Rond de aarde is het
drukker dan gedacht
Dr. Halton Arp: nieuwe theorie
over ontstaan van het heelal
Onderaards museum op De Hoge Veluwe
Wetenschap
Argentijnse littekens door
kosmisch schampschot?
Vuurbollen
aan de hemel
Te veel ozon
verontrust
Brazilianen
Kerncentrales verdienen
zich steeds trager terug
DINSDAG 27 OKTOBER 1992
De voorspelling van de Australische astronoom Duncan Steel dat het in 2116 is
gedaan met de aarde na een botsing met de komeet Swift-Tuttle haalde het afge-
lopen weekeinde wereldwijd de publiciteit. Hoe groot is de kans dat onze planeet
wordt getroffen grote steen- en ijsklompen uit de ruimte?
De kans dat een grote meteoriet op aarde een geweldige
ramp veroorzaakt is groter dan tot voor kort werd aange
nomen. Sterrenkundigen dringen dan ook al geruime tijd
aan op de bouw van speciale telescopen om de ruimte 'af
te grazen' op zoek naar bedreigingen. Daarvoor is vol
doende grond, menen zij, nu vooral de laatste jaren be
kend is geworden dat een groot aantal rotsblokken akelig
dicht langs de aarde trekt.
LEIDEN BEN APELDOORN
Klektronische detectietechnie-
ken zijn sterk verbeterd en tele
scopen pikten steeds meer 'toe
valstreffers' op: kosmische rots
blokken die zich, dicht bij de
aarde ophielden. Een rotsmassa
verraadt zich op lichtgevoelige
ccd's of fotografische platen als
een dunne lichtstreep. En hoe
langer zo n streep is, des te klei
ner is doorgaans de afstand tot
de aarde van het object. Het
blijkt soms om ware 'schamp
schoten' te gaan. Astronomisch
gezien althans; een afstand van
minder dan die tot onze maan
wordt door sterrenkundigen al
heel 'close' genoemd.
Op 10 augustus 1972 filmden
en fotografeerden een aantal
watersporters boven de VS mid
den een helder bewegend ob
ject aan de heldere hemel. Het
vlammende lichaam kon bijna
een volle minuut worden ge
volgd voordat het verdween.
Aan de hand van de opnamen
stelden onderzoekers vast dat
het een rotsblok was dat vrijwel
evenwijdig aan de aarde de
dampkring binnenstormde, tot
op 56 kilometer boven zeeni
veau langs de aarde scheerde en
door zijn eigen snelheid (15 ki
lometer per seconde) weer de
ruimte in vloog. De schattingen
van de massa liepen uiteen van
40.000 tot meer dan 150.000
ton. Was het iets steiler de
dampkring binnengekomen,
dan was het rotsblok ergens in-
geslagen.
Rotsblokken zijn in de inter
planetaire ruimte allesbehalve
zeldzaam. De meeste, vele tien
duizenden, zijn te vinden tus
sen de banen van de planeten
Mars en Jupiter. Maar een groot
aantal beschrijft banen waarbij
ze heel dicht bij de aardbaan
kunnen komen of deze zelfs
snijden.
Dergelijke 'aard-scheerders'
vormen onderwerp van studie
voor astronomen. In Australië,
op het Siding Spring-observato-
rium, zoekt de Engelse astro
noom Robert McNaught bij
nacht en ontij naar asteroïden
dicht bij de aarde en heeft al
heel wat ontdekkingen op zijn
naam staan.
David Morrison, voorzitter
van de uit 23 geleerden be
staande NEAD-werkgroep,
(Near-Earth Asteroid Detection
Workshop) rekende ooit uit dat
de inslag op aarde van een klei
ne asteroïde van, zeg 1,5 kilo
meter groot (en daarvan zijn er
in ons zonnestelsel zeer veel)
met een explosiekracht van een
miljoen megaton TNT gepaard
zou gaan. Dat is bijna 100 mil
joen maal verwoestender dan
de atoombommen die de Ja
panse steden Hiroshima en Na
gasaki verwoestten. Een en an
der zou wereldwijde klimatolo
gische consequenties hebben;
een abrupte daling van de tem
peratuur en het mislukken van
oogsten zouden het leven kos
ten aan ruwweg de helft van de
wereldbevolking.
De astronomen willen daar
om 6 tot 8 telescopen, elk met
een spiegel van 3 meter in mid
dellijn. Deze reuzencamera's,
moeten in 10 tot 15 jaar tot op
100 miljoen kilometer van de
aarde alle objecten in kaart te
brengen die ooit een bedreiging
voor ons kunnen vormen. Kos
ten: 150 miljoen gulden.
Is zo'n kosmische onverlaat
eenmaal gevonden dan heeft
men, zo wordt gedacht, nog alle
tijd daar een paar fikse water
stofbommen heen te sturen om
zo'n berg een beetje uit zijn
LEIDEN BEN APELDOORN
Ongeveer 8000 jaar geleden voltrok zich in de wouden van cen-
traal-Argentinië een ramp die tot honderden kilometers in de
omtrek merkbaar was. Met allesverzengende hitte en vernieti
gende kracht scheerde een hemellichaam met duizelingwekken
de snelheid langs het aardoppervlak. Duizenden woudreuzen
werden als bij toverslag in houtskool veranderd, achteloos neer-
gesmakt, verteerd en verpletterd. Heuvels en dalen werden her
schapen in smeulende vlakten en riviertjes begonnen spontaan
te koken.
De vuurmassa schraapte in een fractie van een seconde mil
jarden tonnen van het aardoppervlak weg, kaatste log iets om
hoog en brak door immense weerstanden van grond en lucht in
stukken. Die 'stuiterden' door. Elke woeste aanraking met het
geteisterde gebied betekende een diepe, langwerpige groef. Na
verloop van uren ebden de ontploffingen, de aardschokken en
het vuur weg. De aarde kwam weer tot rust en de natuur nam
het platgewalste en verbrande gebied weer in bezit.
De littekens liggen er nog. Twee jaar geleden tijdens een routi-
nevlucht merkte de Amerikaanse piloot Ruben Lianza van de
'Aircraft Products Group' in Dallas, Texas, ze voor het eerst op.
Ze leken het meest op langwerpige kraters langs een ongeveer
40 kilometer lange lijn.
Lianza's bevindingen waren voor Peter Schultz van de afde
ling Geologie van de Amerikaanse Brown-universiteit in Rhode
Island aanleiding tot nader onderzoek. De grootste krater is een
langwerpige kuil van 4,5 bij 1,1 kilometer. Bijna 12 kilometer
zuidzuidwestelijk daarvan liggen nog twee grote (3,5 bij 0,7 kilo
meter) en enkele kleinere bij elkaar en weer vijf kilometer verder
liggen, pal naast elkaar, drie kleine, eivormige kraters elk van 100
bij 300 meter. Buiten die grote, bijna-rechte lijn zijn nog enkele
langwerpige inzinkingen te vinden.
De merkwaardige rechte lijn deed Schultz direct denken aan
de inslag van een reuzemeteoriet die vrijwel evenwijdig met het
aardoppervlak de dampkring was binnengestormd. Analyse van
bodemmonsters bracht onder meer 'tectieten' aan het licht. Dat
zijn glasachtige, soms groen-doorschijnende en veelal druppel
vormige lichaampjes waarvan is vastgesteld dat ze zijn ontstaan
tijdens inslagen van reusachtige meteorieten.
Ook werden koolstof-, silicium- en metaalverbindingen ge
vonden in concentraties zoals ze ook in meteorieten voorko
men. Ouderdomsbepalingen wijzen erop dat de reuzenmeteo-
riet ongeveer 8000 jaar geleden de Argentijnse pampa's moet
hebben geschampt.
Schultz en Lianza rekenden uit dat het een 150 meter groot
brok kosmisch gesteente moet zijn geweest. Het gevaarte kwam
met een snelheid van 25 kilometer per seconde vanuit het
noordnoordoosten de dampkring binnen. Daarbij kwam een
hoeveelheid energie vrij van 350 megaton TNT.
baan te duwen. Maar één sim- niet één grote maar een heel
pel rekenfoutje zou een asteroï- stel wat minder grote (maar
de in stukken uit elkaar kunnen toch nog altijd tè grote) brokken
doen breken en dan komt er deze kant uit.
Foto boven: Een weergave van
de stoffige kem van een komeet.
De vrees bestaat dat zo'n kosmi
sche berg ooit op de aarde stort
en een wereldwijde catastrofe
veroorzaakt. foto cpd
Foto rechts: Een 'vrij recent' lit
teken van een inslag vanuit de
ruimte is deze Arizonakrater met
een doorsnede van 1,5 kilometer.
De krater is ongeveer 30.000 jaar
geleden ontstaan. foto cpd
UTRECHT «ANP
In de eerste weken van novem
ber kunnen 's avonds aan het
firmament meteoren worden
waargenomen die zeer helder
en soms oranje-rood van kleur
zijn. „Met recht vuurbollen", al
dus de Utrechtse sterrenwacht
De Koepel. De meteoren, ook
wel vallende sterren genoemd,
behoren tot de zwerm der Tau-
riden. Zo worden zo genoemd
omdat de oplichtende brok
stukken uit het sterrenbeeld
Taurus of Stier lijken te komen.
De zwerm is niet erg rijk. Zelfs
onder goede omstandigheden
verschijnen niet meer dan en
kele meteoren per uur aan de
avondhemel. Maar vaak zijn het
bijzonder fraaie, traag bewegen
de exemplaren.
De lichtsporen van meteoren
ontstaan doordat stof- en gruis-
deeltjes bij hun tocht door de
dampkring van de aarde heet
worden en gaan gloeien. De
stofdeeltjes die de aarde in dit
jaargetijde opveegt, zijn ver
moedelijk afkomstig van de ko
meet Encke. Zo'n komeet is
niets meer dan een reusachtige
vuile sneeuwbal die in de loop
van zijn beslaan langzaam weg
smelt en verdampt. Bij deze
verdamping komen stof- en
gruisdeeltjes vrij.
Uit de gratie geraakte Amerikaan heeft nu baan bij Max Planck-Instutut
Vorige week donderdag werd met een nieuwe ruimtevlucht van
Columbia-shuttle de Lageosll-satelliet in de ruimte gebracht.
infographic
LEEUWARDEN NICO HYLKEMA
Wie tegen de stroom wil inroei-
en moet daarvoor een prijs be
talen, ook in de wetenschap. De
algemeen aanvaarde ontstaans-
theorie van het heelal aanvech
ten, kostte dr. Halton C. Arp zijn
loopbaan als astronoom in de
VS. Hij vond een baan bij het
Duitse Max-Planck-Institut für
Astrophysik en legde daar de
laatste hand aan een sluitend
alternatief voor de Big-Bang-
theorie. „Waarschijnlijk moeten
astronomen het hele aangeno
men model van het universum
herzien", zegt Arp.
Het bewijs voor de Big-Bang-
theorie, waarin het universum
is ontstaan uit een grote explo
sie, wordt afgeleid uit het feit
dat dat universum nog steeds
zou uitbreiden. Dat leiden ster
renkundigen af uit de snelheid
waarmee sterren zich van ons
stelsel verwijderen, de zgn.
roodverschuivingen.
Volgens Arp zijn er te veel
verschijnselen die daarmee niet
in overeenstemming zijn. Met
een Indiase collega ontwikkelde
hij een alternatieve theorie, die
niet alleen alle oude observaties
die de Big-Bangtheorie niet kon
uitleggen verklaart, maar ook de
nieuwe die onmogelijk zouden
zijn. Arp beweert dat er geen
sprake is van een uitbreidend,
maar van een stabiel statisch
universum.
Dat leidt hij af uit de roodver
schuivingen in nabijgelegen
sterrenstelsels, die onverander
lijk zijn. Bovendien, zo zegt hij,
is er het verschijnsel van de
quasars. Dat zouden ver weg
gelegen sterrenclusters zijn met
de grootste roodverschuiving.
Dat klopt niet, volgens Arp. Ze
liggen in naburige stelsels.
„Als de roodverschuiving niet
gelijk is aan snelheid of afstand,
dan is er geen uitbreidend uni
versum en dan is er evenmin
een Big-Bang geweest." We
hoeven ons geen zorgen te ma
ken, zoals Einstein deed, dat
een statisch universum ten ge
volge van de zwaartekracht in
een zou storten. Het is een sta
biel systeem, aldus Arp.
Van groot belang is de massa
van sub-atomaire deeltjes. In de
oude theorie is er altijd van uit
gegaan, dat die massa te allen
tijde constant is. Dat is volgens
de onderzoeker geen voor de
hand liggende aanname. „Wan
neer de tijd voortschrijdt, zie je
meer massa en je ziet nieuwe
deeltjes. Als de tijd doorgaat
moet de massa van de deeltjes
vergroten. Dat betekent dat in
het verleden, de massa klein en
de roodverschuiving groot
Dat bewijst dat roodverschui
ving niets met snelheid heeft te
maken, maar alles met leeftijd.
Je kunt nu ook uitleggen waar
om jongere sterren grote rood
verschuiving hebben. Waarom
het een algemenere theorie dan
de Big-Bang is, heeft te maken
met de beweging in de massa.
Er moet een moment zijn dat
tijd nul is en massa ook. Dat is
een natuurlijk punt van creatie,
maar tegelijkertijd een door
gaand proces van creatie, zon
der begin of einde.
Daarmee heeft Arp ook een
verklaring gevonden voor Ein-
steins tijd-ruimte-afwijkingen,
die hem zijn hele leven hebben
dwars gzeten. Dat zouden in
zijn theorie niet meer zijn dan
de punten van creatie waar tijd
en massa nul zijn. Daarmee
worden ze een natuurlijk deel
van de theorie. Je kunt nu ook
zeggen dat alles wat is, in het
universum is. Er is geen kracht
van buitenaf aan te pas geko-
Arp meent ook de oplossing
gevonden te hebben voor de
kloof tussen de klassieke na
tuurkunde en quantum-fysica
(waar we te maken hebben met
de sub-atomaire deeltjes, waar
de klassieke natuurkunde geen
oplossing voor heeft). „Dat mo
ment van creatie, een moment
van ontstaan van materie, is een
teken van continuïteit tussen
klassieke en quantum-fysica.
Het is een heel andere, elegan
tere benadering, dan de brute
kracht van de Big-Bang en de
noodzaak van hoge energie."
LEEUWARDEN NICO HYLKEMA
De onrust bij Braziliaanse en
Noordamerikaanse onderzoe
kers groeit over de hoeveelheid
ozon in de troposfeer, zo meldt
New Scientist. Te veel ozon op
deze hoogte veroorzaakt smog-
vorming en kan schade toe
brengen aan planten, dieren en
mensen, net zoals een tekort
aan ozon in de hogere atmos
feer. De onderzoekers nemen
proeven langs en zuidelijk van
de evenaar rond de hele wereld.
Vooral het afgelopen jaar was
het gehalte ozon soms veel te
hoog.
Vermoedelijke oorzaak is het
afbranden van de wouden in
het Amazonegebied en de sa
vanne-vlakten in Afrika. Daar
door komen stikstofoxyden en
koolmonoxyden vrij. NASA en
de Braziliaanse atmosfeer-on
derzoekorganisatie Inte hebben
vliegtuigen de lucht in gestuurd
om tijdens tien vluchten metin
gen te doen.
Volgens Volker Kirchner van
Inte is het verontrustend dat
nog niet eerder op zo'n grote
schaal ozon is gemeten.
GRONINGEN HERMAN DAMVELD
Het duurt steeds langer voor nieuwe kerncentrales zichzelf te
rugverdienen. Nu is dat drie jaar, maar dat kan tot dertien jaar
oplopen, concludeert de Groninger drs. Kor Dwarshuis, die on
langs afstudeerde aan de vakgroep Energie en Milieukunde van
de Groningse universiteit.
Dwarshuis: „Ik heb voor de hele kemenergieketen onderzocht
hoeveel energie er gaat zitten in de bouw van de centrale. Daar
na heb ik gerekend aan de energiebehoefte voor de bedrijfsvoe
ring en voor de verwerking van brandstofelementen. Voor zaken
als de ontmanteling van een kerncentrale heb ik literatuurgege
vens genomen".
Als de plannen van begin jaren tachtig waren doorgezet, zou
den er onlangs nieuwe kerncentrales in bedrijf zijn gekomen in
Nederland met een terugverdientijd van ongeveer drie jaar. Na
de eeuwwisseling wordt de situatie ongunstiger en loopt het op
naar ongeveer dertien jaar, rekent Dwarshuis voor. „Die stijging
komt bijna geheel door de langere en duurdere winning en raffi
nage van het uraniumerts", zegt hij.
Begin jaren tachtig beweerde J.W. Storm van Leeuwen dat er
meer fossiele brandstoffen nodig zijn voor transport van kem-
brandstof en bij het bouwen van de centrale dan er als elektrici
teit uit komt. Bouw daarom maar meteen een kolen- of gascen-
trale, was zijn conclusie.
Volgens Dwarshuis nam Storm van Leeuwen extreem lange
bouw- en lange bedrijfstijden voor kerncentrales en dat geeft
een negatieve energiebalans. Dwarshuis is positiever al vindt hij
13 jaar wel vrij lang. Zeker gezien de afschrijvingstermijn van 15
tot 20 jaar die Nederlandse energiebedrjven voor centrales han
teren.
een vogel voedsel uit de bodem
trekt.
Een trapje lager volgt de con
frontatie met de ijstijd, die blijkt
uit de aanwezigheid van fossie
len, zwerfkeien, grindbakken en
tekens van prehistorische be
woning zoals vuurstenen, werk
tuigen en scherven. Op de der
de museumverdieping wordt
uitleg verschaft over de diverse
grondwaterhoogtes, belangrijk
voor de drinkwatervoorziening
en bepalend voor de verdro-
gingsgraad van de bodem. He
lemaal beneden treft de bezoe
ker een put aan met uitzicht op
het midden van de aarde en
heel in de verte de glans van
vuur, dat zo nu en dan akoes
tisch wordt begeleid door een
zacht gerommel.
Het idee voor een onder
gronds museum ontstond ze
ven jaar geleden. Om te kijken
of het plan in de praktijk uit
voerbaar was, kreeg de faculteit
bouwkunde van de Universiteit
van Eindhoven het verzoek een
prijsvraag uit te schrijven. Der
tig ontwerpen van studenten,
die op dit project wilden afstu
deren, kwamen binnen. Win
naar werd de Amsterdamse ar
chitect Cor van Hillo. Behalve
2500 gulden ontving hij de op
dracht voor de bouw.
Het Museonder ligt tussen
het Bezoekerscentrum De Aan
schouw, waar een beeld wordt
geschetst van flora en fauna bo
ven de grond, en de landschap-
pentuin. De inrichting neemt
het onderwijsmuseum Museon
uit Den Haag voor zijn reke
ning. De bouw kost ruim 3 mil
joen gulden.
Onlangs werd een 1000 kilo
zware boomstronk van een 100
jaar oude beuk elders uit het
park met een hoogwerker in het
dak getakeld. Het wortelstelsel
met een oppervlakte van 80
vierkante meter komt vlak on
der de luchtkoepel te hangen,
die de enige verbinding van het
museum met het daglicht
vormt.
„Begin november is de koepel
gereed en kan de inrichting be
ginnen", aldus directeur Br-
uning. Verwacht wordt dat de
attractie jaarlijks 30.000 tot
50.000 mensen méér naar het
nationale park zal trekken.
Jules Veme schreef er al over:
een reis naar het vlammende
hart van de aarde. De wereld
primeur Museonder op het ter
rein van het Nationaal Park De
Hoge Veluwe maakt die droom
met ingang van maart 1993
werkelijkheid. Het unieke on
dergrondse museum gunt be
zoekers een blik op het leven
dat zich direct beneden de bo
dem waarop wij lopen afspeelt.
Bezoekers ontdekken dat de
natuur in het duistere en vooral
onbekende 'onderaardse' zeker
zo boeiend is en bovendien niet
los kan worden gezien van flora
en fauna in het 'ondermaanse',
waar zij hun dagen slijten. Een
expeditie door Museonder be
gint vlak onder het maaiveld,
waar wortels van bomen en
planten groeien; konijnen, vos
sen en dassen woelen en mest
kevers, mieren, springstaarten,
boekenschorpioenen, duizend
poten en spinnen krioelen.
Aan het plafond hangen pe
riscopen waarmee ervaren kan
worden hoe een muis vanuit
zijn hol de wereld inkijkt en hoe
Een duizend kilo zware boomstronk met een oppervlakte van 80 vierkante meter vormt het dak van het on
dergrondse museum op het terrein van de Hoge Veluwe. foto cpd