Terugval in luxe - go eder enindus trie 7 Ons oudste boek ZATERDAG 23 JANUAR11993 Het is rustig geworden op de markt van de luxe goederen. De decemberverkoop van 1992 bleef onverwacht achter bij de hoge verwachtingen van fabrikanten en winkeliers die de belangstel ling voor hun produkten de laatste jaren flink zagen stijgen. Een kwestie van overaanbod. De 'Greve'-schoenen: prestigieuze stappers. De jubelkreten van de luxe-goe- derenindustrie zijn verstomd. De maand december traditio neel goed voor ruim eenvijfde van de jaarlijk se verkoop van dure horloges, sieraden, schoenen, exclusieve mode, porselein, kristal en lekkere drankjes, was afgelopen jaar vol gens importeurs en verkopers in de verschil lende branches 'maar een matig genoegen'. Echt klagen willen de handelaren in het sta- tusgevoelige chique spul niet, maar de enor me groei van de laatste vijf jaar is er uit. Een kwestie van overaanbod. De'industrie hoeft echter niet te wanhopen, zegt een com mentator 'uit onverdachte hoek', socioloog Cas Wouters: „De jacht op status neemt echt niet af." Enigszins verbaasd over de stabilisatie van de verkopen, na jaren van soms twintig pro cent groei, is deze onderzoeker van 'be schaafde omgangsvormen' wel. Als vervolg op de jaren tachtig ziet hij de trend die het toestaat om welvaart 'te laten zien' nog niet afnemen. „De economische crisis in het be gin van dat decennium bracht een heleboel onzekerheid over de eigen positie. Dan moe ten mensen zich nadrukkelijker gaan onder scheiden van elkaar." Wel benadrukt Wouters, werkzaam bij de Rijksuniversiteit Utrecht, dat het 'tonen van geld' alleen al lang niet meer voldoende is om in aanzien te stijgen. „Het gaat meer en meer om het tonen van persoonlijkheid door goede smaak. Maar dat proces is al langer aan de gang, want het hebben van geld alleen is in onze samenleving geen machtsbron. Je Ondermode is tot de luxe goederen gaan behoren. Dit torselet kost ƒ159,50. Ruim duizend jaar geleden, omstreeks het jaar 950, stichtte Diederik de Tweede, een der Hollandse graven, een klooster in het Noordhollandse Eg- mond. Het zal aanvankelijk maar een bescheiden bedoe ning geweest zijn, met hooguit tien of vijftien monniken. Een moedige onderneming, want het graafschap Holland stelde toen nog weinig voor. Er woon den hier niet veel mensen. Het grootste deel van Holland was totaal onbewoonbaar: dich te bossen en gevaarlijke moeras sen. Eigenlijk alleen een smalle strook land langs de kust, vlak achter de duinen, was bewoon baar. onder schip kon je er nauwelijks m komen. Wat boeren, wat vissers en af en toe wat kooplui. Bovendien was de Hollandse graaf voortdurend in strijd verwikkeld met de Friezen in Noord-Holland en de bisschop van Utrecht, die allebefaan- spraak maakten op Holland. Het klooster in Egmond had een politiek doel: de heidense Friezen bekeren voor het Christendom, en de Utrechtse bisschop paaien dat Holland wel degelijk een Christelijk gebied was. Boven dien gaf het de Hollandse graven beslist een beetje meer allure: behalve boeren, vissers en handelslui was er nu ook een eigen centrum van cultuur en geleerdheid. Honderden jaren lang was Egmond een eenzame voorpost der beschaving. Wel een bloeiende voorpost want Egmonds naam en faam verspreidden zich weldra. Het aantal kloosterlingen nam toe en ook de bibliotheek breidde zich gestaag uit. Er werden boeken gekocht, men kreeg boeken en men schreef er ook zelf boeken, want de boekdrukkunst is pas van later lijd. Omstreeks 1100 maakte een Egmondse monnik er een vertaling van een Duits theologisch boek; een commentaar op het bijbelse Hooglied van een zekere Willeram. Gebruikelijk was dat niet, want de meeste geleerde boeken waren in het Latijn. Het is zichtbaar veel gelezen, het werd een beduimeld boek met ezelsoren. In de 16de eeuw, ten tijde van de Reformatie, zien de Egmondse monniken de toekomst somber in: het viel te verwachten dat ook hun klooster verwoest zou worden. Daarom verslepen ze hun meest waardevolle bezittin gen en brengen die onder bij vrienden en be kenden in de omgeving. Het Willeramboek komt terecht bij een bevriende Alkmaarse schoolmeester. Net op tijd, want in 1567 wordt het klooster inderdaad grondig ge plunderd en in 1573 zelfs grotendeels ver woest. Na het beleg en ontzet van Leiden in 1574, wordt daar de eerste universiteit opgericht. Een jaar of tien later schenkt de Alkmaarse schoolmeester het Willeramboek aan de nog jonge universiteitsbibliotheek. Een kostbaar geschenk, want het boek is dan al bijna 500 jaar oud. En daar ligt het vandaag de dag nog steeds, veilig opgeborgen in de kluis. Een be langrijk boek, omdat het waarschijnlijk het alleroudste bewaarde boek is dat in onze taal geschreven is, nu bijna 900 jaar geleden! Het is niet makkelijk te lezen en de taal lijkt nogal op het Duits. Dat komt doordat Neder lands en Duits destijds nog niet zo veel ver schilden (in Duitse ogen ziet het er nogal Ne derlands uit!). En het komt ook wel door de manier van 'vertalen' van onze Egmondse monnik: hij veranderde alleen maar datgene wat hij onduidelijk vond. Zo lezen we bij voorbeeld: 'Thie wingardon bluoyent, ande thie bluom machot suozen stank', en daarin herkennen we: 'De wijn gaarden bloeien en de bloem maakt een zoe te geur'. Of: 'Nu willon ich ufsteen ande willo hine suochen': 'Nu wil ik opstaan en wil hem zoeken'. Als er ooit een tentoonstelling over de Ne derlandse taal georganiseerd wordt, zal dit Willeramboek stellig het pronkstuk ervan zijn. Het enige wat nog ouder is, is dat be roemde zinnetje 'Hebban olla vogala nestas' in een handschrift in Oxford, en een psal menvertaling waarvan het origineel is zoek geraakt... Prijskaartje steeds minder bepalend voorgoede smaak moet ook nog over de persoonlijke e genschappen beschildcen geld op die manier aan te om er macht mee te verwerven. En die eigenschappen kun je tonen met je aankopen." Toegankelijker De bij de verwachtingen achterblijvende groei van de markt van luxe goederen is voor een belangrijk deel te wijten aan de over spannenheid van die verwachtingen. Dure Franse merken zoals Cartier (horloges) en Hermès (zijden sjaaltjes, handtasjes van kro kodillenleer) ontwikkelden in de jaren zeven tig strategieën om hun produkten toeganke lijker te maken voor de middenklasse. Ineens was een horloge van Cartier niet alleen be reikbaar voor de allerrijksten: voor een luttele 3000 gulden had je er al een. Daarnaast waagden, weer vooral Franse, fabrikanten de sprong over de diverse oceanen: vooral de niet-onbemiddelden in de Verenigde Staten en Japan verwelkomden al dat exclusiefs uit Europa met open en armen. De strategie was een doorslaand succes, ook al omdat het bredere aanbod geen scha de leek te berokkenen aan de de exclusiviteit van de topmerken. Een marketingprestatie van jewelste. „Want in principe verliest een merk al zijn aantrekkelijkheid als het niet meer schaars is. Als het grote publiek dat goed ook kan kopen, doet dat afbreuk aan de zeldzaamheidswaarde, een van de motieven voor de oorspronkelijke kopers", zegt Cas Wouters. In de tweede helft van de jaren tachtig vie len de eerste slachtoffers. Een merk als Gucci drukte zijn embleem uiteindelijk op meer dan 14.000 verschillende produkten, waaron der koffiemokken, maar ging ten onder om dat de hoeveelheid de exclusiviteit aantastte. En waar zijn de tijden dat een topmanager goed voor de dag kwam met een attachékof fertje van Samsonite? Een importeur van champagne omschrijft het als volgt: „Veel klanten die Dom Perignon kopen, zullen afhaken als het goedje twintig procent goedkoper wordt. Het nut dat zo'n fles heeft je met dure topkwaliteit onder scheiden van de smakeloosheid neemt al leen maar toe als de prijs hoger zou worden." Zo doet ook de Nederlandse schoenenfa brikant Greve in Waalwijk er alles aan om het prestigieuze merk te beschermen voor popu lisme. De luxueuze stappers (tot 600 gulden) zijn slechts in een kleine honderd van de in totaal 3400 schoenenwinkels te krijgen. De verkoper wordt nauwkeurig geïnstrueerd. „Neem bij elke klant, ook als hij naar een an der merk vraagt, een paar Greve-schoenen mee. Als bijzonderheid, om zo maar vrijblij vend eens te laten passen als vorm van ser vice", vermeldt de brochure. „Dus niet om te verkopen", wordt er met nadruk gesteld. Im mers: „Forceer niets, maar geef de moed niet op, want het komt regelmatig voor dat een klant pas 3 of 4 maanden later op de Greve- schoenen terugkomt. Blijf volhouden. Wie nu zaait, zal straks oogsten." Nette Manieren Maar er zijn grenzen 'aan het prijskaartje. Zelfs in die kringen waar 'geld geen enkele rol speelt' (met andere woorden: waar geld de belangrijkste rol speelt) is de vergelijking tus sen prijs en kwaliteit doorgedrongen. Boven dien getuigt het opzichtig tonen van geld niet van goede smaak. In de jaren tachtig was er nog enige tolerantie ten opzichte van de ra zendsnel op de maatschappelijke ladder stij gende yup in een brullende Porsche, maar te gelijkertijd kropen ook de 'oude rijken' weer uit hun schulp. Gezag mocht weer en moest weer, inclusief de bijbehorende 'nette manie- Afgezien daarvan is de Nederlander na tuurlijk nooit de meest extraverte wereldbur ger geweest. De Nederlandse man geeft aan kleren en schoenen 'maar' 1283 gulden per jaar uit. De gemiddelde Europeaan spendeert bijna tweehonderd gulden meer. Met 2000 gulden zijn de onverbeterlijke Italianen kop loper. „We zijn een handelsvolk", zegt Cas Wou ters, „en de handelaar heeft geleerd ten zichte van zowel zijn koper als verkoper steeds moreel en financieel solide te i Vergeet niet dat wij de adel met al zijn pracht en praal al tweehonderd jaar eerder hebben uitgeschakeld, voordat de Fransen in 1789 z i dezelfde 1 staat je sociale lar Londen om in te schaffen, i behangep met Spel Wat niet wegneemt dat het spel rond het v werven van status en aanzien volop wordt meegespeeld. Een spel, dat er niet eenvoudi ger op wordt, omdat mensen steeds beter L zicht krijgen in hun eigen en andermans mi tieven voor de manier waarop ze zich gedr gen. Wouters: „Niemand kan zich er aan ont trekken. Vrouwen misschien nog moeilijker dan mannen. Ik denk ook dat i zich nadrukkelijk hebben losgemaakt uit het nest waar ze vandaan komen, gevoeliger zijn voor de diverse statussymbolen. Er is i dwingend verband tussen het respect dat men ontvangt van anderen en het zelfres pect. Als jij je hele leven ir trouwde omgeving verkeert, positie niet ter discussie." En dan hoef je dus niet n< een handtasje van Chanel a gevoerd met rood satijn een zwart, eveneens satijnen koord, luttele 1900 gulden. Bijhoren De succesvolle klimmers op de maatschap pelijke ladder hebben het echter moeilijker ze moeten zich elke keer weer de uiterlijkhe den van hun nieuw verworven positie eigen maken. Ze steken zich in het nieuw, richten hun huis anders in, kopen een andere en nemen de manier van groeten over hun collega's. Ze staan voor ingewikkelde kwesties als de vraag of Pascha de Cartier (155 gulden voor 100 milliliter) e luidruchtig' eau de toilette is voor hun posi tie. Maar de tegenvallende ontwikkelingen op de markt van luxe goederen zullen i heel te wijten zijn aan het teruglopend aantal mensen dat op weg is naar de top. De explo sieve groei van de jaren tachtig aan de aa bodzijde in deze bedrijfstak heeft geleid t een hoop op (veel) meer, die echter door de tegenslagen van de laatste jaren de grond i werd geboord. Zo werd met de Golfoorlog de omzet in belastingvrije winkels op luchtha vens weggevaagd. Daarnaast gaan bedrijven over de kop, vooral in de mode- en parfum industrie, omdat ze de enorme marketing kosten van een nieuw merk niet meer kun nen opbrengen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 39