'Ik ben trots dat die beelden telkens weer worden vertoond' Rtv show 'Ik deel een rapport uit van magere zesjes en zeventjes' Uitgebreide aandacht voor watersnoodramp ENSCHEDE GPD De komende dagen wordt op radio en televisie de waters noodramp van 31 januari 1953 uitgebreid herdacht. Vandaag zendt de KRO om 23.14 uur in het kader van de documentaire-reeks 'Sporen' een film uit over de ervaringen van journalisten, die de ramp moesten verslaan. Filmer Joost Middelhoff neemt onder ande ren Carel Enkelaar, Gerard van den Bomen (in die tijd Volks krant-verslaggevers), de toen malige NCRV-radioverslagge ver Herman Felderhof en Piet te Nuyl jr. en Jan de Troye van de VARA mee terug naar de plaatsen in Zeeland en Zuid- Holland waar zij hun reporta ges maakten. Met behulp van uiterst gebrekkig materiaal moesten zij Nederland van het laatste nieuws voorzien. In Nieuwerkerk en Ouwer- kerk op Schouwen-Duiveland wordt op maandag 1 februari in aanwezigheid van koningin Beatrix en een groot deel van het kabinet de nationale her denkinggehouden. De NOS-te- levisie brengt rechtstreeks een verslag van deze plechtighe den. De reportage op Neder land 3 begint om 13.15 uur en duurt tot 16.00 uur. Verder verzorgt Omroep Zeeland een dagvullend radio programma over de waters noodramp, met als hoogtepunt de nationale herdenking op Schouwen-Duiveland. De uit zending is via FM en de mid dengolf in heel Nederland te beluisteren op Radio 1 In de NOS-uitzending van aanstaande maandag zijn ook nog niet eerder uitgezonden films te zien van bekende cine asten uit die tijd, zoals Bert Haanstra, Ytse Brusse en Al- bert Brosens uit Aerdenhout. Hun films werden gedeeltelijk in bioscoopjournaals gebruikt. Ook het programma Nova laat morgenavond fragmenten uit de films zien. Het Humanistisch Verbond zendt maandag om 13.10 uur op Radio 5 het hoorspel 'De ramp' uit, een zeer persoonlijk, drama dat werd geschreven door journalist Rudie van Meurs, die opgroeide in een klein Zeeuws dorp. De EO zendt op donderdag 4 februari het docu-drama 'De Ramp' uit (20.26 uur - 21.16 uur). Producer/regisseur Fritz de With reconstrueerde de ramp met behulp van oogge tuigenverslagen en beelden van de Polygoon-journaals. VRIJDAG 29 JANUAR11993195 Cineast Albert Brosens filmde vanuit lucht Watersnood Dat het werk soms voor het meisje gaat, daar kwam' de Aerdenhoutse cineast Albert Brosens op betrekkelijk prille leeftijd reeds achter. Op de kop af veertig jaar geleden hield hij zich op in Bazel om zijn huwe lijk voor te bereiden. Dacht Brosens zich geestelijk even te kunnen losmaken van zijn vaste opdrachtgever, de Amerikaanse ambassade in Pa rijs, ging opeens de telefoon. Aan de andere kant van de lijn meldde zich iemand van de Amerikaanse ambassade in Den Haag. Nee, ditmaal hoefden er geen beelden van de Marshall hulp te worden geschoten, er gens in Europa. Er was iets an ders aan de hand. Of hij de bruiloft de bruiloft wilde laten en of mister Brosens zich maar met spoed naar Nederland wil de begeven. In de nacht van 31 januari op 1 februari was de zuidwesthoek van Nederland bijkans geofferd aan de kolken de. door een opgefokte noord wester opgezweepte spring vloed. Het kwam Brosens allemaal onwezenlijk voor. In het door hoog oprijzende Alpentoppen beschutte Zwitserland zuchtte een kalm briesje. En nu hoorde hij opeens over verdronken land. Over een orkaan die had huis gehouden in met name het land van de Zeeuwen, die sinds jaar en dag gewend waren zich vast te klampen aan de wapen spreuk Luctor et Emergo. Maar helaas hadden duizenden hun hoofd ondanks het geworstel niet boven het wassende water kunnen houden. Rubberboten ,,Ik ben onmiddellijk terugge vlogen naar Nederland. Ik heb de cassette geladen, materiaal in de camera's gedaan en ik liet mesnel bijpraten." Zijn voornaamste missie: het Amerikaanse aandeel in de hulpverlening vanuit een vlieg tuig filmen. Om het nader te duiden: de dropping van rub berboten. Om nooit te vergeten. Tussen heden en verleden mag dan in middels een gat van veertig jaar zijn geslagen, in het geheugen van Brosens liggen nog vrijwel alle herinneringen tot in de de tails opgeslagen. Hij was inder uitgeven voor huisfilmer van de 'Marshall-hulp. „En zo werd ik ook ingezet toen de Amerikaan se hulpverlening in Zeeland op gang kwam." Hij meldde zich volgens af spraak op het marinevliegveld Valkenburg, alwaar intussen Amerikaanse gevechtsvliegtui gen waren geland. „Die werden ingezet voor het droppen van rubberboten in het overstroom de gebied. Mij was gevraagd om dat vanuit het vliegtuig te fil men. Ik weet nog dat we de weg volledig kwijt raakten. De Ame rikaanse piloten hadden wel kaarten bij zich, maar ze kon den zich niet goed oriënteren. Wat vroeger Goeree-Overflak- kee was. daar zag je vanuit de lucht alleen nog maar water, veel water, afgewisseld door streepjes." Het vluchtcommando diri geerde de vliegtuigen naar lage re sferen. Toen werd vanuit de lucht pas echt duidelijk wat er aan de hand was. „We troffen mensen op daken, al meer dan een etmaal zaten ze daar bo venop." Staande voor de deuropening pende zijn camera langs de drif tig zwaaiende mensen in nood. Tijdens het filmen van de red dingsoperatie nam Brosens het niet zo nauw met de veilig heidsvoorschriften. „Zonder sa fety lines stond ik daar voor dat open gat het droppen van die rubberboten te filmen. Ach, ik had niet eens de tijd om bang te worden. Je bent jong, je bent bezig en dan zie je geen ge- Complicaties Operatie rubberboot verliep buitengewoon vlot. Binnen de kortste keren had het vliegtuig waarin Brosens zich bevond na genoeg de hele lading van 60 rubberboten afgeworpen. Maar uitgerekend de dropping van de laatste, verreweg lichtste rub berboot, leverde complicaties op. „Dat kreng werd opgeno men in een luchtstroom en sloeg vervolgens tegen de staart van het vliegtuig. Als gevolg daarvan dreigde de kist een on geleid projectiel te worden. De 12 kilo zware Arriflex, de 35 mm-camera waarmee ik werk te, werd uit mijn handen gerukt. De camera bleef in een of ander gat in het vliegtuig hangen. Ik wilde er naartoe kruipen, maar een van die Amerikanen riep: civils in the back. Ik dacht: hoe krijg ik in vredesnaam mijn ca tijd een van de zes filmers die Zuidwest-Nederland in waters nood filmden. Nog drie zijn er in leven: Bert Haanstra, Ytzen Brusse en Brosens. In de zater dagavondaflevering van NOVA, en maandagmiddag tijdens de speciale herdenkingsuitzending worden fragmenten vertoond van hun oeuvre, dat indertijd aaneen is gesmeed in 'The ol dest enemy'. Naspeuringen leverde de NOS onlangs de aanwijzing op dat de originele filmversie en al het overbodig bevonden cellu loid ooit waren overgevlogen naar de Verenigde Staten. De Nederlandstalige kopie werd aangetroffen in het'archief van de Rijksvoorlichtingsdienst. De film heeft de Nederlandse bio scopen nooit gehaald, volgens NOVA-redacteur Lars Anders- son omdat het toen toonaange vende filmproduktiebedrijf niet „op oneerlijke concurrentie van een paar vrije jongens" zat te wachten. Brosens: „Maar op de Amerikaanse televisie is 'The ol dest enemy' wèl veel gedraaid. De daaruit voortvloeiende op brengst van de rechten hebben wij geschonken aan de slachtof fers en aan de nabestaanden van de slachtoffers." Huisfilmer Als aankomende filmer pro beerde Brosens kort na de oor log aan de kost te komen met het vervaardigen van filmjour naals ten behoeve van de Rijks voorlichtingsdienst. „Ik filmde alles over de Rondetafelconfe rentie aangaande de souvereini- teitsoverdracht van Indonesië. Die beelden werden afgedraaid in een bioscoop aan de Haagse Kettingstraat. Kwam daar een Amerikaan op me af die vroeg: why don't you work straight for us?" Brosens liet zich die vraag geen twee keer stellen. De Mutual Security Agency, de Amerikaanse veiligheidsdienst, kon op hem rekenen. Als came raman, belast met speciale op drachten, mocht Brosens zich mera terug. Vroeg die Ameri kaan: don't you have a gun? Maar ik had niets om die boot van de staart te schieten. Er zijn zelfs nog lichtkogels afgescho ten, alle kleuren van het regen boog zag het om het vliegtuig, maar de boot wilde er niet af." Aan boord van het vliegtuig zat de angst er intussen goed in. De tragiek van de inzittenden was dat uitgerekend op het mo ment dat de hulp grotendeels was verleend, de nood nabij was. De staart dreigde elk ogen blik af te breken, de boot was kortom goed aan. De cineast moest zich gereed houden om te springen. Terwijl het vliegtuig optrok naar een hoogte van 1000 voet, legde Brosens de captain het volgende probleem voor. Als er moest worden ge sprongen, nou vooruit. Veel be langrijker was hóe er gespron gen moest worden. Tja, daar had de captain in de haast even niet bij stil gestaan. Een para chute leek hem bij nader inzien geen overbodige luxe. „Inderhaast werd er eentje uit een of andere hoek gegrist. Ik zei: dit is allemaal leuk en aar dig, maar wat moet ik ermee? Ik kreeg te horen dat ik aan een haak moest trekken en dat, als alles goed verliep, het scherm na een seconde of drie wel zou openvouwen." Zover kwam het niet. Een maal op hoogte gekomen be sloot de piloot zo goed en zo kwaad als het ging tot een hol- deboldervlucht richting Valken burg. Boven het vliegveld aan gekomen, zag Brosens ambu lances af en aan rijden, het zweet brak hem aan alle kanten uit. „Ik dacht: dit ziet er niet best uit. Maar de piloot maakte letterlijk een crash-landing. Toen we stil stonden heb ik hem omhelsd, nou, die vent had geen draad meer droog aan zijn lijf." Veertig jaar na het voorval vertelt Albert Brosens het, alsof hij alles zojuist heeft beleefd. „In de loop der jaren zijn er veel programma's over de waters noodramp gemaakt. En telkens komen daarin weer die opna men terug van die dropping van die rubberboten. Dat vervult me echt met trots, omdat ik die heb mogen maken. Of dat huwelijk nog is gesloten? Ja hoor, een paar maanden later, in mei." Zo lang hoefde zijn huidige vrouw dus het werk ook weer niet vóór te laten gaan. (Zaterdagavond om 22.45 uur op Nederland 3 en maan dagmiddag om 13.15 uur, eveneens op Nederland 3) Albert Brosens vandaag: Je was jong, je was bezig en je zag geen ge- FOTO UNITED PHOTOS DE BOER OLAF KRAAK Angela Groothuizen ontgoocheld terug uit Roemeens kindertehuis Ik ben niet blij. Ik ben niet blij." Angela Groothuizen zegt het op een milde toon, terwijl ze nogal mismoe dig door het kindertehuis in Slobozia Noua wandelt. Een jaar geleden werd het in erbarmelijke staat verkerende kindertehuis - zo'n 130 kilome ter ten oosten van de Roemeen se hoofdstad Boekarest - totaal verbouwd. Geld, materiaal en menskracht kwamen spontaan ter beschikking dank zij een tv- uitzending van AVRO's De Uit- tinning. Een jaar later ging de AVRO- ploeg eens kijken hoe de huidi ge toestand is in het tehuis. Het blijkt dat naar schatting 80 pro cent van de geschonken spullen is verdwenen. Het kindertehuis staat in een omgeving waar de tijd minstens een eeuw lijkt te hebben stilge staan. Overal zijn de onmense lijke ontsporingen als gevolg van het dramatische 'beleid' van dictator Nicolae Ceausescu goed zichtbaar. Armoe troef in clit deel van Roemenië waar in het hotel de centrale verwar ming koud blijft en slechts af en toe tergend langzaam een drup peltje (troebel en ondrinkbaar) water uit de kraan sijpelt. De wegen zijn modderpaden en to nen de sporen van karrewielen en paardevoeten. Bij iedere stap hoor je het zuigende geluid van modderbrij. Slobozia Noua is een langge rekt dorpje waar voornamelijk boeren wonen. Een geasfalteer de straat met verder modderige zijwegen. Bij de kleine, armoe dig ogende boerderijen, die Ruim een jaar geleden is een kindertehuis in Slobozia-Noua (130 kilometer ten oosten van Boekarest) in Roemenië van top tot teen opgeknapt dank zij een uitzending van het AVRO-pro- gramma De Uitdaging. Presen tatrice Angela Groothuizen ging onlangs terug om te kijken hoe de huidige situatie in het tehuis is. Het emotionele tv-verslag is vanavond bij de AVRO te zien op Nederland 1 om 21.56 uur. Vooraf wordt om 20.25 uur een samenvatting uitgezonden van de uitzending van verleden jaar. merkwaardig genoeg vaak in opvallend blauw/groene kleu ren zijn geschilderd, staan berg jes brandhout opgestapeld naast mais. Gestolen Angela Groothuizens opgewekt heid lijkt aanvankelijk niet stuk te kunnen, als zij op een vries- koude zonnige ochtend de lan ge oprijlaan van beton en hard- gevroren modder aan de ach terkant van het kinder(wees- )huis binnenwandelt. De pre sentatrice wordt bestormd door de grote schare meisjes, in leef tijd variërend van zes tot zestien jaar. Gewoon doorwandelen is er bijna niet meer bij: Angela sleept zich moeizaam maar desondanks lachend voort, ter wijl de voornamelijk in vale trai ningspakken gehulde Roe meense meisjes in trosjes aan haar jas bungelen. Haar donke re lokken betastend, handjes gevend en liedjes zingend. Als blijkt dat een groot deel van de gschonken spullen is verdwenen, echoot twee dagen lang de vraag, waar alles is ge bleven. De Nike-schoenen bij voorbeeld die enige maanden later per vrachtwagen richting Roemenië werden vervoerd. En de poppen die Angela persoon lijk heeft uitgereikt. In haar gesprekken met kin deren, koks, begeleidsters en le raressen tracht Angela Groot huizen een voet tussen de deur te krijgen. De jongste meisjes roepen bijna en masse dat de spullen door de oudere meisjes zijn gestolen en vervolgens in het dorpje of aan familieleden zijn verkocht, anderen beweren weer dat de begeleidsters en de onderwijzeressen hun grijpgra ge handen niet konden thuis houden. En dan is er ook nog de bewering dat alle spullen een plaatsje hebben gekregen in de 'groene schuur', achter het kin dertehuis. Neem Dorina. Ze werkt al 12 jaar als medisch assistente in het tehuis. Zeker, het is na de komst verleden jaar van de Ne derlanders een stuk beter ge gaan. Betere hygiëne, minder zieken en meisjes die de eerste weken daarna vier uur onder de warme douche blijven staan. Maar: „De dorpelingen hebben veel gestolen." De lieve verzorgster en 'moe der' van het huis Viorica beves tigt het verhaal.-Veel spullen zijn gestolen en in het dorp ver kocht. „Ik heb ze er alleen nooit op kunnen betrappen", zegt ze. Voor de Nederlandse program mamakers is het een kleine troost dat de spullen vermoede lijk naar mensen zijn gegaan, die ook nauwelijks iets bezitten. De meisjes ogen stuk voor Angela Groothuizen voor de wagen van AVRO's De Uitda ging. „Ik ben niet blij." ARCHIEFFOTO stuk, ondanks hun ogenschijn lijk vrolijke blikken, verdrietig. Hun toekomstperpectief („ik droom nooit over de toekomst, want die heb ik niet") is niet erg florissant. Een deel zal later van een uitkering moeten leven en degenen die wat meer geluk en doorzettingsvermogen hebben komen misschien op de een of andere vakschool terecht. Wen sen hebben de meisjes niet, omdat ze er niet over nadenken. Wie geen toekomst heeft, denkt ook niet na over de toekomst. Regisseur Hans Walter: „Het wordt geen programma dat lek ker wegkijkt. Ik wil bepaalde za ken tegenover elkaar zett.en en het publiek zelf conclusies laten trekken. Deze documentaire moet stof tot nadenken geven. Want het is duidelijk, dat er wat aan de hand is met veel spullen. Daar ben ik wel een beetje van geschrokken, want een heleboel kinderen weten bij God niet waar het speelgoed en de mate rialen zijn gebleven. In het Wes ten zou dat inderdaad niet wor den geaccepteerd; voor Roeme nië gelden kennelijk andere Het wordt al snel duidelijk, dat de huidige situatie in het kindertehuis Angela Groothui zen flink aangrijpt. „Ik vind de situatie verschrikkelijk moeilijk. Wat zich hier heeft afgespeeld, daar kunnen wij ons geen beeld van vormen. Toen ik verleden jaar binnenliep, leek het wel als of de stront drie eeuwen niet was opgeruimd. Wat wij toen gedaan hebben - het gebouw renoveren, zorgen dat de meis jes echte meisjes kunnen wor den - die uitdaging is geslaagd, want de leefomstandigheden zijn sterk verbeterd. Toch ben ik niet blij, omdat ik me realiseer dat het straks als wij weer weg zijn, moeilijk wordt voor de meisjes." „Ik hoop in deze documentai re de Nederlanders die verleden jaar wat hebben afgestaan, ver antwoording af te leggen. Ik deel een soort rapport uit. Dat is er een van magere zesjes en ze ventjes." Snikkend Als de AVRO/IDTV-ploeg bijna naar huis gaat, spreekt presen tatrice Angela op de valreep een korte, emotionele boodschap uit. „Ik ga pas met een genist hart naar huis", zegt ze, „als jul lie elkaar beschermen, eikaars vriend zijn en beter voor elkaar gaan zorgen." De meisjes luiste ren geconcentreerd en knikken instemmend. Buiten is het intussen - zo te gen de klok van elf - behoorlijk gaan vriezen. Het taxi-busje staat met ronkende en rokende motor klaar. Langzaam stapt de één na de ander in. Tot ieder een er is. Maar het wachten is nog op Angela, die zich maar moeilijk weet los te weken van de meisjes, die allemaal per soonlijk afscheid willen nemen. Als na vele minuten deze klus tijdrovende is geklaard, stapt ze geëmotioneerd in en trekt zich terug in een hoekje, voorin de bus. Om het zware afscheid snikkend in d'r eentje te kun nen verwerken. (Uitzending Roemenië-spe- cial De Uitdaging, vanavond, Nederland 1, 21.56 uur. Vooraf vanaf 20.25 uur een samenvat ting van de uitzending van ver leden jaar)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 12