Geldversnipperaar: verboden wapen Sint-en-Piet-Psychologie ZATERDAG 28 NOVEMBER 1992 ZATERDAGS BIJVOEGSEL Het aantal overvallen op banken, winkels en benzinestations stijgt nog altijd. Vorig jaar werden 514 overvallen gepleegd op financiële instellingen, een stijging van maar liefst 32 procent ten opzichte van het jaar daarvoor, aldus de Nederlandse Vereniging van Banken. In totaal werden vorig jaar 1884 overvallen gepleegd. De tijd van de ouderwetse brandkastkraker die met veel geduld een kluis weet open te krijgen, is echter voorgoed voorbij. Criminelen stormen het liefst met bivakmuts op en voorzien van een riotgun een bank binnen en pakken wat ze pakken kunnen. De beveiliging v CEESV Als op maandagochtend 16 juli 1976 twee medewerkers van de bank Société Générale in Nice de 20.000 kilo zware kluisdeur proberen te ope nen, gebeurt er niets. De deur is niet in be weging te krijgen. Ten einde raad wordt be sloten een gat in de wand naast de kluisdeur te boren. Enkele uren later steekt een sloten maker zijn hoofd door het gat en treft een enorme chaos aan: 317 van de in totaal 4000 safeloketten zijn opengebroken, alsmede de waardekluis van de bank zelf waarin de goudvoorraad lag. De dieven waren via het riool en een door henzelf gegraven gang de kluis binnengedrongen en hadden een week einde lang in alle rust de safeloketten ge kraakt. Daarbij hadden ze voor alle zekerheid de kluisdeur maar even dichtgelast. De buit bedroeg 60 miljoen francs, wat in die tijd neerkwam op rond 25 miljoen Nederlandse guldens. Het was de grootste buit ooit bij een bankinbraak in de wacht gesleept. Een in braak die nu nog steeds respect afdwingt, ook in de branche van brandkastfabrikanten. „Ik heb voor zo'n kraak echt bewondering, want er komt toch wel wat voor kijken. Dat doe je niet even", grijnst R. van Hugte van Lips Safes in Dordrecht, de grootste fabrikant van kluizen en brandkasten in Nederland. Ook directeur-eigenaar D. Wind van Rem mers Brandkasten in Groningen weet een glimlach niet te ónderdrukken. „Het kunnen ontzettend 'clevere' mensen zijn, zeer goed op de hoogte van alle procedures bij een bank. Het is soms net een schaakspel tussen kraker en fabrikant of de bank. Je moet die gasten niet onderschatten". Race Toch lijkt de tijd van de ouderwetse brand- kastkraak voorgoed voorbij. De tijd dat wijlen Aage M. met zijn thermische lansen de kran ten haalde, al werd er vaak niet bij verteld dat een deel van de buit bij het openbranden van de kluis ook was vernietigd. Het waren kra kers die geen geweld gebruikten, maar de brandkast 'weten schappelijk benaderden'. Op wie de gepantserde en loodzwa re kast een onweerstaanbare aantrekkingskracht uitoefende. Bij voorbeeld bij meester-brand- kastkraker in ruste Chiel van der Wijk uit Enschede, die zegt zo'n 300 kraken te hebben 'gezet1. Hij zei ooit in een interview: „Het gaat natuurlijk om de buit, ik sta niet voor de kat z'n K. te werken. Maar als je eenmaal voor die kast staat, is de opbrengst niet eens zo heel belangrijk meer. Je bent helemaal gefixeerd op die kast. Die kast moet open. Het is bijna dwangmatig. Soms is het resultaat teleurstellend. Jammer dan, volgende keer beter. Maar het ergste vond ik altijd als je de kast niet open had gekregen. Dat was zo'n afknapper. En dat werd erger als je de volgende dag in de krant las dat er vijftig ruggen in hadden gelegen." fabrikanten van brandkasten en criminelen hebben de afgelo pen 150 jaar elkaar voortdurend op de hielen gezeten. Een race die glansrijk is gewonnen door de fabrikanten. Steeds betere staallegeringen, sandwich-wan- den met daartussen gewapend Aantal overvallen met grof geweld stijgt beton, tijdsloten en electronische beveiliging hebben van de brandkast en kluis bijna niet meer te kraken objecten gemaakt. In de fabriek van Remmers Brandkasten laat directeur Wind het resultaat van enkele mislukte kraakpogingen zien. Het betreft in alle gevallen de deur. Met slijpstenen en snij branders is getracht een gat te snijden, maar daarbij zijn de dieven steeds gestuit op het gewapende beton tussen de gepantserde wanden of op een keiharde plaat van alumi- niumoxide. „In de afgelopen drie jaar zijn twee inbraakpogingen gedaan op onze kas ten, daarvoor waren het er zo'n zeven acht per jaar. Die daling komt door het steeds be ter worden van brandkasten èn door de elek tronische beveiliging. Alleen met een ther mische lans kun je er nog echt doorheen ko men. Dan smelt alles, dus soms ook de waar depapieren. Alleen, deze zeer dure apparaten worden maar in kleine kring gebruikt. Niet voor niets liep Aage M. lamp", zegt Wind. keting-afdeling van Lips. Bij Remmers Brand kasten zegt Wind: „Als je een brandkast hebt verkocht, zie je in principe de klant de eerste 40 jaar niet meer terug. Brandkasten slijten niet. Het principe van de brandkast is nog steeds hetzelfde als vroeger. Afgezien van het gebruik van elektronica, is de technologische vernieuwing gering. Lips bracht enkele jaren geleden wel een nieuw type brandkast op de markt Een brandkast gemaakt van kunststof. In de kast zit de kunststof Ellox verwerkt, vermengd met diamantharde materialen. Voordelen zijn de grotere brandwerendheid en het lich tere gewicht. Van Hugte: „Het is een beetje een vreemde eend in de bijt. Iedereen verwacht dat kunststof veel te zacht is, maar dat is niet zo. De kast is praktisch ondoordringbaar en doordat-ie zo licht is, hoeft er geen betonnen vloer te worden gestort." Nadeel Een groot nadeel Onveranderd Afgezien van betere staallegeringen en elec tronische beveiliging is er in de afgelopen tientallen jaren weinig veranderd aan de brandkast. De kasten uit het begin van deze eeuw moesten op 'gewone' kasten lijken. Ze mochten niet opvallen. In de jaren twintig en dertig werden brandkasten ontwikkeld waar van de huidige feitelijk zijn afgeleid. „Die kasten waren eigenlijk verschrikkelijk goed. Wij komen ze nu nog tegen van begin deze eeuw. Ze zijn dan wel opgewaardeerd met een electronisch tijdslot en zo, maar het is nog wel de oude brandkast. Neem bij voor beeld de huidige protectorsloten en sleutels. Die werden al in de jaren twintig gebruikt", vertelt R. van Heugte, werkzaam op de mar- vaak tegen de steeds betere brandkas ten is, zo stelt zowel Wind als Van Hugte, dat weliswaar het „inbraakri sico flink is verminderd maar dat daardoor het overvalrisico aanzienlijk is toegenomen". Wind: „Voor het kraken van een brandkast heb je zeker 16 uur nodig. Met de huidi ge beveiligingsmaatrege len heb je als overvaller nog maar enkele mi nuten. Als een overval langer duurt dan vier minuten, is-ie mislukt." Gevolg is dat overvallen in toenemende mate met grof geweld gepaard gaan, waarbij ook medewerkers van supermarkten, banken en benzinestations het leven laten. Vanaf 1965, toen de eerste bank in Nederland werd overvallen, heeft men gezocht naar mogelijkheden zich tegen het toenemende overvalgeweld te beveiligen, onder meer door de invoering van kogelwerend glas bij de balies, een buizen postsysteem, gelduitgifteauto maten, stil alarm en het plaat sen van videocamera's. Volgens de Nederlandse Ver eniging van Banken is ondanks deze maatregelen het aantal overvallen aanzienlijk gestegen. Gemiddeld wordt in Nederland 1 op de 16 banken of postkanto ren jaarlijks overvallen, waarbij overigens de gemiddelde buit wel aanzienlijk gedaald is. Voor al door zo weinig mogelijk geld in kas te hebben en door de Directeur D. Wind van Remmers Brandkasten: „We kregen geen toestemming voor een versnippe- raar. Geld mag niet met opzet vernietigd worden." foto efc de bank transporteert. Ik ken een grootwin kelbedrijf waarvan 13 vestigingen nog zelf het geld naar de bank moeten brengen. Dan praat je toch gauw over miljoenen", zegt Wind. In toenemende mate verleggen criminelen dan ook hun aandachtsterrein naar de kleine bankfilialen en de grootwinkelbedrijven. De nachtkluis moet het daarbij soms ook ontgel den. Bekend is een geval waarbij slimme jon gens een valse nachtkluis over een echte heen bouwden en zo flink wat geld incasseer den. Het kan ook primitiever. Iemand meld de zich bij de bank voor het gebruik van de nachtkluis. De 'middenstander' kreeg nacht kluiscassettes mee en stop te er vervolgens explosie ven in. „Hups de nacht kluis in en boem. Wel met het gevolg dat het hele plein onder snippers pa piergeld lag", vertelt Van Hugte. Uitvinding Remmers Brandkasten heeft met name grootwin kelbedrijven als klant. Grootste probleem voor deze branche is het mo ment dat de dagopbrengst in de kluis ligt, wachtend op een langskomende geldtransportwagen. Als de geldloper uit de transport wagen stapt en naar bin nen gaat om de dagop brengst te halen vice versa, is het overvalrisico het grootst. Op dat moment is hij niet be schermd. Vorig jaar werden vanuit die situa tie 116 overvallen gepleegd op geldtranspor ten, aldus de Centrale Recherche Informatie dienst (CRI). Om dit probleem te omzeilen heeft Rem mers de 'transitokluis' ontworpen. Deze heeft een aansluiting op de buitenmuur. In het ge bouw plaatst het personeel de geldkoffers in de kluis. Vanaf dat moment slaat de compu tergestuurde kluis het geld on bereikbaar op. Vervolgens kan de inhoud op ieder moment en zonder aanwezigheid van perso neel aan het geldtransport wor den overgedragen. De geldtrans portauto rijdt tot enkele centi- menters van het buitenluik en na elektronische identificatie met pasjes en een vaste kabelverbinding wordt de kluis vanuit de auto geleegd. Door de zeer geringe afstand tussen muur en auto wordt tijdens de overdracht het geld onbe reikbaar voor overvallers. Alle handelingen worden bovendien geregistreerd. Wind: „De kans dat je dan nog overvallen wordt, is zeer gering. Het is een veilige Het ouderwetse brandkastkraken is voorbij maken, ontploft die het papiergeld waardeloos maakt. Bovendien komt er rook i Lips, gemaakt v overdracht met weinig pnsoonlijke risico's." plofkoffer. Als een onbevoegde Voor deze transito-kluis krijgt het bedrijf 13 de geldcassette tracht open te november de Wubbo Ockelsprijs van de stad lading verf Groningen. Overigens benadrukt zowel hij als Van Hugte dat een 100 procent waterdichte be veiliging niet te geven is. Wind zegt wel ooit gewerkt te hebben aan de 'ultieme beveili ging'. „Wij hebben serieus gedacht aan een systeem in de supermarkt, waarbij het pa piergeld direct naast de kassa in een papier versnipperaar ging. Een apparaat zou dan elektronisch registreren hoeveel geld er ver nietigd was. Dat is met de huidige elektronica zeer wel mogelijk. Met die gegevens zou je dan naar de bank kunnen gaan en dan zou het geld op je rekening gestort worden. Al leen gaf De Nederlandsche Bank daarvoor geen toestemming. Geld mag niet met opzet vernietigd worden." Wind en Van Hugte stellen dat tegenwoordig het grootste risico bij overvallen de geldover dracht is: het moment dat het geld vanuit bij voorbeeld de su permarkt, de winkel of de benzi nepomp, naar de bank moet worden gebracht. Grote instel lingen of detailhandelbedrijven schakelen daarvoor een geld transporteur in. „Maar het ge beurt uit zuinigheidsovcrwegin- gen nog vaak genoeg dat ie- D N K W I Wat hebben Sinterklaas, schenken en seksuali teit met elkaar gemeen Ik heb even geaarzeld of ik die vraag wel aan de orde moest stellen. Ik hoor sommige lezers al denken: 'met die verrekte psychologen is zelf iets mis, die zoeken overal wat en vooral seks achter. Zelfs een onschuldig kinderfeest kunnen ze niet met rust latenMaar aan de andere kant: hier sta ik en ik kan niet anders als ik de diepere psychologische achter grond van Sinterklaas recht wil doen. Dus ik waag het er maar op. Het Sint-Nicolaas- feest is, hoewel ter wijl de naam dat eigenlijk wel suggereert, beslist niet van christelijke oorsprong. De oude 'heidense' Germanen kenden al goden, zoals Wodan, Donar en Fro, die te paard door de wolken en over daken reden terwijl de maan door de bomen en de wind om hun oren joeg en ze vergezeld waren van een zwarte metgezel met een roede van stro in de hand. Deze goden waren onder meer vruchtbaar heidsgoden en feestelijkheden te hunner ere werden gevierd in de zogenaamde vruchtbaarheidspe riode: de periode van ongeveer 6 weken voor de zonnewende het huidige Kerstmis tot onge veer twee weken daarna (het christelijke driekoningen). Tij dens die feestelijkheden brach ten de Germanen hun offers om vruchtbaarheid voor hun lande rijen maar vooral ook voor hun vrouwen (of dochters) af te sme ken. Meestal waren het dieren die geofferd werden. De diervor men op oude koekplanken even als de taai-, speculaas- en suiker- dieren die ook vandaag de dag de sinterklaasetalage van de bak ker sieren, herinneren daar nog Het feit dat Sint-Nicolaas niet alleen de vriend of beschermhei lige van kinderen maar ook van jonkvrouwen of maagden is, hangt samen met het gegeven dat het zijn 'taak' was om deze laatsten tegen onvruchtbaarheid te beschermen. Dat komt duide lijk tot uiting in de talrijke sinter klaaslegenden die in de loop der tijd zijn ontstaan. Een voorbeeld is de beroemde legende van 'De drie maagdekens'; in Gallicië, een provincie in Spanje, woont een arme man met drie bloed mooie dochters. Om zijn benar de financiële situatie te verbete ren denkt hij er over om zijn dochters te verkopen en hen daarmee aan een leven van schande, als slavin of prostituée, uit te leveren. Maar dan komt Sint-Nicolaas tussenbeide. Drie nachten achter elkaar, terwijl de meisjes slapen, gooit hij goud stukken door het raam naar bin nen. De eerste keer om ze uit de armoede te verlossen, de tweede keer om ze uit te huwelijken en de derde keer 'uit naam van de heilige drie-eenheid'. Op die ma nier hebben alle drie dochters een bruidschat en de vader, die inmiddels ontdekt heeft dat Sint- Nicolaas de gulle gever is, kan ze laten trouwen." De symboliek van het verhaal is duidelijk. De heilige schenkt de meisjes, in de vorm van een sym bool voor het zaad (goudstuk ken), vruchtbaarheid. En vrucht baarheid is, of in ieder geval was, de voornaamste bruids schat die een meisje mee kan nemen. Maar het is ook een bruidsschat die ouders niet kun nen geven,vandaar de inscha keling van andere machten, vroegere heilige, tegenwoordig vaak medische. Sinterklaas is dus duidelijk niet alleen een kin derbeschermer. hij is ook een promotor van alles dat tot kinde ren leidt, zoals liefde, verkering en huwelijk. Vandaar de 'specu- laasvrijers' en suikerharten. En vandaar ook de gedichten of brieven die ontluikende gelief den via Sinterklaas aan elkaar plegen te sturen. Wie het over vruchtbaarheid, bevruchtingen kinderen heeft, heeft het over seksualiteit. Vandaar dat in veel sinterklaaslegenden ook, zij het vaak verkapt, seks aan de orde komt. zoals in de volgende, toen een waardin, bij wie Sint-Nico laas in Myra zijn intrek had ge nomen. hoorde dat haar gast tot bisschop was benoemd, was ze net bezig haar kind in bad te doen. De badkuip stond op het vuur. Als reactie op het bericht ging ze naar de kerk om de mis bij te wonen en vergat haar kind je. Aan het einde van de mis schoot haar plotseling te binnen dat het kind met de badkuip en al nog op het vuur stond en ze rende in paniek naar huis. Hoe wel het water had gekookt, bleek het kind ongedeerd, dankzij de bescherming van Sint-Nicolaas. Zo op het eerste gezicht een raar verhaal, tenzij we de symbolen ontrafelen. Het is in wezen het verhaal van schuldgevoel over 'egoïstische'niet rekening met andere houdende, seksualiteit. Het kind in het badwater staat voor het kind in het vruchtwater, in de baarmoeder. Het gaan naar de kerk staat voor seksuele ge meenschap vergelijk de uit drukking Voor het zingen de kerk uit zoals een dubieuze omschrij ving van de coïtus interruptus nog altijd luidt. De hoogzwange re moeder heeft seksuele ge meenschap gehad en is daar zo in opgegaan dat ze de verant woordelijkheid voor het kind in haar buik even helemaal verge ten was. Daarover heeft ze schuldgevoel en het is vanwege dat berouw dat Sint-Nicolaas er voor zorgt dat er toch een ge zond kind uit het bad(=vrucht- water, geboren wordt. Het wordt zo langzamerhand wel duidelijk wat Sinterklaas en zijn knecht dieptepsychologisch nu eigenlijk voorstellen. Ze zijn sym bolen voor de twee gezichten van de menselijke liefde, namelijk seksualiteit aan de ene kant en betrokkenheid of verantwoorde lijkheid aan de andere kant. Het is niet voor niks dat de attributen van Zwarte Piet een zak met pe pemoten en een roede zijn. Het is ook niet voor niks dat hij on ooglijk, zwart, klein, angstaanja gend en ondeugend is: kortom een rare snoes'haan'. Dat die ra re snoeshaan 's nachts komt en zijn snoepgoed door een 'schoor steenbuis' precies in een ontvan kelijk 'schoentje' mikt, is nou ook niet meer zo moeilijk te begrij pen. Maar die grapjas kun je be ter niet los laten lopen en daar om staat hij onder toezicht van de oudere, ernstige, wijze, gewe tensvolle Sinterklaas. Als duo ge ven ze uitdrukking aan het feil dat liefde en seksualiteit aan de ene kant plezier, genot, lust (mo gen) betekenen maar aan de an dere kant scheppen ze ook ver antwoordelijkheden en doen een beroep op ons geweten (of zou dat althans moeten doen), zowel ten opzichte van een eventueel kind als van de partner. De combinatie van Sint en Piet is als het ware te zien als een waar schuwing tegen het gebruiken van de ander uitsluitend ter be vrediging van de eigen lusten. Het geven van een sinterklaasge schenk. een surprise waarvoor moeite is gedaan, heeft daarom terecht voor de ontvanger vaak de diepere emotionele betekenis van: ik geef om jou. Sinterklaas is daarom niet op de eerste plaats een kinder- maar vooral een rela tiefeest. Dat hoop ik althans voor RENE DIEKSTRA hoogleraar klinische en gezondheidspsychologie

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 39