Keytown swingt als vanouds Keurige 'Great American Evening' 'Je mag een auteur nooit verbeteren' Cultuur&Kunst 22 MAANDAG 18 JANUARM 993 saskiastoeiinca - Sammy Cahn overleden los anceles De Amerikaanse tekstschrijver en viervoudige Os car-winnaar Sammy Cahn is vrijdag op 79-jarige leeftijd overle den. Cahrr, die als Samuel Cohen geboren was in New York. schreef de tekst voor beroemde liederen als 'Fly me to the Moon' en 'Bei mir bist du Schön'. Voor 'Love and Marriage', waarvan Frank Sinatra een geweldige kraker maakte, kreeg Cahn een Em my Award. Met Jules Styne schreef hij 'Let it Snow, Let it Sriow, Let it Snow'. Ook een aantal liederen van het in veel landen uit gezonden tv-programma Sesamstraat heeft Cahn gecompo neerd. In 33 jaar werden 26 songs met zijn teksten als lied van het jaar genomineerd voor een Oscar. Confrontatie met Lodewijk de Boer utrecht» Een aantal culturele instellingen in Utrecht presenteert 'Het gekantelde Universum - een confrontatie met het werk van Lodewijk de Boer'. Van 18 januari tot en met 13 februari worden zes toneelstukken van De Boer gespeeld, omlijst door een pro gramma met Film, dans, muziek, een lezing, een tentoonstelling, readings van De Boers' toneelteksten en gesprekken over zijn werk. Dit alles gebeurt onder meer in de Hogeschool voor de Kunsten, theater/café De Bastaard, Theater Kikker, Filmtheater 't Hoogt, de Stadsschouwburg en het Instituut voor Theaterwe- i tenschap. De Boer is al zo'n 30 jaar produktief als schrijver, re- 1| gisseuren componist. Pastel van Bernard Vercruyce. Expositie in Kattenkabinet Het Kattenkabinet in Amsterdam exposeert van 19 januari tot en met 28 februari aquarellen en etsen van de Frans man Bernard Vercruyce. De dertig werken hebben alle de kat als onderwerp. De tentoonstelling heet ook 'Les Chats de Bernard Vercruyce'. jazz LSJG: even zuiver als altijd RECENSIE KEN VOS De Leldse Jarzweek: Het LSJG en jamses sion. Gehoord. 15/1de Waag, Leiden. De Waag stroomde vrijdag avond vol met studenten die kennelijk niet weten wat voor goedkoper amusement de sleu telstad te bieden heeft. Op een gegeven moment schenen zo'n 600 'muziekliefhebbers' de zaal te vullen. Adriaan Jaeggi, de lei der van het LSJG, het Leids Swing en Jazzgezelschap, lukte het dan ook niet boven het luid ruchtig gepraat uit te komen. Het grote aantal bezoekers „n maakte geen indruk op het 0.1 LSJG dat even zuiver als altijd musiceerde. De tien leden van het orkest waren, in het vooral door Ellington bepaalde reper toire, voor het overgrote deel in goede vorm. Zeker de beide kla rinettisten/saxofonisten, Pieter Andringa en Bernard Berkhout, speelden naast de trombone i van Jaeggi de meest aanspre kende soli. Een studentikoze en onkarakteristieke versie van 'We will meet again' moest de muzi kaal grotendeels geslaagde avond voor de groep afsluiten. Onduidelijk bleef of zelfs maar RECENSIE ANNEMIEK R A great American Evening met Geme van der Klei.zang. Piet Noordijk, altsax. Philip Paar. piano en zang, Karei Boehlee. piano Orkest o.l.v. Menno Daams (trompet) met: Simon Planting, contrabas. Ed Osse- voort, drums. Jilt Jansma, trombone. Jan Menu. tenorsax; gezien: 16/1 in de Schouwburg. Leiden. De concurrentie was moordend tijdens de laatste avond van de Leidse Jazzweek met het Key- town Jazz Festival in de Stads gehoorzaal en bands in De Waag en The Duke. Vandaar misschien dat de zaal van de Leidse Schouwburg maar net halfvol zat. Een weinig inspire rende hoeveelheid publiek voor musici en vocalisten die de be doeling hadden een 'Great American Evening' te bereiden. Amerikaanse vlaggen en een veelal Amerikaanse kreten sla kende presentator Philip Paar konden niet verhinderen dat vooral vóór de pauze de sfeer er nog niet echt inkwam. Daarvoor was het publiek ook te keurig. Al was de onlangs overleden Dizzy Gillespie voor deze gelegenheid uit de dood herrezen, de mensen zouden niet uit de bol zijn gegaan. Men kwam om te luisteren. En meer niet. Te luisteren viel er genoeg overigens. De arrangementen die Menno Daams voor deze gelegenheid had gemaakt, wa ren stuk voor stuk juweeltjes van muzikaliteit. De soli van Piet Noordijks altsax een lust voor het oor en Gerrie van der Klei zong een sfeervolle odes aan Gershwin en Ellington. Er werden veel odes gebracht zaterdagavond. 'Tributes' heten die op een Great American eve ning vanzelfsprekend: Count Basie, Bill Evans, George en Irah Gerswin, Frank Sinatra en Duke Ellington, ze kwamen allemaal aan bod. Voor de liefhebbers dus veel om van te genieten. Bekende, maar ook minder bekende nummers vooral door Noordijk en Van der Klei soms huivering wekkend getoonzet. Ook Philip Paar, die de avond zelf had ge organiseerd. leverde een bijdra ge door ballads van Sinatra te Jeugdige Gipsy Kids verrassing van Jazzfestival een deel van het vrolijk door- kletsend publiek ook maar iets van deze draak herkende. Na erg lang wachten, zeker zo'n anderhalfuur, stapten aar zelend de eerste musici voor de jaarlijkse jamsession op het po dium. Elke keer is het spannend om te horen hoe Leidse jazzmu sici van allerlei pluimage en sti listische overtuigingen het er af brengen in bekende jazzstukken of akkoordenschema's. Naast twee blazers van het LSJG bleken vooral iets moder ner spelende saxofonisten en een enkele trompettist uit de Leidse regio bereid om hun niet erg inspirerende solistische ver richtingen voor het langzaam kleiner wordende aantal toe schouwers te presenteren. Na een uur kon slechts geconclu deerd worden dat de jamses sion zijn nut wel bewezen heeft in de jazzgeschiedenis, maar dat dit nog geen garantie is voor muzikale kwaliteit, zelfs niet als de deelnemende musici zich eerder onder andere omstan digheden positief onderschei den hebben. Een goede jamses sion kan niet zonder enige mu zikale leiding of afspraken, of die nu is geïmproviseerd of niet. Nat Adderley, de beroemde Amerikaanse trompettist-zan ger, was ongetwijfeld het hoog tepunt van het jaarlijkse Key town Jazz Festival in de Leidse Stadsgehoorzaal. Maar de show werd zaterdag gestolen door een wel heel jong trio: The Gi psy Kids. Met z'n drieën nog geen 42 jaar oud. De jongste van de drie, Jimmy Rosenberg (12) - inderdaad een neef van de beroemde voorman uit het Rosenbergtrio - speelde nu al met een vituositeit die hij dus van geen vreemde heeft. Het luisterrijke evenement in de tot jazzpaleis omgebouwde Stadsgehoorzaal trok dit jaar weer zo'n 1800 mensen. De or ganisatoren van het relatief kleinschalige festival waren er, net als andere jaren, in geslaagd tal van artiesten te contracteren die de moeite waard zijn om te zien en te horen. Veel aandacht in de programmering was er dit jaar voor dixielandmuziek. Mis schien een beetje te veel, omdat veel andere jazzstijlen daardoor niet aan bod kwamen. Nat Ad derley, het muzikale hoogte punt van de avond, was de eni ge jazzmusicus die met zijn kwartet de 'bop' vertegenwoor digde. Avant-gardistische rich tingen binnen de jazz, welis waar een muzieksoort die slechts wordt gewaardeerd door een selecte groep liefhebbers, kwam helemaal niet voor op het programma. Dit neemt niet weg dat er veel goede acts waren. Nat Adderley wist met zijn band een perfecte sfeer op te roepen. Hij speelde in de foyer, een zaal van een ge schikt formaat: ruim, maar toch intiem. Het podium was mooi uitgelicht. Maar bovenal werd er goed gemusiceerd. De har monisch goed gevulde akkoor den met daar overheen een fik se dosis dissonantie in de uitge sponnen sololijnen, aangevuld met veel, stuwend slagwerk, zorgden voor een spannend stuk jazzmuziek. Van vergelijk baar niveau was het optreden van de Amerikaanse zangeres Deborah Brown die met haar trio het publiek volledig wist te boeien. Meezingers Andere klanken kwamen uit de grote zaal, die voor de heid een heel ander had gekregen. Op het podium waren tribunes gebouwd, terwijl de bühne tegen de zijwand was geplaatst. Optisch een goede keus, akoestisch wat minder. In een zaal met zo'n omvang en met zoveel hout, vliegt het ge luid alle kanten op, helaas vaak tot ln de andere zalen. De bands speelden er niet minder om. De Uralski Jazz band uit Rusland bracht een originele mix van dixielandmu ziek en Russiche folklore. De Amerikaanse liedjeszanger Wayne Bartlett, die op dit mo ment door Europa toert, zorgde samen met een stevige begelei dingsband voor een swingend optreden, waarbij het enthou siaste publiek dankbaar gebruik maakte van de dansvloer. The Willick Square jazzband was deze week ai enkele malen eerder te horen in Leiden. Ze Paradise Jazzband winnaar van ISW Dixie-Swing Concours 1993 The Paradise Jazzband is zaterdag winnaar geworden van het ISW Dixie-Swing Concours 1993 in de Waag. De winnende band, afkomstig uit Brabant, sleepte een grote glanzende bokaal, een geldbedrag en een live-optreden voor de radio in de wacht. De jury prees The Paradise Jazzband als een goed lopend orkest, met een vlotte presentatie en knappe arrangementen. zingen. „Helemaal niet slecht", zei Gerrie van der Klei daarover. En daarin had ze gelijk. Ook voor wat de totale avond be treft. Het was helemaal niet slecht. Integendeel. Een mooi programma en een goed ver zorgd podium. Maar het pu bliek ging er niet van op de stoelen staan. Misschien dat de schouwburg toch een te stati sche omgeving is voor een'der gelijk evenement En dan blijft er niets anders over dan keurig te zitten luisteren en na afloop keurig te klappen. Want fluiten was er in de schouwburg beslist niet bij. brengen frisse dixielandmuziek zingers in hun sfeermakende met goed gevoel voor entertain- programma, ontbraken niet. ment. Datzelfde kan worden ge- Ook ruim aandacht dit jaar voor zegd van The Sweetwood Dixie de zigeunermuziek in de stijl Stompers. Zelfs een paar mee- van de 'Hot Club de France'. Deze muzieksoort mag zich bij het publiek verheugen in een zeer grote belangstelling, zo ook op dit festival. Vanavond was dus de beurt aan een wel heel jong trio: The Gipsy Kids. Luchtige bossa nova-klanken kwamen van het Braziliaanse kwintet van Ricardo Insunza. Heel veel belangstelling was er ook voor het boogie woogie- en bluesgeluid van de legendari sche Rob Hoeke. De tand des tijds heeft zijn muziek nog steeds nooit aangetast: eerlijk, stevig en alles goed op zijn plaats. Rob Kerr and his Whoope Band zorgde voor een spetterende afsluiting van het festival: een muzikale show vol met grappen en grollen. Milly Scott: een belevenis RECENSIE MONICA SCHIKS Gospelconcert door Milly Scott. het tno Rob van Oijk en de St John's Jazz Pilgrims. Gehoord 17/1, Hartebrug- Het traditionele gospelcon cert aan het eind van de Leidse Jazzweek had de Har- tebrugkerk bomvol doen stromen. Reikhalzend zag het publiek uit naar Milly Scott, de 'leading lady van de gospel', die vorig jaar wegens een ziekenhuisopname niet had kunnen optreden. Het leek of ze dat verzuim dubbel en dwars wilde goed maken, zó uitbundig en hart verscheurend gaf ze zichzelf. Met de geur van wierook nog in de kerk leek haar optreden nog het meest op een kerk dienst. Ze opende haar op treden dan ook met een ge zongen gebed, het Onze Va der, waarbij haar verzoek om niet te applaudiseren toch nog gedeeltelijk in de wind werd geslagen. Ritmisch meeklappen werd overigens een vast on derdeel van het programma; Milly Scott is een zangeres van grote klasse, niet alleen door haar geweldige stem en zangtechniek, maar vooral door haar enorme betrok kenheid. Je voelt je als pu bliek regelrecht door haar aangesproken en je gaat je ongemakkelijk voelen: op klappen en meezingen na kun je geen klinkende bijdra ge leveren. Je wilt opstaan en meedoen als één grote ge meenschap. Zij is onze voor spraak en voorzanger, onze telefoonlijn met de Heer. Maar ja, dan doe je toch maar gewoon, dat is al gek genoeg, luidt het spreek woord. Ondanks de wel zeer luide geluidsversterking, die voor aan in de kerk de oren deden tuiten en verder naar achte ren voor veel nagalm zorgde, was het een ware belevenis om deze zangeres gospels te horen zingen. Elk lied een gebed, soms extatisch dan weer verlangend of overpein zend. Perfect ondersteund door Bob Dekker (drums). Si mon Planting (bas) en Rob van Dijk (piano). De St. John's Jazz Pilgrims hadden met swingende ar rangementen van méér en minder geestelijke muziek het publiek al in een losse, verwachüngsvolie stemming gebracht. Hun New Orleans muziek met pakkende solo's van de blazers deden het bloed al meteen sneller stro men. Maar het was Milly Scott die het uiteindelijk aan de kook bracht f 'p b f Jgfr - t LV.-i i f 'S -• -•>. I r IÉ 'u Vertaler René Kurpershoek krijgt Nijhoffprijs LEIDEN/AMSTERDAM René Kurpershoek: „Elk Nederlands woord in dat boek is van mij.' CEESVAN HOORE „Of een vertaler ook een beetje een herschepper is? Nee, dat vind ik een te gevaarlijk woord. De vertaler mag nooit op de stoel van de schrijver gaan zit ten. Ik ben heus wel eens een lelijke zin tegengekomen. Maar die vertaal ik dan precies zo. De schrijver zal hem dan wel lelijk bedoeld hebben." Vertaler René Kurpershoek krijgt op 28 januari de Nijhoff prijs uitgereikt voor zijn verta ling van Nabokovs roman 'Ada', een boek over de verhouding tussen een broer en een zus. Bloedschande dus, die door de verteller omslachtig wordt 'goedgeluld', zoals Kurpershoek het uitdrukt. De jury noemde Kurpershoeks vertaling 'impo sant en zo nu en dan briljant'. Nabokov wordt wel eens een 'schrijver voor schrijvers' ge noemd. Zijn zinnen zijn fraai geciseleerd en barsten van de eruditie. Geen gemakkelijke op gave voor een vertaler. Maar toen De Bezige Bij René Kur pershoek opbelde met de vraag of hij ook een deeltje Nabokov wilde vertalen, nam hij de uit daging aan. Eind februari van het vorige jaar leverde hij het manuscript in en twee weken later lag de Nederlandse uitgave in de boekwinkel. „Ja", zegt Kurpershoek, „toen was ik toch wel een beetje trots. Als ik er nu nog wel eens een stukje in lees, denk ik: ja, elk Nederlands woord in dat boek is van mij." „Nabokov heeft een eigen stem. Zijn zinnen zijn uiterst muzikaal, terwijl hijzelf hele maal niet van muziek hield. Die muzikale cadans in zijn proza heb ik tot elke prijs willen over brengen. En dat is niet eenvou dig. Hij schrijft soms zinnen waarin hij in die bepaalde ca- dans naar een punchline, een climax, toe werkt. Die punchli ne staat dan achteraan in de zin. Dat wilde ik zo houden. Maar zoiets stelt je wat zinsop bouw betreft soms voor grote problemen. Daarnaast is Na bokov een meester in woord spelingen. Dat geeft vaak een hoopgepuzzel." Details „Maar dat zijn natuurlijk klei nigheden. De banaalste details stellen je voor grotere proble men. Ik heb ook twee romans van V.S. Naipaul vertaald en daarin kwam de naam voor van een boom die ik in geen enkel boek kon terugvinden. Toen Waipaul hier kwam, heb ik hem daarnaar gevraagd en hij verze kerde me dat die boom toch echt bestond. Later kreeg ik dat bevestigd, maar in eerste in stantie zoek je je rot. Met Na bokov kon ik over dit soort din gen natuurlijk niet overleggen. En ik heb ook niet de indruk dat auteurs dat erg leuk vinden, als het tenminste gaat om een boek dat ze al lang geleden hebben geschreven. Paul Bowles heb ik ook vertaald. In zijn romans kloppen bepaalde dingen niet. Maar de man leeft zeer terugge trokken in Tanger en ik denk dat hij geïrriteerd zou raken als ik hem met dit soort kleinighe den zou lastigvallen." Fouten Kurpershoek noemt het verta len een 'nine-to-five job'. Een heel eenzame taak ook. ..Maar", zo zegt hij. „als er iets te proe ven valt, is het leuk werken. En dat komt bij Nabokov nogal eens voor. Ik ben nu bezig aan 'Bent Sinister' van Nabokov. Dat is al eens vertaald, maar men vond dat het noe eens moest gebeuren. Ook 'Ada' is al eens vertaald. Door Charles Timmer. In het begin durfde ik zo'n vertaling er dan niet bij te pakken omdat ik bang was dat ik mezelf op de meest ver schrikkelijke fouten zou betrap pen. Maar nu heb ik die angst niet meer. Soms heeft een an dere vertaler uit zijn ervarings wereld een prachtig woord op gediept, een woord dat jij niet kent. Ach, het is wel eens voor gekomen dat ik dat gewoon heb gejat Maar Je vaart natuurlijk toch altijd op je eigen koers." Volgens Kurpershoek mag je de schrijver nooit verbeteren als vertaler, hoe verleidelijk dat soms ook is. „Wat er staat, is de norm. Je kunt nooit beter de be doeling van een tekst tot uit drukking brengen dan de schrij ver. Als er een stroeve zin staat, dan hou ik hem stroef. Ook al heeft de auteur dan misschien slordig zitten corrigeren op zijn tekstverwerker. LEItTSE JAZZWEEK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 23