'We
moeten
nou eens
naast de
kinderen
gaan
staan'
ZATERDAG 10 OKTOBER 1992
In de vrolijke kamer van de grijze kolos waar het
departement van onderwijs is gehuisvest roept hij
verre horizonten op. Vergezichten van zelfbewuste
scholen die niet meer mopperen: 'Er komt zo veel op ons
af, maar die mededelen: 'Wij hebben besloten het ko
mend jaar dat en dat te doen'. Wat zou dat mooi zijn. Ba
sisscholen die nauw samenwerken met het speciaal on
derwijs om zo veel mogelijk kinderen binnen de school te
houden waarin creativiteit en het speelse leren gemeen
goed zijn.
Maar Jacq Wallage ïs niet ontevreden. Immers: 98 pro
cent van de scholen is aangesloten bij een samenwer
kingsverband met het speciaal onderwijs. De weg naar
grotere zelfstandige basisscholen is ingeslagen en zelfs
hebben de bewindslieden van onderwijs en wetenschap
pen anderhalf miljard extra voor het onderwijs los weten
te krijgen. Dat zijn de pluspunten. 'Minister Ritzen en ik
hoeven ons niet te schamen.'
Maar er knaagt iets: „Ik wist dat onderwijsvernieuwing
een zaak van decennia is en dat wetgeving vele jaren kan
duren. Er is veel tot stand gebracht, dat is de éne kant.
Aan de andere kant: Die zo noodzakelijke omslag in mo
tivatie, in klimaat... het is blijven miezeren. Er is niet een
soort omslag van: 'We gaan er eens even fijn tegenaan
met elkaar'. Nee, er wordt nog steeds tegen die overheid
geageerd."
„Als leraren problemen hebben, ligt het vaak aan de
schoolleiding en als directeuren bij mekaar zitten en ze
-hebben problemen dan ligt het vaak aan de wethouder
en als de besturen bij mekaar zitten dan ligt het aan de
staatssecretaris en als de staatssecretaris in zijn eentje zit
dan denkt hij wel eens van, 'Als ik nou maar eens wat van
de minister van financiën kreeg'.
Vol Stadion
Daar zit de teleurstelling: „Je kunt een stadion vol krijgen
voor een demonstratie, waarbij dan wordt geprotesteerd
tegen het feit dat we te veel bezuinigd hebben of omdat
we niet genoeg extra zouden hebben uitgetrokken. Maar
beter zou het zijn als dat stadion vol zou lopen omdat we
over de besteding van die extra gelden nog in de slag
moeten met elkaar." Wie hem niet zou kennen als een
rasoptimist zou verbittering kunnen proeven in zijn
woorden.
„Er is nog een ander aspect. We hebben in dit land een
ontzettend slaafs onderwijsbestel waarin schoolleiders
schriftgeleerden van ministeriële circulaires zijn gewor
den. Een bestel waarin het idee dat je echt zelf verant
woordelijk bent voor het soort onderwijs dat je geeft, er
niet is. Je kunt onmiddellijk wegduiken bij ons. In het
voortgezet onderwijs zie je dat duidelijk. Meer kindge
richt werken? Kan niet want er is een rooster! En dan kun
je wel zeggen: 'Dat rooster is toch niet heilig?' maar dan
komt als antwoord dat het eindexamen weer moet wor
den gehaald. En zo is er altijd wat", zegt Wallage over het
Nederlandse onderwijsbestel dat zich met handen en
voeten gebonden weet aan de regelzucht van Den Haag.
Een verklaring heeft hij er wel voor: „De pedagoog
Kohnstamm stelde eens dat de pedagogische verant
woordelijkheid van de leraar wordt ingedamd door de
formele voorschriften, ook rond de rechtspositie. En zo is
het: de leraar heeft veiligheid gekocht via de rechtspositie
en met onvrijheid betaald. De scholen hebben zekerheid
gekocht bij de rijksoverheid voor de bekostiging en ze
hebben in regulering en in bureaucratisering betaald. Ze
hebben gelijkberechtiging tussen openbaar en bijzonder
onderwijs gekocht en ze hebben in een gebrek aan vrij
heid betaald. En die omstandigheid heeft van onze scho
len organisaties gemaakt waar mensen keihard werken
geen misverstand daarover maar waarin een aantal
professionele basisvoorwaarden onvoldoende zijn ver
vuld."
Bedilzucht
Als het aan Wallage ligt komt er een eind aan die bedil
zucht. Er is geld om te zorgen dat scholen als gewone or
ganisaties aan het werk kunnen. „Ik wil niet zeggen dat ik
vind dat je voor elke handeling apart beloond moet wor
den", zegt de staatssecretaris over zijn omstreden plan
om prestatiebeloning in te voeren, „absoluut niet. Maar
als een leerkracht voor een school nu een plan van aan
pak maakt voor de kwetsbare leerling, dan kan de school
die leerkracht niet extra belonen ook al zou ze dat wil
len niet in tijd en niet in geld."
Daar moet verandering in komen, meent Wallage: „De
school is niet ingericht voor de taak en de verantwoorde
lijkheid die we wel aan haar geven. Daar komt een be-
Staatssecretaris Jacq Wallage:
'Minister Ritzen en ik hoeven ons
niet te schamen'
langrijk deel van de frustratie en de ontevredenheid van
daan. Wij Nederlanders zijn, als we problemen hebben,
gewend ons een zondebok te zoeken, een lievelingszon
debok. En de minister en de staatssecretaris van onder
wijs en wetenschappen genieten een grote voorkeursbe
handeling bij het uitzoeken van zo'n lievelingszonde
bok."
„We hoeven geen georganiseerde huldeblijken", verze
kert Wallage. „Maar ik kwam op de dag van de staking te
rug uit Amerika. In Washington werd een staking voorbe
reid omdat daar drie procent gekort werd op de salaris
sen. Ik kwam aan in een land waar we twee procent extra
uittrekken voor arbeidsvoorwaarden en waar toch de
boosheid en het ongenoegen in die scholen aanwezig is.
„Boosheid", zegt Wallage „die zich 15 tot 20 jaar lang
heeft opgehoopt."
Hij is een wat teleurgesteld sociaal-de
mocraat, jacq Wallage, staatssecretaris
van onderwijs en wetenschappen. Dat
de onderwijsbonden tot actie opriepen
omdat het kabinet de wachtgeldregeling
in het onderwijs wil aantasten, och...
Maar daar hield het niet mee op. ,,Het is
blijven miezeren", zegt Wallage, die ooit
aankondigde dat de Winter van
Deetman' voorbij zou gaan.
„Er zit kennelijk een hoop onvrede die we nog niet weg
hebben. Dat komt ook doordat het vak zwaarder is ge
worden, zonder twijfel. De kinderen zijn rumoeriger,
drukker. Ouders bemoeien zich soms met een grote
mond met de scholen, weten alles beter, hebben allemaal
doorgeleerd, althans een heleboel. Dat maakt van de do
cent die een halve eeuw geleden in zekere zin het alleen
vertoningsrecht had op kennis, nu een professional waar
van er een heleboel zijn. Dat ambacht van leraar heeft
een aantal flinke opdonders gehad, niet alleen in inko
men, maar ook in maatschappelijke waardering. Het is
niet alleen maar een kwestie van geld."
Er is angst bij leraren dat schoolbesturen iets te zeg
gen krijgen over salarissen.
„Natuurlijk bestaan bijzondere-schoolbesturen vaak
uit amateurs, vrijwilligers en misschien moeten we ze
helpen, bij het voeren van personeelsbeleid. Dat kan. We
hebben immers in een eeuw onderwijsbeleid allemaal
heel goed circulaires leren lezen, dan moet het toch ook
mogelijk zijn personeelsbeleid te leren voeren", zegt de
Mallorca
En, feller: „We hebben wèl geleerd de risico's van ons ge
drag op de overheid af te wentelen. Kijk maar naar het ni
veau van de wachtgelden. In een interview met bemidde
laars, zegt één van hen: 'Er zijn ook mensen die 70 pro
cent van 7000 gulden in de maand krijgen en die bellen
we dan om een baan en ze zeggen dan: 'Sorry ik kan niet,
want ik moet volgende week naar Mallorca'. „Kijk, dat is
ook iets wat we met elkaar geleerd hebben. We maken re
gelingen die voor sommige mensen bitter nodig zijn, zé
ker, maar die anderen zo veel rust en welbehagen geven
dat ze niet meer aan het werk gaan. Aan de andere kant:
als we dat voor elkaar hebben kunnen krijgen dan moet
het toch ook mogelijk zijn om in de school gewoon zake
lijk om te gaan met plussen en minnen in het gedrag van
docenten?
Dat zoiets niet in een paar jaar kan, realiseert Wallage
zich terdege. „De omslag moet zijn dat we nou eens
naast die kinderen gaan staan. Dat we dat onderwijspak
ket zo organiseren dat de lol in leren, het leren leren, het
samenwerken, een impuls krijgt en ik weet ook dat dit
veel langer zal duren dan ik zou wensen."
Doch het miezert, stelt Wallage nogmaals vast, het
miezert en graag zou hij zien, dat het onderwijs zich ge-
ruggesteund \veet. Daar is reden toe, vindt hij: „We zijn
stevige pleitbezorgers voor het onderwijs in het kabinet.
In dat opzicht doen we hetzelfde wat Deetman deed.
Knokken, knokken, knokken voor onderwijs, al was daar
toen weinig erkenning voor buiten de deur. Toen we voor
de eerste keer in het kabinet kwamen met het plan te on
derzoeken wat de verschillen in beloning waren tussen
onderwijspersoneel en ambtenaren, kwam er in het kabi
net zo'n stemming van: 'Ja luister eens even, we hebben
allemaal wel eens wat. Wat zllen we nou meemaken? Dat
staat toch niet in het regeerakkoord?'
„Maar", zegt Wallage: „We hebben als kabinet uitein
delijk echt gekozen. Na een reeks van jaren waarin on
derwijs zeker in termen van arbeidsvoorwaarden heeft
moeten inleveren, maken we de klim." Die klim begint
met de afschaffing van de Wiso-korting, een percentuele
korting op onderwijssalarissen, die in het begin van de ja
ren tachtig door WD-minister Pais is uitgevonden. Die
kan verdwijnen per 1 januari. „Dan moet er wel een ak
koord komen, dan moeten we wel snel onderhandelen,
dan moeten de bonden binnenkort wel eens langskomen
om gewoon te beginnen met het gesprek, want anders
verloopt dat moment."
Wallage zegt het dreigend, want in de barre praktijk
van drie jaar staatssecretariaat leerde hij dat verre hori
zonten alleen bereikbaar zijn via de weg van een duide
lijk, concreet beleid. Maar hij houdt ze in zicht, de verge
zichten van een beter onderwijs. „Ik ben er van overtuigd
dat we over vijf of tien jaar niet beoordeeld zullen worden
over de vraag 'was het een stakingsloze periode?' of 'is er
een romance opgebloeid?' of 'hielden ze van die man?'
Minister Ritzen en ik zullen samen worden beoordeeld
op de vraag of we die paar jaar op onderwijs hebben ge
bruikt om het onderwijs, het bestel, de organisatie, de in
richting een flinke duw de goede kant op te geven. En
daarom heb ik nog exact hetzelfde enthousiasme en nog
hetzelfde vertrouwen in de koers als op de eerste dag dat
ik hier kwam."
Staatssecretaris Jacq Wallage van onderwijs e
slaafs onderwijsbestel."
En wat die snelle omdraai-perioden betreft,
landen en weer snel wegwezen... tsja, com
mercie is belangrijk. Maar die zal het nooit
winnen van de veiligheid. Die staat voorop.
Altijd!"
De vlieger vliegt alleen als hij vertrouwen
heeft in de veiligheid van zijn vliegtuig. Bak
steen: „Wij geven onze garantie af met ons
eigen hachje. Het is technisch geen enkel
probleem ons van een schietstoel en een pa
rachute te voorzien. Zoals in militaire toestel
len. Maar daar is crashen een wezenlijk on
derdeel van het vliegen. Onze grondhouding
is positief, wij willen sowieso overleven."
Baksteen vervolgt: „Een paar jaar geleden
'.o-piloot: „Driehonderdvr_>t.
Co-piloot Tweehonderd voet.
Iezagvoerder: „Ikzit op MDA" (minimale
dalingshoogte)
iezagvoerder: „Ikga nu horizontaal
vliegen.
Co-piloot: „Honderd en vijftig voet."
Boordwerktuigkundige: „Trek op!"
Er volgt een eerste klap, geluiden in de
cockpit.
Boordwerktuigkundige: „Trek op!"
Boordwerktuigkundige: „Dat is het. Ik ben
dood"
i Ramp op 7 juni met DC-8 van SLM hij
vliegveld Zanderij in Suriname. 176 doden.
Mogelijk oorzaak: bemanning heeft ten on
rechte gebruik willen maken van het IlS,
eep navigatie-hulpsysteem bij de landing.
Het was al maanden voorde ramp bekend
dal het ILS op Zanderij niet betrouwbaar
was. kl.M-vliegers op Zanderij was verbo
den dit systeem te gebruiken.
kwam boven Polen een straaljager in de pro
blemen. De piloot dacht dat zijn toestel zou
crashen en bevrijdde zich. Maar die kist
vloog door en stortte neer nadat het eerst Ne
derland van oost naar west had doorkruist...
Met een verkeersvliegtuig mag zoiets natuur
lijk nooit gebeuren."
Niettemin: een militair vliegtuig dat onbe-
stuurd het luchtruim doorklieft... Bert Bakker,
voorzitter van de International Federation of
Airline Pilots Associations, wees er deze week
in Vrij Nederland nog op dat het bijna onver
mijdelijk is dat er ooit een militair vliegtuig
met een burgertoestel in botsing komt. Bak
steen: „Dat zijn de woorden van Bakker,
maar inderdaad, het zou kunnen."
Alles zou kunnen, zoals zondagavond even
over half zeven bleek. Waarbij dan ook nog
moet worden bedacht dat er in de Bijlmer
net zo goed een passagierstoestel had kun
nen neerstorten. Croon: „Ik ontken dat ook
niet, maar aan de andere kant... blijkt het ver
trouwen dat de mensen in vliegtuigen heb
ben ook niet uit het feit dat niemand kijkt als
de stewardess uitlegt hoe de zuurstofmaskers
werken en waar de nooduitgangen zitten en
hoe de zwemvesten moeten worden opge
blazen? De meesten blijven gewoon hun
krant lezen. Ik let altijd goed op."
Heeft hij dan minder vertrouwen? Croon
met een kort lachje: „Nee, natuurlijk niet.
Maar - ook al is de kans daarop miniem - ik
besef als weinig anderen dat er altijd wat kan
gebeuren."
De vet gedrukte tussenvoegsels zijn citaten
uit het boek De Zwarte Doos (hoofdstuk:
/Matste gesprekken uit de cockpit) van Wibo
Burgers (Uitgeverij Elmar).
Gezagvoerder „Toe dan. Gauw,
vijfhonderd voet, meer hebben we niet
nodig. Kom op, toe dan... Even klimmen."
Gezagvoerder: „We glijden af, we vallen."
Co-piloot: „Larry, we gaan naar
beneden...
Gezagvoerder: „Ik weet het...
(Ramp op 13 januari met Boeing 737 van
Air Florida in omgeving Washington, 74
doden. Mogelijk oorzaak: menselijk falen)
Co-piloot: „Wat is er gebeurd?"
Gezagvoerder: „De cabine is leeggezogen.
Co-piloot: „Weet je het zeker?"
Gezagvoerder: „Optrekken. Trek op die
Co-piloot: „Ik kijg hem niet omhoog. Hij
Gezagvoerder: „Ik vraag me af wat het is,
wat het is."
Boordwerktuigkundige: „Er is geen
luchtdruk meer in de cabine.
Co-piloot: „Zevenduizend voet (ruim 2100
meter).
(Een alarm geeft aan dat het vliegtuig de
maximumsnelheid heeft overschreden)
Gezagvoerder: „Hydraulica"
Co-piloot: „Uitgevallen... Oei, oei."
Gezagvoerder: „Het ziet er naar uit dat we
tegen de grond slaan.
(Geraas van de inslag, er zijn 56 seconden
verstreken)
(Ramp op 3 maart 1974 met een Turkse
DC-10 met 346 mensen aan boord kort na
de start van het vliegveld Orly bij Parijs.
Oorzaak: het opengaan van de vrachtdeur
waardoor een groot drukverschil tussen
vrachtruimte en passagiersafdeling ont
stond. Daardoor bezweek de cabinevloer
met daarin de besturingskabels, zodat toe
stel onbestuurbaar werd.)