Afspraken over milieu boterzacht
De lange lijdensweg van een bisschop en een kardinaal
Feiten &Meningen
TV in VS; veel zap-plezier
ZATERDAG 27 MAART 1993152
STANDPLAATS WASHINGTON
Er breken voor mij paradijselijke tijden aan. Nu is
het leven hier toch al niet onaangenaam, zeker
niet voor iemand die graag TV kijkt, zoals ik. Maar
het wordt nog leuker. Ik ben namelijk een 'zap
per', zo'n neuroot die niet met zijn vingers van de
afstandsbediening kan afblijven. Het onbegrip
voor mijn gave om tegelijk een speelfilm, het
CNN-nieuws, een basketbalwedstrijd èn Cheers
te volgen, is in mijn omgeving helaas groot.
Zap!
Maar ik word hier op mijn wenken bediend. Het
was al een verademing om na die slechts 25 zen
ders die de TV in de lage landen bood, terecht te
komen in een stad waar we de keus hebben uit
maar liefst 120 kanalen. Een normaal TV-toestel
kan dat niet behappen, en daarom staat op elk
van onze drie TV's (minder kan écht niet) een
kastje dat al die zenders ons huis binnenloodst.
Elk kastje heeft, net als de TV, een eigen afstands
bediening, dus er slingeren nu al zes van die din
gen in huis rond.
Die 120 kanalen bieden een hoop zap-plezier, al
zijn er tientallen die we nooit bekijken. Het meest
populair zijn twee zenders die 24 uur per dag
weerberichten uitzenden, het tekenfilmkanaal, de
ruim tien kanalen waarop de hele dag speelfims
te zien zijn, het kanaal dat alleen oude zwart-wit-
klassiekers vertoont en natuurlijk de handvol
continue nieuwszenders. Dat is zoiets als Joop
van Zijl en Elleke van Doom van 's morgens vroeg
tot 's avonds laat.
Zap!
Maar ik zei al, het wordt nog leuker. Twee maat
schappijen lieten onlangs weten in 1994 al in
staat te zijn om via ingenieuze nieuwe transmis
sietechnieken maar liefst 500 kanalen in onze
huiskamer te brengen. Vijfhonderd! Daar gaan de
vingers al van jeuken. De baas van Telecommuni
cations Inc. had het over tientallen zenders die al
leen maar soap-series gaan uitzenden, of alleen
westerns, misdaadfilms, cursussen (ik kan overi
gens nu al een universitaire graad viaTV-kanaal
48 halen - helaas, geen tijd) of sport (er is nu,
vreemd genoeg, maar één sportkanaal!). Nie
mand kan dan meer zeggen: „Bah, er is niks op
TV vanavond."
Zap!
Het aantal religieuze kanalen zal worden uitge
breid. Momenteel kunnen we al 24 uur per dag
via vier kanalen dominees of pastoors horen pre
ken. Ook gaat het fenomeen van de 'koopkana
len' een ongekende vlucht nemen. Dat zijn zen
ders (we hebben er al drie) waarop produkten als
sieraden, huishoudelijke artikelen en kleding ge
showd worden, compleet met prijs, waarna je een
06-nummer kunt bellen om het te bestellen (Ho
me Shopping Network heeft 23.000 telefoonlij
nen!) en meteen, via de creditcard, af te rekenen.
Er zitten ware koopjes bij, heb ik me laten vertel
len. De Amerikanen zijn er dol op. De omzetten
lopen in de miljarden dollars.
Zap!
Met die 500 kanalen wordt ook het kijken naar
films leuker. Je hoeft niet meer bang te zijn een
stukje van een film te missen. Speelfilms worden
dan 'gestaffeld' uitgezonden. Op tien kanalen
naast elkaar dezelfde film, maar op elk volgend
kanaal begint-ie tien minuten later. En dat 24 uur
lang. Je kunt 's morgens het begin zien, naar je
werk gaan, en 's avonds het slot volgen zonder
een seconde gemist te hebben.
Zap!
Om het voor de kijkers betaalbaar te houden, zul
len veel van deze kanalen betaal-TV worden. Je
betaalt voor wat je ziet. Kijk je niet, dan kost het
niets. Een probleem wordt alleen de TV-gids.
Knappe koppen breken zich het hoof;d over de
manier waarop de kijkers in één klap kunnen zien
wat op welk kanaal wordt getoond. Ze zijn er nog
niet uit. Voor een zapper is dat natuurlijk geen
probleem. Die kan immers niet kiezen. Ik wil
geen gidsen, ik moet op knopjes drukken. Alleen,
als ik slechts vijf seconden naar elk kanaal kijk
dan kost me dat voor vijfhonderd kanalen...even
rékenen....42 minuten.
ZapZap!
HANS DE BRUUN CORRESPONDENT
Geen enkel somber RIVM-rcipport kan het lajfe Den Haag beroeren
geen enkel bezwaar injom pater
Bar aan de bisschoppen voor te
stellen als lid van de groep van
tien personen die door het Epis-
kopaat werd aangewezen.
De kerkelijke carrière van Ph.
Bar kon beginnen. Hij kreeg op
den duur zoveel belangstelling
van mgr. A. Simonis, dat deze
hem uitkoos tot zijn vicaris-ge
neraal en later zelfs tot zijn
hulpbisschop. Bisschop Bar be
hoorde bij zijn benoeming tot
de gematigd conservatieve kan
didaten, maar ontwikkelde zich
snel. Hij had een hoge opvatting
van geloofsorthodoxie en had
een grote verering voor de paus
die inmiddels, na tussenpaus
Luciani, de befaamde Paus
Paulus VI was opgevolgd. Met
zijn grote communicatieve
vaardigheid en zijn sterk be
stuurlijke vermogen verschilde
hij duidelijk van zijn vroegere
superieur kardinaal Simonis,
die bij wijze van spreken al 22
jaar overhoop ligt met de pers
en andere media.
Maar er was nog meer. Bar wist
gelijktijdig de secularisatie in de
stad met de grootste'wereldha
ven serieus te nemen en met
gepaste middelen te bestrijden.
Hij was ook oprecht begaan met
de zware taak van zijn priesters
en hun pastorale assistenten en
sprak in alle openheid met zijn
priesterraad. Ik heb verschillen
de malen deelgenomen aan ge
sprekken met hem in aanwezig
heid van de leiding van Mariën-
burg- en Acht Meibeweging. Hij
was dan openhartig en hield
zich steeds aan afspraken.
Kardinaal Simonis herinnerde
tijdens de afgelopen persconfe
rentie aan zijn wijding door kar
dinaal Alfrink. Ik vond dit heel
dapper van hem, want hij zal
zich bewust zijn geworden dat
hij sindsdien een tragisch be
staan als bisschop heeft gehad.
Het zal je maar gebeuren dat tij
dens je bisschopswijding de
eerste consecrator, kardinaal
Alfrink zegt: „Deze benoeming
heeft veel schade gedaan aan de
kerk en heeft het vertrouwen in
de kerkelijke autoriteit onder
mijnd. Een herhaling van zo'n
situatie moet tot iedere prijs
worden vermeden."
Simonis was geobsedeerd door
de verbale orthodoxie, alsof de
ze zijn laatste zekerheid was om
de legitimatie door Rome van
zijn bisschopsbenoeming waar
te maken. Dat geeft hem een
zekere verkramptheid, terwijl
hij in feite een heel vriendelijke
bisschop probeert te zijn. In het
buitenland valt die spanning
van hem af. Toen in 1986 der
tienhonderdvertegenwoordi
gers van basisgemeenten in
Trinidade (Brazilië) bijeen kwa
men, werd het bezoek van kar
dinaal Simonis, samen met zo'n
vijftig bisschoppen in een grote
sporthal, zeer gewaardeerd. Wat
zei de enige aanwezige kardi
naal op die bijeenkomst? „Kon
den dit soort parochiegroepen
ook maar ontstaan in Neder
land, die zo in geloof werkzame
liefde beleven als jullie... Ik
hoop, dat U op deze weg verder
gaat en nog vele echte kerkelijke
groepen zult oprichten. Wees
daar waar u leeft het kritische
geweten."
Waarom zegt hij zo'n prachtige
tekst niet op een bijeenkomst
van de 8 Mei-beweging? Het ge
juich zou niet van de liicht zijn.
Maar hij durft niet, omdat hij
bang is voor zijn legitimatie
door het Vatikaan.
Hoe zal het verder gaan met het
katholiejf volksdeel? Twintig
jaar geleden, vlak na de benoe
ming van Ad Simonis, merkte
prof. J. Thurlings al op: „Sedert
de reformatie heeft zich nooit
een zo acute crisis voor de Ne
derlandse katholieken voorge
daan." Hij vroeg zich toen al af
of er na een toenemend secula-
risme slechts een klein groepje
„uiterst conservatief-rechtzinni-
gen" zou overblijven. Als ander
alternatief zag hij een volledige
oecumene met reformatorische
christenen, met mogelijk enkele
eigen accenten. Tenslotte leek
de mogelijkheid open te staan
om een aantal bewegingen, ui
terst rechts en uiterst links, door
hun eigen vuur te laten verteren
en daarna open te staan voor
communicatie mef de moderne
samenleving die Nederland is
geworden. Ik houd het op het
laatste alternatief. Alfrink wilde
dit ook al, maar Rome hield
hem tegen en diskwalificeerde
zijn gezag over de Nederlandse
katholieken. Hij zei mij eens:
„Als ik kardinaal van Parijs was
geweest, hadden ze dat nooit
gedurfd."
Als het woord nog niet bestaan had, was minister Alders
(milieubeheer) er ongetwijfeld de uitvinder van geweest.
We hebben het over 'convenant' oftewel overeenkomst,
de modernste uitwas van de Nederlandse democratie.
Een woord, dat waanzinnig populair is op het Binnenhof.
Begrijpelijk, want het woord een duur woord voor bo
terzachte afspraak dekt veel toe en verplicht tot niets.
Dat blijkt: het falend milieubeleid hangt van convenan-
ten aan elkaar.
De vrijblijvende afspraken tus
sen ministèren bijvoorbeeld de
verpakkingsindustrie, de che
miebedrijven of de metaalin
dustrie zijn natuurlijk niet de
enige reden waarom het milieu
beleid tot mislukken gedoemd
is. Maar het is wel symptoma
tisch voor de wijze waarop de
politiek het land schoner en
leefbaarder wil maken: half
slachtig, lafhartig en doodsbe
nauwd voor het maken van
echte keuzes.
De manier waarop eergisteren
dan ook door minister en Twee
de Kamer gereageerd werd op
de jongste alarmerende cijfers
van het Rijksinstituuut voor
Milieuhygiëne (RIVM) is teke
nend. Terwijl het instituut con
stateert dat de verzuring toe
neemt, het broeikaseffect aan
het einde van de eeuw groter
wordt dan beraamd en de wa
tervervuiling veel minder af
neemt dan voorgenomen, ver
wijst de politiek naar alweer een
nota: het tweede deel van het
Nationale Milieu beleidsplan
(NMP), dat eind dit jaarver-
schijnt.
Goed, het blijkt dat de cijfers
weinig verschillen van eerdere
studies, zoals het RIVM-rapport
van twee jaar geleden. Maar ook
dat toont de lauwheid van Den
Haag aan voor het milieubeleid:
men weet al geruime tijd dat de
ambtieuze doelstelling van het
kabinetsbeleid bij lange na niet
worden gehaald. Toch blijft
men wachten op de papieren
vaststelling daarvan. 1993 is
voor het milieu een verloren
jaar.
Dilemma
Het is niet voor niets dat de po
litiek de interesse in milieu als
onderwerp om te scoren heeft
verloren. De ervaring leert dat
de overheid op milieugebied
veel wil sturen, dit ook kan,
maar vervolgens niet wil. Het is
dit trieste dilemma waarin Den
Haag en vooral de eenzame
milieuridder Alders gevangen
zitten.
De onmacht van de overheid
blijkt bijvoorbeeld uit de opstel
ling van fraaie doelstellingen,
zoals verwoord in het NMP. Om
er drie te noemen: het besparen
van energie om het broeikasef
fect tegen te gaan, het terug
dringen van het gebruik van de
auto en het verminderen van de
uitstoot van ammoniak. Op alle
drie terreinen zit de overheid
ondanks veel inspanningen
flink in de knoei.
Energiebesparing is mooi, maar
lukt natuurlijk nooit als één van
de andere peilers van het kabi
netsbeleid economische groei
is. Voor de uitbreiding van pro-
duktie is nu eenmaal veel ener
gie nodig. Bovendien neemt de
bevolking, mede als gevolg van
migratie, nog steeds toe. Voeg
daabij de lage prijs van energie
en het is duidelijk dat deze
doelstelling bij lange na niet ge
haald zal worden.
Het gebruik van de auto is een
vergelijkbaar verhaal. Vorig jaar
zijn minder autokilometers ver
reden. Mooi, maar dat valt in
het niet bij het feit dat de bur
gers wel grotere, dus minder
zuinige auto's kopen. Het RIVM
constateert daarnaast dat het
gebruik van vrachtauto's op
merkelijk toeneemt. Bij een
economische opleving zal het
aantal vrachtwagens zelfs ruim
verdubbelen. Daar helpt geen
extra spotje van Postbus-51
meer aan.
Ten slotte wil de overheid de
uitstoot van ammonia^ vermin
deren, onder meer door het
strenger hanteren van de mest-
normen. Wat blijkt? De Hinder
wet wordt door veel boeren
dankzij saboterende gemeenten
massaal overtreden. Veel
boeren hebben hun veestapel
en bijbehorende stallen uitge
breid zonder de benodigde ver
gunningen. De politiek grijpt in,
maar vraag niet hoe. Via een
noodwetje (compromis van de
regeringspartijen) worden boe
ren alsnog voor hun illegale en
milieu-onvriendelijk gedrag be
loond.
Drie terreinen waaruit blijkt dat
de overheid zonder duidelijke
maatregelen niet bij machte is
op adequate wijze doelstellin
gen te halen. Maar ook drie ge
bieden waar de wil ontbreekt
om die keuzes te maken, omdat
offers daarbij noodzakelijk zijn.
Het energiegebruik kan worden
afgeremd door het instellen van
een heffing. Maar nee, eerst
wachten op de rest van Europa,
Priester prof. dr. W. Goddijn,
emeritus-hoogleraar gods
dienstsociologie, reageerde
eerder deze week in een inter
view op deze pagina op de af
faire-Bar. In een persdbnlijke
bijdrage gaat hij vandaag in op
de toekomst van het katholie
ke volksdeel.
DEN HAAG PROF. DR. W. CODDÜN
Op 19 maart, feestdag van St.
Josef, patroon van de kerk, za
gen de nog resterende bis
schoppen van de katholieke
kerk in Nederland zich genood
zaakt om een gezamenlijke ver
klaring uit te geven, vooral be
stemd voor allen die in de pas
torale zorg werkzaam zijn. Naar
aanleiding van het vertrek van
bisschop Bar als bisschop van
Rotterdam schrijven zij: „Met
velen verdriet het ons hoezeer
personen in diskrediet worden
gebracht en hoe hierdoor span
ningen in de geloofsgemeen
schap worden vergroot." De
bisschoppen hebben geen gege
vens die op een „complot" te
gen de Rotterdamse bisschop
wijzen. „Zij constateren echter
wel dat er helaas sprake is van
voorbarige beschuldigingen je
gens personen en van ernstige,
ongegronde verdachtmakin
gen."
Complot of geen complot? De
journalisten en fotografen die
zich twee dagen later in een
Utrechts kerkgebouw rond kar.-
dinaal Simonis en mgr. H. Ernst
schaarden, wisten het niet
meer. Simonis liet na te verkla
Bisschop Bar
begroet op
Schiphol het
hoofd van de
Koptisch-otho-
doxe kerk,
paus
Shenouda XXX
uit Egypte, bij
diens bezoek
aan Nederland
in februari vo
rig jaar.
FOTO ANEFO
de VS en het liefst op de hele
wereld. Het autogebruik kan
worden verminderd door de
benzine-accijnzen fors te verho
gen en het openbaar vervoer
niet duurder te maken. Maar
nee, zoveel kiezers tegen de ha
ren in strijken is voor het ver
breden van 'het maatschappe
lijk draagvlak' voor het milieu
niet verstandig.
En de mest, grote mede-veroor-
zaker van de verzuring? De poli
tiek (CDA) denkt niet aan halve
ring van de veestapel, wat vol
gens velen de enige methode is
om sommige gebieden nog
enigzins leefbaar te houden.
Door alles heen speelt nog de
grote vraag; vvillen wij blijven
meedoen in de race voor jaar
lijkse economische groei of is er
ook een 'economie van het ge
noeg' mogelijk, waarbij het wel
zijn toeneemt, maar de welvaart
niet?
Zolang de politiek hét milieu als
een lastige bijzaak beschouwd,
zal geen enkel somber RIVM-
rapport het laffe Den Haag be
roeren. Laat Alders maar z'n
convenanten sluiten. Hoewel
ook het besef bij ambtenaren
doordringt dat deze afspraken
wel eens te boterzacht kunnen
zijn om het milieu te redden. Zo
verzuchtte er laatst één heel
toepasselijk: „Wie zijn conve
nant, moet op de blaren zitten!"
ren waarom hij, bij het horen
van de eerste geruchten niet
terstond, al was het maar infor
meel, met zijn collega en broe
der in het bisschopsambt was
gaan praten. Al met al bleef, wat
de affaire-Bar is gaan heten, een
onverkwikkelijke zaak.
Bisschop Bar was, voordat hij
vicaris-generaalen hulpbis
schop werd van mgr. A. Simo
nis, luchtmacht-aalmoezenier
geweest. Hoe hij eind 1969 in
het circuit van het Pastoraal
Concilie terecht kwam, weet ik
nog precies. Ik werd opgebeld
door prof. dr. Piet Steenkamp.
Hij vroeg mij, als secretaris van
het Pastoraal Concilie, of ik me
vrouw mr. E.M. Vos de Wael-
Smulders uit Utrecht nog ken
de. Zij schreef
regelmatig in
gezonden
stukken in het
toen nog be
staande dag
blad De Tijd,
waarin zij
haar meestal
conservatieve
standpunten
uiteenzette.
Mevrouw Vos
de Wael vroeg
aan Steenkamp of hij er niet
voor kon zorgen dat een uiterst
vriendelijke luchtmacht-aal
moezenier, pater Bar, een zetel
kon krijgen in het concilie. Ik
kreeg informatie van de top van
het Militair Pastoraat en zag er
TOM JANSSEN