Laser corrigeert ogen
Serotonine-gebrek wekt
mogelijk vraatzucht op
'Langzaam planeetje' licht op
Wetenschap
'Chimpansee dichter bij mens'
Verplegend personeel erg
slordig met kankermedicijn
DONDERDAG 22 OKTOBER 1992
AZL onderzoekt ontstaan bulimia nervosa
LEIDEN JAN WESTERLAKEN
Is serotonine de sleutel tot het
oplossen van bulimia nervosa
(ziekelijke vraatzucht)? Het lijkt
erop. In het Academisch Zie
kenhuis Leiden is ontdekt, dat
te weinig serotonine aanleiding
is tot eetbuien. Er zijn genees
middelen die het lichaam aan
zetten tot een verhoogde aan
maak van de stof. De eetzucht
neemt daarna af, maar dat
houdt slechts een paar weken
aan. De medicijnen werken niet
meer en de patiënt valt terug in
zijn oude doen. De eetbuien ko
men terug.
Hoe dat komt, is nog niet be
kend, zegt Hanno Pijl, die in het
AZL onderzoek doet naar het
ontstaan van bulimia nervosa.
Het tekort aan serotonine is ai
aannemelijk gemaakt, waardoor
dit optreedt is nog een vraagte
ken. Pijl denkt, dat de stofwisse
ling bij bulimia-patiënten wel
eens een rol kan spelen. Daar
wordt de oorzaak dan ook ge
zocht.
Patiënten, die aan het onder
zoek meedoen, krijgen 's och
tends een speciaal samenge
steld ontbijt. Bij de lunch mo
gen ze zelf bepalen wat ze eten.
Het lichaam zet het eten om in
voedingsstoffen, het bloed zorgt
voor transport ervan. Als er ge
noeg is gegeten, geeft het li
chaam dat aan. Hanno Pijl: „We
denken, dat dit signaal bij buli
mia-patiënten anders verloopt
dan bij mensen met een nor
maal eetgedrag. We onderzoe
ken of als gevolg hiervan in de
hersenen te weinig serotonine
wordt aangemaakt waardoor er
ongeremde eetbuien ontstaan."
Psychisch
„Maar", voegt hij er onmiddel
lijk aan toe, „er zijn meer oorza
ken die tot vraatzucht leiden".
Volgens hem spelen ook psychi
sche- en sociale omstandighe
den een rol. Als de stofwisseling
niet goed werkt, kan daarvan
sprake zijn. Wereldwijd wordt
hieraan op verschillende plaat
sen aandacht besteed.
Bulimia nervosa. Het psychia
trisch handboek zegt het vol
gende over de eetstoornis. De
patiënt moet ten minste twee
keer per week en drie maanden
achtereen een aanval van eet
zucht hebben. Controle over
wat ze eten, hebben ze niet.
Vaak gaat zo'n bui gepaard met
het opwekken van braken of het
slikken van laxeermiddelen. Bu
limia-patiënten maken zich
permanent zorgen over de om
vang van hun lichaam en hun
gewicht. Als iemand deze ver
schijnselen heeft, is hij of zij bu-
limia-lijder.
Het is een kwaal die vooral
vrouwen treft. Ongeveer negen
tig procent van de patiënten is
van het vrouwelijk geslacht.
„En", zegt Hanno Pijl, „je ziet
nogal eens dat het intelligente
mensen zijn die het hebben.
Een verklaring is daar nooit
voor gevonden. Je zou kunnen
speculeren dat het iets te ma
ken heeft met vrouwelijke ge
slachtshormonen. Het is en
blijft een speculatie, want er zijn
ook mannen die bulimia heb
ben."
Probleem
Patiënten, die aan de vraatzucht
lijden, hebben daar over het al
gemeen grote problemen mee.
Pijl: „De mensen schamen zich
er enorm voor. In de meeste ge
vallen durven zij er niet eens
met hun naaste familie over te
praten. Je ziet nogal eens dat er
lichtzinnig over heen wordt ge
stapt, omdat de ernst ervan
wordt onderschat. Hoewel buli
mia niet bedreigend is, kan het
dat wel worden. Vooral als de
patiënten veel braken. Dan kan
er beschadiging optreden aan
de slokdarm of aan het gebit."
LEIDEN BEN APELDOORN
Om de afkomst van de mens te
ontrafelen, zijn er de versteende
overblijfselen. Fossielen van ka
ken, tanden, stukken schedel
en, heel soms, vrijwel complete
geraamten. Minutieuze metin
gen leiden tot reconstructies:
hoe groot waren ze, liepen ze
recht, wat ze aten ze en hoe
groot was hun hersenvolume?
Grote vraag daarbij is: in hoe
verre hadden (mens)apen en
mensen gemeenschappelijke
voorouders? Om daar achter te
komen werken paleontologen
en archeologen in twee 'richtin
gen'. Ze kijken naar uiterlijke
kenmerken of overeenkomsten
in het skelet. Maar ze volgen de
loop van de evolutie ook op
moleculaire schaal. Veranderin
gen in het DNA en de eiwitten
worden daarbij als leidraad ge-
De 'stambomen' van apen en
mensen die met beide metho
den worden verkregen verschil
len qua tijd en soort enorm.
Fossielen vertellen ons dat 20
miljoen jaar geleden de gibbon-
achtigen zich afsplitsten, 15
miljoen jaar terug ontstonden
twee takken waarvan de een
rechtstreeks naar de mens voer
de en de ander nog twee afsplit
singen zou vertonen: 12 miljoen
jaar geleden scheidde de orang-
oetan zich af en de overgeble
ven tak splitste zich 7 miljoen
jaar geleden in gorilla en chim
pansee.
De nauwkeurige geachte mo
leculaire klok vertelt een heel
ander verhaal. Alle genoemde
soorten hadden tot 10 miljoen
jaar geleden één gemeenschap
pelijke voorouder. De gibbons
scheidden zich toen af, 2 mil
joen jaar later (op de andere
tak) gevolgd door de orang oe-
tans, terwijl de overblijvende
tak 5 miljoen jaar geleden in
drieën splitste: gorilla, chim
pansee en mens. Tot 5 miljoen
jaar geleden hadden de drie
laatstgenoemde dus één en de
zelfde voorouder en de chim
pansee staat in ontwikkeling het
dichtst bij de mens.
Vraag twee: is er van die ge
meenschappelijke voorouders
nog iets terug te vinden?
De Canadese paleo-antropo-
loog David Begun en zijn team
deden opgravingen in een oude
ertsmijn in de Hongaarse stad
Rudabanya en vonden in 10
miljoen jaar oude aardlagen
versteende resten van relatief
grote schedeldelen, vrijwel
complete verhemelten, kaak-
fragmenten en vele tientallen
tanden van aapachtigen. Hij
denkt resten te hebben gevon
den van de gemeenschappelijke
voorouders van chimpansees,
gorilla's en mensen. Sterker
nog, hij meent aanwijzingen te
hebben gevonden voor een in
nige 'oerverbintenis' tussen
mens en chimpansee.
Analyse van de fossielen
sterkte Begun nog verder in zijn
theorie dat de chimpansee op
de evolutieladder verder van de
gorilla en veel dichter bij de
AMSTERDAM ANP
Verplegend personeel in ziekenhuizen gaat slordig om met de
veiligheidvoorschriften bij de toediening van kankergeneesmid-
delcn aan patiënten. Uit het resultaat van een enquête onder
bijna 1.400 verpleegkundigen in tien. ziekenhuizen door de Am
sterdamse verpleegkundige Roos Nieweg blijkt dat de meesten
(94 procent) weten dat de voorgeschreven veiligheidsmaatrege
len nut hebben, inaar dat slechts een minderheid ze toepast.
Weliswaar draagt 92 procent handschoenen bij het geven van
de medicijnen, maar weet slechts 39 procent welk soort hand
schoen gedragen moet worden. Meer dan een derde dient de ge
neesmiddelen niet volgens de veiligheidseisen toe bij de patiënt.
Slechts 21 procent draagt een overschort. Niet meer dan 2 pro
cent draagt een schort dat aan de eisen voldoet. Ook draagt
slechts 3 procent de voorgeschreven veiligheidsbril.
Drs. Roelfine Krommendijk van het Landelijk Overlegorgaan
Kankercentra in Utrecht wijst erop dat de slordigheid van de
verpleegkundigen geen enkele consequentie heeft voor de pa
tiënten zélf: „Het gaat hier slechts om de risico's die de verpleeg
kundigen zelf lopen".
Oogarts Tjia heeft inmiddels twee 'patiënten' behandeld: één uit Leiden met -9, één uit Hoofddorp met -8. Van beiden zijn de ogen volledig her-
FOTO LOEK ZUYDERDUIN
Uitkomst voor bril- en lensdragers
Bril- en lensdragers, met een afwij
king van +8 tot -15, kunnen hun
ogen met laserchirurgie geheel laten
corrigeren. Maar er zijn restricties:
mensen, die de operatie willen on
dergaan moeten gezond zijn. De in
greep kost per oog 3600 gulden. In de
meeste gevallen moet de patiënt zelf
betalen.
HOOFDDORP/LEIDERDORP
JAN WESTERLAKEN
Een lui- of ziek oog kan niet worden behan
deld. En wie suikerziekte, bloedziektes, le
ver- of nieraandoeningen, aids of kanker
heeft, kan niet met laser van zijn oogafwij
king worden afgeholpen. Vrouwen, die een
kind verwachten en moeders die borstvoe
ding geven, komen niet voor een operatie
in aanmerking.
Oogarts D. Tjia van het Elisabeth Zieken
huis ln Leiderdorp, heeft in zijn praktijk in
Hoofddorp een apparaat (ter waarde van
een miljoen gulden) laten installeren waar
mee hij de laser-chirurgie kan uitvoeren.
Patiënten met een kantoorbaan, bij wie de
oogcorrectie met de laser is gedaan, kunnen
na tien tot veertien dagen weer aan het
werk. Werkt iemand in een stoffige omge
ving, dan duurt het wat langer.
Oogoperaties die op deze manier worden
uitgevoerd zijn nieuw in Nederland. De
universiteit in Nijmegen is ermee begon
nen. Kort er op volgde een oogarts in
Roosendaal dit voorbeeld. Tjia is de derde
in Nederland die plus- en min afwijkingen
aan ogen met behulp van een laser herstelt.
Het Oogziekenhuis in Rotterdam staat op
het punt de apparatuur aan te schaffen. „En
dat", zegt Tjia, „duidt erop dat de ingreep
betrouwbaar is. Anders zou een Oogzieken
huis daar nooit aan beginnen."
Blijvend
Na de behandeling kan de patiënt direct
naar huis. Over de resultaten op lange ter
mijn is nog niet veel bekend. „Maar", ver
telt Tjia, „drie jaar lang worden er nu al
ogen met laser gerepareerd. Met succes. De
afwijkingen zijn tot nu toe blijvend verhol
pen. Anders gezegd: met één behandeling
kan men weer goed in de verte kijken en
kleine lettertjes lezen. Bovendien wordt het
oog niet beschadigd zoals bij een operatie
waaraan het mes te pas komt. Door de hitte
van de laser wordt er als het ware een flin
terdun laagje van het hoornvlies ver
dampt."
Lensdragers die hun ogen met de laser
willen laten corrigeren, moeten zich wel
aan enkele regels houden. Voordat het
hoornvlies kan worden onderzocht, mogen
harde lenzen vier weken niet worden gedra
gen, zuurstofdoorlatende lenzen twee we
ken niet en mag men zachte lenzen twee
dagen niet in hebben. T.ussen het onder
zoek en de laserbehandeling mogen geen
contactlenzen worden gedragen. De patiën
ten, die zich laten behandelen, moeten een
verklaring ondertekenen waarin staat dat zij
alle verstrekte informatie hebben begrepen.
De eigenlijke behandeling duurt vijf mi
nuten. De eerste vier tot vijf dagen wordt
het oog met een zalfverband behandeld tot
de huidlaag is dichtgegroeid. In die periode
kan de patiënt behoorlijk pijn lijden. Het
tweede oog kan ongeveer een maand later
worden behandeld.
Veilig
„Die behandeling is zeer veilig", benadrukt
Tjia, „in elk geval veiliger dan welke andere
operatie ook. Kans op infectie is gering en
de dosering van de laser wordt met de com
puter gestuurd. Er bestaat geen gevaar dat
de laser te diep gaat. Het oog wordt niet
zwakker: het hoornvlies wordt slechts enke
le duizendsten millimeters dunner. Beper
kingen om te sporten of andere lichamelijke
activiteiten te verrichten, zijn er niet."
REDACTIE BRAM VAN LEEUWEN
Deel indianen
sprak vroeger
Nederlands
NIJMEGEN» ANP
Indianen in New York spraken
en verstonden in de 18de eeuw
Nederlands. Dat blijkt uit diep
gaand speurwerk van de cultu-
reel-antropoloog F. Woj-
ciechowsld van de Nijmeegse
universiteit. Voor zijn proef
schrift bestudeerde hij stukken
over landovemame tussen vroe
gere kolonisten en de lokale In
dianen, brieven en dagboeken
van missionarissen, reizigers en
van de nieuwe bewoners van
Amerika.
Daaruit bleek dat de nog
steeds bestaande twee Paugus-
sett-stammen Golden Hill Pau-
gussett en de Schaghticoke in
de 17de eeuw handel dreven
met de Nederlanders in het
toenmalige Nieuw Amsterdam.
Toen de eerste missionarissen
rond 1740 de stammen bezoch
ten, bleek nog een aantal oude
re stamleden het Nederlands te
beheersen.
De stamleden zijn zeer arm
en nooit als Indiaanse stam er
kend door de VS. Zij kunnen
daarom meedoen aan economi
sche hulpprogramma's. Om er
kend te worden, moeten de In
dianen onder meer aantonen
dat zij vanaf de komst van de
blanken voortdurend als stam
hebben bestaan. Wojciechowski
wil hen met zijn onderzoek
daarbij helpen.
Beschimmeld
voedsel voortaan
sneller ontdekt
WAGENINGEN ANP
Vaststellen of levensmiddelen
zijn besmet met schimmels kan
voortaan veel sneller gebeuren.
Ir. H.J. Kamphuis, gepromo
veerd aan de Landbouw-univer-
siteit in Wageningen, heeft hier
voor een revolutionaire metho
de ontwikkeld. Hij maakte bol
letjes van latex gevuld met stof
fen die reageren op stoffen, die
gevormd worden door schim
mels. De bolletjes worden toe
gevoegd aan voedsel. Klonteren
ze dan is het voedsel besmet en
ongeschikt voor consumptie.
De methode kost hooguit een
half uur en is zeer betrouwbaar.
Tot nu toe moest besmetting
via kweekmethodes worden
vastgesteld. Dat duurt minstens
vijf dagen en toont bovendien
alleen levende schimmels aan.
De bolletjes van Kamphuis spo
ren ook dode bacteriën op, die
nog steeds voedselvergiftiging
kunnen veroorzaken.
mens staat dan veel onderzoe
kers aannemen. „Wij hebben
zogeheten primitieve kenmer
ken gevonden die zowel voor
komen in fossielen van Dryo-
pithecus - een uitgestorven, go-
rilla-achtige mensaap die ooit
in zuidwest- en centraal-Europa
leefde - als bij de hedendaagse
gorilla, maar niet bij de andere
mensachtigen", schrijft Begun
in 'Nature'. „Die kenmerken ko
men we bij veel grote apen te
gen: om die reden moet worden
aangenomen dat ze een andere
gemeenschappelijke voorouder
met dezelfde (primitieve) karak
teristieken hadden dan chim
pansees en mensen".
Onze gemeenschappelijke
voorouders moeten ongeveer
even groot zijn geweest als onze
huidige kinderen rond hun 7de,
8ste levensjaar: ze waren be
haard en hadden een laag voor
hoofd. We weten niet zeker of
ze bij het lopen ook steunden
op hun vingerkoten zoals chim
pansees en gorilla's nu doen.
Open dag chemie
in AZL en
Gorlaeus
Het klinisch chemisch laborato
rium van het Academisch Zie
kenhuis Leiden en het Gorlaeus
Laboratorium doen zaterdag 31
oktober mee aan de landelijke
Open Dag Chemie. Het AZL laat
zien hoe menselijke vloeistoffen
en vaste stoffen worden geana
lyseerd voor de gezondheids
zorg en hoe de apparatuur
waarmee dat wordt gedaan
werkt. Gorlaeus geeft aandacht
aan opderwijs en onderzoek. Er
is een demonstratie hoe onder
zoek plaatsheeft en een lezing
over geur- en smaakstoffen. Be
zoekers mogen zelf proeven ne-
Het AZL is geopend van 10.00
tot 16.00 uur, Gorlaeus van
10.30 tot 15.30 uur.
Kernafval
gedumpt op
Nova Zembla
GRONINGEN GPD
Nova Zembla is door de
voormalige Sovjetunie ge
bruikt voor dumping van
kernafval en het testen van
kernwapens. Er zijn gebruik
te nucleaire onderzeeërs en
ijsbrekers tot zinken ge
bracht. Tevens werd radioac
tief afval gedumpt uit kern
centrales en onderzoeksinsti
tuten op het eiland. Er be
staan 11 dumpplaatsen, waar
12 nucleaire ijsbrekers en
16.000 vaten kernafval liggen.
Dat blijkt uit gegevens van
het Arctisch Centrum van de
Rijksuniversiteit Groningen.
Dr. Louwrens Hacquebord
van dit Centrum doet onder
zoek op Nova Zembla en
heeft het kaartje met de
dumpplaatsen ter beschik
king gesteld. Het kernafval
werd tussen 1964 en 1986 ge
stort. Op twee andere plaat
sen zijn tussen 1958 en 1976
in totaal 131 kernproeven ge
houden, waarvan 90 boven
gronds en 41 ondergronds.
Nova Zembla heeft de twij
felachtige eer de grootste
kernexplosie ter wereld te
hebben meegemaakt. Deze
had plaats in 1961 en had
een kracht van 58 megaton,
vier keer zoveel als de groot
ste kernbom die de VS ooit
tot ontploffing bracht.
Vanaf 1976 vonden de
kemproeven plaats in Ka-
zachstan. De regering van
deze nu zelfstandige staat
heeft kemproeven verboden.
Vandaar dat Rusland voor
toekomstige kemproeven
weer kijkt naar Nova Zembla:
de toekomstige locatie is al
uitgezocht.
Drie opnamen van het 'tiende planeetje', genomen met de NTT-telescoop van de ESO in Chili.
De Amerikaanse astronomen Janet Luu en
David Jewitt hadden eind augustus een gro
te telescoop op Hawaii gericht op een plek
je ergens in het sterrenbeeld Vissen en von
den daar een heel zwak lichtpuntje. Niets
bijzonders, want daar zijn er miljarden van.
Maar dit puntje bewoog uitzonderlijk lang
zaam, zodat het zich op grote afstand
moest bevinden.
Zij konden het object drie nachten ach
tereen observeren, voordat de maan de
waarnemingen begon te storen. In afwach
ting van de afnemende maan gaven zij de
posities van het nieuwe object door aan an
dere observatoria en instituten. Centraal
stond de vraag waar het lichtpuntje zou zijn
te vinden aan de hemel in de tweede helft
van september.
Astronomen van de Europese Zuidelijke
Sterrenwacht (ESO), op de Chileense berg
La Silla, vonden 1992 QB1, zoals het object
inmiddels heette, in september terug. De
Amerikaanse astronoom Brian Marsden,
verbonden aan het Minor Planet Center van
de International Astronomical Union, becij
ferde dat 1992 QB1 zich op ruim 6 miljard
kilometer afstand tot de zon moest bevin
den. Dat is buiten de baan van de verste
(grote) planeet van ons zonnestelsel: de in
1930 ontdekte planeet Pluto.
Maar 1992 QB1 is vele malen kleiner dan
Pluto; het is geen echte planeet maar een
planeetje: een planetoïde. Het zonlicht dat
1992 QB1 in onze richting reflecteert, is
meer dan 6 miljoen maal zwakker dan een
nog net met het blote oog zichtbare ster.
1992 QB1 doet er 262 (aardse) jaren over
om één omloop rond de zon te voltooien,
tegen Pluto 248. Hij moet ongeveer even
groot als Nederland zijn, de schattingen va
riëren van 200 tot 250 kilometer. Men
houdt ook rekening met een verre komeet
die om de een of andere reden een soort
uitbarsting onderging en ineens veel hel
derder werd, maar het is nog te vroeg daar
over uitsluitsel te krijgen. Het is in elk geval
een bijzonder interessant object. Nog nooit
is zo'n klein hemellichaam op z
afstand gevonden. (Bron: ESO)