Een ziekenhuis in
de frontlijn
c
De heksenketel van het Baragwanath-hospitaal
(de automatische geweren waarvan er dui
zenden in de townships in omloop zijn
red.). Maar alles went: ook dit. Het is nu een
soort lopende-bandwerk. Als ik naar huis ga,
zet ik alles van me af. Dat is het voordeel van
werk op de Eerste Hulp. Je krijgt geen band
met de patiënten."
De Pakistaanse dokter werkt 2 'h jaar in het
Baragwanath. „Ik ben nu 14 jaar arts, heb 10
jaar een praktijk gehad in Pakistan. Dat is
ook een gewelddadig land, maar wat je hier
meemaakt, slaat alles. Er is hier altijd geweld
geweest. We hebben altijd veel steekwonden
behandeld, maar nu is er een enorme toena
me van het aantal schotwonden. Dat is zo
verontrustend, dat het nooit ophoudt en al
leen maar erger wordt."
Heimwee
Ze denken met heimwee aan de tijd, begin
vorig jaar, toen Soweto na de zoveelste erup
tie van geweld tot een 'onrustgebied' was
verklaard en er een avondklok was ingesteld.
„Zo rustig hebben we het nog nooit gehad.
We konden zelfs een boek lezen en naar de tv
kijken."
Dat was ook het geval tijdens de staking
van het huishoudelijk personeel, die duurde
van begin juni tot half juli. „Het nadeel was
dat het hier enorm smerig was, het voordeel
dat de patiënten wegbleven", grijnst Naya-
rath.
De staking is een van de. dieptepunten uit
de geschiedenis van het ziekenhuis. Stakers
belegerden het ziekenhuis en bedreigden
werkwilligen. Het huis van een verpleegster
werd verwoest door een brandbom. Werkwil
ligen namen op hun beurt wraak op stakers,
die en masse werden ontslagen. De sfeer was
zo verziekt dat het de vraag was of het Barag
wanath ooit nog normaal zou kunnen func
tioneren. De crisis is nu, beweert iedereen,
bezworen.
De werkdruk, de nooit aflatende stroom pa
tiënten en de bureaucratie, zijn de belang
rijkste klachten van de artsen. „We zijn ei
genlijk te klein behuisd, daarom moeten we
vaak mensen voortijdig wegsturen. Op som
mige afdelingen hadden we bij voorbeeld
maar één bed voor twee patiënten. Degene
die er het minst beroerd aan toe was, moest
op de grond slapen. Dat is nu verbeterd om
dat er paviljoens bijgebouwd zijn. Maar over
de apparatuur, de faciliteiten, mogen we niet
klagen. Die zijn absoluut goed", zegt Naya
rath.
Hangend in zijn rolstoel wacht Hamilton
Hlatshwayo (18) op verdere behandeling.
Zijn linkeroog is volkomen dichtgeslagen. „Ik
had mijn zuster naar de winkel gestuurd om
boodschappen te doen. En ik zie het gebeu
ren. Een paar gangsters vallen haar aan en
willen haar meenemen. Je weet wat er dan
met haar gebeurt, dan wordt ze door de hele
bende verkracht. Dus ik er op af. Ik was geen
partij voor ze. Twee man hielden me vast en
een ander sloeg er op los. Maar mijn zuster
kon de benen nemen. Nee, het heeft geen zin
om de politie te waarschuwen. Het is de
tweede keer dat ik aangevallen ben."
En dan, na een korte pauze, „Toch houd ik
van Soweto. Als je de weg weet, is het een
fantastische plek." Na een iets langere pauze:
„Zou ik ooit nog iets met dit oog kunnen
zien?"
Studenten
In een van de behandelruimten helpt Angeli-
ka Jahreis, een Duitse studente, met twee
broeders een vrouw die in haar keel, borst en
rug is gestoken. De wonden zijn diep en
groot, waarschijnlijk veroorzaakt door een
speer of dolk. Onder haar brancard heeft zich
een plasje bloed gevormd.
Terwijl ze de wonden eerst schoon maakt
en vervolgens hecht, vertelt Angelika (26) dat
ze vier maanden stage loopt in 'Bara'. Ze
blijft nog tot februari. Angelica onderbreekt
haar relaas als ze de kermende vrouw van
haar buik op haar rug moet keren. „Bara is
terecht heel beroemd, Het is een heel goed
derde-wereldziekenhuis. De sfeer is uitste
kend. De artsen zijn heel aardig en altijd be
reid je iets te leren. Je merkt dat ze het niet
voor het geld doen, maar dat ze de mensen
willen helpen. Ik heb hier ontzettend veel ge
leerd."
Haar vriendin Franke Klein-Inderfurth:
„Het is hier niet zo academisch. Ie leert hier
op je ogen en op je handen te vertrouwen.
Het is veel meer praktijkgericht dan in Duits
land."
Ze lopen beiden op hun tandvlees, uitgeput
door een rooster dat één keer in de vijf dagen
een 24-uursdienst voorschrijft. „Maar het is
een ervaring die we nooit zullen vergeten."
Franke probeert even later bij een man een
infuus in te brengen. Hij is volslagen laveloos
en rolt lallend op zijn brancard van de ene op
de ander zij. De sticker met 'Spoed' is van
zijn voorhoofd gezakt en heeft zich als een
grotesk insect op een ooglid genesteld.
In de loop van de nacht, rond twee uur, gaat
de stroom patiënten iets af nemen. Tijdens
deze adempauze lijken Narayath en zijn col
lega's zich voor het eerst te ontspannen. Ze
steken een sigaret op, vertellen anecdotes en
geven zich bij een kop thee over aan bespie
gelingen over hun ervaringen in het Barag
wanath. Elke arts blijkt zijn eigen gruwelver
haal te hebben, dat blijft spoken hoe verwoed
hij/zij ook heeft geprobeerd het uit te drijven.
Ze gaan over vrouwen die verkracht en mis
handeld zijn, bejaarden die door hun kinde
ren stelselmatig afgeranseld worden, gruwe
lijk verminkte kinderen.
Bang
Nayarath vertelt dat hij in de vijf jaar in Ba
ragwanath één keer heeft moeten huilen. „Zé-
brachten een jongetje binnen van drie jaar
Ze hadden hem op het open veld gevonden.
Zijn penis, testikels en duimen waren afge
hakt. Dat was voor muti (ingrediënt voor een
toverdrank red.). Als je zoiets ziet, dan
vraag je je af met wat voor mensen je te ma
ken hebt."
Nayarath is bang voor Soweto en zijn inwo
ners, erkent hij. „Ik zou er voor nog geen mil
joen door rijden. Dat is spelen met je leven.
Laatst is een collega op weg naar huis dood
geschoten. Zo maar, zonder aanleiding. Het
is hier een jungle. De jongeren hebben res
pect voor niets en niemand. De enige regel is:
als je iets wilt hebben, neem je het. En ieder
een die je daarbij in de weg staat, maak je af.
Dat is misschien nog het ergste wat de apart
heid heeft aangericht. Die volstrekte norm
loosheid, die minachting voor het leven van
een ander. Mijn God, wat haat ik de apart
heid. Ze hebben willens en wetens een hele
samenleving vernietigd. En er valt niets meer
aan te doen. Wat kunnen we doen? Ja, dit...
Het stelpen van het bloed."
(Dr. Narayath heet in werkelijkheid anders.
De naamverandering was op zijn verzoek).
ZATERDAG 16 JANUAR11993
sr
m. iff-
ipho Mokoena ging op vrijdag-
i avond naar de avondwinkel om
een blikje cola te kopen. Een
stopte en een portierraampje werd open ge
draaid. Sipho (18) vermoedde dat de
tenden verdwaald waren. Dat gebeurt vaak 's
avonds, wanneer Soweto een donkere dool
hof wordt. Hij liep naar de auto om de chauf
feur de weg te wijzen.
„Ik was nog maar een paar meter van zé
vandaan, toen er plotseling uit de auto op me
werd geschoten. Het eerste schot trof me in
mijn been, het tweede miste me. Waarschijn
lijk waren ze dronken, want als ze nuchter
waren geweest hadden ze me die tweede
f keer nooit gemist. Dat bedenk ik me nu, want
toen ik daar op de grond lag was
ik versuft door de shock en de
pijn".
I Nu ligt Sipho Mokoena op een
brancard in de eerste-hulpafde-
ling van het Baragwanath-zie-
kenhuis in Soweto. Hij heeft zo
juist gehoord, dat het schot zijn
rechter knieschijf heeft verbrij
zeld.
Een arts raadpleegt een rönt
genfoto en bevoelt Sipho's on
derbeen. Sipho heeft geluk ge
had, zegt hij tegen diens jongere
f zussen, Lebohang en Busi. Zij
hadden hem op straat gevonden
en naar het ziekenhuis gebracht.
1 De medicus: „Er zijn geen aders
en zenuwen kapot geschoten. Als
dat was gebeurd, had hij zijn
been kunnen verliezen. We zul-
len waarschijnlijk zijn knieschijf
I moeten verwijderen. Maar hij
heeft een goeie kans dat hij wel
weer zal kunnen lopen.
Soweto is een van de gevaarlijkste plaatsen ter
wereld. Overleven betekent oorlog voeren tegen
misdaad, politiek geweld en alcohol. De
gewonden van deze oorlog worden naar het
Baragwanath-hospitaal, Afrika's grootste
ziekenhuis, gebracht. De Eerste EIulp is 's avonds
en 's nachts een heksenketel.
Onze correspondent Peter van Nuijsenburg trok
een nacht lang op met artsen, verpleegsters en
patiënten in dit ziekenhuis in de frontlijn.
Er klinkt gekerm in een van de behandelruim
ten. Een vrouw die steekwonden heeft opgelo
pen FOTO» PETER VAN NUIJSENBURG
Grootste
Sipho Mokoena is een van de
tientallen patiënten die elke
avond naar de Eerste Hulp in het
Baragwanath worden gebracht.
In de weekeinden zijn het er
e- tot driehonderd, zegt de
portier die de inschrijving regelt.
Hij monstert de rij die zich in de
gang voor hem heeft gevormd.
Tientallen patiënten wachten nu
al het is half tien, op brancards
en in rolstoelen op behandeling.
„Dit wordt een drukke nacht",
voorspelt hij.
Het Baragwanath is het grootste
ziekenhuis van Afrika en waar
schijnlijk ook van het Zuidelijk
Halfrond. Het werd in 1948 ge
opend, telt nu 3400 bedden, en
behandelt met zijn klinieken in
Soweto bijna 200.000 patiënten
per jaar. Het medische personeel
bestaat uit 500 artsen en 2000
verpleegsters. Zij worden bijge
staan door een huishoudelijke en
administratieve staf van 7500
'Bara', zoals het ziekenhuis in de
volksmond heet, is een begrip in
de medische wereld en heeft een
enorme reputatie. Honderden
studenten uit Europa, Azië en de
VS lopen hier elk jaar stage. „We
leren hier in vier maanden
;r", zegt Franke Klein-Inder
furth uit Duitsland, „dan in zes
jaar in de collegebanken."
Het Baragwanath ligt in Soweto,
zwarte miljoenengetto 25 ki
lometer ten zuidwesten van Jo
hannesburg. Soweto is een van
de gevaarlijkste steden ter we
reld. In een rustig weekeinde
worden er 25 moorden gepleegd
(meer dan in Amsterdam in eer
worden meer dan 60 vrouwen verkracht
raken honderden gewond. Dit zijn de officië
le cijfers, de werkelijkheid is waarschijnlijk
vele malen dramatischer. Overleven in So
weto betekent oorlog voeren tegen criminali-
anarchie en alcohol. De gewonden van
deze oorlog worden naar het Baragwanath,
het hospitaal achter de frontlijn, gebracht.
Dokter Nayarath, een Zuidafrikaan van In
diase afkomst, werkt al vijf jaar op de eerste-
hulpafdeling. Hij is de veteraan' die met drie
?ga's: een zwarte Zuidafrikaanse, een In
diër en een Pakistaan, de 'eerste golf op
vangt. Ze verbinden de ergste wonden, stel
len de voorlopige diagnoses en verwijzen de
patiënten door naar de specialisten. De ern
stige gevallen krijgen een oranje sticker met
'Spoed' op hun voorhoofd.
Nayarath verbindt de hoofdwond van een
n, die zegt aangereden te zijn door een
o. Hij staart glazig voor zich uit en zijn
woorden struikelen over zijn dubbele tong.
De geur van het ontsmettingsmiddel gaat
verloren in de alcoholdampen.
„Ik vraag nooit meer wat er gebeurd is",
zegt Nayarath. „Ze liegen toch. De apartheid
had één goede wet: het alcoholverbod voor
Volgende patiënt... Een been
heel jaar),
t in het gips moet.
zwarten. En dat is natuurlijk de eerste wet die
ze hebben afgeschaft. Negentig procent van
de gevallen die we hier behandelen, zijn
rechtstreeks of indirect het gevolg van alco
holmisbruik."
Heksenketel
In een van de behandelruimten, die alleen
door een plastic gordijn van de gang worden
gescheiden, klinkt gekerm. Een vrouw die
steekwonden over haar hele lichaam heeft
opgelopen.
De patiënten stromen binnen, vaak verge
zeld van familie en vrienden die uren zullen
moeten wachten en dan maar op de houten
banken proberen te slapen. Een vrouw geeft
haar baby de borst. De peuter van een ande
re vrouw kruipt kraaiend over de vuile grond.
Het is het enige opgewekte geluid in de kale
gangen, waar waarschuwingen tegen aids de
enige wandversiering zijn. Het is al laat in de
avond, maar nog steeds bloedheet. De reus
achtige ventilatoren aan het plafond zorgen
niet voor verkoeling, maar laten de hete lucht
alleen sneller circuleren. Van tijd tot tijd
komt een schoonmaker de bloedspatten op
dweilen.
Twee mannen waggelen de kliniek binnen.
Hun met bloed doordrenkte hemden hangen
in flarden rond hun lijf. Ze beginnen onmid
dellijk te vechten en kunnen met moeite
door de portiers gescheiden worden. Ze wor
den gevolgd door een patiënt die zo be
schonken is dat hij door drie man overeind
moet worden gehouden. Hij draagt een zie
kenhuispyjama, zodat hij na zijn opname
aan zijn alcoholische excursie moet zijn be
gonnen.
In deze heksenketel doen Nayarath en zijn
collega's hun werk met onverstoorbare effi
ciëntie. Verpleegsters krijgen instructies, fa
milieleden worden gerustgesteld of tot kalm
te gemaand. De patiënten wachten verdoofd
door pijnstillers of drank op hun beurt.
Tijdens de korte theepauze in de kleine, be
dompte dokterskamer, vertelt een vrouwelij
ke arts dat de dienst duurt van 20.00 uur tot
8.00 uur, een week op en een week af. Ze
heeft het in het begin heel moeilijk gehad,
zegt ze.
„Je wilt eenvoudig niet geloven dat men
sen elkaar dit kunnen aandoen. Kinderen die
hun ouders mishandelen, vrouwen en meis
jes die verkracht worden, jongens die elkaar
verminken, de vreselijke wonden die worden
veroorzaakt door de kogels van de AK 47's