Jaap van de Scheur, de druppel die een rivier wil worden China beheerst Tibet met 'levende boeddha's' Feiten &Meningen Fax ZATERDAG 1 ME11993 Vandaag neemt Jaap van de Scheur afscheid van de PvdA en van de Rotterdamse gemeenteraad. Met pijn in het hart, maar het moet. En als het dan toch moet, dan maar op 1 mei, de traditionele rode feestdag. In 1950, terug van militaire dienst in Indië, bedankte hij ook al eens voor de partij. Wegens de koloniale poli tiek van Drees. Na drie maanden dacht hij: ik doe maar weer mee. Nu is de breuk definitief. Wegens het sociale beleid van Kok. Maar hij blijft actief: met Solidair '93 wil hij volgend jaar meedoen aan de verkiezingen. „Ik ben pas 65 en ik vreet nog menig 20-jarige op. Met huid en haar". ROTTERDAM HANS HOFFMAN „De naam van onze partij is So lidair '93 en niet Solidariteit of zoiets, zoals vaak wordt ge schreven. Ik heb me trouwens in het begin ook wel eens ver gist. Maar een naam is niet zo belangrijk. Belangrijker is wat er achter die naam zit. En in mijn geval is dat een heel scala aan gevoelens - woede, schaamte, mededogen - dat zich gaande weg heeft ontwikkeld." „Mag ik een treffend voorbeeld noemen? Begin juni '91 zei Wim Kok op de partijraad in Deven ter: Over mijn lijk, mensen die ziek zijn hoeven zich helemaal geen zorgen te maken! Maar een paar dagen later was alles anders. Toen Lubbers en Kok op een zaterdagnacht om half twee uit hun bespreking kwa men, ben ik echt van mijn stoel gevallen. Niet alleen van verba zing, ook van verontwaardiging. Ik heb maar één keer in mijn le ven een profaan gebaar ge maakt en dat was toen. In mijn eentje, 's Nachts voor de buis. Ik dacht: mensenkinderen, waar zijn ze nou mee bezig?" „Later, op het congres in Nijmegen, zag ik de chantage- politick van het partijbestuur. Want ik mag toch aannemen dat ze het met Wim Kok eens waren, toen die tegen de partij genoten zei: Als jullie mijn WAO-verhaal niet slikken, stap ik op. Ik heb toen met mijn gro te mond gezegd: nu kras ik op, de maat is vol. Later dacht ik: misschien verandert het nog. Tot je twee jaar later, nü dus, een vervolg krijgt. Ik weet niet hoe u het ondergaat, maar ik heb begrepen dat men de zwak- sten in de maatschappij nu de finitief heeft laten vallen. Dat leidt ertoe dat je in contact komt met een aantal mensen, datje beseft: we moeten iets doen en datje dan Solidair '93 opricht. Dat is dus geen afschei ding van de Partij van de Ar beid. Ik was daar dan wel lid van, maar veel anderen niet. Wij willen ons inzetten voor men sen die zeggen: Ik ben mijn ei genwaarde kwijt. Ik voel me verlaten. Ik hoor er niet meer bij." Oplossingen „Die mensen gaan eigen oplos singen zoeken. Ik hou ergens in een zaal een praatje. Staat er een man op die zegt: Mooi ge sproken Jaap, maar ik geloof nergens meer in. Ik zeg: zo, zo, kom maar op met je verhaal. Nou, die man vertelt mij het volgende: Ik ben 53 jaar, heb mijn levenlang gewerkt als monteur en altijd goed mijn brood verdiend. Mijn vrouw en kinderen en ik, we waren echt wel tevreden. Totdat ik buiten mijn schuld werkloos werd. En nu ga ik binnenkort de bijstand in, want als je uitgetrokken bent van de WW, ga je de bijstand in. Maar nu komt het, Jaap, zegt die man tegen mij. Er vinden vreemde discussies in mijn huis plaats. Mijn twee kinderen, die Jaap van de Scheur is bezig met 'de druppel die een rivier moet worden'. nog thuis zijn, vragen me: Nou pa, wat ga je doen? Wat ik ga doen, zeg ik, ik ga de bijstand in. Zij zeggen: Maar van 1500 gulden per maand kun je niet leven. Je hebt maar twee moge lijkheden. Of je gaat over de schutting, stelen dus, of je gaat in het Westland zwart werken." „Dat verhaal van die man wordt dan ineens door veel anderen herkend. Ik wil best een gewe tensvraag stellen. Wij zitten al lemaal op prachtige inkomens, hè. Zelfs ik, met een pensioen, zit er nog riant bij. Maar stel nu dat je morgen terugvalt op de bijstand, wat zou jij dan doen? Je ging zwart werken. Je laat je gezin toch niet verkommeren? Nou, dan pleeg je, zoals dat heet, bijstandsfraude. Maar ik kijk iedereen aan die duizenden guldens schoon in de maand verdient en zwartwerken ver oordeelt. Hij of zij heeft mooi praten. Officieel mag ik nooit zeggen dat ik het goedkeur, maar ik begrijp het donders goed, omdat ik geen haar beter zou zijn. Als je de dingen zo ziet, moet je je verantwoorde lijkheid pakken." Cynisch Van de Scheur - rood jasje, zwart overhemd - knort het al lemaal in één adem onder zijn borstelige snor vandaan. Hij puft, mompelt en zucht in rafe lig Haags een monoloog bijeen die aan duidelijkheid niets te wensen overlaat. „Ik denk wel eens: wat is het cy nisch en stom, puur politiek ge sproken, om al dit soort maatre gelen te nemen. Wat zijn jullie van de PvdA dom dat je je door Lubbers zo in de maling laat ne men. Zelf zou hij dat nooit doen. Hij laat het de Partij van de Arbeid doen en die mag het dan ook voor de televisie uitleg gen. Dan wijs ik op mijn voor hoofd. Zo móet de partij wel naar de knoppen gaan. Kok als voorzitter van de FNV was te- foto cpd jaap rozema gen alles wat Kok als vice-pre mier en minister van Financiën voorstaat. Natuurlijk moetje als coalitiepartner soms wat water bij de wijn doen, maar dit gaat te ver. Als je dit alles in prakti sche politiek vertaalt dan zeg ik: nou, het is mooi geweest. Die verantwoordelijkheid wil ik niet meer nemen en kan ik ook niet meer nemen." „Wat wij als splinter kunnen be reiken? Ik heb in mijn leven vanuit een minderheidspositie heel wat kunnen bereiken. Als je maar volhoudt. De invloed van werknemers in de bedrijven, dat is toch ook voor een deel gelukt. En de positie van de minderhe Tibetanen diep gegriefd over misbruik religieuze traditie PEKING RAJIV CHANDRA De Chinese regering gebruikt zogenaamde 'levende boed dha's' om haar machtsgreep op het opstandige Tibet te verster ken, zo melden mensenrech tenactivisten die het land heb ben bezocht. De levende boed dha's zijn Tibetanen die door kloostermonniken zogenaamd worden herkend als een incar natie van een boeddha (verlich te geest) uit het verleden. Ver volgens worden ze als zodanig officieel erkend door de Chinese overheid. Ze vervullen naast hun spirituele rol vaak ook nog een wereldlijke rol in dienst van die overheid. Tibetanen in ballingschap gru wen ervan dat de Chinese rege ring misbruik maakt van een van Tibets' religieuze tradities, om zo controle te krijgen over de geesten van de Tibetanen, die zich tientallen jaren tegen de Chinese overheersing heb ben verzet. „Het is een Chinese uitvinding, die historisch en re ligieus niet klopt en ook nog eens wordt gehanteerd door overtuigde atheïsten", aldus een Tibetaanse banneling. Maar Sengchen Blobzang- Rgyalmtshan, een van de twee honderd driehonderd levende boeddha's in Tibet, ziet geen te genstelling tussen zijn spirituele en wereldlijke taken. In net da gelijkse leven is hij naast boed dhistisch monnik ook afgevaar digde in het door de Chinezen beheerste provinciale Tibetaan se parlement. „Er is geen sprake van tegen spraak of conflict. Ik geloof in het boeddhisme. En over 'is mes' gesproken, boeddhisme is idealisme en marxisme is mate rialisme. Ik ben niet tegen het marxisme", zo verklaart Seng chen. De levende boeddha is echter niet te spreken over de Tibet aanse onafhankelijkheidsbewe ging, die geleid wordt door jon ge monniken. „Die beweging heeft maar weinig aanhang, en de meesten van hen zijn bij de onafhankelijkheidsbeweging gegaan uit onwetendheid of omdat ze zijn misleid." Seng chen bezocht vorige week Pe king als lid van de Tibetaanse delegatie bij de zitting van het Chinese parlement. Volgens waarnemers probeert Peking langzamerhand haar greep op het Tibetaanse reli gieuze leven te versterken, door de levende boeddha's Ie pee Jonge monnik in Tibetaans dorp. Na het overlijden van een Tibetaanse kerkvorst begint een uitgebreide speurtocht naar zijn reïncarnatie, meestal in een klein kind, die wel jaren kan duren. foto cpd senteren als alternatief voor het religieus geïnspireerde nationa lisme in het land. In veel kloos ters is het aantal monniken op last van de Chinese overheid verminderd, en van de resteren de monniken staat een groot gedeelte inmiddels op de loon lijst van de staat. De Chinezen oefenen bovendien controle uit op de bestuursraden van de kloosters. Een andere Chinese bemoeienis is de financiering van de speur tocht naar de elfde Panchen La ma, een van de twee belangrijk ste leiders van de Tibetaanse versie van het Boeddhisme. Na het overlijden van een Tibet aanse kerkvorst begint een uit gebreide speurtocht naar zijn reïncarnatie, meestal in een klein kind, die wel jaren kan du ren. Sengchens klooster is in middels door de Chinese auto riteiten belast met de organisa tie van de huidige speurtocht. Een Chinese uitvinding die historisch en religieus niet klopt De Panchen Lama neemt in de Tibetaanse kerk-hierarchie de tweede plaats in na de (in bal lingschap levende) Dalai Lama, Tibets spirituele en wereldlijke heerser, die gezien wordt als de reïncarnatie van de bescherm god van Tibet. Het Chinese beleid om de cul turele en religieuze assimilatie in Tibet te bevorderen begon in 1979, toen het beoefenen van het Boeddhistische geloof weer werd toegestaan. Met de her opening van kloosters probeer de Peking decennia van onder drukking goed te maken, in de hoop dat ook de opgekropte wrok onder de bevolking allengs zou verdwijnen. De mate waarin het Chinese be wind zich met het Tibetaanse boeddhisme bemoeit, werd pas goed duidelijk toen het vorig jaar juni de verheffing van een achtjarig jongetje tot de zeven tiende reiricamatie van de Boeddha Garmaba erkende. Het was voor het eerst sinds de ver overing vari Tibet dat zo'n 'hei ligverklaring' kon plaatsvinden. En dat nog wel met de actieve medewerking van Peking, dat het jongetje in de Tibetaanse hoofdstad Lhasa een speciale erkennings-oorkonde liet over handigen. Maar volgens mensenrechten activisten gaat de Chinese flirt met het boeddhisme hand in hand met met een wrede on derdrukkingvan voorstanders van de onafhankelijkheid en aanhangers van de Dalai Lama. Terwijl een aantal monniken, nonnen en andere politieke ac tivisten tot langdurige gevange nisstraffen zijn veroordeeld, is er een veel groter aantal dissi denten dat zonder vorm van proces wordt vastgehouden. Een aantal van hen wordt vol- gensmensenrechtenrapporten systematisch gemarteld. Buitenlandse reizigers in Tibet meldden vorige maand dat on geveer dertig mensen, meren deels monniken, waren gearres teerd, omdat ze deelnamen aan anti-Chinese demonstraties tij dens het Tibetaanse lente-ge- beds-festival. Het festival valt samen met de herdenking van de mislukte opstand tegen de Chinezen van 1959, tien jaar na de inval van de Chinese com munistische troepen in 1949. Na het mislukken van de op stand vluchtte de Dalai Lama samen met honderdduizend volgelingen naar India. „De mensen die Tibet willen af splitsen van China zijn dro mers", verklaarde een Tibetaan se communistische leider on langs. „Tibet is een uniek on derdeel van het Chinese territo rium. Daar valt niet over te marchanderen." Daarmee is volgens buitenland se politieke waarnemers in Pe king de harde Tibetaanse reali teit vrij accuraat weergegeven. „Het is uitgesloten dat twee miljoen Tibetanen erin zullen slagen de Chinezen eruit te gooien", aldus een diplomaat. Volgens deze waarnemers is de Chinese bemoeienis met de speurtocht naar de Panchen La ma slechts een voorspel voor de strijd die zal losbarsten over de opvolging van de Dalai Lama. Als Peking daarbij het laatste woord krijgt, is volgens hen het lot van Tibet bezegeld. KANTOORUNITS VERKOOP/VERHUUR den gaat met kleine stapjes vooruit. Wij beginnen gewoon en over tien jaar zijn we een stuk verder op voorwaarde dat we elkaar bij de hand houden. En geld is er genoeg." Een monter standpunt in deze magere jaren. Jaap van de Scheur schudt de miljarden in derdaad vaardig en als een goo chelaar uit zijn mouw. Het voert te ver hem op de monetaire voet te volgen, maar in ruwe lij nen ziet zijn zilvervloot er als volgt uit: twee miljard uit BTW op luxe goederen, vijf miljard uit het plan-Oort en drie miljard door alle werkenden te vragen één procent van het inkomen beschikbaar te stellen. Totaal tien miljard. Een mooie, ronde som. „Als we één procent van de loonsom op tafel leggen hebben we ruim drie miljard, zei ik al in mijn vakbewegingstijd. Nou, Jaap was natuurlijk weer ge schift. Maar dat idee wil ik nu weer oppakken: een solidari teitsfonds. Er liggen in de col lectieve sector volgens het Cen traal Planbureau 80.000 banen waar wel mensen voor zijn, maar waar geen geld voor is. Welnu, van die één procent kun je binnen een paar jaar die 80.000 mensen aan het werk helpen." „Die werkloze mensen moeten de aangeboden banen wel aan vaarden. Dan zeg ik, en daar ben ik hard in: Geen gezeur. Ik ben lang geleden zelf twee keer werkloos geweest, maar ik weet nog wel uit eigen ervaring dat het tamelijk lastig was het oude werkritme weer op te pikken. Daar mag dus best een beetje dwang achter zitten." „De mens moet kunnen mee doen aan de maatschappij waarin hij leeft. Dat betekent in de eerste plaats dat hij werk moet hebben. Werkloos zijn is vernederend. Ik was zelf ook vernederd en gekwetst, toen ik geen werk had. Ik kon er niets aan doen, maar er is toch iets van: wie niet werkt, zal niet eten. Dat typisch calvinistische trekje leeft heel sterk in onze sa menleving. En dan vind ik elk werk nuttig. Ik heb liever één reiniger op straat dan tien refe rendarissen. Overdreven na tuurlijk, maar u begrijpt wat ik bedoel". Krenkend Een ridder op zoek naar het toemooiveld van de klassen strijd? „Alsjeblieft! Ik vind dat een van je plichten. Overal zit ten mensen - buitenlanders, vrouwen, homo's - die worden onderdrukt. Hier, aan de over kant, misschien wel in het ge bouw waar u zit. Hé, er schiet me ineens iets te binnen. Ik heb in mijn leven veel over mijn la zer heen gehad. Daar ben ik aan gewend, maar ik vond het toch krenkend in een krant te lezen dat ik te oud was. Ik werd een grijsaard van 91 genoemd. Zelfs al was ik 91wat maakt dat nou uit? Maar ik ben pas 65 en ik vreet nog menig 20-jarige op. Met huiden haar!" „Men zegt: als er iemand straks de Kamer in moet, dan moet jij dat zijn. Maar ik weet het nog niet. Zover zijn we ook nog niet. Aan het einde van het jaar schatten wij in of wij een schijn van kans hebben of niet. Op het ogenblik trekken we kris kras door het land om geïnteresseer de mensen of groepen toe te spreken. Hier praat je voor drie mensen, daar voor 80." „Je bent gek, zei laatst iemand, om voor anderhalve man en een paardekop helemaal naar Putten te reizen. Maar als ik vóel dat het erin zit, ga ik. Dan denk ik aan Gerrit Komrij, die zei: als je iets tot stand wil bren gen moet je kijken naar de oor sprong van een rivier. Die be gint aan de bron met één drup pel. Die druppel groeit uit tot een beekje en dat wordt een machtige stroom. Ik ben met die druppel bezig." TOM JANSSEN ARi) jrn.wmiwjwm m EÏKffft W-7MRlMrAfTÉ STANDPLAATS BUDAPEST „Goedenmorgen, u spreekt met Runa Hellinga, een Nederlandse journalist. Ik wilde graag iets weten over...". De zeurderige vrouwenstem aan de andere kant onderbreekt me nog voor de vraag af is: „Kunt u daar een fax over sturen?" O nee, niet weer. Ik heb nog nooit een telefoonge sprek met een ministerie in Praag gevoerd of na hooguit een minuut volgde dat zinnetje: „Kunt u een fax sturen". De terreur van het fax-apparaat in Oost-Europa is gigantisch. Wat je ook vraagt, secretaresses heb ben niets liever dan dat je eerst een fax stuurt. Dan zijn ze tenminste voorlopig van het pro bleem af. Wat heet, daarmee kunnen ze het pro bleem onbeperkte tijd voor zich uitschuiven. Faxen kunnen namelijk kwijtraken, of nog beter, „nooit zijn aangekomen". Kunt u hem nogmaals sturen, alstublieft? Maar Praag slaat alles. De dag dat ik in Praag van een ambtenaar zomaar een rechtsstreeks ant woord op mijn vraag krijg, zal ik in mijn kalender aankruisen als de echte omwenteling in de Tsje chische Republiek. Na mijn antwoord dat een fax niet nodig is, om dat ik alleen kort iets over een bepaald onderwerp wil weten, volgt van Tsjechische gesprekspartners steevast het antwoord: „O, maar daar ga ik niet over". Wie er dan wel over gaat, weten ze ook niet. Dat is niet hun pakkie-an, zij hebben hun plicht gedaan, dat wil zeggen, jou afgewimpeld. Ooit dacht ik dat het aan mij lag, of dat ik simpel weg pech had. Maar als ik mijn probleem bij col lega's of bij Nederlandse zakenlieden ter sprake breng, stemmen ze altijd van harte met mijn klacht in. Een collega die in Praag woont, om schreef de Tsjechen als „net zo bureaucratisch als de Duitsers, alleen zonder de Duitse efficiëntie". Van een ander, ook al woonachtig in Praag, weet ik dat hij vrijwel nooit meer wat over Tsjechië schrijft. Hij is te gefrustreerd geraakt door zijn eindeloze dwaaltochten langs Praagse 'woord voerders'. Bleef het daar maar bij. Een collega uit Budapest reisde eens naar Praag, enkel en alleen voor een interview met minister van economische zaken Vladimir Dlouhy. De afspraak was moeizaam tot stand gekomen, maar uiteindelijk wel door het ministerie per fax jawel bevestigd. Er leek dus niets mis te kunnen gaan. Maar bij aankomst zei de minister van niets te weten en ontkende zijn perswoordvoerder ooit een fax te hebben gestuurd. De collega, die niet zo hecht aan faxen, had dat ding natuurlijk ook niet bij zich. En hoewel hij uitlegde dat hij spe ciaal voor dit gesprek pakweg 600 kilometer had gereden, verklaarde de minister dat hij die dag nergens ook maar een kwartier kon vrijmaken. En de volgende ook niet. Daarvoor is maar een woord: onbeschoft. En he laas, ook in deze ervaring staat mijn collega niet alleen. Zakenlieden die komen om de nodige cen ten te investeren, maken ook mee dat secretares ses hen afpoeieren en afspraken onverklaarbaar niet door blijken te gaan. Ik zou me er wat minder aan ergeren, denk ik, als de Tsjechen er niet zo prat op gingen zoveel ont wikkelder en westerser georiënteerd te zijn dan alle andere voormalige Oostbloklanden. Ik wil het best allemaal als overgangsverschijnse len zien. Maar dan moet de minister-president van het naar mijn ervaring onwerkbaarste, meest bureaucratisch georganiseerde land in het hele vroegere Oostblok ophouden te beweren dat Tsje chië als enige van de vroegere socialistische broe ders binnen twee jaar lid van de EG kan worden. Spaar ons als de Tsjechen de Brusselse bureau cratie komen versterken. RUNA HELLINGA CORRESPONDENT

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 2