BIJVOEGSEL De dag van Marietje van Kerselare ZATERDAG 3 APRIL 1993 Typisch Vlaams. Dat zijn de honderden brouwerijen. Dat is het land waarin de boer het nog steeds voor het zeggen heeft. Vaten bieren karrevrachten mest tussen Waregem en Meerbeke, tussen Zottegem en Ronse. Slingerende wegen van betonplaten en kasseien over de heuvels van de Vlaamse Ardennen. Typisch Vlaams. Dat is natuurlijk ook De Ronde. Zondag voor de 77ste keer. De stenen op de Paddestraat en de Oude Kwaremont vallen inmiddels onder monumentenzorg. Maar wegen moeten onderhouden worden. Gedwongen omleidingen hebben het parcours weer eens omgeschud: dertig nieuwe kilometers, een buiten-echtelijk uitstapje in Wallonië (Cote de Trien) en voor het eerst in de historie de Kluisberg vóór de Kwaremont. Een verkenningstocht, met als gids André Scherpereel, langs een parcours dat druipt van de mythen en legenden, van de oorlogsdrama 's en bedevaartsoorden, van het heldendom van Magni en de verafgoding van het geslach t Planckaert. Vallen en opstaan. Dat beeld bepaalt al jaren de Ronde van Vlaanderen. Zoals in het verleden op de Koppenberg, het ob stakel dat tot verdriet van velen geen deel meer uitmaakt van het parcours. foto cor VOS GOyERTVAN VEEN In de beginjaren vijftig was De Ronde een hel. Hagel,regen, storm en kou. Hij herinnert zich nog dat 'ene kletse- kop' alleen voorbij zijn café fietste. Het kan niet anders: dat moet de toen al kale Fioren- zo Magni geweest zijn. 'InSt. Hermes bij Cyriel Van Den Daele' staat boven op de Edelare, een plateau aan de de 'achterkant' van de Eikenberg, zondag de ne gende helling in het parkoers. Naast St. Her mes een andere kroeg, met een nog mooiere naam, 'In Dun Temmen Duvel', maar ook met minder historie. Buiten ging de vooruitgang door, binnen bleef de tijd stil staan. De muren zijn van 1760, het interieur uit de vorige eeuw. Daar draait alles om een Leuvense stoof, die niet alleen als kachel, maar ook als kooktoestel dient. Erboven hangt de was te drogen, er achter zit Cyriel zelf, net 86 en behalve voor een kunstheup nog nooit in het ziekenhuis geweest. Hollanders Hij komt maar moeilijk zijn stoel uit, tegen woordig, en laat z'n vrouw het werk doen. Dat kan ook best, want Maria van den Dorpe is nog jong, tachtig pas. Ze heeft geen moeite met de vijftien treden op en af naar de kelder, waar de Palm van Steenuffel en het bruin bier van Liefmans staan. Van De Ronde weet ze weinig, behalve dat ze die ene dag in april de deuren openzet voor steeds dezelfde Hol landers, die niet in het café, maar in de huis kamer gaan zitten. „Twee op de canapé, één aan tafel, voor de televisie." Dit is het centrale gedeelte van de Vlaamse Ardennen, het hart van de Ronde van Vlaan deren. Vroeger was het hier volle finale: bij brouwerij Roman linksaf naar Zottegem en finish in Wetteren. Nu verwacht het koers- boek de renners al om kwart voor drie 's mid dags. Daarna, als de karavaan en het publiek weg zijn, krijgt de wind weer vrij spel. De top van de Edelare: een pracht plaats om de wijting te drogen. Dat gebeurde vroeger, nu niet meer. Wat wel bleef zijn de processies en bedevaarten. Daar waar zondag Edwig van Hooydonck en Johan Bruyneel elkaar al fietsend beloeren, daar is het vanaf de eerste zondag na de derde mei (kruiszondag) een drukte van jewelste op wég naar Onze Lieve Vrouwe van Kerselare. Het is een tweede rangs bedevaart, bedoeld voor mensen met 'hartklachten en darm krampen'. Welk mirakel zich op 25 april 1455 op de Edelare heeft afgespeeld, vermeldt de Maria van den Dorpe, beter bekend als Marietje van Ker selare, ontvangt morgen weer haar drie Hollanders, die niet in het café, maar in de huiskamer gaan zitten om via de te levisie de Ronde te volgen. foto cerrit de heus historie niet, wel dat de kapel tot twee keer toe is afgebrand en opgebouwd en dat ridder De Joigny van Oudenaarde in de Middeleeu wen op een tocht door 'Het Heilige Land' werd aangevallen door een krokodil. De rid der doodde 'het monster', en de krokodil hing nog jarenlang als symbool in de kapel, die nu is vervangen door een wanstaltige bunker. Dialect Niettemin schijnen de processies en bede vaarten in Vlaanderen tegenwoordig weer te herleven. Maria van den Dorpe, beter bekend als Marietje van Kerselare. praat er graag over. Over de Ommegang bijvoorbeeld, langs de vijf blijde, de vijf droeve en vijf glorieuze mysteries. „Ge ziet vooral veel mensen die incognito willen blijven, die komen dan óf heel vroeg óf heel laat, lopen van kapel naar kapel en willen dat voor de ande ren niet weten." Goddank is André Scherpereel erbij. Als Marietje vertelt, is ze voor een Hollander niet te ver staan. Maar Scherpereel is van alle markten thuis. Of het nu om een Oostvlaams, Westvlaams of wat dan ook voor dialect gaat, steeds volgt de vertaling in keurig Nederlands. André Scherpereel kent alle hoe ken en gaten van De Ronde. Ja renlang was hij bij de samenstel ling van het parkoers betrokken. Hij noemt zichzelf de ontdekker van de Paddestraat en van Lip- penhove, twee kassei-stroken die bij slechte weersomstandigheden moeilijker te nemen zijn dan welke helling ook. Een verken ning van de huidige route sterkt hem in zijn mening dat dit par koers wat te gekunsteld is: „Te veel draaien en keren, niet over zichtelijk, maar dat is voor een deel uit nood geboren. Door wegomleggingen ben je genood zaakt om tien kilometer om te rijden om toch die kasseistrook nog mee te kunnen pakken." Bij een verkenning raakt hij maar één keer het spoor .bijster. Na tien meter heeft hij de vergissing al in de gaten: „Nee, dit is niet goed, we moeten terug. Mag ik ook een foutje maken? Verdoe- me, we moeten hierheen. Geen wonder, die weg ligt ook zo slecht. Dat kan zondag wat wor den als het regent, dan gaan hier klappen vallen..." Dikke nekken De Ronde van Vlaanderen als kerkepad, kroegetocht of VW-route. Het maakt voor Scherpereel niks uit. Overal valt wat van te zeggen. Van startplaats Sint Niklaas bijvoor beeld. „Een prachtige plek voor dit doeleind, met de grootste Markt van België. Maar Sint Niklaas zelf is niet gezellig hè. Staat bekend als de dikke-nekken-stad van Vlaanderen." En van Tiegem, het plaatsje met de eerste helling in het parkoers. Vlak erna komt de ge meente Kaster. „Er is een Belgisch gezegde dat luidt: Tiegem betaalt Kaster. De grote zorgt voor de kleine." Kaster staat verder be kend om zijn oorlogsdrama. De route van De Ronde voert vrijwel langs de plek waar in de Tweede Wereldoorlog een Engels vliegtuig naar beneden werd gehaald. „De piloot moest een noodlanding maken. Hij kon zich verbergen bij een Vlaams gezin. Hij en de jongste dochter van het gezin werden verliefd op elkaar. De oudste dochter kon dat niet hebben, werd zo jaloers dat ze de Engelsman aangaf bij de Duitsers. Die hebben hem rap opgehaald en de familie gestraft omdat ze voor een onderduikadres hadden gezorgd. Dat verhaal leeft in deze streek heel erg, een drama..." Geen wonder dat de plaatselijke Bevrijdings laan niet zomaar een weggetje is. De kassei stroken komen later in de Varentstraat. Snel daarna gaat de Ronde van Vlaanderen anno 1993 vreemd, vanaf Kerkhove is het parkoers richting Kluisberg nieuw en na de Muisberg („spectaculair-gevaarlijke afdaling") wordt koers gezet richting Wallonië. Een opmerke lijke beslissing van organisatoren Noël Foré en Rob Discart, vindt Scherpereel. „Tenslotte is het een Ronde van Vlaanderen, nietwaar. Die naam is er niet voor niets, maar ala..." De Kwaremont is nu niet ver meer. Opnieuw zijn opmerkelijke café s het reisdoel. Het eer ste, bovenop een plateau in de Vlaamse Ar dennen, vanwege z'n oorlogsverleden (Scher pereel: „Hier waren ze bezig een platform te maken om V2 bommenwerpers neer te schieten, toen de Duitsers het in de gaten kregen en het voor hetzelfde doeleind, maar dan gericht op de geallieerden, wilden gebruiken. Ze hebben het platform laten ontploffen"), het tweede café als weer een curiositeit op de route. Zondagmis In De Zon heet het, het interieur is een monument op zich, en het café gaat nog slechts open na de zondagmis, anderhalf uur lang, om de kaarters van Kwaremont tegemoet te komen. Alleen op die ene dag, als De Ronde pas seert, gaat het slot langer van de deur. Voor de gelegenheid heeft André Scherpereel zichzelf en zijn gevolg aangekondigd en zijn Suzanne Vergeynst en André Gaillez, beiden al vanaf '26 in de zaak, bereid wat in te schenken. Het is stil in Kwaremont en op Kwaremont- plein. Niemand heeft er iets te zoeken, behal ve als de koers langs komt. De Omloop (Het Volk) of De Ronde. Zo n dikke 360 dagen per jaar is het dorp (950 inwoners) er voor de kunstenaars: de schilders en de beeldhou wers. André haalt glimlachend nog een anek dote op over de tijd dat analfabetisme nog normaal was in Vlaanderen („d'n ene dorsi voor d'n andere er niet voor uit te komen, ze konden de reclsune op de klak nici lezen") en Suzanne heeft het over het teruglopende kerkbezoek. „Vierhonderd stoelen staan er in die kerk. Vroeger gebeurde het regelmatig dat een dik ke helft ervan be/ei dertig mensen naar de mis op zondag. Vroeger werd hier. op deze vloer, ge danst, nu loont het de moeite niet meer om de hele dag open ItflMB Behalve dan deze zondag, 4 april. De dag waarop nationa listische Vlaamse ge voelens weer boven komen, waarop de klaks, de wieier petjes, weer op het hoofd worden gezet en in de cafés achter honderd verschillen de soorten pintjes driftig wordt gewed. Op moderne wieier- leeuwen als Johan Museeuw. |o Planckaert. F.dwig van Hooydonck. Al vinden de meeste Belgen dat de echte Flandriens zijn uit gestorven. Rondekenner bij uitstek André Scherpenzeel (rechts) a openhoudt dan de wekelijkse anderhalf uur.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 31