ZATE RDAGS BIJVOEGSE L Sjoemelen met scheepvaartregels - EINDREDACTIE: PETER HEERKENS ZATERDAG 16 JANUAR11993 De 'Braer' is gebroken, de kust van Shetland wordt overspoeld met olie. Slecht schip, slechte bemanning? Volgens J. A M. Dessens van de Scheepvaartinspectie, die de tanker ken t, is dat nog niet zeker. Wel zou er in Noorwegen een ploeg Polen aan boord i zijn gegaan om reparaties uit te voeren. I Wat de oorzaak van de ramp is, moet onderzochten bekendgemaakt worden door het land waar het schip is geregistreerd. De Braer voer onder goedkope vlag. De Scheepvaartinspectie ziet dergelijke schepen dagelijks komen maar niet altijd gaan, want de dienst legt jaarlijks vele onveilige schepen aan de ketting. Een voorbeeld. ¥~7 H—en drijvende bonk roest, overdekt met I olie en vuil. Gebrekkige verlichting, meters diep water in de tussenruimen, kapotte veiligheidsdouches, een onvolledige be manning en levensgevaarlijk gladde trappen. Ka pitein Dimitros Dimitriadis grijnst in alle talen van de wereld: welkom aan boord van de Agios Nikolaos. De uitrusting van de tanker, afgemeerd in de Vul- caanhaven in het havengebied van Rotterdam, is even ififormeel als de gastvrije gezagvoerder. Brandblusapparatuur is slechts gedeeltelijk aan wezig. In een noodkast van het schip, dat voor transport van olie en chemicaliën is bestemd, hangt een eenzaam spuitmondstuk: de brand slang ontbreekt. Handig, vooral in combinatie met het persluchtmasker waarvan het venster is verdwenen. Ach, wat doet het er toe: in de onver lichte ingewanden van de schuit zie je toch geen hand voor ogen. Maar geen paniek: in geval van nood hoeft nie mand zijn tijd te verdoen met het strijken van de reddingssloepen. Die zijn er namelijk niet. Goed, er liggen een paar vlotten, maar de bevestiging van die dingen is nogal gretig ter hand genomen. Wie de kabels, touwen en kettingen binnen een kwartiertje weet te ontwarren kan zich in het eer ste de beste circus melden als ontsnappingskun stenaar. Kleppen, deuren, schuiven, kranen en pompen: heel veel hangt los of is juist onwrikbaar vastgeroest. Aarnout Salwegter van de Scheepvaartinspectie heeft het allemaal al vaker gezien en gehoord. Natuurlijk luistert hij naar het relaas van de Grieks-Cypriotische gezagvoerder. De man is nog geen twee weken aan boord en wordt ook maar gestuurd. Praten maakt de tanker niet veiliger voor mens en milieu. De tanker mag de haven niet uit, het schip wordt aangehouden. Vuiligheid Salwegter (35) werkt nog niet zo lang bij de Scheepvaartinspectie. Net als veel van zijn colle ga's heeft hij zo'n vijftien jaar varen achter de rug. Die ervaring maakt dat hij de weg aan boord beter kent dan de Griekse en Filipijnse beman ningsleden. „Ze weten niets te vinden", stelt de inspecteur vast. „Dat is heel gevaarlijk. Boven dien ontbreken er twee man." Over het gangboord stroomt stinkend, met olie en waarschijnlijk ook chemicaliën vervuild water. De eerste stuurman van de Agios Nikolaos pro beert de vuiligheid van de machinekamer naar een ladingtank te pompen. De inspecteur spreekt de man aan: „Er is een koppeling lek, dat spul loopt zó de haven in. Dat kan toch niet?" De stuurman, afkomstig uit Syrië, herstelt het lek. Salwegter: „Wat mij betreft mogen ze dat spul tot Sint Juttemis heen en weer blijven pompen. Het moet gewoon van boord, eerder vertrekt dit schip niet. Je hoeft mij niet te vertellen wat er op zee met die rommel gebeurt." Voor het afval dat overal aan dek ligt hout, papier, glaswerk en plastic, gedeeltelijk verbrand en alles doordrenkt met olie geldt het zelfde. Salwegter weet uit er varing: „Eenmaal op zee gaat dat spul binnen de kortste keren over de muur." Berucht De Agios Nikolaos is 25 jaar oud. Het is met een inhoud van ruim 6500 ton en een lengte van 114 meter een forse, oude dame. Op de scheepsfor- mulieren is het vakje 'thuishaven' niet ingevuld maar de tanker werd op 21 december 1992 gere gistreerd in Kingstown, hoofdstad van St. Vincent de Grenadines. Onder een stempel met het in drukwekkende wapen van St. Vincent, bevestigde de commissioner for maritime affairs de gegevens met zijn onleesbare handtekening. St. Vincent de Grenadines, een paar iele eiland jes voor de kust van Venezuela, nauwelijks te vin den op de kaart, is een berucht goedkopevlag- land. Van de 250 buitenlandse zeeschepen die de inspectie in Rotterdam jaarlijks aan de ketting legt, is 16 procent geregistreerd in Kingstown. Een percentage dat alleen wordt overtroffen door schepen met een Roemeense registratie. Neder land werkt met veertien Europese landen samen in de Port State Control. Steekproefsgewijs wor den alle schepen die binnenlopen onderzocht op veiligheid en milieutechnische punten. De regels zijn vastgelegd in de verdragen van de Internatio nal Maritime Organisation (IMO), de organisatie van de Verenigde Naties. Landen die die verdra gen hebben getekend, zijn verplicht hun vloot te inspecteren aan de hand van de IMO-regels. Mazen Het hoofd van de afdeling Koopvaardij van de Scheepvaartinspectie: „Die regelgeving is op zich al geen honderd procent en er zijn altijd mensen die de mazen in de wet weten te vinden. Veel ernstiger is het feit dat een aantal landen zich niet aan de verdragen houdt. Ze beloven van al les. Hand op het hart, twee vingers in de lucht, maar van inspectie is soms helemaal geen spra ke. Daarom inspecteren de landen van de Port State Control zelf met als doel: meer veiligheid en een schonere zee." Dessens mag zijn inspecteurs officieel niet opdragen speciaal schepen die on der goedkope vlaggen varen te controleren. Disr criminatie naar vlag is verboden. „Maar we mo gen wel zoeken naar verdachte schepen en dan kom je vanzelf terecht op schepen geregistreerd in Roemenië, Libanon, Malta, Cyprus, Panama Olietankers, vuiligheid, en de mazen van de wet De gebroken olietanker Braer zinkend voor de kust van Shetland. foto reuter Spanning Aan boord van de Agios Nikolaos loopt de span ning op. De Fillipijnse matrozen ploeteren zwe tend in de machinekamer. Alles lekt, alle wanden druipen van de olie. De Syrische eerste stuurman klaagt over zijn werkomstandigheden, maar zijn vrouw is zwanger, hij heeft geen keus. Communi catieproblemen met de kapitein zijn er nauwe lijks: de heren mijden elkaar als de pest. Kapitein Dimitriadis neemt Aarnout Salwegter even apart. Die stuur, moet de inspecteur name lijk weten, deugt van geen kant. Hij zoekt ruzie en respecteert geen gezag. Het Engels van beide officieren is beperkt, maar wat zij van elkaar ver staan weet de kapitein zonder meer duidelijk te maken: „Fuckyou. Fuck You!" Enfin, die schuit is voorlopig nog niet uit Rotter dam vertrokken... Inspecteur Salwegter banjert door de vuiligheid aan boord v en St. Vincent. De reders betalen er elk jaar een paar duizend dollar voor de registratie en klaar is Kees. Geen regels, geen kosten." Dessens en zijn mannen inspecteren ook de kwaliteit van de bemanningen. „Operationele in specties noemen we dat. Laat maar zien hoe je die tank leegpompt. We laten de bemanning een operatie 'schip verlaten' uitvoeren of een brand blussen. Dat zegt meer dan diploma's. Aan de papieren van bij voorbeeld een Poolse kapitein kan ik niet zien wat de man weet en kan." Volgens Dessens speelt bij de meeste ongelukken in de scheepvaart menselijk falen een grote rol. Zo'n tachtig procent zelfs, is zijn professionele schatting. „Ik wil niet beweren dat een dronken stuurman of een suffende kapitein de oorzaak van alle ongelukken zijn, hoewel ook dat soms het geval is. Het gaat om de opleiding, die is vaak niet voldoende. Technische gebreken aan een schip hebben een diepere achtergrond. Wanneer brandblussers niet werken of kaarten verouderd zijn, is het de taak van de officieren hun reders daar op te wijzen. De andere kant van het verhaal is dat ze niet te lastig moeten worden. De reder zegt al snel: voor jou een ander." Op een in Nederland geregistreerd schip moeten Nederlandse officieren varen. Voor de meeste an dere Westerse landen geldt die nationaliteitsregel ook. De goedkopevlaglanden doen daar niet aan. Dessens: „Reders huren bemanningen via agent schappen, die vooral in het Verre-Oosten werken. Het gebeurt regelmatig dat iemand wordt aange nomen als matroos, terwijl de beste man nog nooit de zee heeft gezien. Officieren moeten na tuurlijk papieren hebben, daar komt ook de han digste reder niet onderuit. Dat betekent dat er al tijd meerdere talen gesproken worden aan boord. Engels is officieel de voertaal van de scheepvaart, maar jaah... Al die talen aan boord maken een schip zeker niet veiliger.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1993 | | pagina 31