'Vergeef mij deze laatste, waarschijnlijk verstandige, daad' ZATERDAG 6 MAART 1993 Naast het lichaam werd een brief gevonden. Regelmatig komt deze zin voor in de dag en nachtrapporten van Scot land Yard. De 'insider' weet dan meteen dat het om zelf moord gaat. De 'afscheidsbrief blijft in het bezit van de nabe staanden, een kopie ervan wordt toegevoegd aan het poli tiedossier. Niet alleen in Enge land gebeurt dat, maar ook in Nederland. De boekenweek staat in het te ken van het ego-document. Cees van Hoore ging op zoek naar het ego-document in zijn schrijnendste vorm: de af scheidsbrief van de mens die een eind aan zijn leven maakt. 'Ik kauw maar wat tabletten. Dat breekt de tijd een beetje. Ik word gelukkig al een beetje dui zelig en mijn hart bonst als een stoomhamer. Vergeef me. Wat doet de zon op die verdrie tige brieven? Die vraag bleef de afgelopen zomer maar door mijn hoofd spoken, telkens wanneer ik keek naar het stapeltje fotokopieën op mijn bureau. Daar lagen ze dan: de afscheidsbrie ven van mensen die zelf een eind aan hun le ven hadden gemaakt. Door de zwarte vlak ken die het kopieerapparaat erop had achter gelaten, zagen ze eruit als met de hand ge schreven rouwberichten. Rouwberichten die nooit de krant zouden halen. Waarom haalt iemand in vredesnaam het ongeluk van an deren in huis? Uit sensatiezucht? Nee. Wie journalistiek bedrijft, wil achter de waarheid komen. Hij kan dat doen door het maken van interviews, maar wie daarmee enige ervaring heeft, zal weten dat de geïn terviewden maar zelden het achterste van hun tong laten zien. Er wordt altijd wel wat achtergehouden. In een document als de afscheidsbrief ge beurt dat niet of in ieder geval veel minder. In dat licht moet de zoektocht naar deze brieven worden gezien. Voor één keer wilde een journalist de waarheid en niets dan de waarheid weten. Dit alles met het doel de le zers enig inzicht te geven in de laatste, ban ge, uren van mensen die geen kant meer op konden. Pas tegen het eind van de jaren zestig werd in de gemeente waarin de brieven zijn onderge bracht een geval van zelfmoord door de plaatselijke politie opge borgen onder de rubriek 'zelf moord'. Voor die tijd werden ze bewaard onder 'dood door ge weld'. In dit onderzoekje wordt slechts de periode 1910-1960 op de korrel genomen. De dossiers over de zelfmoorden né die pe riode bevonden zich in wat ik nu maar even het actuele politie-ar- chief noem, en dat was voor mij verboden terrein. Dat was te dicht in de buurt van het heden. Er wordt meer geroofd, ge moord en verkracht dan dat mensen de hand aan zichzelf slaan. Maar na een kwartiertje zoeken dook de eerste zelfmoord op. Het proces-verbaal was ge steld in kil proza. In dat soort stukken worden slechts feiten aangedragen, niets meer. De schrijver Gustave Flaubert weer de alle gevoelens en emoties uit zijn romans. Dat maakt zijn boe ken hard, hoewel ze vaak over de liefde gaan. Hij had nog wat kun nen leren van de agenten die de ze processen-verbaal hadden op gesteld. Al lezend was het alsof iemand mijn doodskist op een kier had gezet. Door die nauwkeurige be schrijving werden de vertrekken en omgevingen waarin zelfmoor denaars aan hun einde waren ge komen bijna tastbaar. De keuken én de tafel waaraan een 56-jari- ge, in een blauwe directoir gekle de, vrouw met een huishoud- schaar haar polsslagaders en de aders in haar dijen had geopend. Het afwasteiltje aan haar voeten, een teiltje dat drie liter bloed be vatte. De zolderkamer waar kin deren plotseling wat gestommel hadden gehoord, gestommel dat afkomstig was van hun moeder, die zich bij gebrek aan een hoger steunpunt had verhangen aan de deurknop, met een eindje touw van nog geen twintig centimeter. De rivier, de kil glinsterende ri vier en het jaagpad erlangs. Dat jaagpad, waarop een man had gestaan met onder elke arm een betontegel die met een touw vastzat aan zijn benen. De potjes met 'Phosphorbrij', 'Mollen- dood', ontvlekkingsmiddel of wuc.rc» slaapmiddelen. Het halfje brood op een huiskamertafel, vers brood, dat nog terugveerde toen de politie-agent erin kneep. Futiliteiten Wat opvalt in de afscheidsbrieven is dat de zelfdoder dat is misschien een betere term, want in mijn visie heeft deze daad niets met moord te maken wat opvalt is, dat de zelfdoder over zijn dood heen vaak nog din gen goed geregeld wil zien. En dan gaat het meestal niet om zaken van levensbelang, maar veel vaker om futiliteiten. Zo schrijft een man die erg veel last heeft van reuma het volgende afscheidsbriefje: 'Hartelijk bedankt voor alles wat u voor mij hebt gedaan, ik maak er een eind aan want ik hou het niet meer uit. Zeg aan mijn zuster dat zij de werkvrouw 3,50 moet geven anders heb die er nog een strop mede. Verder aan alle vrienden en kennissen de groeten...'. Waarna de brief- lopen'. Met die kegelsneden doelt hij op een tentamen. 'Wij staan voor een raadsel', ver klaren de familieleden nadat ze hem hebben een gracht gevonden. 'Dat tentamen zou hij makkelijk hebben gehaald.' Maar dan dat ene zinnetje onderaan de afscheidsbrief! 'Ik heb nog 2 dubbeltjes 'Mijn excuses aan de Heer voor de gasmeter van Z. dat het in zijn huis en deze keer zal gebeuren moet.Met andere het niet mislukken' woorden: neem me niet kwalijk dat ik bij U doodga, houdt met anderen. Te veel misschien. Neem En wat te denken van de oude vrouw die de getalenteerde student die zichzelf door zich door gasvergiftiging van het leven be- gasvergiftiging om het leven brengt. Hij rooft en voordat zij dit doet voor haar raam schrijver het huis verlaat springt. Het is misschien een wat bittere opmerking, maar uit bijna alle brieven komt de zelfmoordenaar naar voren als iemand die wel érg veel rekening nen. Dat is bijvoorbeeld het geval met de vrouw die zich op een zolderkamer verhangt en daarbij het touw vijf, zes, keer om haar hals snoert. Ze richt haar afscheidsbrief aan 'hen die mij misschien een beetje liefhebben' en schrijft: 'Niemand vaak over zelfdoding spreken het juist niet doen. De schrijver Jeroen Brouwers heeft in zijn boek 'De laatste deur' al bewezen dat dat onzin is. Zijn boek gaat over zelfdoding on der schrijvers. Jaco Groot, een uitgever met wie ik bevriend ben, bracht mij, wat ik er 'Dag X., mijn grote mij op het idee eens te on- vriend, die ik derzoeken hoe het met de door zelfmoord te zelfdoding van 'gewone' plegen, verraden ga' mensen zat. Daarbij wees hij mij op het bestaan van ren groot, afscheidsbrieven in bepaalde archieven. Mij zijn tijdens mijn speurtocht naar deze schrijft in zijn afscheidsbrief: 'Dit is geen plot selinge inval; ik was het al enige tijd van plan. De kegelsneden hebben de emmer doen over hel briefje plakt met de tekst: 'Politie, niet binnenkomen met cigaar of cigaret. Er staat gas in huis.In zo'n situatie zou je toch den ken: na mij de zondvloed. Bejaardentehuis Waarom slaan sommige mensen wél de hand aan zichzelf en andere niet? Een psy chiater heeft mij eens verteld dat er bij ern stig labiele mensen maar 'n potlood verkeerd hoeft te liggen of het is zover. In een van de gevallen die mij ohder ogen zijn gekomen, Lijkt de aanleiding inderdaad een futiliteit. Lijkt, dat moet er wel bij worden gezegd. Het is zeven uur in de morgen. In het be jaardentehuis ligt een hulpbehoevende oude man in bed. Hij moet plotseling erg poepen. Maar hoe komt hij in godsnaam zo snel naar het toilet? O, god, hij kan het niet meer op houden! Daar ligt hij als een kleine jongen zijn bed te bevuilen. Hij schaamt zich kapot. Zo goed en zo kwaad als het gaat, kruipt hij naar het raam. Met een enorme krachtsin spanning slaagt hij erin dat raam te openen. Hij kijkt naar beneden, vanaf de zevende ver dieping kijkt hij naar beneden. Niks bijzon ders te zien. De vuilcontainers van het be jaardentehuis. wat kranten die over het trot toir waaien, een vrachtwagen die voorbijrijdt. Hij gaat op de vensterbank zitten, met zijn rug naar de hemel toe, zoals zijn moeder eens in zag. De wereld zoowel in 't groot als in 't klein is een groot deceptie voor mij. Nergens kan ik vinden wat ik zoek... mijn illusies Alles blijkt echter grauw en kleurloos te zijn voor mij. Mijn familie was goed voor mij. Ik heb zelf zo weinig plezier teruggegeven. Ik was erg eenzaam. Vergeef mij dezen laatsten, waarschijnlijk verstandigerdaad. Een man die zich onbegrepen voelt door zijn vrouw, een vrouw die af en toe heeft ge dacht dat zij met 'een krankzinnige' was ge trouwd, vraagt in zijn afscheidsbrief verge ving voor zijn jaloerse buien en zijn buiten echtelijke escapades. Hij schrijft: 'S., ik ga mij voorbereiden op, hoop ik, de grote reis. Ik weet wat ik doe. voor mij bestaat er niets meer nu ik jou zo volkomen kwijt ben en weet dat je mij haat, wel haten moet. Doe mijn oudjes de groeten i moeilijk In de brief houdt hij zijn vrouw op de hoogte van zijn handelingen op dat moment. 'Ik kauw maar wat tabletten, dat breekt de tijd een beetje. Ik word gelukkig al een beetje dui zelig en mijn hart bonst als een stoomhamer. Vergeef me.'Voor hij tot zijn daad komt heeft hij nog even met zijn kinderen rondgereden. 'Die heb ik dus nog even bij me mogen heb ben.' Daarna, vlak voor hij er een eind aan maakt, in een razernij die zijn weerga niet kent, slaat hij alle kaptafels, spiegels en was bakken in zijn kapperszaak aan gruzelemen ten. Een koud gezicht moet dat zijn geweest, al die scherven. Kruiend ijs. Een stukje Sibe rië in een kapperszaak. Over zelfdoders en de moeilijkste brief van hun leven Ik wit ophouden met mezelf zoveel pijn te doen door dit leven.' vroeger ging zitten als zij de ruiten aan de buitenkant wilde zemen. Hij kijkt de kamer in, naar zijn bevuilde bed, naar de lachende foto's die op de televisie staan. En dan laat hij zich achterover val- len. Langzaam, zoals kleine jongens zich vanaf de bassinrand ach terover laten vallen in een zwembad. Zo kan het gaan. Zo is het volgens een oog getuige gegaan in een van de gevallen. Een oude man die een eind aan zijn leven maakt omdat hij in zijn broek heeft gepoept. Omdat vreemden dat straks zullen zien. Hem zullen zien in al zijn hulpeloosheid. Vaak hebben mensen die zelfmoord ple gen het idee dat zij niet kunnen voldoen of niet meer kunnen voldoen aan het beeld dat de buitenwereld van hen heeft. En daarom wissen zij zichzelf uit, maken zij zichzelf weg. Ze zijn hun beloften .niet nagekomen, heb ben mensen teleurgesteld. En dan willen ze dat vaak met terugwerkende kracht nog goedmaken door het nakomen van kleine beloften en verplichtingen. Zo schrijft een man die in 1945 voor een onderzoek bij de Politieke Opsporingsdienst wordt ontboden in een van de laatste alinea's van zijn af scheidsbrief: 'geef Piet voor zijn opoffering een motorfiets die ik hem heb beloofd'. Huwelijksmoeilijkheden of problemen in de relationele sfeer liggen nogal eens ten grondslag aan de zelfdoding. De zelfdoder voelt zich onbegrepen. Het contact met de partner of de andere familieleden is verdwe- brieven gevallen onder ogen gekomen waar in mensen wel degelijk hebben aangegeven dat ze van plan waren om de hand aan zich zelf te slaan en dat naderhand dan ook heb ben uitgevoerd. Maar het voornemen wordt vaak niet met zoveel woorden uitgesproken. In een van de zelfdodingsgevallen laat een man, die zich verdrinkt, ruim van tevoren weten: 'Als ik ga sterven dan ben ik behouden, dit kan ik zweren op de bijbel'. Tegen een kennis had hij de avond ervoor gezegd dat hij niets anders zag dan 'flessen en flessen met sterke drank en alle discipelen van Jezus op de wand van de kamer'. En een man die in hu- zeg hen dat het mij te welijksmoeilijkheden verkeert, meldt aaneen onder hun ogen te komen.vriendin: 'Ik heb nog 2 dubbeltjes voor de gas meter en deze keer zal het niet mislukken'. En hij heeft zijn woord gestand gedaan. Overwogen Op de zelfdoding rust in onze cultuur nog steeds zo'n groot taboe dat wij graag willen geloven dat zelfdoders handelen in 'een vlaag van verstandsverbijstering', zoals dat zo mooi heet. Uit het verhaal van de machinist die in eens iemand 'met een snoekduik' voor zijn trein zag springen, zou je iets dergelijks kun nen afleiden, al kan deze zelfmoord natuur lijk van tevoren lang zijn overdacht. Wat mij na het lezen van al deze brieven zo trof is dat bijna alle zelfmoordenaars een weloverwo gen en voor zichzelf onontkoombaar besluit namen. Ook al worden er in de brieven van wege de emoties taal- en constructiefouten gemaakt, ze getuigen bijna allemaal van een meer dan gemiddelde intelligentie, ook wat de trant van redeneren betreft. De afscheidsbrief van een nog jonge vrouw is in dit verband treffend. Zij schrijft: 'Ik heb totaal bewust gekozen voor de dood. Ik weel dat zelfmoord gemeen is voor anderen. Ik leef er zo intens mee dat dit het was wat me steeds deed uitstellen. Later of nu is vanuit dit in zicht onbelangrijk; het blijft gemeen. Altijd zullen er mensen zijn die zich aangesproken zullen voelen. Steeds meer zal ik afscheid moeten nemen van mensen die ik geen pijn wil doen en ondertussen doe ik mezelf de grootste pijn door te leven uit clementie voor hun. IK WEIGER. Ik wil ophouden met mezelf zoveel pijn te doen door dit leven. Slechts een van de afscheidsbriefjes, in dit geval een kattebelletje, duidt op een vlaag van verstandsverbijstering. 'Als ik ga sterven En wel omdat de vrouw dan ben ik behouden, die deze brief schrijft zelf dit kan ik zweren meldt dat haar hoofd plot - op de bijbel' seling 'heel erg ziek' is. Het briefpapier dat zij ge Zelfkennis De dichter Anton Korteweg heeft eens geschreven dat de mens slechts gebaat is bij 'ontstentenis van zelfkennis'. Daaraan moest ik sterk denken na het lezen van de afscheidsbrief van J. Hier was iemand aan het woord die zijn karakter zo scherp had geanaly seerd, die dat zo grondig, partje voor partje, uit elkaar had geno men, dat er niets meer van overbleef. Hij ein digt zijn brief met: 'DagX., mijn grote vriend, die ik door zelfinoord te plegen, verraden ga. JouwJ. Ik zie mijn schuld t.o.v. ouders, jou, maar ik ben niet bereid er ook maar iets aan te doen. HEIL HITLER O, X., o eik....aangezien ik niet geloof dat een eventuele gedeeltelijke genezing me veel n eind zal helpen maak ik er toch aan. Veel ouder zal ik. naar mijn mening toch niet kun nen worden, omdat ik gro tendeels gesloopt ben door mijn levenswijze, de inner lijke spanningen en doordat het grote aantal masturbaties, vermoedelijk zeven- tot achtduizend, ook wel zijn sporen achtergelaten zal hebben. Tenslotte is mijn geestelijke, en vooral sociaal gevoelige ont bruikt moet eerst hebben gediend als bood schappenbriefje. Want onder de dramatische tekst staan de woorden: 'Zout. Iwter, koffie' Zout, boter, koffie. Zout, boter, koffie. Die woorden gaan maar door mijn hoofd, in een wikkeling, ook teveel geremd, teveel, d.w.z. naar mijn zin. Het enige waarop ik nu nog vreemde, dreigende cadaiv leef, is chocoladerepen, muziek, onanie, de SS. In de woning van de vro de dagdroom en de bioscoop...Hoe lang nog? op het aanrecht .....Tot ziens Signalen Je hoort nogal eens zeggen dat mensen die vond de politic kunstgebit, een bril. en een hoopje wasgoed. Een hoopje wasgoed dat nog nat was. Een hoopje kleren dat huil de.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 35