'Door over de muur te gaan vergroot je je gevangenis'
'Gestolen Rembrandt hang je
aan de muur. Maar zo'n ei?'
Het Gesprek van de Zomerdag
De Leidse 'r' op een
klein Fries eilandje
DINSDAG 4 AUGUSTUS 1992
11
DOOR DE OLYMPISCHE BRIL VAN...
Terwijl zijn verzorgers treuren, stapt de Casuaris Casuaris rond alsof er niets aan de hand is.
Casuaris Casuaris treurt niet om verlies nageslacht
De haan stapt vrolijk rond. Een
hapje van de haag hier, een
hapje van de struik daar. Aan
niets is te zien dat de struisvo
gelvader Casuaris Casuaris
treurt om het verlies van zijn
nageslacht. Moeders lijkt het
verlies van de twee eieren al he
lemaal koud te laten. In het hok
naast de haan staat ze on
genaakbaar te staan. De verzor
gers van het Alphense vogelpark
Avifauna balen des te erger.
„We zijn hier maanden mee be
zig geweest", vertelt Hans van
der Sluis. „Wachten, wachten,
wachten. En dan gebeurt er dit.
Kunnen we weer helemaal op
nieuw beginnen."
De haan had nog maar twintig
dagen te gaan en dan zou hij
zijn twee eieren hebben uitge
broed. Afgelopen weekeinde
werden zijn toekomstige sprui
ten uit zijn omheinde dofnein
gestolen. „We snappen nog niet
hoe ze dat hebben gedaan",
zegt Van der Sluis. „De casuaris
is heel agressief als hij broedt.
Ze hebben enorme nagels aan
hun poten. Als de vogel je aan
vliegt, rijt hij zo je borst open.
Vooral die middelste nagel is
net een dolk. De dieven moeten
dan ook wel met zijn drieën zijn
geweest. Twee om hem af té lei
den en misschien hebben ze 'm
met bezems afgeweerd."
Het vogelpark is bewaakt.
„Maar ja, die bewaker zat mis
schien net aan een heel andere
kant. De hotelgasten kunnen
ook zo het park in. En de casua
ris maakt niet veel geluid. Hij
boenkt. Het gaat een beetje
zoals dit." Van der Sluis laat een
laag, dof'boenk-boenk-boenk'
horen. Niet een geluid waarmee
het dier het hele park had kun
nen alarmeren. Met als gevolg
dat de casuaris zijn twee mint-
groene eieren van 15 centimeter
lang en een doorsnee van 7,5
cm dik kwijt is.
Sliertjes
Het slachtoffer drentelt naar
zijn bezoekers toe. Het beest is
niet direct een schoonheid te
noemen. Zijn scherpe snavel
komt tot navelhoogte. Op zijn
kop een verhoomde knobbel.
„Het is een helmcasuaris", legt
de verzorger uit. „Dat is om zijn
kop te beschermen want in
Nieuw-Guinea, waar het beest
vandaan komt, racet hij door de
bush." Het turkooise op de bo
venste helft van zijn kop gaat
over in blauw. Aan de achter
kant van zijn nek heeft hij een
oranje uitloper.
Waar mensen een adamsappel
hebben, hangen bij de helmca
suaris aan de buitenkant twee
rode sliertjes. Zijn zwarte, don
zige verendek oogt zeef uitnodi
gend. Maar de drie tenen met
akelig lange nagels onderdruk
ken snel elke aaineiging. Boven
dien heeft het dier nog wat
scherps aan zijn lijf hangen.
„Zie je die breipennen uit zijn
zij steken? De vogel heeft vroe
ger kennelijk ooit kunnen vlie
gen. Ik denk niet dat hij aange
slagen is door de diefstal. In de
natuur gebeurt het ook."
De casuaris heeft ondertussen
zijn belangstelling verloren en
zit met zijn snavel in de etens
bak. „Hij krijgt vruchten. In de
natuur eet hij krekels en hage
dissen. Bij ons krijgt hij gehakt
balletjes of een spierinkje. Nee,
niet de restjes uit het restaurant.
Ben je gek. Dat zou niet kun
nen. Voor de jonkies had ik al
collega's aangeschreven om te
vragen waarmee we ze moesten
voeden", vertelt de verzorger.
„Nee, namen hebben ze niet.
Dat doen we hier nooit. Dan
kun je wel aan de gang blijven.
Sommige vogels leven maar
twee jaar, De casuaris wordt
een jaar of 35. Het is een heel
geëmancipeerd beest. In de na
tuur leven mannetje en vrouw
tje volstrekt gescheiden. Hier
ook. De haan paart met de hen
en zodra ze eieren heeft gelegd,
is het een mannenzaak. Zo van
'vrouw, je kunt wel gaan'. Hij
broedt in een dag of 56 de boel
uit. En zo'n ouwe haan doet dat
nu eenmaal veel beter dat een
machine. Zijn de eieren te
droog? Dan neemt pa een bad.
Te warm? Pa gaat een rondje
om. Dat heeft de natuur uitste
kend geregeld."
Bijzonder
„Dat ze eieren hebben, is op
zich niet bijzonder. In Amerika
is het geloof ik al vier keer ge
beurd. Maar hier in Avifauna is
het voor het eerst dat we ze
hadden. Ik heb het in de twintig
jaar dat ik hier nu werk nog
nooit meegemaakt. De haan en
de hen zijn drie jaar. Eerst heb
ben we gekeken of ze geslachts
rijp zijn. En jawel, in mei had
den we het eerste broedsel. Dat
hebben we weggehaald en in de
machine gelegd. Op die manier
gaan ze weer nieuwe eieren leg
gen. De haan had al 25 dagen
zitten broeden. En nu is dat al
lemaal voor niks geweest. Dat is
wel een klap voor je enthousias-
„Ik wist het niet maar kennelijk
hebben die eieren ook waarde
voor verzamelaars. Een gestolen
Rembrandt kun je nog aan de
muur hangen. Maar zo'n ei? Dat
leg je in een donkere kast. Het
circuit van verzamelaars is niet
groot. De kans bestaat dat ze te
weten komen dat die eieren zijn
gestolen. Maar misschien knij
pen die verzamelaars wel een
oogje toe. Je weet het gewoon
niet. Ons werk is in ieder geval
voor niks geweest. Volgend jaar
maar hopen dat het beter gaat."
De overtocht neemt nauwelijks
twee minuten in beslag. In een
mum van tijd brengt het kleine
pontje zijn passagiers van het
vasteland naar het Kolmeers-
land in het Sneekermeer. Van
de gewone wereld naar het rijk
van de zeilers. Voor twee gul
den.
Het waait op het eiland, waar
alle zeilwedstrijden in de Sneek
week beginnen en eindigen.
Overal klinkt het geklapper van
vlaggen en touwen. Windkracht
3 a 4, meldt het papieren weer
bericht aan de buitenmuur van
recreatiegebouw 'It Foaründer'.
Maar het waait veel harder. De
windvlagen zorgen voor zwarte
strepen op het water, voor bo
ten die omslaan en masten die
breken.
Bijna 850 zeilers hebben zich dit
jaar ingeschreven voor de
Sneekweek. Onder hen zijn zo'n
honderd mensen uit Leiden en
omgeving. „Het zijn er heel
veel", weet een jongen uit
Zaanstad te vertellen. „Overal
hoor je de Leidse 'r'."
'Beesten'
In het midden staat een panne
tje met koude thee. Er liggen
bekers met verdroogde theezak
jes bij, een zak drop en een heel
stel tijdschriften. Eromheen zit
ten Judith van Amsterdam (19)
uit Loeiden, Daniëlle Weyne (21)
uit Hazerswoude en Marsha
van der Vlies (20) uit Leider
dorp. Drie vriendinnen die met
nog twaalf anderen sinds vrij
dag op het eiland kamperen. Ze
zijn gekomen om de vier zeilers
uit de groep aan te moedigen,
maar vooral 'om te feesten'.
Want in de feesttent op het ter
rein wordt het om een uurtje of
elf 'beesten', zeggen ze. Dan
wordt achter elkaar hetzelfde
cassettebandje met carnavals
muziek gedraaid. Dan host ie
dereen en dan wordt er met bier
gegooid. 'Heel gezellig', bena
drukt Judith nog maar eens.
Om half twee gaat de muziek
uit in de tent en dan duikt het
drietal het Sneekermeer in. Net
als 's ochtends om een uurtje of
twaalf. Het is prettig, zo'n grote
badkuip voor de tent, want 'er
zijn maar vier douches voor een
stuk of duizend mensen'. Voor
de damestoiletten is het ook al
tijd dringen want daar zijn er
maar vier van. „Dat is het enige
wat vreselijk is, hier", zegt Ju
dith. Maar voor de rest niets
dan heel veel goeds over de
Sneekweek. Anders en leuker
dan de Kaagweek, vinden ze.
„Op de Kaag is het ook wel ge
zellig, maar het is dichter bij
huis. Hier bel je 's avonds pa en
ma en daar ga je 's avonds weer
naar ze toe", zegt Marsha.
„Hier is het meer feest", vindt
Judith. Haar plaatsgenoot Ro
nald Hoorn heeft precies dezelf
de mening. „Een megafeest",
vindt hij het in Sneek. „In de
Kaagweek is het nooit echt zo'n
zeilfeest. Daar zijn altijd veel
meer buitenstaanders.
Blabla
Dat valt ook John van Gelder uit
Leiden en Wim van den Oever
uit Katwijk op. „Op de Kaag is
het meer blabla, daar zie je veel
van die bobo's, van die blazer
jongens. De hele steiger ligt
daar stervensvol met boten, die
niet meedoen. En alles draait
om de grote jongens in de Re
genboogklasse. Het is sjieker,
patsiger. Of: ze denken dat het
sjiek is."
Max Behrend uit Voorhout
steekt ondertussen zijn verlan
gen naar de Kaag niet onder
stoelen of banken. Maar dat is
puur uit gemakzucht, geeft hij
toe. Hij staat met zijn zoontje
Robert en met diens vriendje
Michiel Westerhuis uit Alphen
ook op de geïmproviseerde
camping en hij vindt het maar
niets. De tent is al los gewaaid,
er is te weinig ruimte, er zijn te
weinig douches en 's nachts kan
hij niet slapen vanwege de her
rie. Het water in Friesland is be
ter, geeft hij toe. „Vergeleken
met het Sneekermeer is de Kaag
maar een mierenbassin. En ook
vindt hij het eigenlijk wel een
beetje een dooie boel gewor
den, op de Kaag. Maar of hij
nog een keer aan de Sneekweek
meedoet? „Ik zit er niet echt op
te wachten."
Een jongen steekt zijn hoofd om
de ingang van de tent. „Geef
snel even wat van die rubberen
dingen, anders waait die tent
van ons weer helemaal naar bo-
Als je zeilt, ben je geen echte
kampeerder, zegt de Voorhou
ten „Misschien dat ik volgend
jaar een huisje huur."
JANET VAN PUK
Vakantieleed
of
vakantiepret
De ene keer zit de enige ster die het hotel heeft in de badkamer-
spiegel, zoals de Leidse band Rubberen Robbie ooit zong. De
andere keer kom je op een vakantie in een uithoek van Thailand
je buurman tegen. Of je wordt mee uit gevraagd door Julio Igle-
sias. Gebeurtenissen die een vakantie onvergetelijk maken, in
vele opzichten.
Wij willen weten welke bizarre, vrolijke en nare avonturen onze
lezers op hun reizen deze zomer meemaken. Schroom niet te
schrijven of te bellen naar 'Het Gesprek van de Zomerdag', Post
bus 54,2300 AB Leiden, tel: 071 - 161440.
Han Kulker uit Leiden
Han Kulker. „Om goud te winnen heb je iets extra's nodig."
FOTO ARCHIEF
middenafstandsloper, zesde in
Seoul op de 1500 meter, lid
van De Bataven.
„Dat was even schitterend. Ik
gun het Ellen van Langen zo.
Het is een perfecte atlete, ik ken
haar persoonlijk als een zeer
sympathiek mens. Ellen is su-
peronbevangen, heel koel. Zij is
heel verstandig met haar sport
bezig, dat zie je ook aan haar lo
pen af. Zo ontspannen.
Ik heb het niet thuis gezien. Op
het moment van de race was ik
aan het trainen. Wij zijn wel ge
stopt om bij de radio te luiste
ren hoe het met haar ging. Nee,
dat was denk ik minder span
nend dan op televisie. Pas op de
buis zag ik namelijk dat zij hele
maal niet zo makkelijk heeft ge
wonnen. Met name het eerste
deel van de race had zij het echt
heel moeilijk, moest zij voluit
gaan om onder andere de num
mer twee, Nurutdinova, bij te
houden. Want vergis je niet, die
Russin liep echt ijzersterk.
Linke tactiek
Bovendien vond ik dat Ellen
toch een heel linke tactiek volg
de door de binnenkant te hou
den en erop te gokken dat de
anderen een gaatje zouden la
ten vallen. Maar ja, ik denk zo:
geluk dwing je af. Dat is met alle
toppers zo. Met Ellen's manier
van lopen heeft zij geen stap te
veel gezet. De laatste 150 meter
hield zij heel strak de binnen
kant. Maar ik denk dat zij het
misschien ook nog wel buiten
om had gered. Zij had op de
laatste 50 meter nog zo'n ver
snelling in huis. Geweldig.
Ik had trouwens wel verwacht
dat zij in de medailles zou val
len. Daar liep zij goed genoeg
voor. Maar om goud te winnen
heb je iets extra's nodig. Het
was voor Ellen denk ik een ge
luk dat zij nog nooit op een in
ternationale wedstrijd een prijs
had gewonnen. Dan kun je zo
ontspannen lopen. Ja, aan de
start was zij wel nerveus, maar
dat mag. Als je in de wedstrijd
maar je koppie erbij houdt, dan
is het een kwestie van allert lo
pen.
Puntje van mijn stoel
Dat ikzelf niet bij de Spelen ben
betreur ik vanaf de dag dat atle
tiek begon. Vooral bij de series
van de 1500 meter heb ik mij
zitten te verbijten. Ie gaat zitten
zoeken naar de reden waarom
je de limiet niet hebt gehaald.
Nu heb ik het gevoel dat ik het
makkelijk had Kunnen redden.
Maar ja, dat is achteraf. Nu zit
ik op het puntje van mijn stoel
te kijken. Ik ken al die jongens
goed, weet wat hun achtergrond
is. Dan kijk je met meer interes
se dan een gemiddelde Neder
lander.
Pas nu begin ik te beseffen wat
ik vier jaar geleden vanuit Seoul
hier teweeg heb gebracht. Je
hebt daar wel het idee dat er in
Nederland wordt meegeleefd,
maar toch niet op zo'n manier.
Ik denk inderdaad dat er straks
heel wat op Ellen af zal komen.
Een volksheldin? Misschien."
Twee 'deskundigen' over de vrijheidsvlucht boven de Hoornse bajes
Matthieu S.: Je denkt ttityd aan de mogelijkheid tot ontsnappen."
FOTO HIELCO KUIPERS
Knap werk, hoor! Prachtig, zeg!
Wat een stelletje domoren, die
bewakers daar! Gaaf zeg, net
een misdaadfilm!
Ziedaar de reacties van het pu
bliek op de spectaculaire ont
snapping van een gedetineerde
uit de gevangenis in Hoorn. De
delinquent, die zat voor gewa
pende roofoverval en oplich
ting, werd afgelopen zondag tij
dens het'luchten per helikopter
bevrijd. Spectaculair, inder
daad. Maar wat vinden gevan
genen zelf van deze ontsnap
ping? En hoe denkt de gevange
nisdirecteur over deze stunt?
Twee 'insiders' aan het woord.
Matthieu S. is achttien jaar. Van
die achttien jaar heeft hij één
jaar gezeten voor fraude en in
braak. Nu werkt hij bij een orga
nisatie die zich inzet voor de
opvang van ex-gedetineerden,
een organisatie die hij liever
niet met naam en toenaam in
de krant wil hebben omdat hij
op persoonlijke titel spreekt. „Ik
begrijp dat de mensen dit sen
sationeel vinden. Maar als er bij
deze ontsnapping een bewaker
door zijn hoofd was geschoten,
hadden de mensen wel wel
even anders gereageerd. Dit
soort ontsnappingen is in heel
veel gevangenissen mogelijk. Ik
heb in de strafgevangenis aan
de Scheveningse Pompstations-
weg gezeten; de luchtplaats
daar is zo groot dat er wel vier
helikopters tegelijk kunnen lan
den. Als we aan het luchten wa
ren, maakten we daar wel eens
geintjes over. Wanneer er dan
een helikopter overkwam, zei
den we tegen elkaar: 'Kijk eens
jongens, ze komen ons halen.'"
Niet zo moeilijk
„Je denkt altijd aan de mogelijk
heid tot ontsnappen. Ik heb een
jaar gezeten en er is geen dag
voorbijgegaan waarop ik er niet
aan heb gedacht. Eén keer ben
ik ontsnapt, tijdens een sollici
tatieverlof. Zulke gelegenheids
ontsnappingen komen vaak
voor. Het ontsnappen is op zich
dan niet zo moeilijk, maar wat
er daarna komt wel. Je hebt
voortdurend toch de angst om
gepakt te worden. Hoe kom je
aan een onderduikadres, waar
moet je van leven? Een baan
kun je niet aannemen, of je
moet zwart gaan werken. Alle
maal problemen. Je toekomst
zit potdicht. In wezen ontsnap
je nooit. Het is gek, maar door
over de muur te gaan vergroot
je je gevangenis. Van elke sirene
die je hoort schiet je als een
springveer overeind in je bed.
Na een tijdje heb ik me dan ook
weer aangemeld bij de gevange
nis, maar ik kwam er niet in.
Eerst moest ik mezelf bij de po
litie gaan aangeven."
„Er zijn veel manieren om te
ontsnappen. Ik moet nu ineens
denken aan die gedetineerde
die zijn tweelingbroer op be
zoek kreeg. Na afloop van het
bezoek ging de bewaker naar
die man toe en zei: 'Zo, we gaan
maar weer eens terug naar de
cel'. Had-ie de verkeerde te pak
ken. De echte delinquent had
op zo'n moment zo naar buiten
kunnen lopen maar of zijn
broer daar erg blij mee was ge
weest, betwijfel ik."
„Ontsnappen is overigens niet
verboden. Er staat geen straf op.
En je mag in de gevangenis vrij
telefoneren en brieven schrij
ven, dus op die manier valt er
wel iets te regelen. Vooral als er
een organisatie achter je staat.
Steeksproefsgewijze wordt er
wel gecensureerd of afgeluis
terd, maar in codetaal is na
tuurlijk heel veel mogelijk."
Geen straf
De heer Van den Brand, direc
teur van het Huis van Bewaring
in Amsterdam beaamt dat ont
snappen niet verboden is. „In
derdaad, er staat geen straf op.
Ik weet eigenlijk niet waar dat
vandaan komt. De gedachte is
misschien geweest: we houden
de mensen hier gedwongen ge
vangen en als het hen dan lukt
om weg te komen, nou ja, dat is
dan het risico van de overheid.
Waar wél straf op staat is als er
bij de ontsnapping gebruik
wordt gemaakt van geweld."
„Tegen het soort ontsnappin
gen als in Hoom doe je niet zo
veel. Je kunt van de luchtplaats
wel een kooi maken maar ik
vind dat de gevangenen tijdens
het luchten recht hebben op
een stukje vrije blauwe lucht.
De bewakers gaan bewapenen
is ook geen oplossing. Daarmee
creëer je een nog veel gevaarlij
ker situatie. Ze worden dan een
prooi voor de gedetineerde die
immers kan proberen hen het
wapen af te pakken."
„In je eentje ontsnappen is vrij
wel onmogelijk. Daar moet al
tijd hulp van buitenaf bij zijn.
Voor iemand die na zijn ont
snapping in Nederland moet
blijven is het erg moeilijk. Die
voelt zich voortdurend een vo
gel voor de poes. Enkele jaren
geleden is er hier eens iemand
ontsnapt en die zei nadat hij te
rug was: Ik zit liever dan dat ik
ontsnapt rondloop. Ik heb in de
tijd dat ik ontsnapt was mijn
vrouw minder gezien dan hier."
dB VAN HOOM