n
I
Een race
zonder
einde
Strijd tegen 'makelaars in mensenvlees'
H
ZATERDAG 13 FEBRUAR11993
Mans Gatsonides (82) rijdt van Noordwijk naarMonte Carlo
IRENE NIEUWENHUUSE
edere morgen opent Maurits Gatsoni-
acht uur de poort van zijn be-
drijf, Gatsometer bv op het stations
emplacement in Overveen. „Vanmorgen was
ik vijf minuten te laat. Verslapen.'' Fragiel
neemt hij plaats achter z'n bureau met uit
zicht op voorbij flitsende treinen. Als koning
van de weg voelt hij zich thuis tussen foto's
met veel hoogheden. Gatsonides heeft zijn
sporen niet verdiend als manager, hij is voor
al coureur, uitvinder en motor achter nieuwe
ideeën. „Stoppen met werken? Waarom? Ik
hoop eens in het harnas te sterven."
Zijn leven was tot nu toe een grote tour
tocht. Een nooit eindigende race. Winnen en
verliezen lagen steeds dicht bij elkaar. Hij
prepareerde al zijn ritten uiterst zorgvuldig
en nam geen onnodig risico's. „De dood heb
ik nooit in de ogen gekeken. Een goede cou
reur is hij, die als eerste, levend aan de finish
verschijnt." Ging wel te werk op het scherp
van de snede. Als 20-jarige reed hij tijdens
een rally eens recht toe recht aan naar de fi
nish en smeet en passant alle jerrycans, die
als obstakels voor een proef dienst moesten
doen, radicaal omver. Het aantal strafpunten
dat hij daarvoor kreeg, deerde hem niet, want
hij werd toch winnaar.
Ook het achterstevoren over de finish gaan
tijdens de Rally Soleil 1954 vindt hij een aar
dige anekdote. „De concurrentie had er wel
eens zwaar de pest in, maar ik werkte altijd
volgens de reglementen, die je heel exact van
te voren moet bestuderen. Ik ga natuurlijk
niet als een wildebras te werk, maar wok,
weeg en zet weloverwogen m'n strategie uit."
Schuimende plas
Toen hij water op de remmen gooide tijdens
de afdaling bij Menton tijdens de Rally van
Monte Carlo in de tijd dat er nog geen auto
matische koelsystemen waren, betekende dat
de enige manier om zonder kleerscheuren
beneden te komen. Legde voorts als 'grapje'
eens een slang aan door de bodem van de
auto, zodat er weinig tijd zou worden ver
daan met sanitaire stops. De urine liep echter
door de onderdruk weer hard terug in de au
to. Zo kon de ingenieuze slang alleen tijdens
stilstand bij de controles worden gebruikt.
Dat de controleurs en de omstanders hem
hartelijk uitlachten terwijl hij urineerde deer
de hem niet. „Ik lachte nog veel harder als ik
wegreed en een schuimende plas op straat
achterliet."
Gatsonides grossiert overigens in voorna
men. Maurits staat in z'n paspoort, Maus gaf
hij zichzelf, de naam Gatje kreeg hij op de
HBS, voor de Fransen is hij Maurice en de
Engelsen noemen hem Gadso. Hij werd in
1911 op Java geboren. Op 12-jarige leeftijd
ging hij alleen naar Nederland. Na zijn HBS-
tijd wilde hij gaan studeren. Dit ging niet
door, omdat zijn grootvader zich daartegen
verzette. Hij 'versleet' in die tijd trouwens ve
le ouderparen. Behalve z'n eigen ouders in
Indonesië, die hij slechts sporadisch zag, ver
bleef hij tijdens de vakantie bij zijn grootou
ders in Nijmegen. Daarnaast vertoefde hij ge
durende zijn middelbare schoolperiode bij
vijf pleeggezinnen.
i bordje 'Pas op: hoogspan-
De nestor van de vaderlandse
racefanaten, Maurits
Gatsonides, verschijnt mor
gen aan de start van de Mon
te Carlo Challenge in Noord
wijk. Hij wordt dan tevens 82
jaar. Gatsonides is de enige
Nederlander die ooit (in
1953) de Monte Carlo Rally
heeft gewonnen. Daarnaast
heeft hij 60 internationale ra
ces en 140 rallys op zijn
naam staan. Tevens is hij de
uitvinder van ondermeerde
Gatsosnelheidsmeter. De
monsterrit van morgen is
3000 kilometer lang en is een
getrouwe copie van de rally
zoals die in de jaren vijftigen
zestig werd gereden. „Ik ben
geen coureur, maar een fan
tast.
Na enige jaren bij de KLM als grondmon-
teifr en later als boordwerktuigkundige ge
werkt te hebben, begon hij met geld van zijn
grootouders een garagebedrijf in Heemstede.
Maar Maurits was vaker op de weg dan in het
kantoor van zijn garage te vinden. Vlak voor
de oorlog heeft hij een auto met gasgenerator
gebouwd. Na de oorlog gaat hij door met de
ontwikkeling van nieuwe auto's.
Platje
Vooral de Gatso Aero Coupe 400 had hem,
zoals later bleek, te veel geld gekost. De ge
stroomlijnde auto had een perspex dak dat
door Fokker was gemaakt. Tijdens de presen
tatie in Genève en later in Amsterdam kon
den de bezoekers niet van deze futuristisch
ogende wagen afblijven, zodat Maus er ter
waarschuwing, na het aanbrengen van wat
zwakstroom,
ning' bij zett<
Ook de introduktie van 'Platje'
waarmee hij tijdens races veel
haalde, bracht niet het economisch succes
waarop Gatsonides hoopte. Ondanks het feit
dat er van alle kanten bestellingen werden
geplaatst. Toen de auto's goed en wel klaar
waren, werd het faillissement in 1949 uitge
sproken. „We hebben toen honger geleden
en je leert in korte tijd je ware vrienden ken-
Successen en fiasco's accepteert hij als
vanzelfsprekend bij elkaar horend. 'Alles kan'
is tenslotte niet voor niets zijn leefregel. Van
gefortuneerd amateur op zijn achttiende
werd hij berooid professional op zijn 38ste.
„Ik had toen het volledige familiekapitaal ge
consumeerd."
Na dit financieel debScle werd hij vanaf
1951 beroepscoureur. Na zijn overwinning in
de Monte Carlo Rally kwamen de aanbiedin
gen weer van alle kanten en kende het leven
van Gatsonides vooral hoogtepunten. Hij
kwam onder meer in vaste dienst bij Ford
Great-Brittan en Standard Motor Com
pagnie. Losse contracten sloot hij zo'n beetje
met alle bekende automerken. Van Jaguar tot
General Motors.
Stopwatch
Uit die jaren dateren ook zijn uitvindingen.
Zijn belangrijkste zijn de gatsosnelheidsme
ter, de gatsoroodlichtcamera en de gatso-
zwemti jdmeter. De eerste snelheidsmeter be
stond uit twee rubberen slangetjes op de weg
die verbonden waren met een meter. „Ik heb
dit ding ontworpen, omdat ik me een keer
vreselijk ergerde aan een bekeuring die me
werd uitgedeeld door een heilige hermandad.
De goede man had een simpele stopwatch in
zijn handen. De opdracht die ik mezelf stelde
was een apparaat te ontwikkelen dat de mens
als beoordeler elimineerde."
Het succes was ongeëvenaard. Momenteel
worden wegduivels over de hele wereld, in
clusief Gatsonides, gepakt door deze meter.
De twee slangetjes op de weg zijn inmiddels
verder ontwikkeld tot geavanceerde radarap-
paratuur. Ook de roodlichtcamera verricht
overal zijn werkzaamheden. „Het viel in het
begin niet altijd mee de autoriteiten te over
tuigen dat mijn apparatuur veel professione
ler en betrouwbaarder was dan de oplettend
heid van de mens. Op de lange duur heb ik
gelijk gekregen.
De rit van de komende week ziet hij vooral
als ontspanning. „Een hedendaagse coureur
is iemand die voortdurend wordt gedirigeerd
vanuit de pits. Ik bepaal in deze toer alles
zelf. Ik prepareer m'n wagen. Je doet histo
risch gezien een stapje terug. De gemiddelde
snelheid mag niet boven de 50 kilometer ko
men en hulp van buitenaf is ten strengste
verboden. Er is ook geen echte winnaar, want
een stukje plastic in je auto kan de uitslag be
ïnvloeden, omdat de deelnemers zich volle
dig moeten houden aan de reglementen uit
de jaren vijftig. Deze rally heeft gewoon iets
charmants."
betreedt, jongensachtig en
zwierig, de derde etage van
kantorencomplex De Schakel in
Gouda, thuisbasis van de WCS. „Wat zijn
jullie vróég", grinnikt Rob Jansen, als hij
twintig minuten te laat de moderne receptie
passeert en zijn leren jack aan de kapstok
hangt. Vader Karei, grondlegger van de voet
ballersunie, kijkt vanaf de muur, op een me
tersgroot doelc Glimlach, slimme oogjes ach
ter een gouden montuur, een vingertje achter
een oor. Junior oogt als wandelende reclame
voor de betere herenmodezaak. Een bruin-
suede vestje met 'verguld' rugpand op een
groen overhemd met dito das. Broek in de
plooi, molières gepoetst.
Jansen heeft een redelijk excuus voor zijn
verlate entree. Tot ver na middernacht heeft
hij met Ajax-penningmeester Arie van Os ge
telefoneerd. De laatste details van de transfer
van Ronald de Boer van Twente naar Amster
dam zijn geregeld. Afgemaakt op 2,8 miljoen.
„Een goeie deal, voor alle partijen. De Boer is
blij, Ajax is blij en Twente kan tevreden zijri
over de financiële uitkomst."
Zaakwaarnemer, zo wordt hij meestal ge
noemd. De man die de kolommen haalt met
toppers als Bergkamp, Jonk, Roy en Wouters.
„Je begint onderin", relativeert de oud-voet
baller en -trainer. Zijn eerste deal? Een jaar of
acht geleden, Peter Jager, een Noordholland
se amateur en barkeeper op het Leidseplein.
In de Amsterdamse kroeg was de zaak snel
beklonken. De tapper werd tweede keeper bij
AZ.
Teleac-cursus
Rob Jansen beoefent een schimmig vak en
dat moet zo blijven, vindt hij. „Bij de WCS
voelen we er niks voor een Teleac-cursus te
geven. Er zijn veel mensen die dit werk willen
doen, maar uit een andere overtuiging. Die
hebben maar één doel: geld verdienen. Als
dat het hoofddoel is. vergeet je wel eens een
paar andere zaken in het leven. Bij ons wor
den spelers in de staart van de eerste divisie
met evenveel liefde geholpen als de top van
het Nederlands elftal of de jeugd."
Hij maakt weken van 70,80 uur, vliegt naar
alle uithoeken van Europa en regelt zijn
zaakjes vooral op intuïtie. ,De spanning
maakt het zwaar, de geestelijke druk. Je bent
altijd met problemen bezig, dat put uit. Je
Rob Jansen regelt
de miljoenen voor
veel voetballers
Aan nagenoeg elke transfer
van een vaderlandse voetbal
grootheid kleeft zijn naam.
Of ze nu Dennis Bergkamp,
John van Loen, Brian Roy of
Ronald de Boer heten; Rob
Jansen is hun zaakwaarne
mer. De 37-jarige Hagenaar
heeft in krap tien jaar bijna
alle collega 's van minder on
besproken gedrag - type lou
che geldwolf- op de reserve
bank weten te krijgen. Voor
de grote contracten betreedt
het boegbeeld van de Vereni
ging Van Contract Spelers -
opgericht door vader Karei -
de mat. Of er nu twintig mil
joen in lires of peseta's wordt
neergeteld voor de stiftballe-
tjes van een 23-jarige jonge
man uit De Meer. „Dat wordt
m'n mooiste contract", voor
spelt onderhandelaar Jansen.
„Niet door het bedrag maar
door de gecompliceerdheid
ervan. "De opmars van een
pokeraar-in-loondienst.
zegt nooit: ik ga eens lekker een
bespreking in. Dat bestaat niet.
Niet bij Emmen en niet bij AC
Milan. Als ik er even niet 'bij'
ben, slaat de andere partij toe. Je
moet alert blijven. Je kan een
woord vergeten. Of in een zin
staat 'èn' of er staat 'öfEen we-
zenlijkverschil..."
En een mooi huis óf een aardi-
„Dat is niet zo belangrijk. Dat
soort dingen wordt meegeno
men in contracten, daar hoef je
geen uitvinder voor te zijn. Wer
kelijk alles wordt geregeld, tot
aan de verhuizing toe."
Mensenvlees
De WCS, met Rob Jansen als
hoofdonderhandelaar, heeft 'ma
kelaars in mensenvlees' die min
der zuiver op de graat zijn, nage
noeg uit de markt gedrukt. Voor
al in het buitenland opereren ty
pes op de spelersmarkt die er ge
heel andere principes op na hou
den. „Uitzonderingen daargela
ten zijn het een beetje dubieuze
mensen. De wijze waarop men
praat, zich kleedt en gedraagt, is
navenant. Ik noem het altijd 'herkenbaar'.
Een tikkie louche."
De spelers-vakbond voelt zich als een wit
schaap tussen de zwarte schapen. Volgens
Jansen komt dat ook door het vergunningen
stelsel van de overheid, dat dergelijke bemid
delaars toestaat. Hij wordt er écht pissig over.
„De overheid en de ambtenarij zijn elke voe
ling met de maatschappij kwijt. Ik bekijk het
vanuit de sport, maar het geldt volgens mij
voor vele bedrijfstakken. Ze beslissen vanuit
een kamer van zes vierkante meter en heb
ben geen flauw idee waarover ze praten. Ze
zitten op een andere planeet. In het buiten
land vinden ze onze regeling goed en probe
ren ze de wanordelijkheden terug te dringen.
Hier draaien ze het om."
Moderne slaven
Voetballers als moderne slaven. Hun prijs af
hankelijk van de pass-zuiverheid? Rob Jansen
Rob Jansen: „Voor principes kan een speler geen brood kopen. Zo principieel zit de sport niet in elkaar."
FOTO GPD ROLAND DE BRUIN
kent clubs waar spelers 'het produkt', worden
genoemd, waar de bestuursleden de voor
naam van hun laatste aanwinst niet kennen.
„Dan zit ik te luisteren en zeg schertsend:
Waar zullen we die ijskast plaatsen..?'. Zo
zien ze het: ze kopen 'wat', daar betalen ze
voor en 'dat' moet presteren."
Daar doen jullie toch vrolijk aan mee?
„Wij signaleren het meer dan anderen.
Maar voor principes kan een speler geen
brood kopen. Zo principieel zit de sport niet
in elkaar. Johan Cruyff heeft het een keer ge
zegd: topsport is a-sociaal. Absoluut waar. Je
moet wel je eigen waarden en normen blij
ven hanteren, maar niet verwachten dat de
hele bedrijfstak je volgt."
Hoewel de hypocrisie van de voetbalwereld
hem kan irriteren, glimlacht hij om de mees
te dingen. De louche 'handelaren' die met
bankbiljetten wapperen of een te grote mond
hebben of de Italiaanse of Spaanse bestuur
ders die zich 'oppompen' aan de onderhan
delingstafel. „Als ik alles zou opschrijven wat
ik meemaak, zou ik een bestseller hebben.
Maar dan kan ik meteen emigreren. Naar
Groenland, op z'n minst. Dat doe ik niet. Als
je er Iets aan wilt doen, moet je ergens een
lichtpuntje zien. Dat is er in de sport niet en
dat komt er ook nooit."
Aan het oordeel van anderen laat Jansen
zich weinig gelegen liggen. „Ik ben vrij direct.
Daar hebben mensen wel eens moeite mee.
Ik zeg gewoon: 'Dat is flauwekul' Dat vinden
ze bij het sectiebest uur van de KNVB bijvoor
beeld verschrikkelijk. Dat ga ik toch niet ver
anderen..?"
In onderhandelingen stelt Jansen zich hard
en rechtlijnig op. De andere partij begrijpt
vaak niet waarom hij tot het uiterste door
gaat en het kaartspel tot de laatste slag kan
spelen. „Omdat ik geen eigéh be
lang heb. Ik heb eens een stelling
gehoord van een beroepskaarteL
Hij zei: 'Als ik met geld kaart van
een ander, win ik altijd. Ik heb
geen emotioneel gevoel aan die
tafel, ik ben sec bezig. Op het
moment dat ik met mijn eigen
centen speel, verlies ik'. Dat geldt
pok voor mijn werk."
Dat is ook om te draaien. Du
bieuze figuren die een percenta
ge van de deal opstrijken, gaan
tot op de bodem. Rob Jansen
krijgt aan het eind van de maand
toch wel zijn salaris. „Absoluut
niet waar. Voor die mensen móet
een zaak gedaan worden, die zit
ten met vier of vijf dingen in hun
hoofd. Ik heb één belang dat van
de speler."
Zweet
De kunst van het relativeren, die
heeft hij van huis meegekregen
en lijkt broodnodig in de wereld
der grote getallen. Een miljoen of
twintig voor Dennis Bergkamp?
Krijg dan maar eens geen zweet
in de handen. „Omdat ik dag en
nacht in het grote geld verkeer,
ik de keerzijde. De leefwijze
die het hebben, hun waarden
èlles geoorloofd. Ik wil goed kun-
naar dat heeft niks te maken met
twee Porches voor de deur. Ik rijd in een lea
se-auto. Een Mercedes 200. Wat me altijd
heeft geïrriteerd is dat mensen gingen schrij
ven: ja. maar hij rijdt in een Mercedes. Waar
moet ik dan in rijden? Een Daf? Mijn vader is
écht een idealist, die zou dat nooit doen. 'Dat
kan ik niet maken', zei hij. Maar waar wordt
dan gewaardeerd dat jij zo bent, vroeg ik dan.
Op je graf. dan staan je vijanden met duizen
den te huilen en gaan glimlachend de auto
Dat overkomt Rob lansen niet. ,2a werkt
het niet. Ik leef nu. ik wil goed kunnen leven,
maar ik bepaal waar ik de grens trek tussen
fatsoen en onfatsoen. Als ik voor de spiegel
sta, kan ik mezelf recht in de ogen kijken.
leven, i
Maurits Gatsonides voor zijn auto, een Citroën ID uit 1957 waarmee hij morgen aan de start verschijnt. In zijn hand zijn 'geheime wapen' en 'mu
seumstuk': de moyennemeter, die er voor moet zorgen dat hij de toegestane gemiddelde snelheid van vijftig kilometer niet zal overschrijden.
FOTO UNITED PHOTOS DE BOER