Ongelukten op zee
blijven góeuren'
Groot gevaar vo»r
vogels en vissen
Vrouwen van Sarajevo proberen te overleven
Feiten &Meningen
Shetland: Europa's scheepskerkhof
Shetland laatste in
lange reeks olierampen
Sarajevo's bejaarden
vriezen dood in bed
WOENSDAG 6 JANUAR11993
Liberiaanse Met 84.500 ton
tanker olie aan boord
"Braer'^^^J^ is de tanker bij
de Shetland eilanden
op de rotsen gelopen.
Nederland voorop bij afspran veiligheid
dere vogels, zoals de wulp, de
aalscholver, de papagaaiduiker,
de wintertaling, de tureluur en
verschillende soorten eenden.
Het is waarschijnlijk het belang
rijkste gebied waar zeevogels
overwinteren.
In Sumburgh Head, op het zui
delijkste rotspuntje van Main
land, waar de tanker is gestrand,
LERWICK CEES VAN ZWEEDEN
CORRESPONDENT
De tekst is wervend. Waarom
duiken bij de Shetland-eilan-
den?', vraagt de glanzende fol
der van het plaatselijke VW-
kantoor. De vraag is natuurlijk
retorisch. „Wij zijn een van de
meest interessante gebieden in
Europa voor de onderwater
sport. Na de Caribische archipel
zijn de Shetland-eilanden het
voornaamste kerkhof vein verga
ne schepen."
Elke zomer strijken duizenden
toeristen neer op de barre eilan
dengroep tussen Schotland en
IJsland dat luistert naar de
naam Shetland. Sommigen ko
men om naar vogels te kijken,
anderen om te vissen. Maar een
groeiende schare is meer in
scheepswrakken geïnteresseerd:
de diepzeeduikers.
De afgelopen zomer werden
door de VW tenminste 40 grote
scheepswrakken aangeprezen
stoomboten, treilers, een
duikboot, een passagiersboot.
Er is een Spaans galjoen dat in
1588 verging, en er is een Rus
sisch 'spionageschip'.
De ramp met de Braer gisteren
was eigenlijk niets bijzonders,
hoewel nooit tevoren een schip
met zo veel olie aan boord ver
ging. Op een augustusavond in
het jaar 1652 verloor de Neder
landse 'zeeheld' Comelis Tromp
bij de Shetlandjes 62 van zijn
102 schepen niet aan de vij
and maar aan de golven.
Het meest legendarische wrak,
warm aanbevolen door de
plaatselijke VW, is echter dat
van een Nederlands koopvaar
dijschip. In 1711 was een groot
konvooi van Nederlandse sche
pen door een Franse maritieme
blokkade heengebroken om via
de Shetland-eilanden naar
Oost-Indië te varen, een route
die tot op de dag van vandaag
op de Sheüand-eilanden met
het Nederlandse woord 'achter
ommetje' wordt aangeduid. De
doorbraak was succesvol, maar
ter hoogte van Shetland stak
een storm op waarin zeven
schepen vergingen.
Een van die schepen was de
Liefde, waarvan het wrak de
meeste duikers aantrekt. Het
schip namelijk had een schat
aan ooord van duizenden zilve
ren en gouden dukaten. De
schat is inmiddels naar boven
gehaald, maar het wrak is altijd
een magneet gebleven.
Het vreemdste ongeluk deed
zich voor met de Oceanic, 's we
relds grootste passagiersschip
toen het in 1899 van de helling
liep. Het schip stond bekend als
de 'Koningin van de Zee' en
leek evenals de Titanicon-
zinkbaar.
Toen op 8 september 1914 de
weinige bewoners van het Shet-
land-eilandje Foula wakker wer
den en hun gordijntjes open
schoven, konden zij hun ogen
niet geloven. De lucht was
blauw, de wind lag, de zee leek
een spiegel. Maar vlak voor hun
ogen doemde een enorm schip
op uit het niets en zette regel
recht koers op de dodelijke klip
pen voor hun eiland.
Nooit is helemaal opgehelderd
waarom de 'Oceanic' verging,
maar aangenomen wordt dat er
sprake was van een navigatie-
blunder. Ook het feit dat het
schip twee kapiteins had, zou
debet aan de ramp zijn geweest.
Met de vondst van olie in de
wateren van Shetland namen
de gevaren van de scheepvaart
in het gebied sterk toe. Sullom
Voe op het eiland is de grootste
olieterminal in Europa, en elk
jaar verlaten zo'n 500 tot de
rand gevulde olietankers de ha
ven.
Eén keer was er al een ongeluk
met een tanker in Sullom Voe,
en sindsdien hebben de autori
teiten zich op het ergste voorbe
reid. Bergingsteams waren dag
en nacht inzetbaar, en de haven
was uitgerust met de allerlaatste
technologie voor de bestrijding
van olievervuiling.
Maar toen dat 'ergste' zich gis
teren aandiende in de vorm van
de Braer, was daar ook weer de
oude vijand, die de bergings- en
milieuteams tot toeschouwers
degradeerde. Het was dezelfde
vijand die in 1652 tweederde
van Comelis Tromps armada
tot zinken had gebracht: de
storm.
Natuurlijk, alles kan in de internationaJcheepvaart aan
regels worden gebonden, alles kan voono procent wor
den geregeld. Maar, waterdicht kunnen afspraken
nooit zijn. Ongelukken op zee blijven geuren. De con
statering van Piet Bergmeijer staat. De oi-stuurman is
sinds enkele weken voorzitter van de miljcomissie van
de machtige International Maritime Orgisation (IMO),
de internationale scheepvaartorganisatie
De commissie waaraan Berg
meijer leiding geeft (en waarvan
hij al jaren lid is), stelt wereld
wijd regels op ter bevordering
van de veiligheid op zee en de
bescherming van het milieu.
Vorig jaar nog werd op voor
dracht van die commissie door
de IMO-assemblee vastgesteld
dat de internationale tanker-
vloot moet worden gemoderni
seerd. Voor schepen zónder
dubbele wanden (tankwanden
maar ook scheepswanden) en
tal van andere specificaties is
binnen enkele jaren geen plaats
meer. Bijna driekwart van de
tankervloot die op dit moment
de wereldzeeën bevaart moet
voor het jaar 2000 zijn vervan
gen. Geschatte kosten: tachtig
miljoen dollar.
De afspraken zijn gemaakt na
de ramp met de supertanker
Exxon Valdez in Alaska, al weer
vier jaar geleden. De Ameri
kaanse reactie op de ramp was
niet mis. In het zogeheten Oil
Pollution Act '90 (OPA) werd
verordonneerd dat geen enkel
wandige tanker zich nog in
Amerikaanse wateren mag be
geven. Bovendien werd in de
Amerikaanse wetgeving wat be
treft olierampen met schepen
een onbeperkte verantwoorde
lijkheid voor (maatschappijen
ingesteld.
Dit OPA-verd^ leidde er toe
dat grote 'olieratschappijen
met Shell vood met hun ei
gen tankers nimeer naar en
vanuit de Verejde Staten gin
gen varen. Ma^et leidde er
óók toe dat dielfde grote olie-
maatschappijeiersneld hun
vloten gingen a^uwen. Er zijn,
volgens Bergmqr, voorbeel
den van 'een-ms-rederijen'
met slechts één nker om zo
doende de risiccbij een onbe
grensde aanspralijkheid te
Beperken.
„Erger was", lichlergmeijer
toe, „dat doordatjeen de
nieuwe, modern imkers wer
den ingezet op doute van en
naar de VS, voor colie-aan-
voer naar Europa t oude sche
pen werden gebrut. Onder
aanvoering van Norland is
toen in de IMO gecd: 'die old
junk, die roestbakln, willen we
niet'."
De Nederlandse inanningen
zijn vorig jaar belocd met de
aanpassing van hetitematio-
nale verdrag waarinet voorko
men van en ingrijpt bij onge
lukken op zee is geneld, het
Marpol-verdrag. Deederland-
se deskundigen van=t Direc
toraat-Generaal Schipvaart
en Maritieme Zaken in het
ministerie van verkeer en wa
terstaat hebben het voor elkaar
gekregen twee belangrijke aan
scherpingen in het Marpol-ver
drag opgenomen te krijgen, de
artikelen 13F en 13G.
Artikel 13F beschrijft de voor
schriften voor nieuwe tankers,
waarbij dubbele wanden en ge
scheiden ballasttanks de voor
naamste ingrediënten zijn. Arti
kel 13G is een soort 'slooprege-
ling'. Het beperkt de levensduur
van een tanker tot 25 jaar. Nog
vijf jaar te veel, als het aan Ne
derland had gelegen. Voor goed
onderhouden tankers is er een
overgangsregeling op grond
waarvan de levensduur met
maximaal vijfjaar kan worden
verlengd.
Dat de scherpe regels hun
vruchten afwerpen staat voor
Bergmeijer als een paal boven
water. „Ik heb de exacte cijfers
niet paraat", verontschuldigt hij
zich, „maar had het aantal on
gelukken gelijke tred gehouden
met de toename van het
scheepvaartverkeer sinds het
begin van de jaren zeventig,
dan lag dat aantal ongelukken
nu een factor dertig hoger."
THE INDEPENDENT
De olieramp bij de Shetland-ei
landen zal het Britse milieu de
grootste schade berokkenen
sinds 1967, toen de tanker Tor-
rey Canyon aan de grond liep,
waardoor naar schatting 50.000
zeevogels werden gedood.
De Shetland-eilanden behoren
tot de belangrijkste broedplaat
van Europa voor vogels die
hun nesten bouwen op en in de
kliffen, en zijn in de winter de
woonplaats van een van de
meest zeldzame trekvogel, de
grote noordelijke alk.
Wanneer de olievervuiling zich
uitbreidt, wordt door het ge
bruik van grote hoeveeieden,
voor vissen schadelijkehemi-
sche stoffen flinke schae toe
gebracht aan de zalmkekerij-
en, na olie de tweede gite tak
van industrie op de nooielijke
eilanden. De Shetlands jn
goed voor een kwart vanle
Britse produktie van gekeekte
zalm, met een omzet vai95
miljoen gulden.
Volgens Mike Matthew, en
milieuactivist, loopt de kconie
eidereenden het grootste Isico.
Zij overwinteren in de Poe of
Virkie, een inham aan de ost-
kust, vijf kilometer van de p-
troffen tanker.
Volgens Matthew zitten erfi
deze tijd van het jaar juist eel
De tanker Braer op de rotsen voor de kust van de Shetland eilanden.
eidereenden, mogelijk duizend
of meer. Ongeveer tien procent
van de eidereenden van het
Verenigd Koninkrijkzo'n
7500 vogelsleven op de Shet
lands.
Olie heeft een vernietigende
werking op zeevogels: wanneer
ze hun veren met hun snavel
gladstrijken kan olie in hun ver
en hun dood betekenen, omdat
ze zichzelf vergiftigen. „Wan
neer de vogels helemaal onder
de olie komen te zitten, kunnen
ze nog overleven wanneer ze
gevangen worden, maar het kan
moeilijk zijn om ze te vangen
zolang ze in staat zijn zich te
bewegen", aldus Matthew.
Op de Shetlands leven vele an-
FOTO REUTER JOHN COUTTS
nestelen in de zomer veel vogels
in de kliffen, zoals de zwarte
zeekoet. De zandduinen in de
Baai van Quendale, een paar ki
lometer verderop, zijn van we
tenschappelijk belang. Fitful
Head is belangrijk voor het na
tuurschoon.
De olieramp bij Shetland-eilan
den is de laatste in een lange
reeks olierampen. De afgelopen
vijfjaar telde zeven ongelukken
met grote schade voor het
milieu.
25 mei 1988: de oevers van het
Ladoga-meer ten noorden van
Moskou worden met een enor
me hoeveelheid olie vervuild na
een botsing tussen een tanker
en een ander schip;
24 maart 1989: de Amerikaan
se supertanker Exxon Valdez
loopt op een rif voor de kust van
Alaska. Het 335 meter lange
schip had net in de haven
Valdez 163.200 ton ruwe olie ge
laden, waarvan er 45.000 ton in
het schone water en het meest
visrijke gebied van Alaska, de
Prince William Baai, stroomt. Er
sterven zeker 580.000 zeevogels,
5.500 zee-otters, 30 robben, 17
grijze walvissen en 14 zeeleeu
wen: 1.700 kilometer kust is ver
vuild:
13 juli 1990: de Noorse tanker
Mega Borg verliest na een brand
aan boord duizenden tonnen
olie in de Golf van Mexico:
januari 1991: een enorme hoe
veelheid olie stroomt de Arabi
sche of Perzische Golf in nadat
een pijpleiding is gesprongen in
Mina al-Ahmadi bij Kuwayt-
Stad tijdens de Iraakse invasie
in Kuwayt. Naar schatting tus
sen 500.000 en één miljoen ton
olie komt in zee terecht;
«11 april 1991: de Cypriotische
tanker Haven zinkt na een ex
plosie voor de kust van Genua.
Vijf mensen komen om het le
ven. Van de 140.000 ton olie aan
boord, stroomt ongeveer 50.000
ton uit het schip, waarbij de Ita
liaanse kust en de steden Genua
en San Remo worden vervuild.
Ook het Franse eiland Corsica
ondervindt daarvan gevolgen
voor het milieu;
5 mei 1992: na een botsing
met een vrachtschip lekt ruwe
olie uit een Russische tanker,
waarbij een olievlek van zes ki
lometer de eilanden Tinos en
Andros in de Aegeïsche Zee be
dreigt;
3 december 1992: de Griekse
tanker Aegean Sea loopt in
noodweer op rotsen bij het
Spaanse La Coruna. Uit het
schip loopt 70.000 ton olie, na
dat het in tweeën is gebroken
en in brand is gevlogen. Dui
zenden vogels sterven en de vis
stand in het gebied wordt ersn-
tig bedreigd.
SARAJEVO SUSAN LINNEE
Zodra het licht wordt begeven
ze zich op straat; ze lopen naar
hun werk, halen water, sprokke
len hout of staan in de rij voor
brood. Moeders, dochters, zus
ters, grootmoeders. Getrouwd,
gescheiden, weduwe of alleen
staand. In bontjas, slobberige
broek, minirok of spijkerbroek.
In de negen maanden dat Sara
jevo door Serviërs wordt bele
gerd hebben de vrouwen van
Sarajevo veel oorlogen gestre
den: om te overleven, te gene
zen, te voeden, hun waardig
heid te behouden en soms om
te doden.
In de bittere winterkou moeten
de 380.000 inwoners van Saraje
vo vechten om te overleven. Er
is geen verwarming, geen elek
triciteit, geen water en velen
hebben geen behoorlijk dak bo
ven het hoofd.
„We kunnen alleen overleven
door een zo normaal mogelijk
leven te leiden, normale dingen
te verlangen", zegt de 27-iarige
tolk Sanja K., een Bosnische
moslim. Met haar 22-jarige zus
je en een Servische vriendin
woont ze in een flatgebouw, dat
dagelijks wordt beschoten.
„We proberen ons elke morgen
op te maken en ten minste een
keer per dag te lachen. Na ne
gen van deze maanden kun je
niet meer bang zijn om te ster
ven, maar ik ben wel bang om
gewond te raken", zegt Sanja,
die niet wil dat haar achter
naam wordt genoemd, omdat
haar ouders in een wijk wonen,
die in Servische handen is.
Opstandig
In de eerste plaats was het
noodzaak om te wennen aan
het leven temidden van een
oorlog. „In het begin was ik ont
zettend kwaad. Ik was opstan
dig. Maar ik heb mezelf voorge
houden dat ik gewoon moest
wennen aan de laagst denkbare
levensstandaard", zegt de 27-ja-
rige Jasmina Alibegovic, die als
co-assistente werkt op de afde
ling kinderchirurgie in het
grootste ziekenhuis van Saraje
vo. „Ik waste mijn haar altijd
eens in de vier dagen. Nu ben ik
vies. Maar het belangrijkste is
dat mijn vriend veilig in Split
zit."
Na het werk hakt ze hout, pro
beert ze aan water te komen en
bereidt ze een maal voor haar
zelf en haar bejaarde ouders.
Haar 22-jarige broer is als
dienstplichtig militair aan het
front. „Als mijn broer verlof
heeft dan helpt hij. Maar net als
alle jongens doet hij dat niet uit
zichzelf. Hij ziet het niet als zijn
taak", zegt ze.
Sommige vrouwen hebben er
voor gekozen terug te vechten
en hebben zich aangesloten bij
het naar schatting 40.000 man
sterke Bosnische leger. Een spe
ciale 74 leden tellende vrou
weneenheid is ingezet in de
heuvels en buitenwijken rond
de stad.
In veel opzichten zijn vrouwen
de voornaamste slachtoffers van
de oorlog, die een verwarrende
verscheidenheid aan politieke,
historische, etnische en reli
gieuze oorzaken heeft. Duizen
den vrouwen en meisjes zijn
vastgehouden en verkracht in
Servische detentiekampen. Ve
len zijn zwanger geraakt.
Sommigen is het gelukt opvang
te vinden in het belegerde Sara
jevo. De arts Sadija Hadziseho-
vic, die al 22 jaar in de psychia
trische kliniek van het Kosevo-
zi ekenhuis werkt, treft voorbe
reidingen om meer slachtoffers
te kunnen opvangen. Een
maand geleden richtten zij en
haar collega's de Liga voor Hulp
aan Slachtoffers van Mishande
ling op.
„We hebben het woord ver
krachting vermeden, omdat
veel slachtoffers zich teveel
schamen om toe te geven wat
hen is overkomen", zegt ze.
„Een vrouw is net bevallen. Ze
weigert het kind te zien en haai
man wil haar vermoorden."
„We willen dat ook mannen
naar ons toe komen", zegt Had-
zisehovic. „Mannen zijn ook ge
castreerd en gemarteld en we
willen hen helpen zich staande
te houden in deze wereld."
Amputeren
Sanja Besarovic, de enige vrou
welijke chirurg van de afdeling
eerste hulp van het Kosevo-zie-
kenhuis, houdt zich staande
door „te werken als een machi
ne, zodat je wanneer je het been
van een 19-jarige jongen staat
te amputeren niet nadenkt over
Drie vrouwen halen in Sarajevo
water in emmers, foto ap Santia
go lyon
existentiële dingen".
De 37-jarige Servische heeft
enorme wallen onder haar diep
blauwe ogen en steekt de ene
sigaret na de andere op. Na 48
uur achtereen te hebben ge
werkt, loopt ze naar huis om
hout te sprokkelen en water en
voedsel te vergaren voor haar
zelf en haar 72-jarige moeder.
Dan gaat ze terug naar het zie
kenhuis, om na een paar uur te
hebben geslapen weer aan het
werk te gaan. Zelfs in de oorlog
worden vrouwen volgens
Besarovic geconfronteerd met
mannelijk chauvinisme.
„Het is altijd moeilijk geweest
om als vrouw chirurg te zijn.
Zelfs hier, toen ik me opgaf als
vrijwilligster, zag ik sommige
mannen kijken. Maar, mis
schien omdat de meeste artsen
hier zo jong zijn, ze hebben me
geaccepteerd en zelfs toegege
ven dat ik wellicht goed ben",
zegt ze.
SARAJEVO. Rtr
Terwijl de politici zich over
landkaarten buigen in Genève,
vriezen duizend kilometer ver
derop in Sarajevo iedere dag
mensen dood. De afgelopen
drie dagen zijn in een verzor
gingstehuis in de Bosnische
hoofdstad tien bejaarden ge
storven in hun onverwarmde
kamers.
„Ze zijn allemaal overleden als
gevolg van de kou of van ziek
tes die zijn verergerd door de
kou", zegt psychologe Lydia
Groznik. Verzoeken om hulp
aan de militairen van de Vere
nigde Naties, die nog geen
twee kilometer verderop zijn
gelegerd, hebben tot nu toe
niets uitgehaald.
Het tehuis bevindt zich in de
buitenwijk Nedzarici, die in
handen is van de Serviërs, op
200 meter afstand van het
front. De bewoners en hun
verzorgers zitten in de val, hen
wacht honger, vrieskou en ge
weervuur van sluipschutters
zodra ze een voet buiten de
deur zetten. De veelal hulpelo
ze bejaarden, zowel Serviërs
als Kroaten en islamieten, lijkt
weinig anders te resten dan
een langzame dood. Franse
soldaten bezorgen water en
voedsel en hebben een enkele
keer hout voor hen gehakt,
maar tot nu toe was dat onvol
doende.
De kamers van de bewoners
zijn zo koud dat het ijs niet al
leen op de buitenramen staat
maar ook op de ramen van de
deuren naar de hal. De bejaar
den die bed moeten houden,
liggen op lakens vol resten uit
werpselen en urine. Voor de
verzorgers is het niet meer
mogelijk het beddegoed te
wassen.
„Leeg, leeg, leeg", zegt Groz
nik terwijl ze langs kamers met
lege bedden loopt. De bejaar
den die hier lagen zijn inmid
dels overleden. In een andere
kamer liggen de lijken van de
pas omgekomen bewoners,
gewikkeld in lakens. Het ver
zorgingstehuis heeft geen mo
gelijkheid hen te begraven.
Hun enige auto sneuvelde vo
rige week door een botsing
met een voertuig van de VN.
Net als veel Serviërs heeft ze er
voor gekozen om ondanks de
Servische belegering in Sareje-
mijn overgrootvader komen
hier vandaan. Het was een bij
zondere stad met bijzondere
vo, ooit een toonbeeld van etni- mensen. Misschien wordt het
sche verdraagzaamheid, te blij- dat weer."
ven. „Dit is mijn stad", zegt ze.
„Mijn vader, mijn grootvader en
lUViU*s*êm
- 'iffffff
- tmnrn
Vooral de ouderen hebben het In Sarajevo moeilijk om in leven te blijven. Deze vrouw zoekt tussen het vuilnis
naar bruikbaar afval. foto afp