles behalve blij mee. „Het is belachelijk dat de PTT die winkeltjes in de postkanto ren vestigt," zegt Franck Fiele- mon van tabakswinkel Fiele- mon aan het Bevrijdingsplein boos. „Wij beginnen in onze ta bakswinkel toch ook geen post agentschap, dus waarom wel andersom. Laat de PTT zich nou gewoon maar bezighouden met postzegels en briefkaarten en zich niet bemoeien met onze zaken." Mevrouw C. Baar van het Ha vanahuis aan de Apothekersdijk vindt de plannen van de PTT ook 'vreselijk'. „Ze snoepen elke keer iets van ons weg. Eerst de benzinestations die ook sigaret ten en tijdschriften gingen ver kopen en nu zelfs de PTT. Het wordt echt steeds moeilijker voor de kleine zelfstandige om het hoofd boven water te hou den", zegt ze somber. Een paar tabakswinkels in Lei den liggen echter niet wakker van de plannen van de PTT. „In principe wordt de PTT dan wel concurrentie," zegt A. Cazeinier van tabakswinkel Cazemier in de Kopermolen. „Maar wij heb ben een veel groter assortiment dan zij krijgt. Ik ben er dus niet zo bang voor. Mijn zaak zit niet bij een groot postkantoor in de buurt, dus veel last zal ik er waarschijnlijk niet van heb ben." Die mening deelt ook R. Ter Haar van tabakswinkel Ter Haar aan de Haarlemmerstraat. "We krijgen concurrentie, maar dat hebben we nu eigenlijk ook al van Albert Heijn en de benzi nestations, dus dat zal niet veel uitmaken. Nee hoor. je bent een speciaalzaak en dat is je kracht." VALERIE LEENHEER Paragnosten, waarzeggers, handlezers. Veel mensen wil len meer weten over dit soort 'bovennatuurlijke gaven'. Ip een korte wekelijkse serie be steedt Het Gesprek van de Dag aandacht aan 'De Gave'. Mannen met een lange neus hebben een goed karakter en vrouwen met ronde wenkbrau wen zijn romantisch. Het zijn voorspellingen van een mensle zer. In Vietnam is het mensle- zen tot een ware kunst uitge groeid en wetenschappers heb ben er al boeken vol over ge schreven. In Nederland is deze uitgebreide vorm van handle zen nog niet zo bekend. Een Vietnamese vluchtelinge die met haar gezin in Nederland op een verblijfsvergunning wacht, vertelt over deze gave van 'het zien'. Geen oosterse magie maar een vorm van kijken die in Viet nam is uitgegroeid tot kunst: het menslezen. Tran kan aan het gezicht, de handen en het haar van iemand zien wat de toekomst brengt. „In Vietnam leren veel kinderen menslezen, maar dat beperkt zich tot het karakteriseren van een persoon. Om te zien hoe iemands leven zal verlopen is een innerlijke kracht nodig die pas op latere leeftijd naar voren komt", ver telt Tran. De kracht die nodig is voor het 'voorspellen' van de toe komst is niet aan te leren. Kin deren die van hun ouders de kunst van het kijken leren, kun nen de gave alleen ontwikkelen als ze in staat zijn zich helemaal open te stellen voor andere mensen. Tran illustreert dit met een oud Vietnamees spreek woord: 'Ouders maken de kin deren. God maakt het karakter'. Als ik een gesloten persoon was geweest, had ik nooit kunnen menslezen." Anders dan hier in Nederland „Een hand groeit met het leven meer." wordt er bij het Vietnamese menslezen naar de handen, het gezicht, maar ook de vorm van de botten en de nagels gekeken. Tran legt uit: „Alle delen van het lichaam zijn bij het menslezen onlosmakelijk met elkaar ver bonden. Dat is bij een mens toch ook zo. Om een beeld van iemands toekomst te krijgen heb ik ook de andere lichaams delen nodig." Volgens de kunst van het kij ken staat in de linkerhand van de man zijn levenslot. In zijn rechterhand is aan de lijnen te zien wat hij van zijn eigen leven weet te maken. Bij de vrouw is dit net andersom. „Iemand met koele handen leeft rustig. War me handen betekenen dat ie mand erg ambitieus is. Daar naast kan ik aan de vorm en de kleur van een nagel zien of de man of vrouw in het leven te genslagen kan verwachten." Een oudere hand leest vol gens Tran makkelijker: „Een hand groeit met het leven mee." De levenslijn loopt vanaf het begin van de hand langs de muis naar de pols. Loopt deze lijn ononderbroken door tot aan de pols dan is de eigenaar van de hand een lang leven be- schorren. Boven de levenslijn loopt de toekomstlijn die recht door de hand gaat. Een lange toekomstlijn voorspelt een car rière. „De wijsvinger is het geweten van een-mens", zegt Tran. „Een kromme wijsvinger betekent dat iemand goed nadenkt over wat hij of zij zegt. Deze mensen zullen niet snel iemand kwet sen." En volgens de Vietnamese zijn mensen die geen rechte ringvinger hebben snel ont rouw. De middelvinger en de foto jan holvast pink vertellen meer over het ge zin, bijvoorbeeld hoeveel kinde ren een vrouw kan krijgen. De mond neemt bij het menslezen een belangrijke plaats in. Mondhoeken die iets omhoog staan duiden op een snelle babbelaar. Vrouwen met dunne lippen praten niet zo veel. En een gierigaard is te her kennen aan een kleine mond. Moeten al deze uitspraken letterlijk worden genomen? Vol gens Tran wel: „Als meer men sen zich verdiepen in het mens lezen, wordt het misschien seri euzer genomen. Maar ik kan ei genlijk niet van die nuchtere Nederlanders verwachten dat zij de oosterse kunst van het kij ken ooit zullen begrijpen." MONIQUE LANGE Opeens staat het zwart op wit Ik heb een bedrijf. Of nee, er zit een bedrijf in mijn huis. En dat bedrijf heet Bems Stevens en Co bv, lees ik op een reusachti ge envelop die zich als een koe koeksjong in mijn brievenbus heeft genesteld. In de envelop zit een folder van de nieuwste bestelbus van Volkswagen, waar mijn nieuwe bedrijf onmogelijk buiten kan. Wat doe je op zo'n moment? Foutje, bedankt? Of is het tijd voor paniek? Straks staat de fiscus nog voor de deur. Zo van: u heeft een bedrijf, ont ken het maar niet, de postbode is onze getuige. Of: waarom heeft u als directeur/eigenaar van Bems Stevens en Co bv al die aantrekkelijke aftrekposten laten lopen? Opnieuw aangifte doen! En snel een beetje! Tk begin de zoektocht bij het be drijf achter de bestelbus, een Amersfoortse auto-dealer. Die heeft het adres van Bems Ste vens en Co 'gekocht' van het Rijwiel Auto Informatie en Do cumentatiecentrum, compleet met de boeiende informatie dat 'mijn' bedrijf al een grijs kente ken heeft. Het centmm met de lange naam heeft die informatie weer gekregen van de Rijksdienst voor het Wegverkeer. Is dat niet de club die alle kentekens regi streert? Die zijn er natuurlijk rotsvast van overtuigd dat er tig bedrijfsauto's tussen mijn gera niums verscholen staan. Niet- opgegeven en dus reuze inte ressant voor de fiscus, denk ik maar weer. Want je kunt je maar beter op het ergste voor bereiden. Andersom Alleen, bij de RAI kan men op mijn adres geen bedrijf vinden. En de Rijksdienst kan niet na gaan welke auto's op mijn adres geregistreerd staan. Hun com putersysteem werkt namelijk andersom: als jij je kenteken geeft, geven zij je adres. Ik hoor daar dus dat mijn auto op mijn adres geregistreerd staat. En dat is niet bepaald een verrassing. „Probeer het maar eens bij de Kamer van Koophandel", klinkt het vriendelijk. „Daar moet het bedrijf geregistreerd staan. ïk kan verder niets voor u doen, kan ook niets schrappen". En, oh ja, de Rijksdienst heeft niets met de belasting te maken. Volgens de plaatselijke Kamer van Koophandel heb ik inder daad geen bedrijf. Of, om pre cies te zijn, op mijn huisadres heeft zich geen bedrijf laten re gistreren: „En we zijn tamelijk bij met ons systeem". De opge geven bedrijfsnaam lijkt alleen in Den Haag voor te komen. Daar zit aan de Pletterijkade een Royal Matic Berns Stevens bv. Met een hand op hun hart beloven de heren daar echter dat ze in mijn huis geen depen dance hebben gevestigd. Ook hun voorgangers, Royal Matic en Berns Stevens en Co (waar ken ik die naam toch van?), hebben nooit in Leiden gezeten. Volgens de dame van de Kamer van Koophandel is er dan ook geen reden voor paniek. Ik moet me pas zorgen maken als 'mijn' bedrijf ook van andere instanties post krijgt. De Amers foortse dealer belooft in lk geval dat hij mij uit het bestand zal gooien zodra ik folder èn ge wraakte envelop terugstuur. Bij de Rijksdienst is het afwach ten geblazen. Wist ik de kente kens van 'mijn' bedrijfsauto's maar... Een mooie opdracht voor mijn nieuwste nachtmer- Amerikaanse had al vijf vrije dagen in zes weken Ze werkt nu zes weken in Nederland en heeft al vijf vrije dagen gehad, de Ameri kaanse Marie Bloemendaal (33). Crazy, noemt ze dat vanuit de telefooncentrale van de Leidse Nalco-vestiging. Waar de meeste Amerikanen zich met drie of vier vrije we ken moeten behelpen, inclusief de vrije feestdagen, komt een Nederlander al snel aan een weekje of tien. Het gat wordt al geslagen bij de gewone va kantiedagen. Waar een gemiddelde Neder lander 28 tot 30 dagen 'krijgt', mag een Amerikaan in zijn handen knijpen met een derde daarvan. Sommige bedrijven bieden oudere werknemers wat meer vrije tijd, maar als serveerster in Califomië kon Marie fluiten naar betaalde vakantiedagen. Alles gebeurde in weekeinden, tijdens geruilde diensten èn op nationale feestdagen. Want, zegt ze eerlijk, die hebben de Ameri kanen wèl. Vrije maan - en vrijdagen als La bour Day, Memorial Day en President's Day zorgen voor zo'n acht tot tien driedaagse weekeinden per jaar. Van extra vrije dagen rond Kerstmis en Pasen heeft daarentegen geen Amerikaan gehoord, Iaat staan van exotische termen als ATV of ADV. Marie vindt dan ook dat 'Hollanders hun ei gen vakantie maken' en 'hartstikke ver wend' zijn. Zó verwend dat we het zelf niet meer zien. Sterker nog, we willen nóg meer vrije dagen. „En ik heb geen idee waar vóór", zegt Marie. Rustgevend Natuurlijk, het idee is goed. Waar Amerika nen altijd maar werken en geen tijd voor fa milie of rustgevende vakanties hebben, krij gen Nederlanders meer de gelegenheid om van hun leven genieten. Alleen, die ATV-da- gen zijn echt te veel. Want wat doen we er eigenlijk mee? De Engelse Mogen-werknemer Nick Garner is het roerend met haar eens: „Nederlan ders mérken niet eens meer dat ze zo'n dag hebben. In Engeland is een extra vrije dag altijd tot de laatste minuut volgepropt: mensen gaan uit, wegen zijn verstopt. In Nederland gaan mensen maar weer wat winkelen". Verder ziet hij niet zo'n verschil met de si tuatie in zijn vaderland. Onze overburen krijgen van hun werkgever ongeveer het zelfde aantal vakantiedagen en van hun re gering net zoveel feestdagen als wij. Die feestdagen zijn alleen wat beter over het jaar verspreid. „Bij jullie zit alles tussen Pa sen en Pinksteren. Na eind mei hebben jul lie bijna niets meer", waarschuwt hij Marie Bloemendaal. Ook zijn Duitse Mogen-collega Brigitte Damm is het oneens met de Amerikaanse dat wij Nederlanders extreem vaak vrij zijn. Vooral in het katholieke zuiden van Duits land hebben mensen ontzettend veel vrije dagen, vertelt ze. Dagen waarvan ze de be tekenis niet eens kan bevroeden, maar die de werkgevers wel veel geld kosten. Slop Nu de economie ook bij de oosterburen wat in het slop is geraakt, wil de regering een of twee feestdagen 'afnemen'. Het volk mort, maar Brigitte denkt niet dat het tot massale stakingen komt: „Ook dan houden we nog meer dagen over dan jullie Nederlanders". Vooral ambtenaren hebben het goed: met hun 38-urige werkweek, hebben ze al de nodige ATV-dagen. En er zijn plannen om terug te gaan naar een 35-urige werkweek. „In Frankrijk is het nog luxer", vertelt Dam me. „Daar hebben ze ook heel veel herden kingen. Dal ze Duitsland in de Eerste We reldoorlog hebben verslagen, dat ze Duits land in de Tweede Wereldoorlog hebben verslagen. En ga zo maar door". De directiesecretaresse op de Amerikaanse school in Wassenaar mag elf weken per jaar vrij nemen. De maand juli moet ze wel, want dan is de school dicht. Tijdens het schooljaar weigert ze echter haar zes weken vakantie op te maken. De Amerikaanse vindt dat ze eerst hard moet werken om van haar vrije tijd te kunnen genieten. Verwijt Het klinkt als een verwijt naar de Hollan - ders, maar is het niet. Voor zover ze dat kan overzien werken we hard. maar kijken we wel heel anders tegen vrije tijd en vakantie aan: „Hollanders zien hun vakantie als a big block of time, die ze rustig kunnen vullen met reizen en familie. Amerikanen moeten hard werken om hun paar vrije dagen zo goed mogelijk te kunnen vullen. Zodat ze Europa in vijf dagen kunnen ontdekken, bijvoorbeeld". Vinden ze dat niet vervelend aan de andere kant van de Oceaan? Krijgen ze daar geen stress van? „Ze weten niet beter", ant woordt de dame van de Amerikaanse school. „Ze worden er spontaner door", denkt de Nalco-dame zelfs. „Als je vrijdags hoort dat je vanaf zaterdag drie of vier da gen vrij hebt. denk je meteen: 'O, laten we dan even naar San Diego of Palm Springs gaan'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 21