'Op het kerkhof nog geen plaats voor ons' is ZATERDAG 27 FEBRUAR11993 ;iYDIA DE VRIES In de stinkende vuilnishoop op de on verharde binnenplaats van vier troos teloze vvoonbloldcen scharrelen - een paar kippen hun kostje bij elkaar. Zodra er I schaduw is, komt een groep werkloze man- néti naar builen, schaakbord en krukje onder IdRWm.l n groepjes wordt er geanimeerd ge- pVaat en gerookt, zwijgend geschaakt of ru- zfêhd gekaart. Zes bruine jochies dollen la waaierig met een lekke voetbal. Een groepje tienermeisjes hangt verveeld tegen een muur, wachtend op de jongens. Op het bal kon van de derde etage is de stank van rot tend vuilnis nog goed te ruiken. De riolering is ook weer eens kapot en een deel van de binnenplaats staat vol met donkerbruin, stin kend water. In'Mimoza's stad Fier, zo'n 120 kilometer ten zuf8$èsten van de hooi istad Tirana, is veel jveranderd sinds de val \an het communisti- iscHeTe'gime in 1990. Alles wat ook maar ernplte herinnerde aan de gehate leider En- veY' uHxIkV'is stukgeslagen of verbrand. De parujtóhHVén slaan er uitgebrand en ver nield" nik' Vi'ds er destijds nog sprake van eni ge organ Rat ft''en produktie. inmiddels is de economie gëhèel tot stilstand gekomen. Niets functioneert meer, alles is kapot. Zestig a zeventig procent van de beroepsbevolking is werkloos. De armoede is dan ook zeer zichtbaar. Tien dagen lang was ik te gast bij Mimoza, haar man Ladi en hun kinderen Fedra (8) en Endri (6), een doorsnee Albanees gezin. Ze wonen in een flat die bestaat uit een kleine woonkamer, een keukentje van één bij an derhalve meter, een slaapkamer en een toilet art'nex wasgelegenheid. In de woonkamer staan een groot, blankhouten wandmeubel, een grote, stokoude zwartwit-TV, twee slaap banken, een salontafeltje en een zelfgemaak te schemerlamp. ,--in de slaapkamer is net ruimte genoeg voor een tweepersoons bed, een linnenkast en nog èèn slaapbank. De woning heeft een hurk- ;WC, er is eeh grote bak voor de was en nog een aparte wastafel, Ladi heeft zelf een dou che met warm water aangelegd; een onge kende luxe, want de meeste flats hebben al leen koud water. AJs er tenminste water is, want het leidingnet functioneert alleen 's morgens van zes tot acht en 's avonds van vier lot acht. Ook in de zomer, als de tempe ratuur tot ver boven de dertig graden op loopt. Mimoza neemt me mee naar een aantal door Nederlandse gezinnen 'geadopteerde' families en een kleuterschool. Voor de kleu ters heb ik speelgoed meegenomen. Het ge bouwtje ziet er troosteloos uit: kleine ramen en slordig witgekalkte buitenmuren. Er is geen speelplaats en ook hier ligt een hoop vuilnis voor de deur. De dertig kleuters zitten net aan de lunch: een homp grof brood met een kroesje water. De directrice vertelt dat het vroeger beter was, maar sinds de ouderbijdrage is ver hoogd, worden zóveel kinderen thuisgehou den dat er geen geld meer is om fruit, melk of kaas te kopen. Veel ouders kunnen het zich niet permitteren om een weeksalaris te beta len voor de"kinderopvang. Dal verklaart ook waarom Véél kinderen de hele dag op straat zwervéViï'in het gunstigste geval onder toe zicht1 vflh een ouder broertje of zusje. Mimo za ^ft'elt dat ze haar kinderen tijdens de schoolvakanties in huis opsluit als ze moet we Heen. Ze heeft geen andere keus, zegt ze. T)at het vroeger beter was, is te zien aan de vTffines, die gevuld zijn met keurige plak- werkjes. Het enige speelgoed dal er nu nog is, staat in het kamertje van de directrice: een handvol ongeverfde houten blokken en een kl$k zonder wijzers. Verf, potloden, tekenpa pier. het is er niet meer. Geen vrolijke wand platen aan de muur, geen tekeningen. Het möubilair is zeker dertig, veertig jaar oud, verveloos en versleten. Ik probeer mfe voor te stejlen hoe ze hier zes dagen van de week de kleuters zoethouden: met niks aan een tafel- tjezitten en liedjes zingen, de hele dag? Stralende ogen Voor deze school heb ik een grote tas Duplo, eep stapel fleurige gordijnen en twintig hou ten speelgoeddieren meegenomen. Mimoza heeft me op het hart gebonden dat er per se een officiële overdracht moest plaatsvinden: een lijst in tweevoud, te tekenen door de di rectrice, mij en Mimoza. Ik vind het nogal gek, maar Mimoza vertelt dat alles binnen een weck is verdwenen als we dit niet doen. Niet omdat de kinderen het speelgoed stie kem meenemen, maar omdat de leidsters en de ouders de verleiding niet kunnen weer staan. Als je kind thuis niets heeft, gebeurt Op een tafel spreid ik de Duplo uit. Ik ga er op mijn knieën bij zitten om de kinderen te laten zien wat je ermee kunt doen. Ze kijken met grote, verbaasde ogen toe. Er wordt, heel aarzelend, wat gestapeld en de blokjes wor den aan alle kanten bekeken. Ik laat nog maar eens zien hoe het moet, en jawel, ze hebben het door. In stilte worden er torentjes gebouwd, een helikoptertje maakt een rondje in hel groezelige handje van een kaalgescho ren ventje, dat onder de zweren en de vieze plekken zit. Zijn ogen stralen. De meeste kinderen zijn zeer armoedig ge kleed: een verwassen hemdje ofT-shirt, kort broekje, blote voetjes in plastic slippertjes, die vaak maten te klein zijn. En dan te be denken dat dit niet eens kinde ren uit de allerarmste gezinnen zijn. Een aantal kinderen is kaal geschoren, vanwege de hoofd- luis. De meeste kinderen zijn aan de magere kant. Ondervoeding komt in Albanië heel veel voor. Melk is praktisch niet meer te koop en heel duur. De meeste kinderen welen amper wat groente en fruit is. Mimoza ver telt dat heel veel kinderen niets anders te eten krijgen dan een stuk grof brood met een scheutje olie, alle dagen van de week. Brood is dan ook het enige dat elke dag te koop is. En het is te betalen. De voedselsituatie is vooral 's winters wanhopig slecht. Duizenden hongerige Al banezen probeerden dan ook vanaf begin 1991 massaal te vluchten, op wrakke boten rich ting Italië. De Italianen proberen verdere vluchtpogingen te voor komen, door de Albanezen dage lijks brood te geven. Bij de ha vens heeft het Italiaanse leger grote legerkampen ingericht. El ke dag rijden de trucks uit om de broodfabrieken in het hele land van meel te voorzien. De staats winkels zijn en blijven leeg. Wel komen er steeds meer geprivati seerde winkels, maar wat daar wordt verkocht, is vóór de mees te Albanezen niet te betalen. Gejakker De officiële markt voor groente, fruit en vlees in Fier is gevestigd in een smerige, donkere hal waar het gruwelijk stinkt. Het aanbod bestaat voornamelijk uit pepers en paprika's, wormstekige ap pels, wat uien en aardappelen. Alleen de aanvoer van waterme loenen is in de zomer enorm. Vlees heb ik er niet ge- De inmiddels gedoogde zwarte markt in Fier is de op één na grootste van het land. Het aan bod bestaat uit 'luxe-goederen' als Russische snelkookpannen, acryltapijtjes uit Turkije, importsigaretten, zonnebrillen en wegwerpaanstekers. Een grote groep man nen staat zwijgend te luisteren bij een kraampje waar Japanse gettoblasters worden verkocht, het toppunt van luxe. Alles voor be dragen van vele maandsalarissen. Er wordt dus veel gekeken, maar weinig gekocht. Veel winkelpanden in Fier staan leeg. Door Eigenlijk zijn we allemaal dood, maar omdat er voor ons nog geen plaats is op het kerkhof lopen we maar gewoon door. "Zwarte humor uit Albanië, het land waar sinds de val van het communistische regime chaos en anarchie heersen. Albanië, het armste land van Europa, een ontwikkelingsland op een steenworp afstand. Niemand heeft er aandacht voor omdat er geen oorlog woedt, er geen sprake is van spectaculaire natuurrampen en omdat het land der Skipetaren economisch volkomen oninteressant is voor het rijke Westen. Lydia de Vries uit Uithoorn ging er vier jaar geleden met een georganiseerde reis heen. Een toevallige ontmoeting met de Engelssprekende bibliothecaresse Mimoza Hoxlta had een intensieve correspondentie tussen de twee vrouwen tot gevolg, die ondanks intimidaties van de gevreesde geheime politie Sigurimi uitgroeide rot een vriendschap. Een jaar geleden zetten zij met succes een kleinschalige hulpactie op. Inmiddels sturen vijftig Nederlandse gezinnen hulppakketten naar vijftig arnie Albanese families. Afgelopen najaar was Lydia de Vries weer in Albanië. Van die reis doet zij nu verslag. Over enkele weken reist de Uithoornse opnieuw naar haar'vriendin, om een nieuwe hulpactie voor te bereiden. het schaarse aanbod zijn de prijzen in korte tijd vertienvoudigd. Van een land dat een flink deel van zijn landbouwprodukten kon exporteren, is Albanië veranderd in een land dat vrijwel volledig afhankelijk is van wester se voedselhulp. De collectieve landbouw is opgeheven. De boeren hebben niet gewacht op verdeling van het land en genomen wat ze konden bebouwen. Dat gebeurt nog steeds zeer primitief. De opbrengsten zijn dan ook gering. Grote stukken grond liggen al jaren braak. De veestapel bestaat grotendeels uit schapen, geiten, kippen en ganzen. Alles graast in de wegbermen. Het verkeer moet maar overal tussendoor zien te laveren. De Albanese wegen zijn onveilig, smal en slecht. Straatverlichting ontbreekt. De secun daire wegen zijn alleen per ezel of ossewagen Kinderen zoeken hun vertier op straat. Speelgoed hebben ze nauwelijks en wat er is, is tientallen jaren oud. FOTO'S FRANK G te berijden, bij gebrek aan be strating. De verkeersonveiligheid wordt vergroot door het krank zinnige gejakker van de Albane zen, die nooit hebben leren auto rijden. Sinds twee jaar is particu lier autobezit toegestaan, maar rijscholen zijn een onbekend be- g"P- Albanië heeft geen eigen fabri kaat auto's. Wat er rondrijdt is (tweedehands) geïmporteerd, en zou in andere landen meteen van de weg worden gehaald. Een twintig jaar oude Volkswagen {Ce- ver kost tweeduizend dollar, on geveer zestien jaarsalarissen. De meeste Albanezen zijn voor hun vervoer aangewezen op van ou derdom uit elkaar vallende bus sen. Ook wordt er op grote schaal met vrachtwagens meegelift. Voor de grotere afstanden zijn er tweedehands bussen, geschon ken of verkocht door West- europese openbaar-vervoerbe drijven. Fiets De kaartjes voor deze bussen worden niet gesubsidieerd en zijn dan ook heel duur. Maar ach, de Albanezen zijn niet ge wend te reizen, dus klaagt nie mand. Onder het oude regime had je toestemming nodig om je te verplaatsen. Die kwam er dan alleen nog voor familiebezoek. Ik blijk tijdens mijn rondreis met een geleende auto van Ladi's werk meer van het land te heb ben gezien dan Mimoza in haar hele leven. Het grootste deel van haar leven woonde ze in Shkodër, een stad in het noorden. Na haar huwelijk is ze in Fier komen wonen. Voor familiebezoek kreeg ze maar een enkele keer per jaar toestem ming. De reis duurt bijna tien uur en daarom worden de con tacten ook nu nog vooral'schrif- telijk onderhouden. Binnen Fier moet ze altijd lopen, ook als ze tien kilo zware hulppakketten uit Nederland van het postkantoor moet ophalen. Haar lief ste wens was daarom een fiets, een luxe die gelijk staat aan een half jaarloon. Mimoza is dan,ook compleet in de war als ik haar vertel dat de fiets die ik bij me heb, voor haar is. Ze wil wel leren Fietsen, maar dan in het donker buiten de stad. Een vrouw op een fiets is zeer ongebruikelijk in Albanië. De positie van de Albanese vrouwen is overigens niet te benijden. Hoewel onder het oude regime emancipatie verplicht was, is er in het leven van alledag niets van te merken. Vrouwen doen het zwaarste en vuilste werk, worden slechter betaald dan mannen en draaien daarnaast op voor de volledige huis- houding. Een huishouding zonder het gemak van koelkast, wasmachine, stofzuiger of kant en-klaar voedsel. Koken gebeurt veelal op een oliestelletje. De afwas wordt met koud water gedaan, zonder afwasmiddel. Waspoe- der is al jaren niet meer te koop, dus moeten vrouwen zelf zeep maken van rundvet met macaroni: uren pruttelen en stinken in een pannetje, laten afkoelen en in stukken snij den. Adresjes De werkdag van een Albanese vrou^ is niet alleen zwaar, maar ook lang. De dag begint om half zes. Er wordt begonnen met de afwas van de vorige avond. Albanezen éten 's avonds tussen negen en tien uur en dan is er geen water meer om af te wassen. Na de af was moet het ontbijt worden klaargemaakt. Dat bestaat meestal uit wat gebakken groente (koud geserveerd) met een stuk brood en wat zelfgemaakte yoghurt. Er is geen koffie of thee. Als er geld is om kaas te kopen, krijgt ie dereen een klein blokje. Na het ontbijt moet de was worden ge daan. op de hand, met koud water vóór acht uur, want anders is er geen water meer. Of zoveel later als het uitkomt, dat weet je nooit van tevoren. De kraan blijft daarom altijd openstaan, dan weet je precies t weer water is. Als afwas, was en ontbijt klaar zijn, staat de rest van het gezin op. Kinderen wassen en aankleden, ontbijtboel opruimen, kinderen naar school brengen. Om zeven uur begint de officiële werkdag, maar erg strikt is men daar niet meer mee. Veel te werken valt er toch niet. Om drie uur komen de mensen hongerig thuis. De bedrijven hebben geen kantines, geen koffiemachines, geen lunchpauzes. Er is bovendien geen water en geen toilet. Het middageten bestaat uit een bord koude, ge bakken groente met een glas water of limo nade erbij, een stuk watermeloen of wat drui ven. Voor 'gezond' koken is tijd noch aan dacht. Het eten voor een hele dag wordt vaak de avond van tevoren klaargemaakt; een bak aubergines of okra's met wat uien worden in een scheut olie gebakken. Boodschappen doen kost veel tijd. Super markten zijn hier onbekend, vrouwen lopen alle denkbare plekken af waar iets te koop is. Iedereen heeft een uitgebreid netwerk van 'adresjes' en er wordt veel geruild. De meest; simpele dingen zijn er niet: lucifers, toilet zeep, tandpasta en WC-papier zijn hipr schaarser dan tweedehands auto's. Textiel e schoenen zijn er alleen tegen bespottelijke prijzen; een paar plastic badslippers kost zes gulden, een meter katoenen stof zeven gul den. Van een maandloon van ongeveer vijftien gulden is dat niet te betalen. Met eindeloos geduld wordt alles hier gestopt, hersteld en gerepareerd. De tweedehands kleding uit Ne derland wordt dan ook met veel dankbaar heid aanvaard. Zo kreeg Dhimo, de zestigjari ge postbode, voor het eerst in achttien jaar een nieuwe winterjas. Het gezin van tandarts Mehmet kreeg vijf nieuwe handdoeken. Voor het hele gezin hadden ze er zelf nog i één die bruikbaar was. In het gezin van Dino werd onlangs een tweeling geboren. Babyk leertjes hadden ze nauwelijks. De man barst te in tranen uit, toen hij de complete baby- uitzet zag die vanuit Nederland was opge stuurd. Criminaliteit In deze maatschappij is geld overleven, e overleven komt het aan. Vandaar dat Albanië inmiddels heeft kennisgemaakt r liteit. Moord en doodslag, diefstal, straatroof, illegaal wapenbezit, drugs; het is aan de orde van de dag. Na zonsondergang is de str; gevaarlijk. Een jaar geleden werden tv mannen in het openbaar in het centrum v Fier opgehangen. Ze hadden een compleet gezin omgebracht. De meeste last heeft i dereen van diefstal en straatroof. Er zijn tallo ze verhalen over mensen die op str. hun jas werden beroofd, maar ook school die (tijdens de lessen!) werd overval len door een groep gewapende r vrouw die aan de gevolgen van een messteek overleed en een kindje dat door het hoofd werd geschoten omdat het aan de auto van de buurman zat. Armoede en honger zijn de dagelijkse rea liteit van het leven in dit Albanië. De land bouw levert na de zomer niet veel meer op dan wat uien, wortelen en aardappelen. De Italiaanse pasta in de privé-winkels kost t gulden per pond, een blik Griekse olijfolie een half maandloon. Een groot aantal gezin nen leeft momenteel van een uiterst minima le werkloosheidsuitkering. Jongeren die nog nooit hebben gewerkt, krijgen helemaal niets. Een weduwenpensioen bedraagt slechts zes gulden per maand. Bejaarden hebben geen andere keus dan bij één van hun kinderen in te trekken. Van hun ouder domspensioen van ongeveer tien gulden is niet te leven. De prijzen blijven stijgen, dagelijks. Op de laatste lijst adressen die Mimoza stuurde, staan gezinnen die in een hopelozi situatie verkeren. Zo kreeg ik naam en adres van twee jongèns van 10 en 12 jaar, die bij hun grootouders wonen. Zeven jaar geleden vermoordde hun vader hun moeder, een daad waarvoor hij werd opgehangen. Even moeilijk is het voor een jonge weduwe (33), die van een kleine uitkering moet rondko men met haar twee dochtertjes van 6 en 10 jaar en haar verlamde schoonmoeder. Een weduwe van 48 heeft vier studerende kinde ren, haar inkomen is dertig gulden per maand. Voor al deze gezinnen geldt dat i nauwelijks geld is om eten te kopen en d; kleding en schoenen onbetaalbaar zijn. Tranen Tien dagen was ik de gast van mensen die niets hebben, maar wat ze hadden met mij deelden. Ik ben op bezoek geweest bij men sen die met tranen in hun ogen bedankten voor de hulp uit Nederland, terwijl het toch eigenlijk zo gewoon is. Tien dagen leefde ik letterlijk met ze mee. Deze zomer hoop ik er weer te zijn, samen met anderen, die net als ik willen laten zien, dat Albanië niet wordt vergeten. We zullen er hard voor moeten werken om de nood daar te lenigen. De eer ste stappen zijn gezet om een onderwijsin stelling in Fier nieuw leven in te blazen, mis schien wat te doen aan de beroerde medi sche verzorging en kleding te brengen bij ar me gezinnen. Er is nog zoveel te doen. inlichtingen over het sturen van hulppak ketten naar Albanese gezinnen in nood heeft Lydia de Vries (telefoon 02975-63214), Een willekeurige binnenplaats in de woonwijken van Fier. Het vuilnis ligt maanden te rotten, de stank is tot in de woningen te ruiken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 32