Winter
1992-'93:
dient de man
het gemak
Mode
ZATERDAG 22 AUGUSTUS 1992
REDACTIE: HENRIETTE VAN DER HOEV|
Colbert met rits en
'Werkmanstrend'
Donkere kleuren domineren het
nieuwe mannenmodebeeld: veel
zwart, antraciet en grijstinten, ma
rineblauw, maar ook taupe, diep Vooral in jassen en kostuums komen de klassieke vormen terug.
Parka's met veel diepe zakken
De verscheidenheid aan jasvor-
men is groot. Overigens zonder
dat er allerlei nieuwe modellen
op de markt komen. Eerder is
gekozen voor een herinvoering
van reeds bestaande, maar wat
in de vergetelheid geraakte jas
sen. Zo zien we volgende winter
traditionele wollen winterjassen
met een knoopsluiting midden
voor en een kleine kraag, maar
ook redingotejassen met een
lange reverskraag en een cein
tuur en trench-coats.
De lange jas wordt vaak vervan
gen door een halflange caban
met grote opgestikte zakken,
wat vierkante dekenjasjes met
ruitdessin of fantasiemotieven
en driekwart montycoats, al dan
niet met capuchon. Nog popu
lairder is de parka met een
koordje in de taille en soms een
afritsbare capuchon. De parka's
hebben, net als de kortere, dik
gevulde jacks doorgaans veel
diepe zakken (met ritsen) en
dubbele sluitingen.
Onmiskenbaar conventioneel,
maar toch weer helemaal nieuj
zijn de wat verweerd uitziende
'wax-coats' en 'schippersjas
sen', die niet zelden van een ge
ruite wollen voering zijn voor
zien.
De details zorgen met name bij
de jacks voor enige levendig
heid, zoals de verschillende
kleurvlakken, de applicaties op
kragen (van suède of ribcord)
en de vele stiksels, onder meer
op de mouwen.
Voor de jongeren komen hier
allerlei baseballjacks met con
trasterende mouwen en gebrei
de boorden en stoere leren mo
tor- en bomberjacks, versierd
met metalen ritsen, drukkno
pen en stiksels bij.
Een
beetje stoer mag deze winter. Links een bouclé colbert met daaronder een shirt met lange mouw in minimal dessin, rechts een western shirt
foto peek cloppenburc
Hommage aan stoere werklieden
Sportieve kabeltruien uit de collectie van Sissy Boy. foto rt
Een hoofrol voor truien
In het wintermodebeeld is voor
de trui een hoofdrol weggelegd.
Heel authentiek zien de stoere
Ierse visserstruien met hun in
gewikkelde kabelpatronen er
uit, maar ook de stevige, gerib
belde truien met een opstaande
hals met knopen of een ritsje.
Aan het hoge Noorden doen de
pullovers met ingebreide ijskris
taldessins en Noorse randmo-
tieven denken, maar daarnaast
zijn er ook tal van truien met in1
gebreide geometrische of ab
stracte desins. Deze modellen
hebben doorgaans een ronde
hals of V-hals.
Hoewel de herensokken meestal verborgen blijven, is er de nodige aan
dacht aan besteed. Op deze sokken uit de collectie van Kunert wordt de
verbondenheid met de natuur tot uitdrukking gebracht foto pi
Humor op dassen en sokken
Zo traditioneel als de nieuwe
mannenmode over het alge
meen is, zo weinig conventio
neel zijn de accessoires. De hu-
r in de mode heeft zich ver
plaatst naar de dassen en de
sokken. Steeds meer sokken
vertonen opvallende, vaak ko
mische dessins met afbeeldin
gen van bij voorbeeld stripfigu-
i. Soms zijn de afbeeldingen
zelfs zo geplaatst dat er duide
lijk sprake is van een linker- en
i rechtersok, die samen een
symmetrisch beeld opleveren.
De dassen zorgen al evenzeer
voor vrolijkheid. Ook hierop
vinden we soms humoristische
prints terug, maar ook opvallen*
de vlekmotieven, grote noppen,
geometrische dessins en afbeel
dingen die aan moderne kunst
doen denken. En dat alles in vrij
sprekende, zij het geen harde
kleuren. De breedte van de das,
die best royaal kan worden ge
noemd, draagt er nog eens toe
bij dat deze goed zal opvallen in
het over het algemeen toch wat
sobere en sombere herenmode
beeld.
waarbij de ruiten een belangrijke
rol spelen. Ingetogen zijn allerlei
minuscule werkjes, zoals faux-
uni's, vage krijtstreepjes, vis-
graatjes, micro-Vichyruitjes, pied-
de-poules en geleidelijk aan wat
grotere pied-de-coq-ruiten (behal
ve in zwart/wit ook in bij voor
beeld groen/zwart en rood/zwart)
en prince-de-Galles-ruiten. Een
stuk uitbundiger zijn de vele
Schotse ruiten, de deken- en hout
hakkersruiten, die we niet alleen
op overhemden, maar ook op jas
sen en colberts tegenkomen. De
breisels vertonen bovendien nog
een veelheid aan Noorse motieven,
ijskristallen en folkloristische rand-
dessins, maar ook de ingebreide
kabelpartonen leveren hier een le
vendig beeld op.
Alleen in de jongerenmode vin
den we nog grote teksten en num
mers of 'plaatjes' op baseball
jacks, motorjacks en denimjasjes
en -hemden.
Dé overhemden voegen nog wat
extra dessins aan het geheel toe.
Behalve veel ruiten keren daarop
ook de traditionele strepen, maar
tevens de vage vlek- en veegdes-
sins in allerlei variaties terug.
Stoffen
In een warm modebeeld kan het
niet anders of de stoffen hebben
een behaaglijke uitstraling. De
gladde wolkwaliteiten lopen dan
ook wat terug ten gunste van de
wat ruwere varianten met een dui
delijk hogere 'aaibaarheidsfactor',
zoals de mengingen van wol met
cashmere en de 'dekenstoffen'.
Flanel is bijna letterlijk een 'hot
item', zeker de zware flanelkwali
teiten. Ook ribcord neemt een be
langrijke plaats in het stoffenbeeld
in, maar opvallender nog zijn de
stevige, gecoate materialen met
een vettige finish met was, zoals
oliedoek of nylon. De microfibres
rukken bovendien nog wat verder
op.
Denim is speciaal voor het ko
mende wintermodebeeld aange
past. Dank zij een nieuwe weef-
techniek en herhaalde wassingen
is het denim komende winter wat
fijner van structuur en vooral veel
soepeler in het dragen. Dat laatste
geldt ook voor de vele, vooral dun
ne tricots.
Een belangrijke trend is dan ook
volledig afgestemd op de dracht
van de mannen, die met zwaar
werk in de buitenlucht hun boter
ham verdienen: vissers, havenar
beiders, houthakkers en jagers.
Aanmerkelijk klassieker is de for
mele lijn, hoewel de man ook
daarin niet echt 'op chic' gaat. Tra
ditionele vormen voor jassen, kos
tuums en combinaties in donkere,
amper te definiëren kleuren zor
gen voor een vrij onopvallend
beeld. Wat spannender is de meer
sportieve trend, waarvoor het hoge
Noorden met zijn kale bergen en
mistige sneeuwvlakten als inspira
tiebron heeft gediend. Niet alleen
vanwege de fraaie dessins in de ve
le breisels, maar ook door de zach
te verijsde pastelkleuren.
Het overhemd wordt steeds vaker vervangen door een
dunne pulli eventueel met een ritsje of knoopsluiting.
foto mac&maccie
De jeansmode en de mode voor
de jonge man sluit goed aan bij de
'werkmanstrend': de kleding heeft
een duidelijk 'doorleefde' uitstra
ling, een traditionele vo'rmgeving
en is vooral soepel, zacht en warm.
Kleuren
ruime bandplooibroek
De colberts zijn vrij slank
gesneden, maar bieden
voldoende bewegingsvrij
heid en reiken tot royaal
over de heupen. De jasjes
hebben merendeels een
sluiting middenvoor met
één, twee of drie knopen
of een overslagsluiting
met zes knopen en op
staande revers of haakre-
vers. Slechts hier en daar
vallen wat nieuwe jasjes
modellen op, zoals de col
berts met een ritssluiting
middenvoor, maar deze
lijken vooralsnog alleen
voor de avant-garde weg-
gelegd.
De broeken zijn vrij roy
aal, met bandplooien en
vallen ruim over de
schoenen. Wat aanslui-
tender zijn de ribcord-
broeken, terwijl de jeans
juist zijn teruggekeerd tot
de oorspronkelijke vorm:
strak met rechte pijpen
tot op de schoenen.
De overhemden kunnen
geheel in stijl met het jas
je of de broek worden ge
kozen. Voor onder klas
sieke kostuums zijn er
klassieke overhemden,
unikleurig of met een de
cent streepjesdessin, dan
wel een onopvallend
jaquardmotiefje. Sommi
ge van deze gekleurde
hemden zijn afgewerkt
met een wit boord en wit
te manchetten.
Maar voor wie wat spre-
kenders zoekt zijn er
volop geruite overhem
den, zowel met fijne
(Vichy)ruitjes als met
Schotse ruiten of hout
hakkereruiten. Met name
de dikke flanelhemden lij
ken bedoeld om over de
broek te worden gedra
gen. Het achterpand is
om die reden dikwijls lan
ger dan de voorpanden.
De modische hemden
dus ook de shirts met
bonte vlekdessins, al dan
niet gecombineerd met
jaquardmotieven val
len ook wat ruimer dan de
'gewone' overhemden.
Vrijwel alle hemden heb
ben enigszins verlengde
boordpunten. Ook
buttondown-kragen ko
men veel voor en nieuw
zijn de 'wide-spread-
boorden' met uitstaande
punten.
In plaats van een over
hemd wordt steeds vaker
een dunne pulli met een
col of turtle-neck, dan wel
een poloshirt gedragen.
Sterk in opmars zijn de
geribbelde pulli's met een
ritsje aan de hals of een
knoopsluiting, die in de
verte doen denken aan
ouderwets jaegeronder
goed.
Wat draagt de man naar z'n werk? Gemakkelijke kleding. En
hoe loopt hij er bij in z'n vrije tijd? In diezelfde gemakkelijke
kleding. Gemak dient per slot van rekening de mens. Dat lijkt
de boodschap die de modemakers voor herfst en winter '92-
'93 voor de man in petto hebben.
Een mode met een natuurlijke belijning, een scala van die
pe, subtiele kleuren en vooral zachte materialen. Met een dui
delijk klassieke inslag, maar ook met veel sportieve trekjes.
Het verschil tussen formele kleding en vrijetijdskleding is
daarmee vrijwel volledig vervaagd.
bordeauxrood, donker flesse- en
olijfgroen, petrol en aubergine, alle
een tikkeltje vergrijsd. Maar er zijn
ook warmere kleuren, zoals de vele
nuances van het herfstbos met al
lerlei bruintinten en rood- en
groenschakeringen, zoals roest,
terra cotta, dennegroen, mosterd
en hazelnoot, maar ook maïsgeel
en oranje. Hier en daar aangevuld
met echt levendige kleuren rood,
geel, grasgroen en aqua. De ver
grijsde ijspastels (veel ecru, wit, ro-
zehout, ijsblauw en grijs) nemen
een heel aparte plaats in het kleu
rengamma in.
De dessinering varieert van zeer
ingetogen tot juist uitbundig,
Dat de man van deze tijd het niet
langer zoekt in allerlei poespas valt
duidelijk aan z'n kleding af te le
zen. Een colbert is weer 'gewoon'
een colbert en een broek is een
broek. Zonder veel details. Een
voudig, maar wel praktisch. En
warm. Vooral lekker warm. Die be
haaglijkheid straalt als het ware
van de kleding af. Ongeacht voor
welke trend men ook kiest, de
zachte, geruwde of juist stevige
stoffen, de veelheid aan breisels en
de diepe, donkere kleuren zijn
kennelijk bedoeld om de meest
barre winterkou te trotseren.