Voor Hans Alders blijft het dweilen met de kraan open Icio Staatssecretaris Simons is veel te optimistisch Welslagen onderwijsbeleid staat niet vast Prinsjesdag DINSDAG 15 SEPTEMBER 1992 14 Nederland vindt portemonnee belangrijker dan het milieu Drie jaar geleden werd Hans Alders minister van volkshuisvesting, ruimtelijke orde ning, en vooral milieu. Door zo'n baan verandert een mens, weet menig oud-minister. Tot voor kort was daarvan bij Alders, naar buiten toe, niets te merken. De regenbui aan woorden en niet te volgen bijzinnen die hij vanaf zijn eerste optreden over parlement en volk uitstortte, hield onverminderd aan. En hoe moeilijk een plan, een idee of een beleid ook te verwezenlijken viel: Alders toonde zich altijd optimistisch. Slechts als een door hem gewenste beleidsontwikkeling geen enkele kans maakte, was hij „gematigd optimistisch". 15 september '92 VOLKSHUISVESTING' RUIMTELIJKE De meest in het oog springende punten uit de begroting van minis ter Alders en staatssecretaris Heerma zijn: Ingaande 1994 zijn alle gemeenten verplicht het groente-, fruit- en tuinafval gescheiden in te zamelen. Er worden technische maatregelen getroffen die vervuiling door het verkeer tegengaan. Onderzocht zal worden of het mogelijk is in 1994 de mate waarin een auto het milieu vervuilt tot uitdrukking te brengen in de tarieven motorrijtuigenbelasting. Het programma voor ingrijpende renovatie van vooroorlogse huur woningen wordt verminderd met 3.000 woningen. De opbrengst wordt geraamd op 26 miljoen in 1993, oplopend tot 60 miljoen in 1997. Op grond van een hogere immigratie dan verwacht, zijn de wo- ningbouwprognoses voor 1993 tot 1997 verhoogd tot ongeveer 100.000 woningen per jaar. Alders woordenvloed is nog im mer niet gestuit. Zijn optimisme over een adequate voortgang van het milieubeleid, lijkt echter een deuk te hebben opgelopen. „Ik voel me vaak een eeniing, ook in het kabinet", verzuchtte hij vorige week tijdens een spreekbeurt in Den Haag. En tijdens zijn persconferentie over de begroting: „Het milieubeleid zit nu in een cruciale fase. Er is een ongekend grote inzet nodig, want vaak werken we tegen de verdrukking in". Alders staat voor het pro bleem dat de voor het jaar 2000 beoogde vermindering van de milieuvervuiling op vele fronten bij lange na niet gehaald zal worden. Zo gebruiken de nieuwste afwasmachines min der energie dan die van tien jaar terug, maar zolang de verkoop van die machines blijft stijgen, wordt het energieverbruik er niks minder op. Het is prachtig dat steeds meer auto's worden uitgerust met een katalysator en dat het gebruik van zwavelarme diesel zal worden gestimuleerd. Dat werpt vruchten af. Maar onder tussen neemt de uitstoot van het broeikasgas C02 door het verkeer volgend jaar wederom toe. De Nederlanders kopen na- Kosten gezondheidszorg lopen uit de hand DEN HAAG CAREi GOSEUNG Staatssecretaris Simons (volks gezondheid) zit financieel klem. De kosten in de gezondheids zorg stijgen zo hard dat hij geld dat hij voor 1993 opzij had ge zet voor nieuwe dingen, moet inleveren. De gereserveerde 90 miljoen gulden verdwijnen in de schatkist. Een verrassing zal het voor de staatssecretaris niet zijn ge weest. Tenminste, als hij de Ma cro Economische Verkenning (MEV) 1993 van het Centraal Planbureau (CPB) heeft gelezen. Daarin wordt hem, zij het in be dekte termen, duidelijk te ver staan gegeven dat zijn bereke ningen voor volgend jaar te op timistisch zijn geweest. Zo concludeert het CPB dat de mogelijkheden om in 1993 binnen het budget te blijven onder druk staan. Daarvoor zijn drie redenen. Ten eerste: veel omvangrijker nabetalingen aan ziekenhuizen die via de tarieven moeten worden opgebracht. Was eerst nog gerekend met 900 miljoen gulden, inmiddels is dat 1,5 miljard geworden. Ten tweede zijn de CAO's in de zorgsector duurder uitgeval len. Er zit een loonstijging in van gemiddeld 5,2 procent. Als de sector daarvoor zelf geen fi nanciële compensatie vindt, moet er 300 miljoen gulden op tafel komen. Ten derde verwijt het CPB Si mons een veel te rooskleurige kijk op de kostenontwikkeling bij medicijnen, kunst- en hulp middelen en omzetten van spe cialisten. De door Simons ge hanteerde veronderstellingen zijn in de ogen van het planbu reau „heroïsch, gelet op de his- In de Miljoenennota 1993 wordt er inmiddels van uitge gaan dat de kosten van de ge zondheidszorg komend jaar met 1 miljard gulden zullen stij gen. Terwijl Simons zelf in eer ste instantie nog rekening hield met een kostendaling van zo'n 500 miljoen gulden. Het gebruik van de zorg zal komend jaar met zo'n 1,2 pro cent toenemen, zo blijkt uit de laatste berekeningen. Dat is heel wat anders dan de voorzie ne daling met 0,2 procent. De prijsstijging in de zorg zal 4,4 procent zijn, zo is de verwach ting. Hoe het financieel precies in elkaar zit, moet Simons nog be kend maken in het Financieel Overzicht Zorg (FOZ) een stuk dat eigenlijk bij de Mil joenennota zou moeten zitten, maar al jaren ontbreekt. Wat ook ontbreekt, is de voortgang van de stelselherzie ning gezondheidszorg: het plan-Simons. Na alle gekrakeel rond het plan is het nu stil. Het wordt even genoemd, ook in de begroting van Simons, maar daarbij blijft het. De doelstellin gen staan nog eens aangegeven. Meer niet. Vast staat nu wel, dat er per 1 januari 1993 geen enkele voor ziening uit het ziekenfonds naar de AWBZ (Algemene Wet Bij zondere Ziektekosten, de toe komstige basisverzekering) gaat. Ook niet de kraamzorg, iets dat Simons een paar maan den terug nog wilde. Hetzelfde geldt voor het voor nemen om de strakke AWBZ-re- gels in de sectoren verpleging en verzorging om te zetten in melijk steeds duurdere, dus zwaardere en grotere auto's. En ook het aantal door vracht- en personenauto's gereden kilo meters blijft stijgen. Of neemt het elektriciteits plan van de regering, dat in mei van dit jaar is uitgebracht. Daar in staat dat de uitstoot van C02 niet zal dalen ten opzichte van 1990. Weliswaar zal de uitstoot enorm worden teruggedrongen door milieu- en besparings maatregelen, maar die winst wordt volledig teniet gedaan door de te verwachten econo mische groei. De duurzame samenleving waarvan het kabinet de mond vol heeft, zal zodoende altijd achter de horizon blijven liggen zolang economische groei het toverwoord blijft en er niet wordt ingegrepen in de huidige produktie- en consumptiedrift. Velen vinden dat we maar eens af moeten van die produktie- en consumptiedrift totdat de in houd van de eigen portemon nee in het geding komt. Dan botst Alders op een muur van verzet. Dat was bijvoorbeeld eind ju ni het geval, toen de minister het waagde kanttekeningen te plaatsen bij de loonsverhoging van vijf procent voor het perso neel in ziekenhuizen en bejaar denoorden. loonsverhogingen, zei Alders, leiden tot meer con sumptie en dat is schadelijk voor het milieu. „Als we echt menen dat we kiezen voor een duurzame samenleving, dan zullen we moeten stoppen met het almaar meer", vervolgde hij. Of we daarover eens willen na denken. Nee dus. De vakbonden bromden dat Alders zich met zijn eigen zaken moest bemoei en. Diezelfde houding is te zien bij het bedrijfsleven, dat alle krachten mobiliseert om invoe ring te voorkomen van groot scheepse energieheffingen, waarvoor Alders zich het vuur uit de sloffen loopt. Eenzijdige invoering daarvan, alleen in Ne derland, is alleen officieel nog niet van de baan. Invoering in Europees verband, waar het ka binet naar streeft, lijkt onhaal baar omdat diverse Europese landen daar pas aan willen, als ook de Verenigde Staten en Ja pan meedoen. Maar die willen niet. Inmiddels mist Alders ook de steun van Duitsland. Milieu beleid is daar naar de achter grond geschoven, nu men er de handen vol heeft aan de een wording. En in het kabinet gaat menig collega even iets anders doen als Alders op zijn stokpaardje gaat rijden. Zijn pleidooi om de op handen zijnde BTW-verla- ging niet te laten gelden voor milieubelastende produkten ging kansloos ten onder in de discussies over lastenverlichting en infiatiebestrijding. Het beleid van Alders gaat dus op de oude voet voort: dweilen, terwijl de kraan open blijft. Noodgedwon gen moet hij het blijven zoeken in kwaliteitsverbetering van de dweil. Leraren afkerig van prestatiebeloning DEN HAAG MARIA SITNIAKOWSKY Meer geld voor de leraar, min der geld voor de oudere stu dent. Dat is de kern van het on derwijsbeleid van de PvdA-be windslieden Ritzen en Wallage. In de begroting voor 1993 leg gen zij duidelijke accenten. Dat betekent extra geld voor salarissen oplopend van 211 miljoen in 1993 tot 633 miljoen in 1996. De universiteiten en hogescholen krijgen minder geld. Ze mogen dat verhalen op oudere studenten door een ho ger collegegeld te berekenen. Het gaat om de groeiende groep mensen die na hun 26e een stu die begint. Vooral vijftigplussers zijn een populaire doelgroep voor de universiteiten, die heel wat studies voor ouderen heb ben opgezet om zo het studen tental op peil te houden. Voor trage studenten komt er een stok achter de deur wie niet opschiet wacht een korting op de beurs. „Natuurlijk is het belangrijk dat studenten zich ontplooien, maar dat behoeft de overheid niet te betalen", aldus Ritzen bij de presentatie van de onderwijsbegroting. „Voor de machinebankwerker doen we dat ook niet." Prikkelender is het arbeids voorwaardenbeleid dat Ritzen en Wallage voor ogen staat. Loonbeleid in het ondewijs is van belang: de 33 miljard die het ministerie te besteden heeft, wordt voor het leeuwedeel aan loonkosten uitgegeven. Al snel na zijn aantreden in 1990 meldde onderwijs- econoom Ritzen dat de positie van de leraar verbetering be hoeft. Maar niet via een alge mene salarisverhoging. De be windslieden willen in het on- Onderwijzers moeten beloning naa Amsterdamse Pijp les geeft. derwijs een vorm van prestatie beloning invoeren. „Er zijn lera ren die dag en nacht werken en er zijn leraren die niet weten hoe snel ze op de camping moeten komen", aldus staatsse cretaris Wallage. En: „Het maakt nogal wat uit of je leraar bent in Appelscha of in de Am sterdamse Pijp". Die verschillen moeten in de beloning tot uitdrukking ko men. De bewindslieden hebben gelijk en geen weldenkend mens zal dat bestrijden. Maar in de politiek gaat het niet om ge lijk hebben, maar om gelijk krij gen En het is de vraag of de bonden akkoord gaan met de differentiatie in de onderwijssa- larissen. „Het wordt geen makkkie", geeft Wallage, eerste- verantwoordelijke voor het ar beidsvoorwaardenbeleid, toe. Met dat beleid zetten Ritzen en Wallage hoog in. De bonzen in vakbondsland zijn wellicht te vinden voor de nieuwe aanpak, de achterban denkt er anders over. Dat bleek drie jaar geleden al toen de grootste onderwijs- vakbond, de ABOP, in het rap port 'De bedrijvige school' een voorzichtige eerste stap zette op weg naar de invoering van een prestatiebeloning. 'De bedrijvi ge school' stierf een zachte dood in de bureaula. Het onderwijs voelt niet voor prestatiebeloning. Leraren hou den vast aan een 'platte organi satie'. Het onderwijs doet graag alsof iedere docent even ijverig en even kundig is. Iedere leraar verdient hetzelfde als zijn colle ga met evenveel dienstjaren en ieder is koning in eigen klas. Wat hij daar doet, weet nie mand: zelfs de directeur be moeit zich niet met de gang van zaken in de klas, zo blijkt uit het veel globalere, zodat iemand veel sneller kan overstappen van bijvoorbeeld een bejaar denoord naar een verzorgings- of verpleeghuis. Het feit dat het allemaal niet meer doorgaat, heeft vooral een inkomenspolitieke achtergrond. Meer voorzieningen in de AWBZ zou de vaste (nominale) premie sterk hebben opgedre ven. En dat had het hele 'koop krachtplaatje' overhoop ge gooid. De nominale premie AWBZ gaat nu van 130 naar 133 gul den per volwassene per jaar. De nominale premie in het zieken fonds daalt: van 198 naar 185 gulden. De procentuele premies AWBZ en ziekenfonds (die af hankelijk zijn van het inkomen) stijgen met 0,15 procent. En wil iemand in 1993 nog in het zie kenfonds vallen dan mag het in komen niet hoger zijn dan 56.650 gulden bruto per jaar (2.000 gulden meer dan de hui dige grens). De meest In het oog springende plannen van mininster d' Ancona zijn: De regeling voor opvang van asielzoekers wordt aangescherpt voor gedoogde asielzoekers. Dat zijn degenen die geen verblijfsvergunning hebben gekregen, maar nog niet kunnen worden uitgezet wegens de toestand in hun land. Het gaat om duizenden gedoogden. Het ministerie gaat volgend jaar aan de hand van speciale TV-pro- gramma's aandacht besteden aan de beeldvorming over verstandelijke gehandicapten. Het budget voor incidentele subsidies voor beeldende kunsten gaat 3 miljoen gulden omlaag. Versterking architectuurbeleid. Het Nederlands Architectuurinstituut krijgt 5,4 miljoen gulden, het Beriage-instituut 1,01 miljoen. De drie belangrijkste beleidsvoornemens van het duo Ritzen-Wallage zijn: Aanlokkelijk maken van het beroep van leraar. Opkrikken van de kwaliteit van het onderwijs. Wegwerken van de wachtlijsten voor cursussen Nederlands voor mi granten. Voor salarisverhogingen in het onderwijs is 211 miljoen beschikbaar in 1993. In weerwil van wat de bonden vinden, gooien Ritzen en Wal lage niet de aanvangssalarissen over de hele linie omhoog. rapport van de onderwijsin spectie dat tegelijk met de be groting is verschenen. De vlijtige docent verdient in de ogen van de bewindslieden strqks meer dan de luilak, maar wie beoordeelt dat? Ook heeft de invoering van prestatiebeloning verstrekkende gevolgen voor de gang va ken binnen school. De beterbe taalde docent is blijkbaar kun diger en mag zich dus bemoei en met de minder goede leer kracht. Dat is bedreigend de leraar die graag zelf de keize der kinderen blijft. Er schuilt nog een tweede ri sico in het beleid van Ritzen en Wallage. Dat heeft te maken met een denkfout die veel be leidsmakers eigen is. Het PvdA- duo redeneert als volgt: verbeter de positie van de leerkracht, dan krijg je meer en betere lera ren. Betere leraren geven beter les, dus neemt de kwaliteit van het onderwijs toe en leveren kinderen betere prestaties. Zo simpel zit de wereld echter niet in elkaar. Er zijn veel meer factoren die de kwaliteit van het onderwijs bepalen. Dat weten de bewindslieden ook wel. maai er zijn nauwelijks mogelijkhe den om het doen en laten van leerkrachten in de klas te beïn vloeden. Dat kan wél door de kwaliteit van de lerarenoplei dingen te verbeteren. heeft de overheid meer greep op, omdat ze zelf de voorn ste 'afnemer' is van de afgestu deerden. Bovendien is het mo gelijk aan de poort van de lera renopleiding te selecteren. Het verhaal van Ritzen en Wallage is dus niet af. Tot 1994 weten ze wat ze te doen staat.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1992 | | pagina 14